De slechte Engel BLINKY Tol zwijgen gedwongen REMY'S IvOTRLI Het Goudbloempje van Leuven ♦PALACE-THEATER, Yperstraat, 384 Ophefmakende Derby F—fgr o- Voor Lachebekken. Kwaliteit A. A. Gebruiksaanwijzing Limousine-Auto, 20 plaatsen Gemeentekrediet van België. Gebruik voor alle Plakwerk Gaston VAN RRÜWAENE Goed Nieuws OO Zaterdag om 8 ure en Zondag om 1 1/2, 4 1/2 en 8 ure. PURÉE PALACE, komiek in i deelen Prachtband met Gladys WALTON in 5 deelen. Schoon drama waarin een pleegvader-geneesheer al het mogelijke doet om het lortuin van zijn pleegkind te bemachtigen, maar wiens schelmstukken door de innige liefde van twee onschuldige wezens verijdeld worden. Sehoone zegenpraal der openhartigheid op de valschheid Sensationeel drama, met Hoot GIBSON, in (5 deelen. Geoffrey Arbuthbet, wordt, vanaf zijne schooljaren, Blincky genaamd. Zijne moeder wil hem soldaat in een der beste Amerikaansche regimenten, maar zijn va der, rustend generaal, doet hem in de "Quitas,. inlijven, regiment waaro\er bi eertijds beveelde en dat in de streek der smokkelaars dienst doet. Blinky leert moei lijk zijn dienst, maar redt op zekeren dag Miss Mary, dochter van den bevelhebber uit de handen der smokkelaars, en drijft die op de vlucht. Om sijn moed krijgt hi den bijnaam van Ouragan II, en verovert het hart van Miss Mary. Maandag om 8 ure Buitengewoon boeiend sportavonturendrama met de bekende Reginald DENNY (LA BAILLONNÉE) Groote Pathéfilm in 7 tijdperken door Pierre Decourcelle 6® Tijdperk Een drama op Zee. 7* Tijdperk Het recht eener moeder. Gedurende den overtocht naar Algerie is Raymond in gezelschap van de graaf de Rovel, ziju dochter Isabella en Taverny. Deze maakt den graaf kenbaar dat Ray mond de zoon is van den dief Henri Mógret. Een hevige brand breekt los op het schip. Raymond verlost Isabella en staat zijn plaats af in de reddingsboot aan den graaf de Revel. Raymond gered, komt naar Parijs terug. M' de Marty, onderzoeksrechter, heeft Irma de Brctigny terug gevonden en beeft haar in een zinneloosgestlcht doen opsluiten om zoo mogelijks iels van haar te vernemen. Paturet valschelijk van moord beschuldigd, krijgt Raymond als verdediger en verneemt dat sijn advokaat de zoon is van den veroordeelde Henri Mégret. Door Raymond bijgestaan wordt Paturet vrijgesproken. Uit dank verklaart Paturet welke welke rol Taverny hem opgelegd heeft, en is bereid den graaf ken baar te maken dat Pauline haren broeder verzorgde en geen minnaar bezat. Irma de Brétigny genezen verklaart aan Mr de Marty dat zij de woorden van de brandkast aan Taverny kenbaar mAakte. Pauline om het huwelijk van Isabella met Taverny te beletten, verklaart aan den graaf dat zij de minnares van Taverny is geweest, wat ChriStiaen logenstraft, daar hij zijn moeder op een portret herkend heeft. Raymond en Paturet bewijzen den graaf de onschuld van Pauline. De graaf vraagt vergiffenis en schenkt de hand van Isabella aan Raymond. De moeder wordt in eer hersteld - de valsche Taverny ontneemt zich 't leven Smakelijk eten. Scheepkapitein (tot kok) De soep is koud. Kok «Pardon, kapitein, de soep is kokend heet. Kapitein: «Hebt ge ze dan ge proefd Kok: «Nee, dat durfde ik niet maar ik heb er mijn vingers in ge stoken. Fransje is bezig een ei te peuzelen, doch morst op het tafellaken. Mama: «Maar, Frans, wat doet ge nu weer f Kleine Frans: «Ja, mama, dat komt, omdat de kippen de eieren veel te vol doen.» Meester: «Wanneer is t de beste tijd om vruchten te plukken Leerling: «Meester, als de hond van den boer aan de ketting ligt. Vrouw «De modiste schrijft me juist, dat zij mij niets meer wil leve ren als gij haar de rekening niet be taalt. Man: «Dat is zeer verstandig van haar. Ik zal haar een hartelijken dankbrief schrijven. G$. gemaakt door de FABRIEKEN REMY, Wijgmaal (Brabant). REMY S KOUDLIJM is een wit poeder, dat met koüd water gemengd een stevige en klevende pap vormt. Plakwerk dat met REMY'S KOUDLIJM uitgevoerd wordt is volkomen bestand tegen alle vochtigheid en schimmel. REMY'S KOUDLIJM is neutraal, en ontkleurt de gevoeligste tinten niet, In een drooge plaats geborgen kan het poeder jaren lang bewaard worden zonder beschimmelen, noch bederven. REMY'S KOUDLIJM kan in eenige oogenblikken bereid worden, en bespaart dus veel tijd en moeite. ■■■iHiiiiii mill mi i iÜldilMiüUHil'ffll <3 DMIQ II HllmlilllH REMY'S KOUDLIJM A.A. wordt gebruikt voor het plakken van papier behangpapier Ik heb de eer het geacht publiek kenbaar te maken dat ik kooper en verkooper ben van oude en jonge DUI VEN, ook kan men bij mij duiven verwisselen en ben ik kooper van alle PLUIMGEDIERTE A WILL) Remi Dewickere-Lietaert In de Nieuwe Stad Veurne Veurnestraat 3. Elk zegge 't voort. photographisch papier, prenten, inpakpapier, ctiquetten, enz. enz. REMY'S KOUDLIJM A.A. wordt verkocht in pakken van EEN KILO en van EEN MALVEN KILO. Ieder pak draagt het gedeponeerd fabriekmerk Leeuwenkop Vraagt hij uwen leverancier KOTDLIJM REMY A.A.. Gij zult er de groote voordeelen van inzien, en hem steeds voor uw plakwerk gebruiken. Voor orders en bestellingen zich wenden tot Gebioeders DUPONT, Yperstraat, 2, te Poperinghe. (bij de post). bericht het getierd publiek dat hij alle reizen aanneemt in een zeer gemak kelijke, gesloten AUTO, ook diens tig voor bruilof ten en om zieke lijke personen te vervoeren. Ook heeft hij beste PAARDEN a RIJTUIGEN, wagens en camions voor alle vervoer. Zeer gena dige prijzen en trouwe bediening. Ik heb de eer het geacht publiek ken baar te maken, dat ik koopster en ver koopster ben van Alsook van JONGE en OUDE DUIVEIN. Ten alle tijde mag men bij mij duiven verwisse len, zooals vóór den oorlog. W« Elle LIetaert-Truwant Trouwers, Maatschappijen, Scholen, en allen die begeeren een Plezierreisje te doen aan goedkoopen prijs, in een nieuwe (Luxe Toe-voiture) Doet uwe aaDvragen op voorhand, ten einde op uwen gestelden dag en uur te kunnen uitgaan. Zich wenden bij Cyrille HOSDEY, Rekhofstraat, 25hi% Poperinghe. Tél. 8 25-10. Elk zegge 't voort. HOOFDAGENT FORREST LGroote Markt, 28, Poperinghe. TeS89-90 Nieuwe Agentschappen Mengelwerk van DE GAZET VAN POPERINGHE (t I>e twee vrienden buitengewoon De winter van het jaar 1544 was streng en aanhoudend koud geweest. Volgens de annalen bleven alle binnenwaters van einde November tot begin Februari toegevrozen. De Schelde, ondanks haar krachtigen vloed, was in een doodsche en verlaten ijswoestijn veranderd, en de kleinere rivieren, o. a. de Dijle, waren tot een aan zienlijke diepte bevroren. In den nacht van 30 Januari 1544 viel er zulke dikke laag sneeuw, det de toenmalige kronijkschrijvers er melding van maken. In den morgen van den daarop volgende dag neemt ons verhaal aanvang, waarvan de hoofdbestanddelen geschiedkundige feiten zijn... Het was nog heel vroeg. Reeds vertoonde zich aan de Oosterkim een flauwe klaarte, die langzamerhand een meer duidelijke tint aannam, welke de sterren deed verbleek en. die van het blauwe hemelgewelf neerpink- ten op de witte saeeuwsprij. waaronder de aarde sedert eenige uren begraven lag. Die eerste lichtscherm!ng. voorbode van de rijzen de zon. gaf aan de sneeuwmassa een vale, aschvurige kleur, zoo doodsch en treurig, als ware ze een veld van dierbare dood en. D >ch aiopeens rees de zon boven den einder op. Haa~ lichtstroom bestikte het blanke sneeuwveld met zulken schitterende gouddraad, dat de oogen er den glar- niet konden van verdragen. Het was dag geworden He: klokkenspel der Hoofdkerk ran de geleerde stad Leuven begroette het herboren zonnelicht me vroolijk huppelende klanken en weldra mengde zich in zwaren ondertoon, de bronzen stem van de klokken der andere kerken bij het lichte bciaardgetingel. Geen menschenvoet had de maagdelijke witheic van het sneeuwkleed nog bezoedeld. Het was Zondag. De stedelingen, tot geen dagwerk gedwongen, had den geen haast om het warme bed te verlaten, daar geen opwekkend vogelengezang noch weelderige boo menlaan tot een aangename morgenwandeling ver lokten. Maar de klokken gaven het teeken tot leven en be weging. Weldra zag men hier en daar do bewoners uit hun huizen komen om den Zondagschen kerkplicht te vervullen. Allen volgden het smalle paadje door de voorbijgangers in het sneeuw gedrukt. Zulke paadjes slingerden nu door al de straten' om zich op een punt te vereenigen vóór den ingang der Hoofdkerk. Het was een raar vertoon, die immer aangroeiende menigte, in verschillende kleederdracht, processie-ge- wijs als bij een begrafenis, den weg naar de kerk te zien nemen. De meeste vrouwen waren gedoken onder een huik of falie, terwijl vele mannen in wollen mantels waren gewikkeld.een breedrandigen hoed op het hoofd. Het waren de burgers of poorters der stad. Maar men zag er ook ettelijke menschen tusschen, in kleedij van vreemde landen. Leuven was in de middeleeuwen de verblijfplaats der uitstekendste geleerden van alle natiën, het Athene van het Noorden. Haar hoogeschool stond in roem en aanzien verre boven alle dusdanige gestichten van Europa. Zij werd bezocht door de bloem van Finland Batavié. Duitschland, Frankrijk. Engeland en Spanje. Iedere vreemdeling, die er zich in de verschillende we- eosehappen van het Alma Mater kwam volmaken, bleef er de kleederdracht van zijn land volgen, zoodat de kleedij der Leuvensche bewoners een bonte menge ,ng was van allerlei vormen en kleuren. Over het padje, dat van n zijstraat naar de St-Pie terskerk slingerde, stapte een man klein van gestalte m ar opmerkelijk kloek en breed van lichaamsbouw Ernst en nadenken stond op zijn gelaat te lezen. De vaste en doordringende blik zijner bruine oogen ge tuigden van karaktersterkte. Zoo de frischheid zijner eenigszins bleeke wangen en de baard aan zijn kin geen jongeren leeftijd hadden verraden, zou men hem voor een veertiger hebben gehouden. Een eenvoudige bruine mantel beschutte hem tegen de snerpende koude om de gespierde beenen droeg hij donker grijze kousen en zijn voeten staken in lage bruine lederen schoenen. Op de zwarte krulharen, die tot aan de schouders neervielen stond een zwart flu- weelen muts. Die man was Geert De Cremer, kortheidshalve Meester Geert genoemd, een der geleerste inwoners van Leuven. Na schitterende studiën aan de Tniversiteit te heb ben gedaan, was hij er benoemd geworden tot leeraar in de Aardrijkskunde, het vak waarin hij uitmuntte. Meester Geert was nu reeds zeven jaar getrouwd. Zijn vrouw Barbel Schelkens had hem binst die huwe lijksjaren zes gezonde kinderen geschonken. Zijn oud ste zoontje Arnold, dat de zwarte haarlokken en bruine oogen van vader had geërfd, liep aan zijn zijde. Op den arm van Meester Geert rustte de hand van een achttienjarig meisje, dat hem met vreesachtige stappen over de gebaande sneeuw volgde. Dit meisje, rijzig van gestalte, bevat al de lichamelijke bevallighe den. die het oog van eiken jongeling van bewondering deden schitteren. Haar falie, door den wind losgeraakt, ontblootte een krans van goudblonde haarlokken, boven het blan ke zaeht-beroosde vleesch van een fijn gesneden gelaat. )e lach der onbezorgde en nog reine jeugd speelde op laar bloedroode lippen. Dit meisje was Kathelijne, de pleegdochter van Geert De Cremer, die haar met vaderlijken trots zijn oudste kind heette. Vrienden en bekenden noemden haar even het Goudbloempje van Leuven De drie door ons beschreven personen waren nog enkele stappen van den ingang der kerk verwijdert, toen De Cremer bleef staan en tot het meisje zegde Lijntje, ik zie ginder proffessor Gemma en 'k moet hem spreken. Ga met Arnold maar in de kerk ik ben dadelijk bij u. Kathelijne nam den jongen bij de hand en beiden gingen den tempel binnen, die reeds bezet was met ge- loovigen. Nauwelijks hadden ze hun zitplaatsen ingenomen, wanneer de schel het begin der Mis aankondigde. Het meisje sloeg het gebedenboek open en verdiep te zich weldra in het gebed, nu en dan het oog naar het Altaar richtende, waar de priester, een stok-oud grijsaard, het Sacrificie opdroeg. In haar gebed verslonden, bemerkte zij niet eens dat de plaats van haar pleegvader open bleef. Zij hoorde noch het gedruisch der omgekeerde stcelen. noch de zacht dreunende orgelmuziek. Zij zag ook niet dat menig jongeling kwansuis naar haar opzag, om een blik van haar sehoone oogen op te vangen. Schuins van haar en een weinig achterwaarts zat een jonge man. wiens kleeding en gelaatsvorm den Spanjaard verrieden. Wis en zeker was hij een edelman want zijn mantel was van het kostbaarste fluweel.Rond zijn kanten halskraag liep een gouden ketting, waaraan een fijn geslepen dolk hing en aan den met gouddraad bewerkten gordelband was een lang rapier bevestigd, welks gouden handgreep met fonkelende diamanten was bezet. Was de kleederdracht van dien man buitengewoon tostbaaren prachtig, zijn gelaat integendeel was onbe- ïaaglijk leelijk. Vervolgt. HOOT OIBSOISr in Korte Inhoud Nooit verlegen*. Tit ervaring. Zeer welkom. Men laat langzaam het PuKUER A.A. in het koude water glijden, terwijl men het mengsel voortdurend in eenzelfde richting omroert hierdoor verkrijgt men in eenige oogenblikken een dikken en sterken lijm. De verhouding van het te gebruiken water hangt af van de plakwerken die men uitvoeren wil (daar het poeder A.A. echter 15 maal zijn GEWICHT aan water opslorpt, kan men het produkt zoowel voor zware als voor lichte plak werken gebruiken). REMY'S KOUDLIJM kan even goed rnet warm als met koud water bereid worden. Zijn eigenschappen blijven onveranderd. BERIOHTEIN Casselstraat,I3 - Tkl. 23 - Poperinghe ALLE PLUIMOEDIERTEN ®n WILD. Herbetg De Blauwe Du ff Yperstraat, POPERINGHE. Bulscamp, h. E. Butaye, gemeente-secretaris. Dadizeei.k, h. P. Hoet, gemeente-secretaris. Dickerusch, h. J. Decaesteker, gem.-secr. Hollkbkkk, h. A. Breyne, gemeente-secretaris. Lkdbghem, h. G. Dclannoo, gemeente-secretaris. Locrk, h. L. Dousy, gemeente-secretaris. MeeneN, h. A. Degeeter, Kortrijkstraat, 2. Mocres, h. Melis, gemeente-secretaris. Polunchove, h. H. Anseeuw, gem.-secretaris. Roi.lbghem-Capblle, h. A. Vandeputte, gem.-sec. Vooilmezkelk, h. G. Deceuninck, gem.-secr. Zandvoorde, h. E. Vandermarliere, gem.-secr. door Lod. SCHELTJENS.

HISTORISCHE KRANTEN

De Gazet van Poperinghe (1921-1940) | 1925 | | pagina 4