België staat paraat met het Wapen aan den Voet De Zenuwen-Oorlog In het Westen Na het Alarm bij het Oproepen van PhaseD trad Zondagavond in ons Land weer ontspanning in Geen dreigend gevaar 2ft JAAR. NUMMfiR 3. WEEKBLAD 25 CENTIEMEN ZONDAG 21 JANUARI 1940. ABONNEMENTEN Men abonneert op alle belgische postkantooren. NIEUWS- EN NOTARIEEL AANKONDIGINGSBLAD VOOR POPERINGHE EN OMSTREKEN AANKONDIGINGEN DUPONT GEBROEDERS Yperstraat, 2, POPERINGHE a Geen paniekstemming a. u. b. M. DE KWESTIE VAN DE HUISHUURWET. MISVERSTANDEN. WAT DE OORLOG AAN ENGELAND KOST 40 van het nationaal inkomen tegen 60% in 1914-1918 Een Duitsch economist over de blokkade HUIS GILBERTA HOE MEN IN DUITSCHLAND OVER DEN OORLOG DENKT. DE BEPERKING VAN HET VLEESCHVERBRUIK IN FRANKRIJK DRINKT GASTAR BIER Hoe men in Duitschland bij den aanvang van 1940 over den oorlog denkt. DRINKT KING STOUT DE MILITAIREN MET VERLOF TERUGGEROEPEN. DE PHASE D ZONDAG AVOND KWAM ER ONTSPANNING. EEN OFFICIEELE MEDEDEELING. ENKELE GEBIEDEN ONTRUIMD AAN DE OOSTGRENS. VLUCHTELINGEN DER ONTRUIMDE GEBIEDEN TE NIEUWPOORT ONDERGEBRACHT HOE DE ONTRUIMINGEN ZIJN VOORZIEN In geval van een aanval uit het Oosten, het Noorden en het Zuid-Westen POPERIli'GHE I Jaar, per post Congo Frankrijk 16 25 25 fr. fr. fr. Amerika (en andere landen) 30 fr. De postabonnenten in België, die van woonst veranderen, moeten dit aangeven in het postkantoor dat hen bedient, en niet aan ons Elk schrijven naar inlichtingen moet verge zeld zijn van een postzegel voor antwoord Uitgevers-Eigenaars Postcheck 484.59 Telefoon 180 Ieder medewerker blijft verantwoordelijk voor zijn bijdragen. Handschriften worden in geen geval teruggegeven. Bijdragen in te zenden tegen den Donderdag 's middags. Kleine berichten tegen den Vrijdag middag Naamlooze artikels worden niet opgenomen Gewone berichten, per regel Kleine berichten (minimum) Rouwberichten (minimum) Voor dikwijls te herhalen reklamen, prijzen volgens overeenkomst 1.00 fr. 4.00 fr. 5.00 fr. Alle aankondigingen op voorhand te betalen Vrijdagavond, had de radio een overigens Zaterdag bevestigd bericht medegedeeld, volgens hetwelk de re geering enkele nieuwe veiligheidsmaat regelen ging nemen. Aangezien deze nieuwe maatregelen samenvielen met het weer naar huis zenden van verschillende duizenden ge- mobiliseerden, vaders van drie kinde ren, was dit bericht niet vanaard, om eenige onrust bij de bevolking te wek ken. En zie, plotselings vindt het Belgi sche N.I.R. het Zaterdagavond noodig, om na alle tien minuten, en na daar voor zijn speaker te hebben gemobili seerd, wiens stem het best voor offi- cieele lijkplechtigheden in aanmerking komt, een bericht uit te zenden, volgens hetwelk allen, die met verlof zijn, hun korps moesten vervoegen. Men kan begrijpen, hoe dit nieuwtje voortdurend op luguberen toon her haald, zoodat het moest gehoord wor den door allen, die, in den gezelligen huiskring, wat muziek aan 't beluiste ren waren, onmiddellijk en overal een algemeen gevoel van spanning moest wekken. Op het uur, waarop dit bericht werd uitgezonden, was het, voor vijf en ne gentig procent der verlofgangers, ten volle onmogelijk om, ook langs den snelsten weg, hun kazerne nog dien avond te bereiken. Daarom begrijpen we niet goed, vermits deze verlofgangers toch maar Zondag in den loop van den dag te- rugbinnen konden geraken, waarom men het N.I.R. toeliet of opdracht gaf, dit bericht op dat uur en op die wijze uit te zenden. Wie Zaterdagavond-laat nog op weg was, die kon er onmiddellijk het droe ve resultaat van gadeslaan.In de hoofd straten ontstonden weer samenscholin gen de late-avond-uitgaven der dag bladen, die niets méér konden melden, om de eenvoudige reden, dat er niets méér was, werden letterlijk uit de han den der verkoopers gerukt, en vermits de bladen niet den uitleg gaven, dien de weetgierige lezer er hoopte in te vinden, begon elkeen zijn persoonlijke meening aan zijn buurman te vertellen, zoodat het niet overdreven is, wanneer we zeggen, dat er gauw een soort pa niekstemming over de menschen ging, die, bij feestjes of in café's, nog bijeen zaten. Dat verbeterde natuurlijk niet, wan neer, in den loop van den nacht, weer oproepingsbrieven werden uitgedragen en men, Zondagmorgen, op alle tram rijtuigen en in alle straten weer reser visten zag optrekken, met het traditio- neele pakje, waarrond, met het oog op de nijpende koude, nu, meestal, een deken was gerold. Ook hier willen we een kleine op merking maken. Het is begrijpelijk, dat de overheden de politieagenten, ge last met het uitdeelen van de oproe pingsbrieven, uitzenden op uren, wan neer men erop kan rekenen, dat de meeste mannen thuis zijn, zoodat de brieven persoonlijk kunnen ter hand gesteld worden. Maar wanneer zulks gebeurt om drie vier uur 's nachts, dan kan dat opbel len niet anders, of het maakt niet enkel den opgeroepen soldaat wakker, maar ook al de andere bewoners van het huis en soms ook de buren, aangezien zulk geschel gewoonlijk gevolgd wordt van wat heen-en-weergeroep tusschen een halfslapenden man, die uit het ven ster eener bovenverdieping komt kij ken en een agent, die al minder en minder vriendelijk wordt, naarmate hij hier en daar langer wordt opgehouden en zelf minder vriendelijk wordt ont haald. Zulks wat de wijze betreft, waarop de mededeelingen der twee laatste da gen aan het publiek en aan de betrok kenen werden bekend gemaakt en o- vergebracht. Wat nu den grond der zaak betreft, begrijpt men, dat de regeering er niet aan houdt te preciseeren, wat zij met 4e n#Buw9tte OTproepinjfe* Vöor doel heeft. Algemeen bekent men, in welinge lichte kringen, nochtans dat men Vrij dag weer een zekere algemeene ver scherping van den internationalen toe stand gewaar werd en dat, al scheen deze toestand Zaterdagmorgen weer gunstiger, toch besloten werd, de maat regelen te doen uitvoeren, waartoe men Vrijdag had besloten. Maar de regeering legt er, in een mededeeling van Zondag, den nadruk op, dat er, hierbij, geen enkele reden is, om uit deze maatregelen tragische gevolgtrekkingen te maken. De regeering roept er des te drin gender de aandacht op in, omdat, nog méér in het buitenland dan in 't Land zelf, de onzinnigste berichten worden verspreid. Werd Zondag van Engelsche zijde zelfs niet het nieuWs verspreid, dat Duitsche troepen de Belgische grens zouden overschreden hebben Maar zonder zich te laten gaan tot het aanhooren van zulke berichten, moeten we bekennen, dat heel wat Belgen al te zeer geneigd zijn, om al lerlei minder fantatische nieuwtjes te aanvaarden, die door den eersten den besten «man in de straat» worden ver spreid. De absolute onzekerheid waarin elk een van den minister tot den een- voudigen werkman verkeert, om trent de werkelijke inzichten van de oorlogvoerende partijen, werkt zulks natuurlijk in de hand. Maar dit moet ons des te omzichti ger maken, in het geloof hechten aan welke strategische beschouwing ook, die gemaakt wordt, in verband met de verdere ontwikkeling der gebeurtenis sen. Men moet geen strateeg zijn, om te begrijpen dat de oorlog, die in Finland gevoerd wordt en deze aan de Sieg- fried-Maginot-liniën er twee heelemaal verschillende zijn De Russisch-Finsche oorlog is er nog eens een «met panache» een, zooals we er ons in onzen tijd van moderne techniek geen meer voorstelden een oorlog waarbij we nog getuigen zijn van de volle ontplooiing van de indi- vidueele kwaliteiten van de strijders. En deze oorlog is volop aan gang. Die aan de grens van Elzas-Lotha- ringen is er daarentegen één, waarbij de twee vijanden zich verschanst hou den achter twee lang op voorhand op gemaakte en sedert vier maanden nog voortdurend en steeds geweldiger ver sterkte stellingen. Een oorlog, waarbij de twee vijan den blijkbaar aarzelen, om het groote offer te brengen, dat zal geëischt wor den van hem die, kost wat kost, zal willen doorbreken. Daarom kunnen we begrijpen dat, bij de werkelijke strategen die dezen oorlog voeren moeten, nog eerder dan bij de straatstrategen, de gedachte moet opgekomen zijn om, op de eene of andere manier, de stalen muren te keeren En dat zulk opzet, op een gegeven oogenblik, een der neutralen, die aan de uiteinden van dezen stalen spil lig gen, in het gedrang zou kunnen bren gen, is zóó vanzelfsprekend, dat het niemand verwonderen moet, indien on ze regeering alles doet, om tegen het oogenblik, waarop zich een verande ring in den toestand aan het Westelijk front zou kunnen voordoen, gansch paraat te zijn. En wie zegt er ons, dat deze reden, op zichzelf, niet voldoende is, om de nieuwe maatregelen te wettigen Een reden te meer, om elke paniek- zaaierij te keer te gaan. En hoe kunnen we zulks best, dan met allen, die den schijn willen wek ken alsof ze er méér van weten, den rug toe te keeren, terwijl, dank zij ons le ger, België paraat staat, met het wa pen aan den voet Naar aanleiding der huishuurkwestie die, tengevolge van de huidige omstan digheden, aan de orde van den dag is, bestaan verschillende misverstanden, waaronder in de eerste plaats, dat ze kere gemobiliseerden of hun echtge- noote meenen, dat zij geen huishuur schuldig zijn, en in de tweede plaats dat de doorsneeburger, hetzij door werkloosheid of vermindering van za ken, recht heeft op een vermindering der huur. In het geval der gemobiliseerden moeten wij er nogmaals op wijzen, dat de huur ten allen tijde verschuldigd blijft. Wel kan er van rechtsvervolging van een wederopgeroepene geen spra ke zijn, doch betaalt hij nu de huur niet, dan blijft zijn schuld volledig. In het geval van de mogelijke ver mindering van huur worden wenschen, die geuit werden voor werkelijkheid genomen. Er werden vragen in dien zin aan den minister van Financies gesteld doch deze heeft er moeten op wijzen, dat de vermindering van huur ook ver mindering van inkomsten der belastin gen zou beteekenen, waar geen spraak kan van zijn, omdat de staat op die inkomsten rekent. Het ware te wenschen dat de hoo- gere overheid van nu af, een duidelijk besluit nam, betreffende de regeling van achterstallige huurschuld. Zoo zou er eenerzijds een gezonde toestand ge schapen worden, niet alleen voor de eigenaars, doch tevens voor de voor naamste huurders, die volgens hun akt, de huur voor een geheel huis moeten betalen, waar tegenover hun onder huurders soms in gebreke blijven. En anderzijds zouden zekere huurders, die nu in gebreke blijven, omdat zij mee nen, dat later kwijtschelding van beta ling zou kunnen volgen, liever van nu af een inspanning doen, vooral, als er een officieel besluit zou genomen wor den, dat, bij den terugkeer van de nor male omstandigheden van hen telkens een paart bij geëischt zal worden, tot de schuld effen is. Volgens een der jongste beramingen bedraagt de prijs van den huidigen oorlog 40 ten honderd van het natio naal inkomen van Groot-Brittannië dan wanneer in 1918 de verhouding 60 ten honderd was. De productie der Britsche nijverheid is anderzijds 50 ten honderd hooger dan het getal van 1918. De opbrengst van munitie is verdubbeld gedurende de zes laatste maanden en de opge maakte plans zullen opnieuw de getal len verdubbelen in de komende zes maanden. In Groot-Brittannië wordt een arti kel onderlijnd, dat de heer Emil Helf- ferich, voorzitster van de Hamburg- Amerika-fijn heeft laten verschijnen in het blad Vierjahresplan van maarschalk Goering. De heer Helfferich zou daarin ver klaren, dat de macht van Engeland den Duitschen overzeeschen handel op het doode punt gebracht heeft, zooals in 1914-18». Bovendien zou een groo te hoeveelheid koopwaren opgestapeld liggen in de groote Duitsche havens en aldus iedere vervoermogelijkheid lam- leggen. De heer Helfferich herinnert verder aan zijn lezers het ordewoord van den Führer zelf, dat Duitschland uitvoeren moet of sterven. De economist stelt dan drie eischen De Duitsche regee ring moet het noodige kapitaal leveren voor de groote handelshuizen deze moeten geen huur meer betalen, en de toelating hebben personeel door te zen den de regeering moet zorgen voor een andere soort van zaken. ism 41, GASTHUISSTRAAT. In het Fransche staatsblad verscheen een nieuw decreet aangaande de beper king van het vleeschverbruik door de burgerbevolking in Frankrijk. Dit verbruik is volgens de officieele kringen nog steeds te groot, gezien de omvangrijke behoeften van het leger en de wenschelijkheid de invoeren uit het buitenland, welke deviezen verei- schen zooveel mogelijk te beperken. In plaats van de huidige regeling ko men de volgende bepalingen lederen Maandag en Dinsdag is de verkoop van runds-, kalfs- en schapen- vleesch verboden en iederen Vrijdag de verkoop van alle vleeschwaren van welken aard of in welken vorm ook. Onder dezen maatregel vallen ook de restaurants, café's, hotels, pensions, enz., wien het niet geoorloofd is scho tels met de verboden vleeschwaren op de zooeven genoemde dagen op te die nen. De hiermee door de overheden uitgevaarde verscherping der bestaan de regeling is slechts van betrekkelijk geringen omvang. Wat den Vrijdag be treft, is alleen paardenvleesch in de lijst der verboden artikelen opgenomen. Voor den Maandag is er geen ver andering, terwijl voor den Dinsdag, op welken dag tot dusver alleen rund- vleesch verboden was, dit verbod nu wordt uitgebreid tot kalfs- en schapen- vleesch. Een novum is echter de bepaling van 't nieuwe devreet, waarin gezegd wordt, dat het in de restaurants, café's enz., verboden is tijdens denzelfden maaltijd aan denzelfden klant meer dan één vleeschschotel op te dienen van welken aard ook en dat deze scho tel niet meer dan 150 gram vleesch met been of 1 00 gram vleesch zonder been mag bevatten. Dit is de allereerste maal, dat in Frankrijk, op welk gebied ook, het ver bruik van een artikel van overheids wege wordt bepterkt. Van Duitsche zijde wordt gemeld De bekende militaire schrijver, over ste Georg Soldan, schrijft in de «Deut sche Allgemeine Zeitung» afgaande op den tegenwoordigen toestand over den «merkwaardigen oorlog» waarvan men nauwelijks een voorbeeld vindt in de militaire geschiedenis. Daarom ook schijnt deze oorlog licht toe, zegt hij. Daaruit kan echter gemakkelijk het gevaar ontstaan, dat deze oorlog lich ter wordt beschouwd, dan de wereld- krijg van 1918. De schrijver gaat dan voort als volgt Ook in dit opzicht moet het nieu we jaar een aanleiding zijn, eens na te denken op hetgeen komen kan, en ze ker komen zal op gebeurtenissen, die ons volledig bereid moeten vinden. We moeten deze niet alleen ondergaan, doch hen beheerschen tot de laatste actie Duitschland's overwinning brengt We weten heden niet, of de oorlog van het Westfront, ondanks alle versterkin gen, niet eenmaal na de huidige halte in een geweldigen oorlog zal veran deren. Ofwel zal misschien op een ander nieuw front een bewegingsoorlog ont staan met verschrikkelijke verwoestin gen. Over dezen oorlog moet in ieder ge val militair beslist worden. Het laatste woord zal door den soldaat gesproken worden, die thans aan het Westfront geduldig wacht én vol verloochening stand heeft te houden. Hij zal voorze ker nog door een hoogere kracht ge dragen worden, dan de legers van den wereldoorlog, die drie jaren lang dien zenuwslijtenden oorlog voerden rond loopgraven, nesten en kuilen, tusschen draadversperringen en granaattrechters Men zal ervaren, dat de Duitsche sol daat, in de periode tusschen den ge weldigen aanval in het Oosten en de plichtvolle verdediging in het Westen, slechts geleerd heeft, zijn slagen im mer meer vernietigend te laten vallen. Het uur zal komen De eerste merkbare teekenen van de nieuwe spanning, die zich Zaterdag 11. voordeed, was de terugroeping van de militairen in verlof. Een tragisch karakter kreeg in de radio de officieele mededeeling, dat al de militairen met verlof werden terug geroepen naar hun eenheden. Allerlei geruchten deden de ronde. Men sprak van paniekstemming te Luik en in de Oostkantons, en het is begrij pelijk dat de troepenbewegingen en de ontruimingen, die kort daarna wer den bevolen, geen geruststellend ka rakter hadden. Behalve de wederoproepingen van Zondagmorgen en die ook nog Maan dagmorgen werden voortgezet, wordt bij het afkondigen van phase D de algemeene leiding van alle zaken, het ministerie van Landsverdediging be treffend, in handen gegeven van het Algemeen Hoofdkwartier dat met deze faze wordt opgericht. Het ministerie van Landsverdediging is op dit oogenblik, ten gevolge van die beslissing, nog enkel een admini stratief orgaan. Het leger staat thans volkomen on der het rechtstreeksch bevelhebber schap van den Koning, wat overigens voorzien was in het algemeen mobili satieplan en door den Koning zelf werd bekend gemaakt, in de proclamatie af gekondigd bij het uitroepen van der mobilisatietoestand. In de hoofdstad worden thans de openbare gebouwen, zooals de ministe ries, het N.I.R., het Parlement, enz., militair bewaakt. In al die gebouwen is een bestendige militaire wacht aanwezig. Zondagavond kon men vaststellen, dat in de gewone treinen slechts de beperkte alarmverlichting werd aange bracht. Zondagavond merkte men dat op nieuw een ontspanning was gekomen. Niemand bleek geneigd, of in staat te zijn nauwkeurig te zeggen waarom deze verbetering in den toestand was ingetreden, maar het leek duidelijk dat het kritieke moment andermaal geluk kig voorbij was. Tot deze stemming droeg machtig bij het Engelsche bericht, waarin ge zegd werd, dat men te Londen geen en kele reden zag om oogenblikkelijk een inval in Nederland of in Belgie te vree zen. Het spreekt van zelf, dat men er in de regeeringsmiddens meer van weet, en dat het alarm niet uit de lucht ge grepen werd. Uit het officieuze Belga-bericht aan gaande deze ontspanning kan men ove rigens duidelijk opmaken dat deze ont spanning inderdaad een gelukkige wer kelijkheid is, maar dat niettemin ons land de grootste waakzaamheid moet blijven aan den dag leggen. Zondagavond deelde het agentschap Belga het volgende mede Men moet zich hoeden voor de ge ruchten die in omloop werden gebracht bij gelegenheid van de thans getroffen veiligheidsmaatregelen. Deze hebben in hoofdzaak de versterking van het leger tot doel daar overgegaan wordt tot faze D. en door zekere alarmschik kingen die getroffen werden in de le gereenheden. Het algemeen hoofd kwartier werd samengesteld wat een automatisch gevolg is van de verster king van het leger op faze D. Het is echter onjuist te beweren dat de algemeene mobilisatie is uitgeroe pen. Het is onjuist dat de alarmtoe stand voor een bepaalde streek werd afgekondigd. Het is onjuist dat nieuwe beslissingen werden getroffen betreffen dé hét Wegbrewgen vön de Burgterbe volking en de ontruiming van fabrieken De maatregelen die thans in uitvoe ring zijn betreffen n.l. zekere voorra den in de fabrieken aanwezig en waar toe reeds voor enkele maanden was be sloten. Enkele honderden personen uit de grensdorpen werden naar het binnen land gebracht. De maatregelen, die in de jongste dagen werden getroffen, be wijzen, dat de regeering zich niet wil laten verrassen. Geen enkele gebeurte nis wordt aan het Belgisch publiek ver borgen gehouden en de onafhankelijke berichtgeving, waarover het beschikt, en tevens de vrijheid waarvan de pers geniet, moeten de openbare opinie tot kalmte aanzetten. In de toekomst zul len nog alarmeerende geruchten in Bel gie en in het buitenland worden ver spreid. Dezen namiddag is men zelfs zoover gegaan in Engeland te publicee- ren, dat de Duitschers de Belgische grens waren overgerukt. Dergelijke dwaze berichten kunnen niet den minsten invloed uitoefenen op onze medeburgers. Belgie blijft kalm, maar staat met het wapen aan den voet. In den nacht van Zaterdag op Zon dag, werden al de bewoners van de Oostelijke grensstreken, wier woonhui zen gelegen zijn nabij een kunstgebouw of monument dat bij een gebeurlijken inval gevaar liep om te worden vernie tigd, en dezen die woonden nabij een bijzondere spoorweglijn of een belang rijken tunnel, gewekt en verzocht on middellijk op te trekken naar veiliger oorden. Wie een auto bezat laadde er al op wat het voertuig bevatten kon zij die over geen voertuig beschikten, pakten zoo snel mogelijk enkele valie zen in en trokken er te voet op uit naar onbekende bestemming of werden met een tram of een camion vervoerd. Er heerschte groote drukte op de ba nen en verkeerswegen. De treinen re den in den nacht van Zaterdag op Zon dag niet verder dan Verviers. Zondagmorgen bleek eenieder op zijn plaats te zijn en in de omstreken van Luik was het leven weer normaal. Rond halfelf werd officieel bekend gemaakt dat het alarm voorbij was en dat ieder naar zijn haardstede mocht weerkeeren. De verplaatsing van een deel der be volking van de cantons Eupen en Mal- medy en St. Vith werd Maandag voort gezet. Ook het ziekenhuis te Verviers en het Tehuis voor ouden van dagen al daar is ontruimd. Een extra-trein met burgers uit deze streek kwam te Nieuw- poort aan de meesten zijn bij de plaatselijke bevolking ondergebracht, andere meer gegoede gezinnen namen hun intrek in hotels te Nieuwpoort Bad. In antwoord op de vraag van een senator naar aanleiding van de voor ziene ontruimingen, werd door den minister van Landsverdediging het vol gende geantwoord De evacuatie van de burgerlijke be volking is uitgewerkt geworden in ver schillende veronderstellingen van aan vallen uit het Oosten, het Noorden of het Zuid-Westen. In al deze veronderstellingen behoort de te evacueeren bevolking tot de twee taalstelsels. De allereerste zorg, bij de bereiding van de werken, was de bevolking zoo spoedig mogelijk over te plaatsen. Deze kwestie gaat gepaard met de best mogelijke benuttiging van het apdorwégnet, en met de mogelijkheid

HISTORISCHE KRANTEN

De Gazet van Poperinghe (1921-1940) | 1940 | | pagina 1