I
3
wog nemen
to krijgen het wegnemen van dit overtollig vocht is juist het doel
ile,' droging.
Zooals men ziet is hel drogen der hopbellen, 'l is te zeggen het
wegdrijven van zulke aanzienlijke hoeveelheid water, geen klein spel
vooral als men in acht neemt de scheikundige en mecanische samen
stelling der hopkegels die zeer ingewikkeld is.
Hoe krijgt men dit gedaan Om aan eene gegevene zelfstandigheid
water te ontrekken is er eene andere stof van noode die hel water
opneemt deze laatste slof is gewoonlijk de lucht. Het gras dal
afgemaaid is droogt in de weide bij middel van de lucht, evenzoo is
hel gelegen met het vlas dal men 'in - kapellekens en het graan
dat men op stuiken zet.
Is hel dan niet de warmte die do eigenlijke agent der droging is?
zal ons zeer waarschijnlijk de lezer vragen.' Neen, de warmte is geen
lichaam en kan dus geen vocht opnemen, zij kan alleen meehelpen
lol hel bespoedigen dor droging. - Dan is het de wind zal nog
een ander doen opmerken. Ja, vriend Lezer, maar de wind is
anders niet dan lucht die in beweging is zooals men ziet is het
eigenlijk de lucht die hel drogen veroorzaakt. Nu dit vermog. n van
de lucht is beperkt en gansch afhankelijk van zijnen warmtegraad.
Lucht die 15 graden Celsius warmte heeft de middelmatige warmte
binst den droogtijd kan slechts, per cubieko. meter, 12 grammen 8
waterdamp opnemen.
1000 liters 1'"') lucht op O graden warmte nemen op 4 gr. 9 water.
1090 - 10 - 9,-1
1000 15 12,S
1000 20 17,1
1000 25 22,S
1000 30 30,1
1000 40 50,7
10O0 50 82,3
1000 75 239,3
1000 100 288,4
Hieruit blijkt dal het vermogen van de lucht tot het opnemen der
waterdampen stijgt, met haren warmtegraad men zal reeds van nu
af begrijpen waarom onze hopplanters in hunnen ast vuur maken.
1)11 is'uiel alles de lucht, waarvan hier liooger spraak, is water-
orije. lucht, iets wal wij in do praktijk zelden tegenkomen in ons
maritiem klimaat bevat d lucht tamelijk veel vocht, hetgeen niet
voortkomt in de hooge streken. Veronderstellen wij dal de lucht, in
het droogseizoen, reeds <50 u/„ water bevat, zoo zal het cijfer van ’t
wezenlijk opslorpingsvermogen aan 15° C. zooveel verminderen en
1° 8X40
slechts 10 “C van 12,8 uitmaken of 5 gram. 12.
1000 liters lucht kunnen enkel nog 5 gr. 12 water opnemen om
dat zij reeds 7,(58 gr. waterdamp bevatten. Moest nochtans diezelfde
lucht op 50" warmte gebracht worden gelijk hel gewoonlijk ge-
|)l.ll,.| dan neemt het opslorpingsvermogen spoedig toe want
1000 1. lucht zouden in die voorwaarden 82,3—7,(>8-= 71 gr. i>2