De Kwadratuur van den Cirkel Plechtige Aanstelling van den nieuwen Deken, den Z. E. H. HANSSENS. NIEUWS- EN NOTARIEEL AANKONDIGINGSBLAD VOOR POPERINGHE EN OMSTREKEN GEBROEDERS DUPONT DRINKT KING STOUT VAN PRINSES JULIANA WAARHEEN LANDBOUWKRONIEK DRINKT KING STOUT 18 JAAR. NUMMER 3. WEEKBLAD 25 CENTIEMEN. ZONDAG 16 JANUARI 1938. ABONNEMENTEN Jaar. per post16 fr. Congo 25 fr. Frankrijk25 fr. Amerika30 fr. Losse Nummers 0.25 fr. Men abonneert op alle belgische postkantooren. De postabonnenten in Belgie, die van woonst veranderen, moeten dit aangeven in 't post- bureel dat ben bedient, en niet aan ons. Bij elk schrijven naar inlichtingen wordt men beleefd verzocht een postzegel voor ant woord te voegen. Uitgevers-Eigenaars Yperstraat, 2, POPERINGHE. Postcheck 484.59 Telefoon 180 leder medewerker blijft verantwoordelijk voor zijne bijdragen. Bijdragen in te zenden tegen Donderdag middag. Kleine berichten tegen den Vrijdag middag. Naamlooze ingezonden artikels worden in de scheurmand gegooid. AANKONDIGINGEN Per regel 1.00 fr. (minimum 3.00 fr. Rouwberichten minimum 5.00 fr. Bijzonder Tarief voor Notarissen en Deur waarders. Voor dikwijls te herhalen pe- klamen, prijzen volgens overeenkomst. Alle aankondigingen zijn op voorhand te betalen. DE OPDRACHT VAN DEN HEER VAN ZEELAND. NIET RAKEN AAN ONZEN CONGO Of de heer van Zeeland nu zoo als zijn vijanden bewerenzelf aan geboden heeft, om een middel uit te vinden tot redding van de wereld uit het economisch oerwoud, of dat hij zich deze taak door Frankrijk, Enge land en Amerika heeft laten opdragen in elk geval heeft hij daar een kar wei aanvaard, die gelijk te stellen is met de oplossing van het eeuwige vraagstuk der kwadratuur van den cir kel. De toestand is eenvoudig zoo dat alle regeeringen, alle landen, alle vol ken van de wereld er zich volkomen rekenschap van geven, dat een inter nationaal accoord gevonden moet wor den, maar dat allen slechts het oog houden op de voordeelen die zijzelven uit zulk een accoord zouden kunnen trekken en geen hunner bereid is om er eenige ernstige opoffering voor te doen. Het problema, door den heer van Zeeland op te lossen, staat dus zoo gesteld Hoe brengt gij een internationale overeenkomst tot stand, die aan al de deelnemenden profijt aanbrengt, zon der dat één enkele van hen er maar eenige kosten voor behoeft te doen Wij beleven thans den volslagen krankzinnigen toestand, dat terwijl de wetenschap, in 't bijzonder de vlieg techniek en de radio, het eene wonder na het andere afleveren om de ge meenschap onder de menschen te ver snellen, gemakkelijker te maken, de volken, de naties dus nader tot elkaar te brengen, de politiek zich uitslooft om maar even gauw nieuwe en hoogere afsluitingen tusschen hen op te trekken. Dat is dan de autarchie De naties die deze fraaie theorie aankleven -en uit al haar macht wer ken om haar in practijk te stellen, zijn als winkeliers die wel willen dat ieder een bij hen kome koopen, maar er niet aan denken, om ook maar éénen an deren winkelier den penning te gunnen. Het economisch ideaal, door een land als het Reich van Hitier nage streefd, is zoo weinig mogelijk zelf koopen, maar trachten, zooveel moge lijk te verkoopen aan een ander. En laat een ander dus een andere regeering, een andere natie nu tegenover dit noodlottige princiep zoo afkeerig staan als ze willen, wat kunnen ze dan tegenover een land, dat dit princiep toepast, al anders doen dan ...juist hetzelfde Want dat is wel het allerergste aan de autarchie dat zij zich ook aan haar tegenstanders opdringt als ver weermiddel tegen haar belijders. Zoo dwaas zal tenslotte wel niemand zijn om zijn klandizie te gunnen aan een handelaar, die als beginsel aange nomen heeft, niemand anders iets te la ten verdienen. Voor zooveel uitgelekt is van het verslag, hetwelk de heer van Zeeland dan toch, temidden van bijna boven- menschelijk zenuwmoordende beslom meringen, klaargekregen heeft, zou hij voorstellen, dat begonnen werd met de opheffing van alle monetaire be perkingen dat wil zeggen tot de intrekking van alle verbodsbepalingen op den uitvoer van geld, zooals deze in Duitschland bestaan, en, waardoor elke handel met het Reich zoo goed als onmogelijk is geworden. En voor de taak om een internatio naal accoord mogelijk te maken, waar door het geld weer vrij over de we reld zou kunnen stroomen, en aan de thans zoo onbetrouwbare fluctuaties van de wisselkoersen onttrokken zou kunnen worden, zou de heer van Zee land dan de Internationale Bank voor de Herstellingen te Basel het best aan gewezen achten. Wordt zulk middel niet gevonden, dan gaan we ook zonder dat de heer van Zeeland het ons voorhoudt, zullen we 't vanzelf gelooven kunnen daarnaartoe dat de wereld tot twee economische kampen zal worden gespleten vrijhandelsgezinde rein onbeslist gebleven te zijn, op de slagvelden zal moeten worden uitge vochten. Maar intusschen heeft de heer van Zeeland, naar aanleiding van dit ver slag dan, alweer een kop moeten af hakken van den leugendraak, die, met een razernij zonder voorgaande, al maandenlang dag en nacht tegen hem gemobiliseerd wordt, en wiens koppen wel zoolang altijd weer opnieuw zullen aangroeien, tot dat hij eens het middel zal gevonden hebben om ze allemaal tegelijk met één houw af te slaan. Het betreft hier de bewering, door Pertinax den buitenland-redacteur van de Echo de Paris in de we reld gestrooid, als zou de heer van Zeeland voorgesteld hebben, dat aan de verwezenlijking van zijn plan, Bel gie zijn kolonie zou ten offer brengen en aldus het goede en schoone voor beeld geven. Dat moest dan aldus worden ver staan, dat Belgie wel niet zijn Congo aan Duitschland afstaan zou, maar toch aan het Reich de vrijheid schen ken om hem te exploiteeren met de zelfde rechten en vrijheden van de Belgische kolonizeerders. In een interview met de Indépen- dance Beige heeft de heer van Zee land deze bewering gebrandmerkt als valsüh, ongerijmd en schandelijk Hij wil nog altijd onveranderd de Belgische staatsman zijn, die eens in den Senaat verklaarde Een oplossing van het internatio naal koloniaal vraagpunt, omvattend een herverdeeling der kolonies, waar in Belgisch Congo van ver of van na bij zou betrokken zijn, werd door de Belgische regeering onaannemelijk ge acht en ik hoef er bijna niet bij te voegen, zij zal haar nooit aanvaarden. Ons land is deze kolonie verschul digd aan het genie van een zijner ko ningen Belgie heeft er een werk ge wrocht dat de bewondering uitlokt van allen die het kennen. De onschendbaar heid onzer Kolonie is een fundamen teel beginsel der Belgische politiek ...Waaraan de heer van Zeeland, toen eerste minister, de door heel de Natie beaamde verzekering toevoegde, dat Belgie ten allen tijde bereid zal gevonden worden om zijn koloniaal bezit te verdedigen, met al de in zijn bezit zijnde middelen, geen enkele uit gezonderd Géén Belg die dezen eed niet zal hebben toegejuicht, die niet vinden zal dat het volmaakt ongerijmd is, aan ONS zulk offer aan eenige internatio nale overeenkomst te vragen, en dat het eenvoudig ondenkbaar is, dat wij er ooit voor te vinden zouden kunnen zijn. Maar... maar... het ongeluk is, dat alle andere volken aan wie een derge lijk offer gevraagd worden zou, de zelfde goede en afdoende reden mee- nen te hebben om het te weigeren. Iedereen is ervan overtuigd, dat de redding van de wereld niet mogelijk is, zonder offers, maar iedereen meent ook, dat het... de anderen zijn, die deze offers moeten brengen. En dat is dan de noodlottige ronde, waarvan de heer van Zeeland het on dernomen heeft, een vierkant te ma ken. N. G. Sf KORTE FEITEN UIT HET LEVEN VAN NEDERLAND. Het is zeker niet te veel gezegd, dat heel het Nederlandsche volk in deze bewogen dagen in gedachten toeft bij Prinses Juliana. Doen wij dan in dit verband hier en daar een greep in het het autarchistische en het jonge leven der Prinses. Toen Prinses Juliana op 30 April ...Welke verdeeling onafwendbaar 1 1909 het levenslicht aanschouwde, tot een strijd op leven en dood leiden heerschte er groote vreugde in het ge- de h moet, die, na op het economisch ter- j heele land, immers, jaren lang had men pnp<,^°g.e op de verheugende tijding moeten wachten. Op den dag van haar ge boorte, op 1 Mei 1909 werd het Prin sesje officieel bij den Burgerlijken Stand ingeschreven. Zij ontving de na men van Juliana, Louise, Emma, Maria Wilhelmina. De tweede belangrijke gebeurtenis in het leven van Prinses Juliana was haar doop Op Zaterdag 5 Juni 1 909 hield de Koningin haar kindje zelf ten doop in de Willemskerk te 's Graven hage op de plaats, waar ook Haar de doop bediend was. De eerste levensjaren van het Ko ningskind gaan rustig en vreedzaam voorbij. Neerlands zonneschijntje wordt zij genoemd en zoo zien de men schen haar ook, wanneer zij af en toe eens met haar moeder een officieel be zoek brengt. Intusschen heeft de Ko ningin den ernst des levens niet ver geten. Prinses Juliana krijgt een zeer verzorgde opvoeding onder de leiding van, door de Koningin,met groote zorg gekozen paedagogen en professoren. Op muzikaal gebied had Juliana de liefde voor muziek van haar grootmoe der geerfd en gedurende zes jaren ont ving zij vioollessen. De Prinses maakte ook zelf een liedje dat door Catharina van Rennes op muziek gezet en bij tal- looze gelegenheden gezongen werd. Een mijlpaal in het leven van Julia na vormde haar 18de verjaardag, en waarbij zij voor de wet meerderjarig werd. Van rechtswege kreeg zij nu zitting in den Raad van State en ook het genot als vermoedelijke erfgenaam van de Kroon van een jaarlijksch in komen van 200.000 gulden. De Prinses had nu ook de leeftijd bereikt om de Universiteit te bezoeken. Er werd besloten, dat zij in Leiden, de oude sleutelstad, studeeren zou. Onmiddellijk werd de Prinses lid van de Vereeniging voor Vrouwelijke Studenten, met wier leden zij op voet van gelijkheid omging, want het was haar grootste wensch als normaal mensch behandeld te worden. Den 30 Januari 1930 ontving zij tijdens een ceremonie in de Senaats kamer den titel van Eeredoctor in de Letteren. In September van het jaar 1931 bracht de Prinses een tijd op het buitenverblijf Les Tilleuls vlak bij Parijs, door, om haar kennis van de Fransche taal te vervolmaken. In den Zomer van 1933 bracht de Prinses voor de eerste maal een bezoek aan Londen. Hier kon zij zich vrij en ongemerkt bewegen. Het was dan ook geen zeldzaamheid de Prinses tusschen het publiek op een tram te zien wach ten de vervulling van een kinder droom 1 Een belangrijk aandeel nam de Prinses ook in weldadig werk. Zij werd Voorzitster van Het Crisis-Comi té op 23 November 1931 en na het overlijden van Prins Hendrik verving zij hem in de betrekking van voorzit ster van het hoofdbestuur der Vereeni ging het Nederlandsche Roode Kruis. Een tweede mijlpaal in het leven van Prinses Juliana waren haar verloving en het kort daarop volgende huwelijk met Prins Bernard van Lippe-Biester- feld. Groot was de vreugde in Neder land. Nu volgen de gebeurtenissen el kander snel op. Op 19 December 1936 vond de ondertrouw plaats te Den Haag en op 7 Januari 1937 trad het Bruidspaar in het huwelijk. Van heinde en verre waren de Ne derlanders naar Den Haag gekomen om van de feestelijkheden getuige te zijn. Een dag na deze grootsche plechtig heid aanvaarde het bruidspaar de hu welijksreis, welke drie maanden zou du ren en den 6 April kwam het vorste lijk echtpaar terug, om onmiddellijk zijn intrek in het Paleis Soestdijk te nemen. Wel zelden beleefde het Nederland sche Volk zoo'n ontroerend oogenblik, als toen de geliefde Prinses Juliana, na haar bezoek aan Amsterdam, waarbij zij haar echtgenoot aan de bevolking voorstelde, een radio-rede hield, waar in zij persoonlijk meedeelde, dat zij binnen afzienbaren tijd Moeder hoopte te worden. Sinds dien tijd leven de lage landen bij de zee in spanning en afwachting, en de emotie in die da gen, die aan den blijden dag voor afgaan, is een bewijs te meer voor de groote liefde en genegenheid, die heel het volk voor zijn Prinses koestert. A. d. 1. P. Vele menschen vragen, kommervol, waarin de nieuwe richting leidt, wel ken weg de samenleving nu opgaat en waar zij zal uitkomen Het is allemaal zoo gansch anders dan vóór den oorlog al wat wij hooren en zien valt zoodanig uit onze gewoonten, dat velen geheel onthutst en verbijsterd staan kijken naar de dingen, die rondom hen gebeuren. Het doet zoo vreemd in de wereld De strijd om het leven is hard en dit nog wel het meest voor de kleine burgerij en neringdoeners, die, na de bittere beproevingen van den oorlog en het gedeeltelijk verbruiken van hun geld- vermogen, geen voldoende, middel vinden om hunne renten te herstellen en hunne klein-nijverheid en hunnen kleinhandel herop te beuren. De le vensduurte drukt het zwaarst op hen, want de werklieden hebben door hun ne syndikaten weten te bekomen dat hunne loonen den algemeenen opslag gevolgd zijn, en de groote nijveraars en handelaars verhoogen den verkoop prijs hunner waren naarmate de stij ging van de onkosten der voortbrengst. Na den oorlog is de toestand der klein-burgerij aanmerkelijk erger en gevaarlijker geworden door den gewel digen aanval, welke zij te verduren heeft van de werklieden-syndikaten en van de groot-nijverheid en de groote handelshuizen de strijd tusschen ka pitaal en'arbeid is daarbij zoo hevig dat de middenstand tusschen beide zou kunnen verpletterd worden. De gevol gen van dezen toestand voor de sa menleving kunnen heden nog niet be rekend worden, maar het is zeker dat de ondergang van den middenstand ook de maatschappelijke orde en rust zou vernietigen. De ootzaken liggen diep en vooral in den geestestoestand van de klein- Durgerij zelf 1 de weinige verstand- ïouding die altijd onder de midden standers heerschte 2) de ongelukkige jaloerschheid tegenover de mededin gers 3) het niet waardeeren van den vooruitgang op technisch gebied, waarvan alleen de groote instellingen weten gebruik te maken. De naastenliefde komt immer in het gedrang, want een mensch denkt te gemakkelijk dat hij zijne eigene zaken verbetert. Als hij deze van eenen mededin ger in het nadeel kan stellen, of als rij hem eenige kalanten kan afnemen met beterkoope waar te leveren, zon der er over na te denken dat zulks wederkeerig is en aldus de algemeen- reid ten schade komt. Het lijdt geen twijfel dat er eerst en vooral moet gezórgd worden voor betere overeen- comst en meer solidariteitsgevoel on der de burgers, die malkander moeten iefhebben, steunen en helpen, om hun nen stand recht te houden en op te aeuren. Op wetenschappelijk en technisch gebied moet de middenstand den grooten vooruitgang volgen en nuttige instellingen tot stand brengen, als be- roepssyndikaten, vakonderricht, werk van den leertijd, werk van het klein machiengereedschap, kredietkas, eige- naarsbelangen, voordrachten, studie- cring, met één woord, alles wat den aurger kan helpen tot zijne ontwik- teling en de verbetering van zijn be roep. Op politiek gebied moet de kleine aurgerij zich eene belangrijke plaats weten in te winnen, door in de open- aare besturen vertegenwoordigers te ciezen die als bekwame, bevoegde en ijverige verdedigers van hare belan gen kunnen optreden, vooral in dezen tijd van klassenhaat en klassenstrijd. De eendrachtige samenwerking der standen is heden eene hoogdringende noodzakelijkheid geworden en daar om moeten er politiekers zijn, die dat maatschappelijk doel hooghouden en tunnen eischen door hunne werkdadig- ïeid, dat de burgerij en de midden stand hunne gewichtige plaats in de samenleving bewaren. Voorzeker, dit alles kost moeite en opoffering, want de taak is zoo groot maar houden wij steeds in het oog dat de nood der samenleving nog veel grooter is de vastberadenheid, de werkdadigheid van al de bekwame elementen der burgerij moeten deze taak, met al haren adel en verheven SS F -wspsf' grootheid, tot een goed einde brengen N EO DE ALLERBESTE BALSEM TEGEN m kader van de hedendaagsche Zondag laatst, 9 Januari, had al hier de plechtige aanstelling plaats van Z. E. H. Hansserrs, voorheen Eco noom van het Klein Seminarie van Roeselaere, als Pastoor-Deken, en die thans den Z. E. Kanunnik Vervaecke zou vervangen. Rond 1.45 uur namiddag, was aan St. Michielsgesticht in de Duinkerk straat, de Z.E.H. Hanssens aangeko men in gezelschap van den Hoogweer- digen Heer J. Mahieu, vikaris-gene- raal, en van Zijne twee Getuigen de ZZ. EE. HH. Kanunniken Verhamme voorzitter van het Groot Seminarie te Brugge en Quaghebeur superior van het Klein Seminarie te Roeselaere. De Z. E. Hanssens werd er verwel komt door de Geestelijke en Wereld lijke Overheden. De Heer Burgemees ter J. Vandooren, sprak er, namens de Stad, volgende gelegenheidsrede uit. Rede van Heer Julien VANDOOREN, Burgemeester der Stad Poperinghe. Eerwaarde Heer Pastoor-Deken, Achtbare Toehoorders, Als Burgemeester der Stad Poperinghe valt mij de eer en het genoegen te beurt Ued., als Pastor van Sint Bertinuskerk, en Deken van Poperinghe, hier in het openbaar .e mogen gelukwenschen met uwe eervolle benoeming. Wij zijn er fier op, U te mogen welkom heeten in onze geliefde Stad alwaar het geestelijk welzijn U toevertrouwd wordt, alsook het stoffelijk welzijn onzer bevolking in de maat van het mogelijke. Het Stadsbestuur is er wel van bewust dat de lastige taak welke Uwe hooge bedie ning medebrengt, toenadering tusschen de burgerlijke en geestelijke overheid vereischt, toenadering welke gewenscht en zelfs onmis baar is om tot eene afdoende oplossing te geraken, die noch de geestelijke noch de burgerlijke belangen krenkt. lit ben dan ook verheugd hier te mogen verklaren dat het Stadsbestuur al het moge .ijke zal bijbrengen om de gemeenschappe jke banden en de goede verstandhouding te taten voortduren welke hier in Poperinghe usschen burgerlijk en geestelijk gezag alsnu bestaat. Het Stadsbestuur zal zijn best doen om de moeilijke taak van den Eerweerden Pastor Deken Hanssens zooveel mogelijk te ver dachten en dit voor het welzijn onzer be volking. Met de voetstappen na te volgen van den Eerweerden Deken Vervaecke, die om reden van zijnen hoogen ouderdom, zijne eervolle bediening verlaat, zijn wij overtuigd dat on- 7. n nieuwen aangestelden Pastor-Deken Hanssens, met zelfden iever en toewijding de geestelijke belangen der inwoners zal weten te behertigen. Wij wenschen hem daarover eene goede gezondheid. Mochte hij later als zijn eer- biedwaardigen voorganger zijn Jubileum vie ren van vijf-en-twintig jaar Pastor-Deken op Sint Bertinus Parochie. Wees dus welkom onder ons. De achting, de liefde en genegenheid onzer bevolking is U reeds verzekerd. Met Gods hulp zal zulks nog aangroeien dit door Uw wijs beleid en Uwen minzamen omgang. Vooraleer te ein digen verzeker ik U hier nogmaals, Eerweer- 'e Fleer, dat gij van de Burgerlijke Overheid immera allen mogelijken steun en bijstand zult mogen verwachten. Om 2 uur zette een gevormde stoet zich in beweging en werd aan de poort van St. Michiels in oogenschouw ge nomen.Men toog verder langs de Duin kerk-, Noord- en Gasthuisstraat, de Groote Markt, Vlaming- en Priester straten, naar de St. Bertinuskerk. Langs gansch den doortocht bevonden zich veel toeschouwers. De Z. E. H. Hanssens, met de Vi- karis-Generaal, de twee Getuigen, Fa milieleden, Kerkraad, Burgemeester, Schepenen, Gemeenteraadsleden, Ge- noodigden en Vrienden sloten zich aan bij den stoet. In de kerk had vervolgens de Litur gische Aanstelling plaats door Z. H. de Vikaris-Generaal J. Mahieu. Na eene plechtigheid aan het Altaar, werd een bezoek gebracht aan de doopvont, den biechtstoel en den predikstoel. Een diepdoordachte gelegenheids aanspraak werd alsdan gehouden door Z. H. de Vikaris-Generaal, die meteen hulde bracht aan den afgetreden De ken Z.E.H. Vervaecke en den nieuwen Deken aan zijn parochianen voorstelde Deze plechtigheid werd besloten met een plechtig lof en na afloop ervan, had een hartelijke ontvangst plaats in het gasthof De Katholieke Kring Wij wenschen den Z. E- H. Deken Hanssens, welkom binnen onze Stad, en f»9pen dat hij van een langdurig Bestuur zou mogen genieten, dit tot welzijn van gansch onze geliefde Po- peringsche Bevolking. DEN HOEST. Te verkrijgen in en toekomstige ontwikkeling en her- de Apotheek LEURIDAN, Bertenplaau, 8, te vorming van het maatschappelijk le- ven. D. W. Goed Hooi en goed Weiland zijn winstgevend. In ons land zijn ongeveer 500.000 Ha. weiland, waarvan een groot ge deelte slecht verzorgd wordt. De land bouwers hebben ongelijk en doen wel zich de woorden van den landbouw kundige Gasj3arin te herinneren Ve le landbouwers hebben zich geruineerd door veel akkerland te hebben men noemt er echter geen, die slechte za ken gedaan hebben, omdat ze veel veel weiland hadden. Goede weiden, geven een schoonen en productieven veestapel. Goede graslanden kan men op verschillende manieren benuttigen ofwel laten afgrazen, ofwel maaien. Weidegang is zeer aanbevelens waardig in onze streken we bekomen er betere en meer melk door daarom wordt in het land van Herve ^4 van het weiland afgegraasd, het overige wordt gemaaid. Om een goede weide te hebben moeten we zorgen voor een goede flora en een doelmatige bemes ting. De flora bestaat best uit vele grassen en weinig vlinderbloemigen en enkele planten die tot andere familien behooren. Wat de bemesting aangaat, moeten de noodige voedende elementen (stik stof, fosfoorzuur, potasch) in gepaste hoeveelheden toegediend worden. Te veel stikstof bevordert te zeer de gras sen, ten nadeele der klavers. Om een goede flora te behouden, zullen we jaarlijks in den Winter een mengsel uitstrooien per Ha. van 800 kgr. Syl- viniet-Kainiet, of 300 kgr. chloorpo- tasch en 800 kgr. metaalslakken in de maand Maart strooit men nog 200 kgr. ammoniaksulfaat uit dit wordt lichtjes onder geegd. Veel potasch begunstigt de klavers en geeft veel malsch gras daardoor eten de dieren meer en geven ook meer en betere melk dit gras is ook zeer goed voor het mestvee. Als we de weide verzorgen op hoog- vermelde manieren, dan zullen de landbouwers niet meer zeggen het hooi brengt niet op of koeien bren gen niets op Deze omstandigheid is vooral te wijten aan een gebrekkige voeding, die zelf een gevolg is van den armen grond, die slechts minder waardig voeder levert. Gustaaf Gillekens. LIJDT NIET MEER Indien gij gemarteld wordt door Rheuma- tiek, 1 leupjicht, Rugpijn, Verrekkingen of Kneuzingen indien gij een slachtoffer zijt van verkoudheden op de borst, lees de aan kondiging van Liniment Sloan die op de pagina van dit blad te vinden is. Daar zult gij de zekerste en krachtdadigste manier vinden om U van uwe pijnen te bevrijden.

HISTORISCHE KRANTEN

De Gazet van Poperinghe (1921-1940) | 1938 | | pagina 1