54
en
de Marking Act voor de vreemde hop voorgeschreven werd.
Zonder kieschheid of nauwgezetheid zou een handelaar wel,
naar beliefte, op zijne balen naam en herkomst gezet hebben
hij zou het daarop laten aankomen dat zijn bedrog ontdekt
wierde
De Britsche Regeering heeft dit ook ingezien zij blijft nog
wachten om een wetsvoorstel (Marking of Foreign Hops) in te
dienen. (1)
3. ll7et op bieruerualsching.
Volgens de vakkundigen Egbert Hooper. Chapman en Neame
gebruiken Engelsche brouwers allerhande kruiden ofwel schei
kundige stoffen in plaats van hop. (2)
Kruiden gelijk bitterhout (Quassia antara),gentiaan Gentiana
lutea). waterklaver (Menyanthes trifoliata), chiretta (.4galhotix
chirayta), kamille (Anthemis nobilis) enz. geven wel een
bitteren smaak aan het bier, maar wat- kunnen zij bijdragen tot
de bewaring
Tannine, voortkomende uit Acacia catechu, Cinchona soorten,
uit galnoten of uit bast van eiken en wilgen kan toch in
’t brouwen van bleeke ale niet verbruikt worden het kan
alleen dienen bij sommige donkergekleurde biersoorten
Anderzijds wenden de Engelsche brouwers ook scheikundige
stoffen aan als bederfwerendmiddelen calcium-, natrium-, en
potassium-sulfiden en salicylzuur.
Sedert 1901 zijn zij verzocht op hunne brouwverklaringen op
te geven hoeveel hopsubstitutes (surrogaten) zij gebruiken.
In 1905 werden er 43.900 pond gebruikt. Volgens een man van
't vak, F. Neame, kan 1 pond surrogaat 30 pond hop vervangen
in 1905 werd er alzoo omtrent 1.300.000 pond min hop verbruikt.
Ook was de Regeering te akkoord met de hopcommissie om
eene strenge wet voor te stellen, waardoor het gebruik van
hopsurrogaten beperkt en verboden wordt. Ter oorzake van
den ieverzuchtigen strijd tusschen de Lordskamer en het
Lagerhuis, is dit voorstel nog niet als wet gestemd.
4. Onderricht van den hopplanter
Op last van het Landbouwministerie verschenen er in het
maandschrift van ’t Landbouwbeheer verschillende opstellen
over hopteelt
Fred. Theobald. De insecten en verwante ziekten der hop.
(1) De Hopboer. 1908, bl. 4 84.
(2) Egbert Hooper, aangeh. werk bl. 205. Simmonds, aang. werk, bl. 125
en volg. Report of the Select Committee, p. XX-XXI.