iiewwone Iniernailonaie DBHFEOEBSEN
klare taal
Lord Halifax spreekt de Taal van
het Hernieuwde Engeland.
Plechtige Inhuldiging van
Hoe méér Vrees voor Oorlog
des te méér Kans op Vrede.
o anzi o
12.000 FR PRIJZEN (Gewaarborgd)
Heer Dr Jos. Van Walleghem
als Burgemeester van Poperinge.
NIEUWS- EN NOTARIEEL AANKONDIGINGSBLAD VOOR POPERINGHE EN OMSTREKEN
DUPONT GEBROEDERS
STAD POPERINGHE
19 JAAR. NUMMER 28.
WEEKBLAD 25 CENTIEMEN.
ZONDAG 9 JULI 1939.
ÜAZET VAK POPERIKGHE
ABONNEMENTEN
ll Jaar, per post16 (r.
Congo 25 fr.
Frankrijk25 fr.
Amerika30 fr.
Losse Nummers 0.25 fr.
Men abonneert op alle belgische
postkantooren.
AANKONDIGINGEN
De postabonnenten in Belgie, die van woonst
veranderen, moeten dit aangeven in 't post-
bureel dat hen bedient, en niet aan ons.
Bij elk schrijven naar inlichtingen wordt
men beleefd verzocht een postzegel voor ant
woord te voegen.
Per
Uitgevers-Eigenaars
Yperstraat, 2, POPERINGHE.
Postcheck 484.59 Telefoon 180
leder medewerker blijft verantwoordelijk voor
zijne bijdragen. Handschriften worden in
geen geval teruggegeven. Bijdragen in te
zenden tegen den Donderdag middag.
Kleine berichten tegen den Vrijdag middag.
Naamlooze artikels worden niet opgenomen.
regel 1.00 fr.
(minimum 3.00 fr.)
Rouwberichten minimum 5.00 fr.
Bijzonder Tarief voor Notarissen en Deur
waarders. Voor dikwijls te herhalen re-
klamen, prijzen volgens overeenkomst.
Alle aankondigingen zijn op voorhand te
betalen.
IN GEVAL VAN EEN NIEUWEN AANVAL, ZAL ENGELAND
DADELIJK MET AL ZIJN KRACHTEN INGRIJPEN
t Zij, die Lord Halifax aan de radio
lebben beluisterd en dat zal wel
lechts een kleine minderheid van onze
nedeburgers zijn, want de rede werd
;ehouden, zonder voorafgaandelijk
am-tam die hebben, naar gelang
Ie rede vorderde, met een zekere ver-
•azing kunnen mijmeren, over de ge-
veldige evolutie, die de Britsche po-
itiek in de laatste maanden, heeft on-
lergaan.
De tijd van het splendid isole-
nent is inderdaad nog niet zoo ver
veg en het is nog zoo lang niet gele
ien, dat, in continental Europat, met
ien zekere vreugde, vernomen werd,
lat Engeland eindelijk uit zijn al te
;emakzuchtige afzonderingsroes begon
e ontwaken.
Na de rede van lord Halifax mogen
ve zeggen, dat 't volledig ontwaakt IS.
Het was als de taal van een her-
tieuwd Engeland van een Engeland,
Jat we sedert den oorlog niet meer
ladden gekend van het Engeland.dat
ve, in den loop der eeuwen, herhaal-
Jelijk op dezelfde wijze hebben zien
eageeren, wanneer zich iemand, in Eu-
opa, het recht aanmatigde, om als al-
eenheerscher te willen optreden; maar
/an, een Engeland, waarvan men nog
tl algemeen in den vreemde dacht, dat
tfet in decadencie was vervallen.
Lord Halifax onderlijnde het zelf.
Vlaar hij voegde er onmiddellijk bij,
dat zij die over Engeland dit oordeel
nebben geveld er zelf voor gezorgd
vebben, dat Engeland uit zijn lethar-
gischen slaap zou ontwaken.
En hij ging verder met te zeggen
'■x dat elkeen maar gereedelijk moet
aannemen, dat Engeland niet zinnens
s, te wijken voor smaad, noch geweld.
:Jke beleediging ons land toegebracht,
ïlke grove uitdaging tegenover wat wij
ief hebben en besloten hebben te ver
dedigen, kan ons enkel dichter tot el-
caar brengen, ons besluit vaster leggen
ïn onze loyauteit verhoogen tegenover
ren, die onze gevoelens en verzuch
tingen' deelen
I Lord Halifax herhaalde, in zijn rede,
rok de verschillende verplichtingen,
Jie zijn land aangenomen heeft, te
genover bepaalde landen van het Eu-
•opeesche vasteland.
Maar het volstaat niet, zei de Brit
sche staatsman, verplichtingen op zich
:e nemen. Men moet zich ook in staat
stellen, om ze te vervullen.
En dan onderlijnde hij de geweldige
nspanning, die het land in de laatste
maanden gedaan heeft en nog doet,
rm zijn verdediging op den vasten
grond, op zee en in de lucht, doelma
tig in te stellen.
Hij riep er de aandacht op in, dat
ichter deze geweldige inspanning, de
"onverzettelijke wil schuilt van een volk
dat nauwer en eendrachtiger is dan ooit
Maar onmiddellijk na deze uiteen
zetting over Engeland's macht, ging
Lord Halifax verder met duidelijk te
verklaren, dat nooit dit militair appa
raat in actie zal worden gesteld, dan
ter verdediging tegen een aanval.
En hij zegde hiervan, dat, van deze
waarheid, elkeen in den lande over-
'tuigd is, terwijl hij ook meent, dat de
meeste menschen in de andere landen
'er ook zoo over denken, ondanks de
propaganda, die tracht het tegenover
gestelde te doen gelooven.
Wat nu in Engeland ook algemeen
'geweten is, maar wat men elders nog
altijd niet zoo zeker schijnt te geloo-
ven, is dat, in geval van een nieuwen
aanval, wij besloten zijn om, ONMID
DELLIJK gebruik te maken van de al
geheelheid van onze krachten, om de
verbintenissen te vervullen, die wij
hebben aangegaan.
En de minister stelde dan de han-
II delwijze aan de kaak van zekere
menschen, in de landen, waarvan de
internationale filozofie verschilt van
de Engelsche en die, over de hande-
lingen van Engeland en over zijn zoo-
genaamde omsingelinfjspolitiek laster
verspreiden.
Hierover zei hij nl. dat elkeen er
over verbolgen is, wetende, dat die be-
I weringen valsch zijn en dat zij, die er
verantwoordelijk voor zijn, dit even
goed weten als wij. Deze dingen gaan
OP KERMIS-DINSDAG 11 JULI 1939
om 2.30 uur namiddag, op den Hippodroom
GROOTE HEERLIJKHEID, Woestensteenweg
niet ongemerkt voorbij, evenmin als
de uitdagende beleedigingen, die onzen
landgenooten, verder weg, zijn aange
daan.
Zoo omvatte, in één zin, Lord Hali
fax alle die landen, ook Japan in
het v'erre Oosten, die in zich den
drang gevoelen, om, onder voorwend
sel van méér Lebensraum die vrij-j
heid en de onafhankelijkheid van an
dere landen te willen afnemen.
En over den Lebensraum had
spreker het dan nog al breedvoerig.
Hij wees erop, dat indien Duitsch-
land zich nu afgezonderd gevoelt, het
dit enkel en alleen aan zich zelf te
wijten heeft. Door een autarchisch re
giem isoleert het zich zelf op econo
misch gebied, terwijl het, door zijn po
litieke daden, ook een bestendige oor
zaak is van angst voor de andere lan
den.
Wat de levensruimte zelf betreft, dit
woord, dat we nog méér zullen hooren
gebruiken, moet steeds van dichtbij
worden bestudeerd.
In elk geval, wordt het niet opge
lost door de opslorping van nieuwe ge
bieden. Hiervan is Duitschland een be
wijs, vermits het, uit Nederland, Italië
en Tsjechie, werklieden moet doen ko
men, die het noodig heeft voor zijn
nijverheid en zijn landbouw, terwijl
3elgie en Nederland, die men als over-
aevolkt zou kunnen beschouwen, door
een productieven arbeid, het gevaar
ervan hebben kunnen afwenden.
Na dan nog eens herhaald te hebben
dat Engeland den pas zou afsnijden,
aan al wie tot geweld zijn toevlucht
zou nemen, besloot Lord Halifax zijn
rede met eraan toe te voegen, dat heel
iet Engelsche volk niets beters vraagt,
dan, door een vredelievenden weg, een
oplossing te geven voor alle hangende
vraagstukken, en terloops, citeerde hij
ook, onder deze kwesties, de koloniale
eischen, wat wel beduidt, dat Engeland
onder geen enkel voorwendsel, een
struikelsteen wil leggen op den weg
van den vrede.
Op een oogenblik, waarop de heer
Daladier in de Kamer, nog maar pas
verzekerde, dat méér dan drie millioen
man, aan s Lands grenzen verzameld
zijn, was het goed, dat zij, die er toch
eens konden van droomen, om de we
reld een nieuwe onzekerheidsperiode
te bezorgen, zooals verleden jaar, de
zoo duidelijke en klare, en tevens moe
dige en vastberaden taal hoorden, die
ord Halifax door den aether heeft
doen klinken. M.
Verzekerde medewerking der beste paarden
Gemak van Treinen en trams alle richtingen.
Zie de Lijst der Ingeschreven Paarden op onze Tweede Bladzijde.
DE POLITIEK VAN DEN DAG
ZAL ZONDER BLOEDVERGIETEN WORDEN TERUGGEWONNEN
HEFTIG ARTIKEL VAN GOEBBELS
TEGEN ENGELAND.
Onder den titel De afgehakte kin
derhandjes schrijft minister Goebbels
in de Volkischer Beobachter over
de Engelsche propagandamethoden.
Engeland beproeft thans weer het
zelfde wat het tijdens den oorlog met
zoo groot succes gedaan heeft. De hui
dige Engelsche propagandastrijd tegen
Duitschland is even driest en even bru
taal als toen.
De afgehakte kinderhandjes in
nieuwe uitgave kunnen bij het Duitsche
volk en ook bij het grootste deel der
wereld geen indruk meer maken.
De volken der aarde weten waaraan
zij zich te houden hebben. Engeland
moge zich zijn bondgenooten zoeken
waar het wil, maar niet in het Duitsche
volk. Daar zal het slechts een hoonge
lach ten antwoord krijgen.
Wanneer de Engelschen het op een
machtstrijd met Duitschland willen la
ten aankomen, hebben zij niet te doen
met den Fuhrer of met een leidenden
kring. Dan treedt hun het gesloten 80
millioenen volk der Duitschers tege
moet.
Zij zouden er dus goed aan doen,
andere wegen dan die van het gewa
pende conflict te zoeken. Want dti zou
geen succes opleveren en het acute ge
vaar meebrengen dat Groot-Brittannie
zijn wereldrijk verliest.
Londen moet zich meer in het realis
me oefenen en de harde en onveran
derlijke feiten onder de oogen durven
zien.
De meest beteekenisvolle uitlating in
de Duitsche pers, deze jongste dagen,
is wel, dat het genie van Hitier ma
ten zal, dat Danzig aan Duitschland
zal terugkeeren zonder bloedvergie
ten
En zelfs werd daarbijgevoegd, dat
iet gebeuren zal op een manier, die
voor heel de wereld een verrassing zal
zijn.
Werd hiermee bedoeld, dat de
Vrijstad aaan het Reich als een
over-rijpe vrucht in den schoot zal val-
en, wanneer ze vanbinnen zal zijn uit
gehold, door de nazis die er, thans bij
duizendtallen, als toeristen binnen
dringen.
...Op een gemoderniseerde manier
van het paard van Troje alzoo, en
op een teeken uit Berlijn, tot aan de
tanden gewapend, te voorschijn zullen
comen en de stad in bezit nemen
Zóó kan 't niet zijn, als men toch
zegt, dat de terugkeer van Danzig tot
iet Vaderland zonder bloedvergie
ten geschieden zal, want de Polen
zien dit maneuver beter dan wie ook
en ze hebben klaar en nadrukkelijk
genoeg gezegd, dat ze zich de Vrijstad
niet, op welke manier ook, door ge
weld zullen laten afnemen.
...Waarbij thans nog de formeele,
voor geen twee uitleggingen vatbare
verwittiging van de Engelsche en de
Fransche regeering is gekomen, dat ook
deze landen iedere Duitsche geweld
daad te of voor Danzig, als een oor
logsverklaring zal worden beschouwd.
Het Duitsche volk weet dus
wéét, op een manier die geen twijfel
toelaat dat het, indien het Polen
zijn uitweg naar de zee wil ontnemen,
het daarvoor zal moeten vechten.
En. indien velen, aan dezen kant
van de barricade, nu de vraag stellen
of het de moeite waard is om voor
Danzig, alle risicos van een nieuwen
Europeeschen oorlog te nemen, dan
mogen we er wel van denken, dat ook
het volk in Duitschland en in Italië
zichzelf met niet minder ernst de ei
genste vraag stelt.
En dat ieder bericht over kans op
ontspanning in den toestand door dit
volk met evenveel opluchting wordt
vernomen als door alle andere.
Duitschers en Italianen kunnen thans
door hun verknechte pers nóg zooveel
de hersenen worden volgepropt met
legenden over de omsingeling die
rond hen wordt uitgevoerd, zóóveel
verstand zullen ze toch wel behouden
hebben, om niet te weinig te denken
over hetgeen er voor henzelven aan
een oorlog gewaagd zou zijn.
En zeker dan wel het Duitsche volk
De grootste dank, welken het aan
zijn leger van 1914-18 wijdt, is dat
het den Vaderlandschen grond voor
de gruwelen van den krijg heeft kun
nen behoeden. Dat, als het tenslotte
voor de overmacht zwichten moest,
zulks was, temidden van de puinhoo-
pen en de kerkhoven die het in 't
Feindesland gesticht had.
Maar nu zal er wel géén Duitscher
zijn, om zich nog in te beelden, dat
een aanval op Frankrijk weer eens met
dezelfde schoone kansen gewaagd zou
kunnen worden.
Frankrijk, dat in 1914 volkomen
onvoorbereid was, is thans, zoo goec
als het Reich een volk in wape
nen een formidabele muur een
keten van tientallen Verduns als
waartegen de Kronprinz z'n kop te
pletter liep rekt zich uit van Luxem
burg tot in de Jura. En indien de hulp
van Engeland voor Frankrijk niet meer
problematiek is, en nog heelemaal te
organiseeren, zooals in 1914, dan kun
nen de Duitschers weten, dat beide
luchtvloten tezamen sterk genoeg zijn,
om hun iederen vliegeraanval op een
Fransche of een Engelsche stad, oogen-
blikkelijk te Keulen, te Dusseldorf of
te Frankfurt met woeker betaald te
zetten.
Waarbij dan nog al komt, dat de
Britsche vloot op 't oogenblik reeds
gereed ligt, en het heele operatieplan
ïeeft uitgewerkt, om met de blokkade
van Duitschland te beginnen.
Met de Maginot-linie, langs den
eenen, en de Siegfried-linie langs den
anderen kant, zijn de kansen om den
oorlog buiten 't land te houden voor
de Franschen thans niet kleiner dan ze
voor de Duitschers zijn, maar voor de
Duitschers zijn de gevaren en de scha
de van uit de wolken zeker niet kleiner
dan voor de Franschen.
Om deze berekening te maken, zal
zeker wel niemand over betere gege
vens beschikken dan Hitler-zelf, en de
méér geruststellende berichten over
zijn intenties ten opzichte van Danzig
zullen zonder den minsten twijfel dan
ook wel hun oorsprong vinden in de
dare en resolute taal, door de ver
antwoordelijke Britsche en Fransche
staatslieden, als Lord Halifax en Dala-
dier in den jongsten tijd gevoerd.
Zoo wordt nogmaals bewezen, dat
de vrede door Engeland en Frankrjik
het best wordt gediend, door allen af
keer voor den oorlog uit te drukken,
maar zonder vrees voor 't geval, dat
hun deze zou worden opgedrongen.
Zeker de vraag of Polen voor En
geland en Frankrijk een oorlog waard
is, kan nog altijd worden gesteld, en
het antwoord erop zou nog niet zoo
direct bevestigend behoeven te zijn,
indien het om Polen-alléén ging, in
dien het hier een volkomen af- en uit
zonderlijk geval gold.
Maar nu is de toestand zóó, dat Po
len nog slechts een schakel vormt in
de keten van de solidariteit tusschen
de democratische en vrijheidslievende
naties, en... dat iedere keten maar juist
zoo sterk is als haar.zwakste schakel.
Het komt er thans op aan, den dic
tatoren van de as aan 't verstand
te brengen, dat er een grens is aan de
vrees voor een oorlog bij de andere
volken, waardoor zijzelven zich ten
slotte alles geoorloofd zijn gaan ach
ten.
Nemen Frankrijk en Engeland het
voor Polen op, dan nemen ze 't daar
door vooral op voor zichzelven.
Zooals de Duitsche overstrooming
thans dreigt, zou het even dwaas van
hunnentvyege zijn, den dijk langs Po
len te laten dóórspoelen omdat deze
breuk dan toch niet vlak vóór hun
deur ligt.
Maar zoo dwaas is men te Parijs
noch te Londen. Men heeft er begre
pen, dat de overweldiging van Polen
voor Duitschland geen einde beteeke-
nen zou, maar nog slechts een begin,
en dat men door Polen thans aan zijn
lot over te laten, het gevaar van een
oorlog slechts zou kunnen vergrooten,
met aanzienlijke verkleining van de
kans om hem te winnen.
N. G.
Zondag laatst had in onze Stad de
Plechtige Inhuldiging plaats van Heer
Dr Joseph Van Walleghem, als Bur
gemeester van Pope?:inge.
Deze grootscne feesten werden den
Zaterdag avond ingezer met Kanonge
bulder en klaroengeschal van op den
toren van St. Bertinuskerk
Zondag morgen om 9 Yl uur gingen
de Stadsoverheden en Officieele Ge-
zagbekleeders in stoet, met het muziek
van de Katholieke Kring, den heer
Burgemeester ten zijnen huize afhalen,
om zich vervolgens naar de Plechtige
Hoogmis in St. Bertinuskerk te hegeven
Na de Hoogmis gaf de Koninklijke
Philharmonie onzer stad, onder de
kundige leiding van Heer Moreau, een
prachtig Kunstconcert, hetwelk met
een dreunend handgeklap werd be
groet door de talrijke toehoorders.
's Namiddags werd de Stoet ge
vormd in de Veurnèètraat, waaraan na
genoeg al de maatschappijen der stad
deelnamen.
De stoet was in twee deelen ver
deeld
Op kop stapte de Koninklijke Phil
harmonie, waarop de 28 Huldegroe-
pen en Praalwagens volgden.
Allen hadden gewedijverd om iets
schoons te vertoonen en verschillende
groepeeringen verdienden alle bewon
dering.
Vervolgens kwam het Katholiek
Muziek gevolgd door de Afgevaar
digden der Poperingsche Gilden, met
hun Vaandel.
Deze prachtige stoet werd in oogen-
schouw genomen door den Heer Bur
gemeester en de Burgerlijke Overheid
van op het verhoog aan het Stadhuis,
alwaar verschillende groepen welgeluk
te dansnummers uitvoerden.
Daarna nam de Heer Burgemeester,
omringd van de Heeren Cassiers, Le-
febvre en Sansen, schepenen plaats in
een rijtuig en namen rang in den Stoet,
gevolgd door de Heeren Gemeente
raadsleden en de Burgerlijke Overheid.
Op gansch den doortocht waren de
straten prachtig versierd ook werden
er door verschillende inwoners bloe
men den Heer Burgemeester aangebo
den.
Gekomen op de Groote Markt werd
de stoet ontbonden. De Heer Burge
meester legde alsdan zijn aangeboden
bloemenruikers op het Standbeeld der
Gesneuvelden van Poperinge terwijl
de Koninklijke Philharmonie de Bra-
banqonne speelde, gevolgd door het
spelen van de Vlaamsche Leeuw door
het Katholiek Muziek.
Op hetzelfde oogenblik had een los
lating van Duiven plaats op de Groote
Markt.
De Heer Burgemeester en de Bur
gerlijke Overheden begaven zich als
dan op het verhoog bij het Stadhuis.
De Heer Julien Casisers, Eerste
Schepen, nam het woord, en hield er
volgende rede
REDE VAN HEER JULIEN CASSIERS,
Hooggeachte Heer Burgemeester,
en Beste Vriend,
Vandaag heeft onze geliefde stad haar
schoonsten feestdos aangetrokken, aan alle
huizen en gebouwen wapperen veelkleurige
vlaggen, overal is het een weelde van bloe
men en kransen, vreugde en blijdschap
straalt uit de aangezichten om het aanstellen
van onzen nieuwen Burgemeester.
De bronzen stemme onzer klokken, de
grootsche triomfbogen, de talrijke opschrif
ten brachten U reeds de hartelijke welkom-
groeten en de heilvolle wenschen onzer gan-
sche Poperingsche Bevolking.
Gansch Poperinge viert heden met hart
en ziel.
Burgers van alle standen en van alle
denkwijzen gaan vandaag hand in hand en
spannen broederlijk hunne beste krachten
in, om U, Heer Burgemeester, op de meest
luisterrijke wijze, hunne diepste tevredenheid
en rechtzinnige hulde te betuigen.
En daarover zal te Poperinge wel niemand
verwonderd zijn.
Wie immers, kent er niet onzen goeden
en braven Dokter Van Walleghem In zijn
doktersambt, door zijn grondige wetenschap
en grenzelooze toewijding, in zijn burgers
leven, door zijne rechtschapenheid en zijne
gulhartigheid, heeft hij het vertrouwen zij
ner zieken en de genegenheid zijner Stads-
genooten, sinds vele jaren reeds, gewonnen
en behouden.
Heer Burgemeester, gij, die tot nog toe,
voor uwe zieken, de goede, edelmoedige en
verkleefde Dokter waart, zult ook van nu af
aan, de echte Burgervader zijn, in den ver-
hevendsten zin van dit woord, 't is te zeggen
de Burgemeester van iedereen, rijk en arm,
en van welke gezindheid ook, met als eenig
doel, den bloei en groei onzer Stede en de
welvaart van al onze medeburgers van gelijk
welken stand. En dit, wij weten het allen,
vraagt een opofferingsgeest en eene onbe
perkte toewijding. Maar niemand ook twij
felt er aan, of Gij met eere en waardigheid,
de glansrijke reeks onzer Poperingsche Bur
gervaders zult voortzetten.
Poperinge, hoofdstad van het vermaarde
Hoppeland, bekleedde altoos eene waardige
plaats in de rij onzer West-Vlaamsche Ste
den. Welvaart en voorspoed, Rust en Vrede,
Werkzaamheid en Ondernemingskracht, von
den hier steeds een dankbaar terrein, Taal
en Zeden der voorouders bleven er in eere.
Onder uw Bestuur, Heer Burgemeester, zal
Poperinge zich zelf waardig blijven. Gij, die
zooveel menschenkennis bezit, die dagelijks
met raad en daad, hulp en bijstand weet te
verleenen, die zoo goed den ader- en pols
slag van ons leven nagaat gij ook zult
weldra den harteslag kennen van onze Stad,
hare behoeften, en verlangens, hare ver
wachtingen en idealen.
Vol liefde en genegenheid, zult Gij man
moedig streven voor haren bloei en voor
uitgang, voor haar zedelijk en stoffelijk wel
zijn. Alle Burgers zullen voor U gelijk zijn
en met uw vriendelijk woord en uwe inge
boren minzaamheid zult Gij hen steeds ten
dienste staan.
Heer Burgemeester, om te sluiten, druk ik
den vurigen wensch uit, U nog vele jaren
aan het hoofd te zien onzer Stad. Mochte
God U mildelijk zegenen en bijstaan in de
uitoefening van uw verheven ambt.
Aldus zal het Burgemeesterschap van Dok
ter Van Walleghem eensdaags met gulden
letters aangeschreven worden in de vromo
geschiedenis onzer duurbare Poperingsche
stede.
Leve lang onzen Burgemeester.
Daarop antwoordde de Heer Burge
meester met volgende toespraak
REDE VAN DEN HEER BURGEMEESTER.
Mijne beste Medeburgers van Poperinge,
Dames en Heeren.
Diep ontroerd door die prachtige huldi
ging die mij te beurt valt is mijn eerste
woord een woord van welgemeende erken
telijkheid en dank.
Dank aan de Heeren van de Feestcom
missie, dank aan allen, groote en klein, die
aan dit prachtig feest hebben medegewerkt
en deelgenomen. De prachtig bevlagde en
versierde straten en woningen, die praal
bogen, die heerlijke indrukwekkende stoet,
waaraan gij allen Poperingenaren eensgezind
hebt medegeholpen, leveren mij de getui
genis van de genegenheid en de geestdrift
waarmede gij deze huldiging tot stand hebt
willen brengen.
Ik ben verheugd vast te stellen dat U
allen, Poperingenaren, zonder onderscheid
hebt willen deelnemen aan dit feest en dat
alle gezindheden hier thans vereenigd zijn.
In den geest dezer eensgezindheid wensch
ik er op te steunen dat ik al dien lof en al
dat huldebetoon niet wil aanzien als gericht
tot mijn persoon maar tot het hooge ambt
van burgemeester dat mij werd opgedragen.
Ik beloof U deze hulde altijd indachtig te
zijn en al mijne beste krachten veil te hebben
voor 't belang en 't heil van al de Pope
ringenaren. Ik zal de burgemeester zijn van
allen, van groot en klein, van arm en rijk,
van gelijk welke politieke partij zij ook
wezen.
Ik zal trachten te samen met de Heeren
Schepenen en Gemeenteraadsleden die mij
allen hunnen steun beloofd hebben, de stad
vredelievend te besturen in een breede geest
van verdraagzaamheid, tot welzijn van een
ieder.
De eerste en hoogste plicht van den bur-