Be Werkloosheid Evolueert DE LEURHANDEL. NIEUWS- EN NOTARIEEL AANKONDIGINGSBLAD VOOR POPERINGHE EN OMSTREKEN. GEBROEDERS DUPONT OPGEPAST tw MINISTERRAAD IN BELGIE. WAT DOET NADENKEN. HET DUUR LEVEN. DE INDEX-GETALLEN. KOLONIALE LOTERIJ 15 JAAR. NUMMER 39. WEEKBLAD 25 CENTIEMEN. ZONDAG 29 SEPTEMBER 1935. DGHE ABONNEMENTEN Jaar, per post Congo Frankrijk Amerika 16 fr. 25 fr. 25 fr. 30 fr. Losse Nummers 0.25 fr. Men abonneert op alle belgische postkantooren. De postabonnenten in Belgie, die van woonst veranderen, moeten dit aangeven in *t post- bureel dat ben bedient, en niet aan ons. Bij elk schrijven naar inlichtingen wordt men beleefd verzocht een postzegel voor ant woord te voegen. Uitgevers-Eigenaars Yperstraat, 2, POPERINGHE. Postcheck 48459 Telefoon 180 Ieder medewerker blijft verantwoordelijk voor zijne bijdragen. Bijdragen in te zenden tegen Donderdag middag. Kleine berichten tegen den Vrijdag middag. Naamlooze ingezonden artikels worden in de scheurmand gegooid. AANKONDIGINGEN Per regel 1.00 fr. (minimum 3.00 fr.) Rouwberichten minimum 5.00 fr. Bijzonder Tarief voor Notarissen en Deur waarders. Voor dikwijls te herhalen re- klamen, prijzen volgens overeenkomst. Alle aankondigingen zijn op voorhand te betalen. De maandelijksche statistiek over de werkloosheid, zooals zij onlangs uitgegeven werd, laat toe te zien hoe dit ernstig problema sedert vier maan den geëvolueerd heeft. De gekende officieele gegevens be vestigen de afleidingen, die men be trekkelijk dit onderwerp heeft kunnen maken. Zij laten ook toe nuttige be schouwingen te maken. Het afnemen der werkloosheid, die leelijke dooaende plaag, wordt be speurd in alle nijverheden. In het bouwvak is het getal volledige werk- loozen gedaald van 56.000 op minder dan 2 7.000. Voor de houtbewerking en meubelen, valt men van 14.400 op 8.500. In de ledernijverheid is er in krimping van 2.900 op 1.500. Daaren tegen is de verbetering gematigd in de koolmijnen, bij de dockers en in het vak der voeding. Ziehier hoe het met de algemeene statistiek gelegen is De werkloosheid in Belgie. Einde Volledig Gedeeltelijk Januari 223.300 158.400 Februari 220.80Qk 157.200 Maart 206.500 148.400 April 181.000 124.400 Mei 159.500 114.500 juni 146.500 104.000 Die vermindering volgt op de ver ergering, die men vroeger kende dt ommekeer der strekking zou reeds al leen een sukses zijn. Maar dit laatste is nóg wezenlijker, wanneer men zich de moeite geeft de cijfers te ontleden. Het getal der verloren dagen daal, van 6.550.000 in Januari op 4.1 00.000 in Juni, hetzij 3 7 'c/v minder. Gewis in die verbetering ligt een deel sei zoeninvloed. Maar verleden jaar be reikte de vermindering, tusschen de twee datums, enkpl 700.000 dagen in plaats van 2.450.000 dit jaar. Het is waar dat dp vooruitgang enkel 16 t'% zwakker is, indien men Juni 1935 met Juni 1 934 vergelijkt. Maar de toestanc van Belgip was na den afgeloopen Zo mer verslecht men heeft eerst het ver lies moeten inhalen Is het afnemen der werkloosheid wei wézenlijk Men moet er niet aan twijfelen. En dit afnemen is niet toe te schrijven aan de hulp, overigens zeer nuttig, der ten toonstelling van Brussel. Het was in den loop van haar opbouwen dat de tentoonstelling het grootste getal werk lieden telde, aan de kassen aangeslo ten, Die handenarbeid moet normaal op het einde der Lente op werkloosheid uitkomen. Wat het bezighouden van duizenden personen in deze betreft, moeten wij zeggen dat zij over het algemeen tot de reeks werkloozen niet behooren, die recht hebben op scha devergoeding. Het zijn over het alge meen lieden, die deel uitmaken van de middenklassen. Ziehier overigens een belangrijk pilnt van vergelijking. Het getal dagen van werklieden, noodig tot den opbouw der groote hall van den spoorweg en der afhanke lijkheden overschrijdt merkelijk dit, welk zal geleverd worden door het per soneel der maatschappij van de ten toonstelling gedurende de tijd harer uitbating. Kortom, bij de werkloozen, sedert vier maanden aan den arbeid, zou men al de werklieden moeten voegen, die eene bezigheid hebben kunnen vinden, wanneer het gereedmaken der tentoon stelling geëindigd was. Dat wil niet zeggen dat men het sluiten der ten toonstelling niet zal gevoelen. Maar, eerst en vooral, zal het minder erg zijn dan men het weieens denkt. De schok zal eenvoudig die wezen, dien men zes maanden vroeger zou gevoeld hebben, indien men niet veranderd had van economische politiek. De vermindering der werkloosheid is grooter geweest dan de statistieken zeggen, en dit nog voor twee redenen. Eerst en vooral, veel niet verzekerde werklieden hebben werk gevonden. Het is licht te begrijpen dat veel niet scha deloosgestelde arbeiders er haastiger bij zijn om "pen werk of bediening te aanvaarden en dat zij nu minder ei- schend zijn voor wat de voorwaarden aangaat. Men moet eindelijk rekening houden met het terugzenden onzer werklieden in Frankrijk gebezigd. Iedere week meldt eene mededeeling uit Parijs het getal uitgedreven werklieden, waaron der men helaas veel Belgen vindt. Men weet eindelijk dat veel grensar beiders zich in de onmogelijkheid be vonden hebben hun beroep langer uit te oefenen in Frankrijk. Uit dien hoofde zijn duizenden werklieden ten laste onzer werkloozen- kassen gevallen, of hebben de plaats ingenomen van andere werklieden. Een der uitzichten van het terug aan vaarden van werklieden in deze laat ste maanden, is dat vele jongelingen, die nog nooit gewerkt hadden, er voor deel uit getrokken hebben. Zoo schijnt het problema der werkloosheid der jongeren minder erg. Men stelt inder daad vast dat de ondernemingshoofden wanneer zij hun personeel vermeerde ren, meest jonge krachten aanvaarden, bekwamer om een stiel te leeren en ook minder eischend. Hetzelfde verschijn sel heeft men in Engeland. Kortom, het is mogelijk dat men eerder voor het problema staat der oude werklieden en bedienden. Deze laatste vooral geraken moeilijk ergens binnen. Bijgevolg zijn de goede snel schrijvers moeilijk om vinden. Men meldt dat in zekere textielmiddens, waar veel werkloozen zijn, het perso neel aangevuld is met jongeren. Al de andere, zegt men zullen nooit meer werken. Daaruit volgt dat er altijd belang rijke sociale problemas zullen bestaan. De verbetering is dus aanzienlijk ge weest voor wat de werkloosheid be treft. Maar deze beschouwingen be hooren reeds tot het verledene. Een groote stap werd gedaan en de hoop van over eenige maanden is merkelijk bekrachtigd geweest. Op dit oogenblik is men op een dood punt gekomen en onafhankelijk van een seizoenfaktor, is een tegenoffensief niet uitgesloten. Het is geweten dat het hernemen der verbruiksnijverheid hpt schoeisel bij voorbeeld, te snel gegaan is om duur zaam te blijven, De huidige taak moet bestaan in het neutraliseeren van dezen faktor, door het in 't spel treden van hoofdelijke strekkingen tot het hernemen. Men kan deze strekkingen tegen woordig gewaar worden. Eene reeks teekenen laten denken dat het zakken, dat volgde op den boom der muntont- waarding, in het midden van Juni ein de genomen heeft. Sedertdien staat de Belgische economie op papier, met nei ging tot verbetering. Maar wij hebben het oogenblik be reikt, dat, bij de veronderstelling, het afnemen der werkloosheid niet snel meer kan gaan. Dit moet door eene evolutie onzer structuur gebeuren en dat gaat nooit snel. Men kan dit weten met na te gaan wat er in Engeland ge beurt, waar de toestand nochtans van maand tot maand verbetert. Elk stelsel, dat de natuurlijke evo lutie meent te mogen geweld aandoen, is eene utopie. Het is zelfs gevaarlijk, zooals men het in de Vereenigde Sta ten gezien heeft, waar men gestraft geweest is om druk te willen uitoefenen op de evolutie. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat er geen groote werkenmogen uitge voerd worden. Dat brengt altijd leni ging mede, maar men moet wel in acht nemen dat die werken opbrengend moeten zijn en dat ze in goede voor waarden kunnen uitgevoerd worden. Men voert geen werk uit voor het ple zier van het uit te voeren, maar wel om er voordeel uit te trekken voor het land. En dan moet men nog zien dat men buiten de financieele mogelijkhe den niet treedt, of alles valt ineen als een kaartenhuisje. G.V.B. LEENING 4 T. H. 1923 VAN DE VERWOESTE GEWESTEN. Trekking van 20 September Reeks 1 34.634 n. 3 wint 500.000 fr Reeks 39.8 1 6 n. 4 wint 1 00.000 fr Reeks 75.983 n. 1 wint 50.000 fr Reeks 125.157 n. 4 wint 50.000 fr Reeks 238.382 n. 5 wint 50.000 fr De titels, behoorende tot de boven Vermelde reeksen en die bij de trek king niet uitgekomen zijn, zijn uitkeer baar met 5 75 of 550 frank volgens zij al dan niet hervormd worden (Kon. besluit van 1 1-5-35.) VALSCHE BANKBILJETTEN VAN 50 FRANK. Een landbouwer deed een betaling in een postbureel van Leuven. Onder de bankbiljetten bevond zich 'n valsch briefje van 50 frank. Dadelijk werd een onderzoek ge daan en vastgesteld dat de landbouwer ter goeder trouw had gehandeld. Het onderzoek duurt voort, daar men van meening is, dat nog valsche bankbil jetten uitgegeven zijn. Nieuwe Wetgevende Verkiezingen op 11 October 1936. Vrijdag vergaderde den ministerraad onder het voorzitterschap van M. van Zeeland, eerste minister. De regeering heeft besloten bij de heropening van den parlementairen zit tijd in November aanstaande, een wets ontwerp neer te leggen, bepalende dat de parlementaire verkiezingen op de volgende datums zullen plaats hebben De wetgevende verkiezingen voor Kamer en Senaat op Zondag I 1 Octo ber 1936 de Provinciale verkiezingen op Zondag 25 October 1936 de be noeming der provinciale senatoren op 5 November 1936. De Werkloosheid neemt af. De Minister van Arbeid en Sociale Voorzorg heeft de regeering op de hoogte gebracht over den toestand der staking in de steengroeven van Zinnik en Ecaussines. Er werd een bevredi gende oplossing gevonden, waarbij 4500 arbeiders opnieuw aan het werk zullen gaan. De Minister heeft daarna den Raad op de hoogte gebracht van de wijzi gingen in de werkloosheid,aan de hand van volgende statistieken Op I April 1935 telde ons land 355.000 werkloozen. Op 1 Oogst 1935 telde men nog 247.000 werkloozen, hetzij een vermindering van 108.000 eenheden. Verleden jaar werden er van 1 April tot 1 Oogst 16.500 te werk gesteld. De seizoenarbeid niet meegerekend, wordt aangenomen dat er dit jaar van 1 April 1935 tot I Au gustus er 91.500 werkloozen opnieuw arbeid hebben gevonden. Er werd dus een belangrijke herne ming vastgesteld in verschillende nij verheden, waarbij moet aangenomen worden dat ook talrijke niet verzekerde werklieden terug het werk hebben ge vonden. De Landbouw-Politiek der Regeering. De heer Deschrijver, minister van Landbouw, heeft den Raad op de hoog te gebracht over den toestand van den landbouw. Er werd besloten dat de re geering in dit opzicht een lenige poli tiek zal volgen, omvattende de vermin dering of de afschaffing van bijzondere taksen, wanneer deze niet meer noodig blijken voor den binnenlandschen toe stand. Deze politiek behelst ook het gedeeltelijk of volledig herstel van de ze taksen, wanneer de toestand zulks vergen zal. Wat de contingenteeringen betreft, er zal moeten rekening worden gehou den met de seizoentoestanden en met de noodwendigheden der binnenland- sche markt. De Raad heeft beslist den Koning voor te stellen de vergunningstaksen af te schaffen op gezouten vleeschwa- ren, vanaf 1 October 1935. De militairen van Eupen en Malmédy. De heer Devèze, minister van Lands verdediging, heeft den Raad voorge steld de verblijfsvergoedingen te ver- hoogen voor de gehuwde militairen der kantons Eupen en Malmedy. De minister heeft verder mededee ling gegeven over een ontwerp betref fende de bescherming der burgerlijke bevolking tegen luchtaanvallen. In het kader der groote werken met het oog op de opslorping der werkloosheid, zullen daarom belangrijke schutswer- ken uitgevoerd worden. De kwestie der schuilplaatsen werd onlangs ter studie genomen. De Crisis neemt ook af in de Kolonie. De heer Rubbens, minister van Ko lonies, heeft den Raad medegedeeld, dat de economische heropleving in de Congo zeer bevredigend is. Volgens art. 1 van het Koninklijk Besluit van 13 Januari 1935, kan deze handel op drie manieren uitgeoefend worden, namelijk 1. - Van deur tot deur. 2. - Op den openbaren weg. 3. - Op een openbare markt. in tegenstelling met wat geschiedt in den gevestigden handel, waar de klanten zich naar het handelshuis be geven, is de Tqurhandel gekenmerkt door het feit dat de handelaar den klant opzoekt. Dit algemeen princiep zal ons, voor de practische oplossing als leiddraad kunnen dienen. De leurhandel gaat van woning tot woning en zoekt in aanraking te komen met een persoon, die eigenlijk niets gedaan heeft, waaruit zou kunnen ver ondersteld worden dat hij geneigd zou zijn aankoopen te doen. Dat is echter niet voldoende om vol gens de wet leurhandel uit te oefenen. Een handelsreiziger zoekt ook de klan ten op, en is toch geen leurhandelaar. Bij het leuren moet ook de koop waar zelf aangeboden en geleverd wor den. De verkoop moet dus onmiddel lijk gesloten worden en uitgevoerd. De leurhandelaar draagt inderdaad de koopwaar met zich. De handelaar welke zijne klanten bezoekt of zelfs nieuwe klanten opzoekt en monsters meedraagt, om zijne koop waar aan te bieden, is dus geen leur handelaar, daar hij zijne koopwaar niet op het oogenblik der aanbieding levert. Hieruit blijkt verder dat de thuis- bestelling der koopwaar geen leurhan del doet ontstaan, daar deze levering enkel de uitvoering is van een verkoop welke vroeger, gewoonlijk in den win kel, plaats greep. Wij hebben hierboven gezien dat de leurhandelaar de klanten opzoekt. Dit gebeurt dan ook meestal met van deur tot deur te gaan, zonder de personen op voorhand te kennen. De handelaar, welke zijne koopwaar meedraagt, om dadelijk zijne klanten, op voorhand gekend zijnde, te bedie nen, zooals melkhandelaars, bierver- koopers en bakkers, zal echter niet als leurhandel aanzien worden. Inderdaad, deze wijze van handel drijven, kan eerder vergeleken worden bij eene thuisbestelling, daar over het algemeen de klanten op voorhand gekend zijn. Hier wordt dus eigenlijk de klant niet van deur tot deur opgezocht het prin ciep van den leurhandel is dus niet voorhanden. aanbieden of leveren der koopwaar dus gevergd. De verkoop op monsters op den openbaren weg is dus leurhandel. Wij hebben reeds gezien dat men om te leuren den klant moet opzoeken. Door de omstandigheid dat de handel op den openbaren weg wordt uitgeoe fend, wordt dit aanzien als een opzoe ken der klanten. FJet is daarom zelfs niet noodig de voorbijgangers aan te spreken, wat nochtans in de meeste gevallen gedaan wordt. Dit zou echter kunnen doen veron derstellen dat de winkeliers, welke voor hun huis of winkel, op een kraam of ander gewoon verhoog, ook leurhandel uitoefenen. Deze interpretatie is ver keerd, daar men dit bijgevoegd uitstal raam als een bijvoegsel van den winkel moet aanzien. DE BEGROOTINGSLASTEN ZIJN TE ZWAAR, Art. 1 van het Koninklijk Besluit voorziet echter nog een andere wijze van leurhandel, bestaande in 't feit van op den openbaren weg handel uit te oefenen, zelfs wanneer de handelaar die hem uitoefenö, steeds de zelfde standplaats inneemt Hier wordt het De derde wijze van leurhandel is deze welke uitgeoefend wordt op een openbare markt, zelfs wanneer de be trokken handelaar zich beperkt tot één en dezelfde markt. Het feit van de koopwaar op de markt te brengen wordt namelijk gelijk gesteld met de klanten opzoeken. Worden beschouwd als openbare markten alle voor het publiek toegan kelijke plaatsen, waar niet in vereeni- ging gegroepeerde handelaars hun wa ren te koop stellen. Alle marktkramers vallen dus onder toepassing van de wet op den leurhan del, en moeten in bezit zijn eener leur- kaart,en het herkenningsteeken dragen. Evenals in het vorig geval, zal de winkelier welke op de plaats woont waar de markt gehouden wordt, en een kraampje voor zijn winkel zet, niet als leurder aanzien wordt, indien hij echter de voorbijgangers niet tot koopen aan zet. Verder moet ook nog de aandacht gevestigd worden op het feit dat leur handel enkel toegelaten is, op den openbaren weg of van deur tot deur, in ongemanufactureerde eetwaren, dat wil dus zeggen in eetwaren welke geen bewerking hebben ondergaan. Art. 10 laat echter den leurhandel toe in brood, in bieren, in limonaden en tafelwater, in tabakken, in brand stoffen, in bloemen, in dagbladen en tijdschriften en in kleine kramerijwaren ook leuren met de voortbrengselen van hunnen arbeid. Deze laatste schikkingen zijn echter niet toepasselijk op de openbare mark ten. Uit een verslag van oud-minister Ingenbleek. De weerslag van de krisis en de economische struktuur van het land la ten het niet meer toe de begrootings- lasten te dragen, waarvoor het staat. De buitenlandsche handel kromp in met 47 t.h. in verhouding tot 1913. De openbare uitgaven stegen integen deel met 245 t.h. Het staatspersoneel breidde zich uit met 62 t.h. in verge- ijking bij 1914. De wedden werden r algemeenen regel, vermenigvuldigd met koefficienten merkelijk hooger dan de devaluatievoet, zoodat zij nu vijf tien maal meer kredieten eischen dan voor den oorlog. De werkloozenzorg vertegenwoor digt een uitgave van 908 millioen. De maatschappelijke wetten kosten 826 millioen. Totaal 1.734 millioen. De produktive elementen uit de be volking, mannen van 1 8 tot 65 jaar, zijn ten getalle van 2 Yl millioen, maar het aantal van degenen die hun inko men aan den Staat te danken hebben, beloopt niet minder dan 812.481 man, de werkloozen niet mede geteld. De belastingen bereiken 1 000 fr. per inwoner, en die basis omvat kinderen, vrouwen, grijaards en behoeftigen. Be lastingen waarvan aanvankelijk een op brengst van 4 Yl milliard werden ver wacht, bezorgden den Staat, niettegen staande alle inspanningen, niet meer dan 72 7 millioen. Bij dit alles is geen rekening gehou den met de provinciën en de gemeen ten. De inspanning die van het land wordt geeischt, gaat zijn krachten te boven. Zes pogingen van financieel herstel en een konversie van de Staats- renten beletten niet dat de Rijksbe- grooting ernstig deficitair blijft. Een onverbiddelijke politiek van zuinigheid blijft geboden, wil men den afgrond vermijden. Niet alleen in Belgie, ook in andere landen stijgt de duurte. Dit is onder meer het geval in Duitschland, Zwit serland, Italië. Alleen in Frankrijk en in Nederland wordt een dalende be weging waargenomen. De stijging in Duitschland was even wel nog niet erg voelbaar in Juli 2.4 ten honderd, wat de voedingsartikelen en 7 t.h. wat de kleeding betreft. De cijfers voor Augustus zijn nog niet bekend. Het is voornamelijk in die maand dat de duurtestijging gevoeld werd. De prijzen in Duitschland waren trouwens reeds zeer hoog 4 fr. voor een brood, 36 fr. voor een kgr. boter .35 fr. voor een ei, dit alles in Juli. In het Groothertogdom Luxemburg stijgt het indexcijfer in verhouding tot wat zich in ons land voordoet. In Frankrijk is, buiten de woning kosten, de duurte afgenomen met ge middeld 3 t.h. sedert Juni. De huur prijzen zijn bij dekreet met 10 t.h. verlaagd. Te Parijs zelf heeft men vastgesteld dat, berekend op 60 voedingsartikelen, er van einde Juni tot einde Augustus een daling van gemiddeld 3.6 t.h. is ingetreden berekend op 1 7 kleedings- artikelen bereikte de daling 4.9 t.h. op 4 verlichtings- en verwarmingsarti kelen 2.3 t.h. De prijzen van de ge wone huishoudartikelen bleven onge wijzigd. De prijzen van het slacht- j vleesch zijn gedaald met 5 t.h., maar Wij hebben nu dus, zoo duidelijk mogelijk, opgegeven wat er door leur handel moet verstaan worden, opdat iedereen zou kunnen oordeelen, of hij verplicht is de leurkaart, aan te vragen. D. V, die in de spekslagerij zijn licht geste gen. Men weet dat men in Frankrijk een algemeene daling met I 0 t.h. had ver hoopt, een cijfer dat dus nog niet be reikt is. BELGEN IN VREEMDE LEGERS. De minister van Landsverdediging, deelt mede De minister brengt ter kennis, dat militairen in onbepaald verlof, er in begrepen de reserve-officieren, en in 't algemeen alle Belgische burgers die militaire verplichtingen hebben, geen verbintenis mogen aangaan, noch ten welken titel ook mogen dienst nemen, in een vreemd leger, zoolang zij niet van alle militaire verplichtingen (duur- tijd 25 jaren) ontslagen zijn. Van een anderen kant mogen mili tairen in onbepaald verlof niet in den vreemden verblijven indien zij geen oorlof daartoe hebben van den bevel hebber van het gendarmeriekanton hunner verblijfplaats ONS SPOORNET. In 1870 bedroeg het spoorwegnet van ons land 3136 kilometer. Het is thans tot 5086 kilometer aangegroeid De totale waarde daarvan werd op 25 milliard geschat. De buurtspoorwegen hebben een ge- zamentlijke lengte van 4699 kilometer. Daarvan zijn 1141 kilometer geëlek- trifieerdi. De waarde van de buurt spoorwegen bedraagt ruim 3 milliard. Het Ministerie van Economische Za ken deelt de volgende indexgetallen mede, berekend op 15 Septemb. 1935. 1 5 Sept. 1 5 Aug. Rijk 670 662 Agglomeraties Antwerpen 695 685 Brussel 714 701 Gent 646 633 Luik 663 649 Provincies Antwerpen 691 679 Brabant 672 663 West-Vlaanderen 678 674 Oost-Vlaanderen 659 652 Henegouwen 682 674 Luik 665 654 Limburg 65 7 648 Luxemburg 664 656 Namen 663 654 Vrijdagavond werd in den Konink- ijken Circus, te Brussel, overgegaan tot de trekking der 1 2'' Snede. Hieronder geven wij den uitslag Winnen 100 frank, de nummers, eindigend met het cijfer 6 Winnen 250 frank de nummers ein digend met het getal 22 Winnen 500 frank de nummers ein digend met getal 419 en met het getal 758 Winnen 1000 frank, de nummers eindigend met het getal 995 Winnen 2500 frank de nummers, eindigend met het getal 707 Winnen 5000 frank, de nummers eindigend met het getal 8416 Winnen 10.000 frank d e nummers eindigend met het getal 9567 Winnen 25.000 frank de nummers 51609 en 43016 Winnen 75.000 frank de nummers 15129 Winnen 100.000 frank de nummers 90436 Winnen 1 millioen frank de num mers der volgende reeksen 47695 reeks B. 19641 reeks C. 34673 reeks P. 51723 reeks K. 36032 reeks L. Dezelfde nummers der andere reek sen winnen elk 10.000 frank als troost prijs. Wint 2 y2 millioen frank Nummer 21001 der Reeks H. Dezelfde nummers der andere reek sen winnen een troostprijs van 50.000 frank ieder.

HISTORISCHE KRANTEN

De Gazet van Poperinghe (1921-1940) | 1935 | | pagina 1