Schattingen Provinciab verordening ter verbetering Een BeSgisch-Kongo Vliegtuig verongelukt van het Runderras in Afrika. 12 dooden. UIT LEISELE Afsterven van H. HENRI VANDENBERGHE, Burgemeester De Moordzaak van Komen voor de Boetstraffelijke Rechtbank van leper Midtienstondsbc!ai*gen Naar de Veralgemeening der Gezinsvergoedingen UIT NOORD-FRANKRIJK Feestviering bij de Boerengilde te Poperinge De 14e Handelsfoor te leper Bijvc-gsel aan De Peperingenaar De Halte »f De Toekomst en De Leicbode van Zondag 7 Februari 1937. Nr 6. fft iihiétui m r> (Verleden week niet gegeven bij gebrek aan elektrische drijfkracht voor onze zetmachienen.) HET ONGELUK Het vliegtuig O. O. A. G. R. Savoya-Marchetti-vliegtuig van de Sabena, dat dienst deed tusschen België en Kongo, is Dinsdag 26 11. in den namiddag te pletter gevallen nabij het vliegveld La Senia te Oran, Algerië. Te I7 uur seinde het vliegtuig dat het de radiographische berienten ging stopzetten, ten einde te kun nen landen. Alles ging toen goed aan boord. I Enkele oogenblikken later zag men van op het vliegveld La Se nia het vliegtuig in loodrechte lijn dalen en aldus ten gronde stuiken. Een vliegtuig vertrok onmiddel lijk om het verongelukte vliegtuig op te sporen. Het heelt dit vrij vlug weergevonden, althans wat er van (het vliegtuig nog overbleef. Het daalde in de onmiddellijke omge ving. 1 Het gansch vernielde vliegtuig lag het onderste boven en was nog slechts een hoop verwrongen ijzer, waartusschen de vreeselijke ver minkte lijken van mannen en vrou wen. De vier leden der bemanning en de acht passagiers waren allen om gekomen. Op het oogenblik der ramp was het weder vrij schoon. DE REIS VAN DE <O.O.A.G.R.» De machine was een dier lu- xueuse toestellen die de regelma- ttige dienst verzekeren tusschen het moederland en de kolonie. Steeds werd deze dienst zonder hinder .waargenomen door het vliegtuig dat met de laatste vervolmakingen I uitgerust was. Het vliegtuig had Dinsdagmor gen Gao verlaten te 5.3o uur. Het bad een tusschenlanding gedaan te Aguelock te 7.3o u. en was er terug vertrokken te 7.55 u., om te Reg- gan aan te komen te ii.iou. Het toestel verliet laatstgenoemde stad j om 11.40 u. en was te Colomb-Bé- char aangekomen te i4.IOU., van waar het te 14.10 u. vertrok naar Oran. Het vliegtuig had dus zijn dag vertraging goed gemaakt. Het was de 5ic vlucht heen en terug naar Belgisch Kongo. Alles was goed gegaan tot enkele stonden voordat het had moeten landen nabij Oran. DE VERONGELUKTE BEMANNING De verongelukte bemanning, be staande uit de piloot August Clos- set, den hulppiloot Marcel Liedts, de radiotelegrafist Roger Maer- schalck en de mekanieker René Verfaillie, werd een der beste aan zien van de Sabena. Aug. Closset had reeds 000.000 km. vlucht en reeds 25 reizen naar Kongo afgelegd. Hij was geboren te Venders in 1909, en Verfaillie te St Pieters-Jette in 1901. Closset was gehuwd zonder kin deren, evenals Maerschalck. Liedts was ongehuwd en Verfaillie had vrouw en twee kinderen. DE PASSAGIERS De slachtoffers van het ongeluk zijn, buiten de vier leden van de bemanning: Mevr. Gueldof, MM. Bossaert en Thommes, M. en Mevr. Dieudonné en M. Pirsoul, en de kommandant Mauri ts Jam ar. De postvracht werd gered. DE OORZAAK. Eerst werd gedacht dat het stuur moest gebroken zijn maar thans wordt net meest geloofd dat de antenne, bij het intrekken, zich rond het roer moeten hebben ge nesteld en dat daardoor de piloot het vliegtuig niet meer kon bestu ren. Daardoor zou ook verklaard worden dat het verongelukte vlieg tuig onderste boven lag. Een onderzoek werd ingesteld. HET OVERBRENGEN DER LIJKEN. DE BEGRAFENISPLECHTIGHEDEN. Per paketboot -werd het stoffelijk over schot der 12 slachtoffers naar Marseille overgebracht, van waar de lijkkisten per spoor vertrokken met bestemming naar Brussel. De lijken kwamen Dinsdag 11., in den avond te Brussel toe. De stoffelijke resten der passagiers werden onmiddellijk naar de plaats der bestemming overgehracht, naar den wensch der familie der overledenen. De lijken der vliegeniers werden opge baard in de Noordstatie te Brussel en op de lijkkisten werden de eeremerken vast gespeld welke hen posthumm door Z. M. Koning Leopold III werden toegekend. Woensdag morgen werden de leden der verongelukte bemanning met groote plechtigheid ten uitvaart geleid. De Mi' nisters Rubbens en M.-H. Jaspaar woon den de plechtigheden bij. Het lijk van den hulploods Liedts werd nadien naar Zottegem vervoerd om er ter aarde be steld te worden. PLECHTIG TER AARDE BESTELD OP ZATERDAG 30 JAN. L.L. GRAFREDE Uitgesproken door H. NESTOR PILLAERT, Gemeentesecretaris. Diepbedroefde Familie, Achtbare Toehoorders, Het is met een gevoel van Innige droef heid dat ik, in naam van den Gemeente raad van Leisele een laatste vaarwel kom toesturen aan het stoffelijk overschot van onzen dierbaren Burgemeester, Heer Henri Vandenberghe. Geboren te leisele den 14 April 1861, werd hij als gemeenteraadslid gekozen den 18 Oktober 1903, en door Koninklijk Besluit van 15 April 1920 benoemd tot Burgemeester der gemente leisele. Hij was vereerd met de gouden Medalie der Orde van Leopold. II en de Eeuwfeest- Medalie. Door zijn minzaam karakter, zijne rond. borstigheid en de goede genegenheden van zijn edelmoedig hart, won hij bij allen de algemeene achting en het alge meen vertrouwen. Altijd was hij bereid om iedereen met raad en daad bij te staan; dit was zijn grootste genoegen, wanneer hij zijn even- mensch kon behulpzaam zijn. Overal waar hij zich bevond, in de vereenigingen waarvan hij deel uitmaak te, onderhield hij nauwkeurig de stand- regels der Maatschappijen, stond weldra aan het hoofd ervan en deed ze aan groeien en bloeien. Hij was een goed bestuurder en wijs raadgever; geen moeite spaarde hij voor de belangen der gemeente, welke hem tot ©p het einde van zijn leven bekommerden. Wij allen hier vereenigd bij zijn laat ste rustplaats zullen nooit vergeten het- gene onzen duurbaren afgestorvene op stoffelijk, zoowel als op zedelijk gebied op onze vreedzame gemeente gedaan heeft, met ze op het hoogste punt van welstand te brengen. Burgemeester Vandenberghe muntte bijzonderlijk uit door zijne voorzichtig heid en spaarzaamheid, die op alle gebied voordeelig was, aangezien hij hier op onze gemeente, in de vervlogen moeilijke tijds omstandigheden, zooveel schoone werken ten uitvoer heeft gebracht. In één woord, hij spande al zijne krachten in om de moeilijke taak van Burgemeester op een onberipselijke wijze te vervullen. Een woord van dank moeten wij hem toesturen om zijn edelmoedigheid en om gijn liefde tot de armen. De armoede van dezen die hem omringden wist hij te verzachten en altijd bracht hij het enne bij om het lot van dezen te ver beteren. In zake onderwijs kweet hij ook Beer stipt rijn plicht. Een ware voorstan der was hij ervan en wanneer er iets kon gedaan worden voor deszelfs verbetering, daar deed hij het zijne gelden door woor den en bewees hij door daden hoe zeer de opvoeding der jeugd hem ter harte lag. De zedelijke belangen wist hij op gelijke wijze en edelmoedige manier te hand haven, want, was hij kristen, In den Waren zin des woords als huis- en burger vader, dezelfde kristene gevoelens heeft hij altijd doen uitschijnen in zijn bestuur. Immers, besturen was voor hem: zede lijke en tijdelijke welstand bewerken en Bich zelf opofferen voor 't welzijn van Bllen. Daarom verstond hij zeer wel, hoe geestelijk en wereldlijk gezag in nauw Verband moeten staan. Buiten zijn bestuur was burgemeester Vandenberghe niet min een verdienstelijk en werkzaam man. Als echtgenoot en Vader bezat hij in hooge mate den eer bied en de liefde der zijnen, van wie hij jn zijne smartvolle dagen en slaapiooze hachten, den troost van de onvermoeibare zorgen mocht smaken. Betrouwend dat God hem reeds Tiet goede beloond heeft, welke hij in zijn leven betrachtte, bieden wij hem de hulde van onzen eerbied en van onze onver gankelijke erkentenis aan. Vaarwel, goede Burgervader, vaarwel en tot wederziens!... GRAFREDE uitgesproken dpor den Heer MICHEL NOTERDAEME, Schoolhoofd. Eerwaarde Heeren, Diepbeproefde Familie, Achtbare Toehoorders, In naam van het onderwijzend per soneel der beide scholen, in naam der schoolgaande jeugd, volbreng ik den droe vlgen plicht een laatste groet van hulde en dank aan te bieden aan den achtbaren Heer Burgemeester, mijnheer Henri Van denberghe. Wij buigen ons diep neder, vol eerbied en tevens met weemoed, en rouw vopr 't kostbaar aandenken van onzen geliefden Burgervader. Zijn afsterven, sinds lang gevreesd, bracht nochtans de bevolking in algemeene verslagenheid. Wij beweenen heden een man, die binst zijn leven van 76 jaren, de achting en de liefde had verworven van al eijn medeburgers, van groot en klein, van de vreemden die hem kenden; omdat hij aangeteekend stond als een teergeliefde vader, een wijze be stuurder, een verstandig, voorzichtig en eerlijk man. Was de heer Vandenberghe begaafd met een helderen geest, onderscheidde hij zich in alle inrichtingen waarvan hij voor zitter of bestuurslid was, niet minder is hij verdienstelijk geweest in zake onder wijs, want de opvoeding der jeugd was hem steeds een groote bekommernis. Dat hij de opvoeding der kleinen ter harte nam, hebben onderwijzers, kloosterzusters en leerlingen menigmaal ondervonden. Walmeer het stoffelijke verbetering aan schoolinrichting of bemeubileering betrof, heeft hij niet alleen met woord, maar ook door daden bewezen dat hij diep over tuigd was van den invloed van een goed onderwijs op de toekomende maatschap pij. In alle schoolplechtigheden was hij aanwezig, alle kinderfeesten heeft hij niettegenstaande afstand of dringend hoevewerk met zijne tegenwoordigheid vereerd, zich zelf gelukkig voelende, wan neer reine kindervreugde uit hun oogen straalde. Om uw aanmoediging voor de kinderen, om uw steun aan 't onder wijzend personeel en om 't belang dat U stelde in de opvoeding der jeugd, dan ken wij U innig en hartelijk, en dit heb ben de kinderen der beide scholen reeds bewezen door de vurige bede die zij den Heer hebben gestuurd tot zielelafenis van hun weldoener. En waren onze verlangens tot onderwijsverbeteringen soms wat veeleischend, of hebben wij er U mis schien kommer en last door veroorzaakt, wil ons vergiffenis schenken, want ons streven had slechts één doel: het licha melijk, verstandelijk en zedelijk weizijn der kinderen tot een hooger peil op te leiden. Lieve leerlingen, velen onder de toehoorders zouden beter dan wij kunnen getuigen dat onze Heer Burgemeester niet alleen als volwassen man, maar reeds als kind een voorbeeld voor ons allen geweest is. De grondbeginselen van onzen christen godsdienst waren bij hem van kindsbeen af in 't harte geplant en stonden er rots vast. Wie kan de deugden opnoemen die deee schoone ziel versierden? Hij was voor ons allen, groot en klein, een toon beeld van diepen godsdienstzin, van vol maakte rechtschapenheid en van oprechte naastenliefde. Tijdens de kerkelijke oefeningen en plechtigheden kwam hij voorop en onbeschroomd, het menschelijk opzicht met de voeten tredende, gaf hij vollen gloed aan zijne gevoelens van onwankelbaar geloof. Zoo was zijn gan- sche leven een voorbereiding tot zijn scheidingsuur. In zijn smartvolle dagen en siapelooze nachten heeft hij den troost mogen smaken van de trouwe en onver moeibare liefde der zijnen; allen die zijn ziekbed naderden heeft hij gesticht door zijn buitengewone godvruchtigheid en volkomen onderwerping aan Gods wil. Als een rechtvaardige is hij in den Heer ontslapen. Geachte Mevrouw, uw tee de re echt genoot is niet meer; duurbare Kinderen, uw vader, die U een grenzelooze liefde toedroeg, heeft U verlaten. Uw droefheid begrijpen wij, want gij verliest een 6chat waarvan men de waarde slechts kent als men hem verloren heeft; doch wees ge troost... de diepbetreurde leeft in den Hemel en van hierboven ziet hij minzaam op U allen neder en bidt voor U. Voor gansch de gemeente zal 't aan denken aan zijn eerlijke loopbaan lang in 't geheugen voortleven en ons steeds deze getuigenis doen afleggen: «Hij was een weldoener! Vaarwel,, heer Burgemeester, tot weder ziens in den Hemel! HOOFDSTUK I KEURING DER STIEREN ART. 1. Geen enkele stier mag voor den openbaren sprmgdienst gebruikt wer den indien hij niet ten minste twaalf maanden oud is en niet werd goedge keurd overeenkomstig dit reglement. Er is openbare springdienst, als de stier gebruikt wordt voor eene andere boer derij dan die van den stierenhouder. ART. 2. In elke der omschrijvingen, door de Bestendige Deputatie vastgesteld, wordt er jaarlijks overgegaan tot een openbare keuring van de stieren, van één jaar en meer, voor hunr.e aanneming tot den openbaren springdienst. Deze keu ring geschiedt vóór den 1 Mei van elk jaar. door de Commissie van keuring en prijekamp, benoemd zooals gezegd in 4, art. 1 van het koninklijk besluit van 16 Aug. 1919 (zie art. 11 van dit regle ment) De plaatsen, dagen en uren der keurin gen worden bepaald door de Bestendige Deputatie der Provincie. Bijkomende keu ringen kunnen voorgeschreven worden door de Bestendige Deputatie, op de plaat sen en datums, door deze goed bevonden. N. B. Opdat er ten allen tijde ge noeg goedgekeurde stieren zouden kun nen voorhanden zijn. zullen bijgevoegde stierenkeuringen kosteloos gehouden wor den, telkens er daarvoor minstens drie stieren ingeschreven zijn. Er worden geen bijgevoegde stierenkeuringen toegestaan, binnen de zes maanden na de hoofdkeu ringen. Na 1 Januari worden geen koste- looze bijgevoegde keuringen meer toege staan. ART. 3. Ieder stier moet aan den keurraad worden aangeboden in de om schrijving waar de stierhouder woonach tig is. Om tot de keuring aangenomen te worden, moet de stier behoorlijk geringeld zijn. ART. 4. De keuring is slechts van kracht tot op den dag der keuring van het volgende jaar. ART. 5. De stier, die niet werd aan geboden aan de keuring voorzien bij art. 2 kan, op het schriftelijk verzoek van den eigenaar of den houder, gericht aan den Gouverneur der Provincie, onderzocht worden ter plaatse, in het openbaar. De reis- en verblijfkosten van den keur raad zijn in dit geval ten laste van den aanvrager. ART. 6. Dé Bestendige Deputatie der Provincie mag tot den openbaren sprmgdienst stieren toelaten, die in een andere provincie goedgekeurd zijn, als zij afkomstig zijn uit dezelfde landbouw streek. In dit geval, moet de aanvraag tot toelating aan den Gouverneur gericht worden door den nieuwen stierenhouder, binnen de acht dagen na den datum van overbrenging. ART. 7. Ieder stier, ter keuring aan geboden, wordt gemerkt met de letter O. Indien hij daarna tot den openbaren springdienst toegelaten wordt, wordt hij gemerkt met de letter A, ofwel worden de goedgekeurde stieren enkel met de let ter A en de afgekeurde met de letter R gemerkt. De merkteekens worden op de horens ingebrand. Aan den houder van eiken goedgekeur- den stier wordt voor dit dier een dekboek afgeleverd waarvan de tekst door de Be stendige Deputatie vastgesteld wordt. N. B. «Thans worden de dekboeken afgeleverd door het Provinciaal Verbond der Veekweeksyndikaten van West-Vlaan- deren. Ze worden den stierenhouder ter hand besteld door de plaatselijke secre taris van voornoemd verbond. ART. 8. De houders van aangenomen stieren moeten het dekboek vertoonen, telkens hun zulks verzocht wordt door de ambtenaars en agenten, gelast te waken over de uitvoering van het keuringsregie- ment, of door hem die een koe ter dek king aanbiedt. De eigenaars van gedekte koeien moe ten het schcurblad dat de bespringing vaststelt, van den stierenhouder eisehen (en bewaren)zij zijn verplicht dit scheur - blad te vertoenen aan de ambtenaars en agenten bedoeld in de eerste ART. 9. Do stierenhouders mogen voor dan openbaren springdienst geen stieren gebruiken van besmettelijke ziekte aangetast. Eveneens mogen de koeien niet bij den stier gebracht worden, indien ze van zulke ziekte aangetast zijn. ART. 10. Het dekboek moet regel matig gehouden worden en het scheur- blad onmiddellijk na de dekking aan den houder der besprongen koe afgeleverd worden. De stambladen moeten door de tusschenkomst N. B. Indien de gekeurde stier, waarvoor een dekboek werd afgeleverd, tot den springdienst niet meer gebruikt wordt, of sterft, is de stierenhouder ver plicht zulks onmiddellijk te laten weten aan de Secretaris van 't Veekweeksyndi- kaat. Het dekboek wordt langs het ge meentebestuur om, verzonden naar 't Pro vinciaal Verbond der Veekweeksyndika ten, Landbouwschool, Roeselare. ART. 25. De noodslachting of de dood van een geprimeerde stier moet vast gesteld worden door den Heer Rijksop ziener-veearts Van Middelem te Oostende, voor de arrondissementen Brugge, Oost ende, Diksmuide en Veurne. N. B. Oostende, 18-ll-'36. Bede de belanghebbenden te verwitti gen dat zij mij moeten raadplegen vóór de afmaking hunner geprimeerde dieren, tenzij bij overmacht, zooals eene nood- slachting. Alsdan onmiddellijk daarna. Er moet kontrool kunnen uitgevoerd worden! Hoogachtend, (w. g.) Van Middelem Veearts-Opziener 1, STRAFFEN ART. 28. Voor elke overtreding der bepalingen van dit reglement, wordt de eigenaar of de houder van den- stier ge straft met eene boete van 30 fr. tot 200 fr. (Daarbij komen de opdeciemen door de wet bepaald, zcodat de boete feitelijk van 210 tot 1.400 fr. beloopt). Dezelfde boete wordt toegepast op den eigenaar of houder van een koe of vaars die hij laat dekken door een stier, niet goedgekeurd voor den openbaren spring dienst, staande buiten zijn boerderij. ART. 29. Bij hervalling wordt de straf verdubbeld ART. 30. In geval van bedrog of val- sche verklaring, zou elke persoon, die er aan deelgenomen heeft, gestraft worden met eene boete van 400 fr. wettelijke opdeciemen.) Het vonnis zal gedurende een maand in een plaatselijk landbouwblad verschij nen, op de kosten van den overtreder. ART. 31. 50 van de opbrengst der boeten wordt toegekend aan den agent die de overtredingen heeft vastgesteld. ART. 33. In geval van besmettelijke veeziekte, mag de Bestendige Deputatie, in de gansche Provincie of in een gedeelte ervan, en gedurende een door haar vast te stellen tijdperk, de toepassing van dit re glement schorsen. O Vrijdag werd voor de rechtbank van leper de zaak opgeroepen ten laste van Tombus Leona, die als bijzit met zekeren Clement Henri een café te Komen open hield. Op 30 Oogst 1936, rond 9 uur 's avonds, was Tombus Leona bij den heer Dokter Vanneste gaan aankloppen om zijne hulp in te roepens Na het noodige genomen te hebben, trok de dokter op naar het café door Clement-Tombus ge houden en vond dezen in een grooten bloedplas liggen in een achterkeuken. Na enkele zorgen toegediend te hebben werd Clement, die een zware wonde in den linkerarm bekomen had, naar zijn slaap kamer geholpen door den dokter. Doch gezien den staat van uitputting oordeelde deze het noodig Clement naar het O. L. Vrouw Hospitaal van leper over te brengen, waar hij des anderendaags over leed ten gevolge van het overvloedige bloedverlies. Voornoemde dokter had den gekwetste in zijn persoonlijke auto ver voerd,, waarin de betichte Tombus Leona en een gebuur, Kesteloot Jules, hadden plaats genom:n. Bij haren terugkeer moet Tombus op den ko^r en in huis het meeste bloed weggespoeld "hebben en dan slapen zijn gegaan. Toen de Rijkswacht van Komen, die door het Parket van leper verwittigd was geweest, zich bij Tombus Leona aanbood op 31 Oogst, rond 10 uur 's morgens, was deze nog in zwaren slaap gedompeld. Het onderzoek werd door den brigadekomman- dant ingesteld, die volgende verklaringen voor de rechtbank aflegde: Toen de Kom mandant Etienne Desauw zijn onderzoek begon, bemerkte hij bloed op den koer, achterkeuken, trap en slaapkamer en dat dit de sporen vertoonde van gedeeltelijke wsgspoeling. Daarover ondervraagd, ver klaarde Tcmbus dat zij was gaan slapen terwijl Clement zijn avondmaal gebruikte en later bemerkte dat hij niet te bed was. Toen kwam zij beneden en vond hem in een bloedplas op den koer liggen. Volgens haar gezegde zou zij aanstonds om Dokter Vanneste geloopen zijn, die Clement, met hulpe van Tombus, binnenbracht. Uit het onderzoek bleek dat Clement en zijn bijzit samen eenige herbergen bezocht hadden, onder ander in het café, uitgebaat door Morel, alwaar Tombus in eene vlaag van jaloerschhsid aan Clement minstens een vijftiental geweldige vuistslagen zou toe gebracht hebben. Ook wanneer Clement, na de herberg verlaten te hebben cm huiswaarts te keeren, in de herberg terug kwam cm den sleutel te vragen, vertrok Tombus Leona met hem en deze bracht hem bij het uitgaan nog een vuistslag toe. Deze verklaring van den brigade-kom- mandant werd later ten volle bevestigd door de getuige Jeanne Morel. Voor wat de slagen bstreft.dqor. Tombus ln het café en op straat aan Clement toegediend, zou hij deze allen zonder spreken verdragen hebben. Op vraag van'drn Heer Voorzitter Vandervliedt, antwoordt de getuige De- sauw dat iedereen wist dat Clement ge heel onder den druk van Tombus Leona stond, dat Tombus zich aan den drank overgaf en dat het café door haar ge houden hiel slecht befaamd was. Dan trad heer Kommissaris Spilliaert, van de rechterlijke brigade van Gent, op. die voor het eerst den 3 September 1936 zich met de zaak bezig gehouden had en op 8 September zekere voorwerpen, waar onder messen, aangeslagen had. Getuige zegt vernomen te hebben dat na heel den namiddag van 30 Oogst gedronken te hebben, het koppel bij Morel Omer aan landde en dat daar de feiten zich voor deden als in de verklaring van getuige Desauw aangehaald. De betichte loochen de eerst de slagen bij Morel gegeven, be schuldigde dan andere personen, onder meer zekere Veeckman en twee werk lieden, de daders te zijn en eindelijk be weerde zij dat er zelfmoord was begaan geweest. Er was ook een oogenblik spraak dat diefstal ooizaak van de steken zou geweest zijn. Getuige verklaart dat hij zelf aan betichte zou gezegd hebben: Er zal u niets anders meer over blijven dan het geval van z:fmoord in te roepen wat zij dan ook gedaan heeft. Dokter Vanneste had verklaard het slachtoffer ondervraagd te hebben, doch hij had gesn antwoord bekomen. De wonde kwam over een met het gat ln de vestón door het mes gEmaakt, dat op 31 millimeter ge schat was. Dokter Vanneste, opgeroepen, verklaart om 9 uur door vrouw Tombus te zijn ontboden en bij zijn aankomst in het huis der misdaad het slachtoffer in de achterkeuken gevonden te hebben, wat niet overeenkomt met de verklaring door de betichte afgelegd. Toen da dokter den gekwetste onderzocht, stelde hij een zware wonde in den linkerarm vast, waaruit het slachtoffer veel bloed verloren had. De arm van het slachtoffer was met een handdoek omwonden, waarschijnlijk om het bloedverlies te stelpen. Met behulp van zekeren Kesteloot, werd het slacht offer naar zijn kamer geleid en kon zelfs den trap opklimmen. Boven gekomen was Clement zoodanig uitgeput dat ge tuige besloot hem in zijnen auto naar het O. L. Vrouw Hospitaal van leper over te brengen. Getuige had opgemerkt dat de betichte een grooten witten voorschoot droeg, waarop geen bloedsporen te bemer ken waren. Hij kon niet met zekerheid zeggen indien de wonde versch was toe gebracht, dcch stelde groot bloedverlies vast. Ook had hij gezegd aan betichte dat deze de Rijkswacht moest verwittigen. Later bleek dat zij het niet gedaan had. Getuige bevestigt zijne gezegden van 8 November. Dokter Snick, wetsdokter van leper, die het slachtoffer geschouwd had, stelde eene wonde vast aan den linkerarm van om streeks 28 mm. breed bij den ingang en 18 mm. breedte bij den uitgang. Schrab ben werden aan gezicht en neus vastge steld. alsook bloed aan de voeten, bewijs dat Clement in bloed getrapt moet heb ben. Getuige verklaart verder dat het mes ham door den heer Voorzitter getoond tot de misdaad niet kan gediend hebben daar het niet scherp en snijdend genoeg was; een kleiner zou volgens getuige daartoe kunnen gebezigd geweest zijn, terwijl de arm in de hoogte gehouden was, waar schijnlijk in een afwerend gebaar. De steek kan niet toegebracht zijn terwijl de arm langs het lichaam hangende was. Ve le blauwe vlekken werden door getuige op de armen van liet slachtoffer gevonden, vijf op den eensn arm, zeven op den ande ren; deze moeten vermoedelijk voorkomen van een persoon welke "ueh vóór Clement bevond en de armen vast had met de vin gers langs buiten en de duimen langs bin nen. Ondervraagd hoelang die vlekken zouden kunnen- toegebracht geweest zijn, zegt getuige, dat hij gemeend had sedert 3 of 4 dagen, maarihet is niet uitgesloten dat het later kan geweest zijn daar men zulks niet met zekerheid zeggen kan. Wanneer vervolgens aan de getuigen die teruggeroepen een ander mes werd voor gelegd verklaarde deze na de afmetingen genomen te hebben dat dit mes scherp en snijdend genoeg was om voor de misdaad gediend te hebben, te meer wanneer hij zich overtuigd had dat de breedte van dit mes overeen stemde met het gat in den veston van het slachtoffer en dat een steek met zeker geweld toegebracht de be- statigde verwonding mogelijk maakte. Kesteloot Juies is de gebuur van Tombus die deze ontmoette toen deze de hulp van dokter Vanneste ging inroepen. Toen hij zich ten huize van Clement bevond had hij deze gevraagd wie zulks gedaan had. Clement had altijd geantwoordJe n'en sais rien. Zelfs in den auto gedurende het vervoeren naar leper had hij op raad van Dokter Vanneste herhaalde malen het slachtoffer ondervraagd, die altijd zegde niets te weten. Op vraag van den heer Voorzitter Van dervliedt verklaart getuige dat Tombus V9~ ZIE VinVOLG HIERNEVENS. HOE HET VOORCTEL EK UIT ZIET Onze lezers zullen waarschijnlijk wel weten dat tot heden de werkgevers zelf niet kunnen genieten van de voordeelen der wet op de gezinsvergoedingen. Inder daad, volgens de van kracht zijnde wetge ving kunnen slechte gezinsvergoedingen uitbetaald worden aan de loontrekkende arbeiders die familielasten hebben. Bijge volg kunnen slechte aanspraak maken op de gezinsvergoedingen de personen die aan een patroon verbonden zijn door een dienst- cf werkcontract. Gezien die bepa ling kunnen dus in beginsel noch de land bouwers noch de middenstanders aan spraak maken op gezinsvergoeding. Die toestand is zeer onbillijk. Een gelij ke behandeling dringt zich op voor de niet-loontrekkenden als voor de loontrek- kenden. Alle groote gezinnen, tot welken maatschappelijken rang ze ook mogen be- hooren, zijn onder alle opzichten een ze gen en een rijkdom voor het land, maar de economische last er van weegt zwaar op hen die den zedelijken en burgerlijken moed hebben ze te verwekken. De gemeen schap, die er de voordeelen van geniet, heeft tot plicht dien last te verzachten Derhalve werd door den heer volksver tegenwoordiger De Vleeschauwer op 9 Juli 1936 een wetsvoorstel neergelegd strekkend tot de veralgemeening van de kindertoe slagen. Volgens dit wetsvoorstel zouden dus in het vervolg niet alken de gezinsvergoedin gen toegestaan worden aan de loontrek kende arbeiders, maar zouden ook de niet- loontrekkenden er kunn n van genieten. Hieronder geven wij in *t kort de hoofd beginselen van dit wetsvoorstel. Aan de nieuwe wet zouden onderworpen zijn al de meerderjarige Belgen die niet vallen onder de toepassing van de wet van 4 Augustus 1939 op de gezinsvergoedingen. De personen die onder de toepassing vallen van de nieuwe wet zouden verplicht zijn deel uit te maken van een Rijksverre kenkas voor niet-loontrekkenden. In deze Rijksverrekenkas zouden zij een geringe bijdrage moeten storten, waarvan het be drag later zou bepaald worden door Ko ninklijk Besluit. De personen die noch in de bedrijfsbelasting, noch in de aanvul lende personeele belasting, noch in de grondbelasting op een kadastraal inko men van ten minste 1.000 frank aangesla gen zijn, zouden «en bijdrage moeten storten van maximum 20 fr. per jaar. Met deze stortingen zou er dus in de stichten Rijksverrekenkas een fonds ge maakt worden dat zou worden aangevuld door den Staat. Uit dit fonds zouden de nlet-loontrekkende arbeiders, dus ook de middenstanders, gezinsvergoeding kunnen bekomen vanaf het derde kind, 8ö fr. per maand voor het vierde kind, 120 fr. per maand voor elk der kinderen vanaf het vijfde. Deze gezinsvergoedingen zouden be houden blijven totdat de kinderen den leeftijd van 16 jaar hebben bereikt. Daarenboven zou de Rijksverrekenkas voor niet-loontrekkenden een geboortepre mie van 250 fr. toekennen ten voordeele van elk der twee eerste kinderen van de personen die aan de nieuwe wet onder worpen zijn. De Regeering schijnt wel akkoord te zijn om een regeling te treffen in den zin hierboven uiteengezet. Wij kunnen hier dus, alhoewel da zaak nog niet voltrokken Is, zeggen dat ze op goeden voet is, dat wij weldra de volledige veralgemeening van de gezinsvergoedingen zullen mogen ten tot groot nut en oordeel van den landbouw. WIJ geven de «-erzekering dat al de vertegenwoordigers van den middenstand en den landbouw hun steun aan dit wets voorstel zullen verleenen. ISBBE<l9BnBflBBBBBBBBBBKiBBS£X3fc DE GRENS VERDEDIGING Wij meldden reeds dat de Fransch-Bel- gische grens langs Fransche rijde in staat van verdediging zou worden gesteld en dat troepen zouden worden gelegerd aan de grenzen. Wij kunnen hierover nu nog verder mel den dat met begin Maart 400 soldaten zullen toekomen te Steenvoorde, 100 te G-odewaersvelde, alsook in bijna alle grensdorpen. De versterkingswerken moeten reeds ge daan zijn met Oogst e. k. De noodige plans werden reeds door de Fransche Genietroe pen opgemaakt. Ds groote baan Rijsel-Cassel-Duinker- ke zal op veel plaateen rechtgetrokken en verbeterd worden wijl een nieuw gedeelte zal gelegd worden beneden den Casselberg alsook rondom Bergen (Bergues). DE ZAAK HENNION Wij hebben ook reeds gemeld dat de H. Raoul Hennion, meier van Godewaersvel de, beticht werd van verduistering van een som van ÏOO.OCO fr. ten nadeele van zijn vennoot M. Desrousseaux van Salnghin- en-Weppes. Op rijn beurt heeft H. Hennion nu een klacht neergelegd tegen zijn vennoot H. Dïsrcusseaux, wegens misbruik van in blanco geteekend papier. Dinsdag 26 Januari 11. verscheen de H. Hennion voor de Boetstraffelijke Recht bank van Hazebrouck. De zaak werd even wel uitgesteld, H. Hennion heeft thans ook zijn ontslag ingediend als meier van Godewaersvelde zeggende dat hij hst slachtoffer is van een kabaal en dat, gezien zijn eerlijkheid in twijfel wordt getrokken, hij zijn ambt niet meer met het zelfde gezag kan uitoefenen. AANHOUDING OP DE CATSBERG De genaamde Devos René, van Arneke, landlooper, werd aangehouden op den Catsberg wegens verschillende diefstallen gepleegd in landelijke kapellekens van Go dewaersvelde, Steenvoorde en omtrek. Hij werd naar het gevang van Hazebrouck overgebracht. «ESaKBEBflZBBBSESBBBaESSaEBES HQfiSS en VS7fea3réi?@Ü<£ l Borst inwrijven met Dam po. Pot 10 fr.. Doos 5 fr. In alle Apotheken. lucht ga van ept Leona Clement René omhelsde toen hij ln den auto gebracht werd. Nadat de getuigen gehoord waren werd het woord aan den Heer Prokureur des Kcnings gegeven die zich steunend op de verklaringen der verschillende getuigen bewees dat de steek met doodelijke gevol gen door de betichte Tombus Leona in eene vlaag van dronkenschap en ja- loerschheid werd toegebracht, wees ver volgens op de verschillende tegenstrijdige verklaringen door deze afgelegd en als ge volg hiervan vroeg het achtbaar orgaan aan de rechtbank de toepassing van art. 40 handelend over slagen en verwondingen de dood voor gevolg hebbend zonder het inzicht deze toe te brengen. Na de verdediging van Meester Vander Mersch gehoord te hebben die er op wees dat er niets bepaalds bewezen werd, en minstens twijfel meest bestaan, welke aan de betichte te goed moet komen en om welke reden deze dan de vrijspraak van zijne kliente vroeg, stelde de Heer Voor zitter voor eene laatste maal aan de be tichte zoo zij ja of neen de steek toege bracht had. Nadat deze hierop ontkennend geant woord had sprak de Heer Voorzitter het vonnis uitTombus Leona tot 18 maanden gevang en tot de kosten veroordeelend en gezien deze kosten meer dan 300 fr. be dragen, bepaalt de lijfsdwang op 15 dagen. Het mes dat onder Nr 1594 aangeslagen werd, wordt verbeurd verklaard. Na de uit spraak, vroeg de Heer Prokureur des Ko- nin.es, de onmiddellijke aanhouding \an de betichte, die door den Heer Voorzitter Vandervliedt bevolen werd. De betichte werd gevankelijk door ds Rijkswachten weggebracht. OP DINSDAG 2 FEBRUARI 1937 (O. L. VROUW LICHTMIS) In het gewoon lokaal, bi] M. Arthur met 2 fr. lasten mir. per kilo. zoodat Osstyn, had Dinsdag 11. onder groote be langstelling de jaarlijksche feestviering der Bóeren-gilde plaats. 's Morgen ongeveer rond 8 H uur, waren ze samengekomen om met de vlag voren- op, ln stoet de H. Mis te gaan bijwonen in Sint Bertinuskerk tot welzijn hunner af- deeling opgedragen. Na verlocp der H. Mis keerden allen naar hun Gildezaal terug waar het programma een korte vergade ring vooropplaatste met als sprekers: Se nator Mullie, Alg. Voorzitter van den B. B. B.; Dr Brutsaert, Eere-Voorzitter der Boerengilde van Poperinge, en Ingenieur Simoens. DE VERGADERING werd kwart voor 10 uur geopend docr E. H. Denys, Gewestelijk Proost. Spreker stuur de allen een welgemeenden welkomgrcet toe om de talrijke opkomst en wenscht dat deza dag hen aangenaam en leerrijk wezen zou; verder vroeg hij een kort gebed tot zielelafenis van Jufvrouw Merle vede, dochter van den oud-schrijver Meester Merlevede, Maandag 11. overleden. De Eere-Voorzitter Dr Brutsaert vraagt op zijne beurt dat de leden van den Bo:- renbend allen zonder uitzondering, de plechtigheid der begraving zouden bijwo nen als bewijs van genegenheid en erken telijkheid vcor de diencten die Meester Merlevede, nu eervol ontslagen, gedurende 35 jaar aan den Boerenbond heeft be wezen. E. H. Denys gaf daarna het woord aan Senator Mullie die De Internationale torstend van den Landbouw» kort en bondig verhandelde. Klaar schetste spre ker ons voor hoe de Landbouwers de crisis hadden doorstaan. Na den oorlog, zegt spreker, was er van alles te kort; er was meer gebruikt dan geproducêerd. In 1925- 1923 verbeterde het. men begon stock te krijgen... ondertusschen kende men hooge prijzen wat aanleiding gaf tot overvloedi- gen kweek, zoodat men stilaan aan even veel productie als consumptie kwam. Na '26 werd de stock altijd groot er en grooter, de wereldzolder had op 1 Oogst 1933 een surplus van 200.000.000 kwintalen tarwe met daarbij hst fatala gevolg dat de prij zen daalden omdat er meer aanbod was dan vraag. Een zelfde lijn volgde de suikerhandel, de boterhandel en het vlas. Ook voör die produkten was er na den oorlog te weinig opbrengst, doch deze nam jaar na jaar aan, om... eveneens in overproductie zoo als thans uit te loopsn. Een der bijzonderste redens der crisis is dat de verkkoopprijs larger is dan de on kosten. De boer tracht wel altijd de hoog ste prijzen voor zijne waren te bekomen, maar hij maakt de prijzen niet... 't is op de aanbod- en vraagschaal dat deze be rusten. Om maar een voorbeeld te geven. De gemiddelde wereld-productie van tarwe beloopt ongeveer 1.000.000 zakken. Deze hoeveelheid, telkens bij den stock aangerekend, veroorzaakt noodzakelijker wijlze een daling van meer dan 100 fr. per zak. Dus 100 milliard frank min door de landbouwers ontvangen, en diensvolgens ook uitgegeven. Ook hun koopkracht ver mindert... dus min afzet voor de nijver heid en zoo volgt alles ln keten tot aan de werkloosheid. Een belangrijk nevenpunt dat de crisis fel aanstuwde, is de vermindering van de geldwaarde ln de andere konkurreerende landen. Deensche boter in Denemarken verkocht tegen 2 kroon (=20 fr.) komt te Antwerpen op de markt aan 21 frank. Inlandsche boter kost den landbouwer op zijn minst 22 fr. in. En de kroon deva lueert met 55 Deensche boter kost dus 2 kroon 10 in Kopenhagen en 11 fr. in Antwerpen... en daarin ligt onze onder gang! In 1932 was de grensprijs voor Holland- sche boter 6 fr., en 8 fr. voor de Deensche. Kortkurreer daar maar tegen! De Regee ring greep ln en liet juist maar Inkomen voor zoover het evenwicht vraag en aan bod het toeliet en daarom: a) beperkte ze de Invoer, en 't overaan bod werd vermeden; b) werd een lnvoertaks op ieder binnen komend product opgelegd; e) een tolrecht erbijgevoegd... Echter op wat den landbouw betreft, kan er, volgens spreker, daar niet veel staat op gemaakt worden. Spreker drukte er ook verder op, onze inlandsche boter- strijd tegen- andere landen zoo te regelen dat er voor c,lle maanden gelijk, evenveel aanbod kon op de markt gebracht worden. Daarmee konden de al te hooge prijzen van de slechte maanden als Februari en Maart, en de te lage prijs der zomermaan den, als Augustus en September, gemeden worden. Verder behandelde spreker het grooter verbruik van margarine en stelde vast hoe die aangroei kan gedempt worden door verhooging der margarine prijzen, want een gering verschil in prijs tusschen bade zou toch meestal uitvallen in 't footervoor- deel. Daartoe stelde hij voor van de in- komrechten op margarine met 2 fr. per kilo te verhoogen; 2C0 fr. lasten per koe min te moeten betalen wat evenredig is mar» garine 2 en boter 2, een verschil van 4 frank zoude uitmaken *t Vlas gaat goed. bekende spreker, er is geen overvloedige stock en veel v.ordt er gevraagd; alTen is 't wenschelijk er op aan te dringen, spijts haar grooter: zor gen en minder zwaar gewicht, blauw bloem te kweeken in plaats van witte; ook in de nijverheidcentra's wordt de witte cm haar veel mindere hoedanigheid met slechte oogen aanzien. Daarmee eindigde Heer Senator Mullie zijn spreekbeurt in de hoop dat allen er- door bevredigd waren. Daarna werd HET JAARVERSLAG op humoristische wijze de aanwezigen voorgelezen door Heer Marius Ampen, Schrijver der Gilde; waarop de I', H. Proost het woord gaf aan Dr BRUTSAERT die handelen zou over de Eiectrificatie van ons Boerenbedrijf Spreker hield er aan eens kort en klaar mede te deelen hoe we er nu voor stonden en gaf een korte uiteenzetting van z.jn schrijven aan en ontvangen antwoord oer Bevoegde Overheid te Brussel tot dew elke hij zich persoonlijk gewend had. Hij be handelde vijf vragen. 1. Hoe staan de betrekkingen tus schen de Uitbatingsmaatschappij en het Gemeentebestuur. Het plan, waarin alle he-fsted. n en kort woonsten zonder uitzondering ven één in komen, werd op 10 Oktober 1936 goedge keurd. 2. Hoeveel km. zou deze leiding op Poperinge's grondt; bied beh:lzen. 23 Km. ho- inning; 74 Km. langs openbaren weg er. d km. op privaat eigen dom; wat dus een totaal van 143 Km. zal bedragen. 3. Wat is nu de waarschijnlijke kost prijs voor die 143 Km. draad en die 11 ka- bienen. Dei schatting in 1336 was van 3 millioen frank, doch sindsdien is de prijs van het koper merkelijk gestegen, zocdat een her- brrekening van de leiding gcwenscht wordt indien mrn die nieuwe prijs wil kennen. 4. Het ware wenschelijk een eenvor mige prijs te stellen voor 't gansche net. Naar spreker meldt, is 't onmogelijk dat landbouwers die ver van den cper.baren weg afliggen gansch persoonlijk die sur- pius-leiding op privaat eigendom op eigen kosten zouden to betalen hebben. 5. De prijs der kilowattuur zal na tuurlijk afhangen van den kostprijs der gansche uitbreiding maar zal waarschijn lijk de 2,50 fr. niet overtreffen. Afgezien van ai de andere voordeelen van elektrisch licht en drijfkracht zal de electrische ver lichting nog veel geedkocper komen can de hedendaagsche.petroleumverlichting op de hoeve. Verder vroeg Heer Dr Brutsaert de aan wezigen niet al te zeer bekommerd te zijn met die 3.000.000 fr. gezien de stad hier voor geld krijgt van het Gemeentekrediet, E. H. Denys vraagt dat de HH. Gemeen teraadsleden hier aanwezig daar nog eens bij den Gemeenteraad fel op drukken zouden. Dr Brutsaert antwoordt hierep dat de landbouwers niet mogen denken dat het werk zoo rap gatf.n zal... dat zal tcch altijd ten minste een jaar werk vragen. Daarop gaf den E. H. Proost het woord aan den HEER SIMOENS Staatsagronoom, die over Betere Stalin richting handelen zal. Spreker gaf heel nuttige wenken, door iedereen gretig aanhoord. We kunnen moeilijk in al die détails treden en houden er ons dus bij de hoofdge dachte. Meer lucht en licht brengt bete re gezondheid, en betere gezondheid gseft betere producten. Hij handelde eerst over de stal-installaties'; ever de standruimte (minimum 1,10 m.); de regeling der bed dingen (langa 2,25 m, korts 1,75 m.) en de hoogte der kribben (0,50 a 0,60 m.). Verder over de hoogte der stallen (2,75 tot 3 m.) en over de verlichting. Daarna r.c-g het bouwen van vensters, 't afleiden der af- werpsels. Aangaande het drinken steunt spreker erop dat pompen plaat-en ln wei den veel beter was dan de dieren te laten drinken uit die bedorven waterputten. Na verloop dier spreekbeurt bedankte E. H. Proost Ingenieur Simoens om de zoo belangrijke mededeelingen die de aanwe zigen heel wel zullen kunnen gebruiken. Verder volgde nog een kleine aansporing tot medehulp voor het aanstaande feest te geven door de B. J. B. afdeeling van Po peringe. HET FEESTMAAL om 12 ('2 uur opgediend, viel verder ieder een in de opperste smaak, en of er aange name stonden bij waren! Ook de KOSTELOOZE PRIJSBOLLÏNC had veel supporters en eindigde in eer lijke leute en aangenaam plezier. Mooie dag voor de Boerengilde van Po peringe. Met genoegen heeft de bevolking verno men dat dit jaar de Iepersche Handels foor zal plaats hebben als voorheen. Menigeen heeft reeds besloten deze met een bezoek te vereeren en met verlangen wordt reeds aan de genoeglijke uren ge dacht welke men in de lokalen der Ten toonstelling zal doorbrengen. Velen vragen zich af wat men al zal te rien krijgen en wat de grootste aantrek kelijkheid wezen zal. Men zal verbaasd wezen over al het mooie en het vernuftige welks zal uitge stald wezen door onzs wakksre handel- en nijveraars. In dezen tijd van reklaamverkoop en dikwijls niet bevredigende aankoopen zal het publiek kunnen bestatigen dat dikwerf aanlokkende voorwerpen van geringen prijs niet beantwoorden aan de vereisch- tsn waarvoor zij aangeschaft zijn geweest, door eene vergelijking te maken geduren de de Handelsfoor, met de waren en de prijzen er in uitgestald. Men spreekt dikwijls van den aoecen ouden tijd. Or.der de vele gaven die hij bezat, was er ééns he;ie goede, het was de gewoonte goede waar aan te schaffen en Sè hooge burgerij gaf 'het goede voorbeeld eooals ds oorkonden laten blijken \an ter stede al hunne bestellingen te doen en al- zoo wsrk te verschaffen aan de stadsge- nooten. Wanneer men zulks begrijpt dan wordt hst dosl van hst inrichten der Handels- foor veropenbaard. Hst is niet om het genoegen te bslevcn zijn naam cp de lijst der Tentoonstellers te zien prijken dat onzs zakenmannen hunns medewerking verleenen aan de Tentoonstelling, het is om door de Re- klaam voor hunne producten gedurende deze dagen, kalanten te winnen, en zoo doende de Handel der stad te doen herle ven, want men vergete niet dat hoe meer men zijne waren laat kennen, door zijne goede eigenschappen en voortreffelijke prijzen, hoe meer zaken men zal bewerk stelligen. Benevens de handelsproducten zullen de talrijke bezoekers cok het aangename en het nuttige kunnen bewonderen welke in ruime mate in de lokalen der Foor zal tentoongesteld wezen. Zooals vroeger jaren hebben al de orga nismen welke bovengemelde zaken ten toonstellen, reeds allen zonder onderscheid hunne toetreding tosgezegd. Ds «dele muziekkunst zal niet vergeten worden en terloops wordt gemeld dat de eerste toetredingen zijn deze der maat- ZIE VERVOLG HIERNEVENS. BBBBSaBSBSBZ IBBSESSBBBBBBBBBCïüZIESSLSZSB In den ouden tijd, zooals op heden, kostten de legers veel geld, en de besturen gingen aankloppen bij den boer en bur ger, om de kostbare zilveren kronen en gouden stukken los te krijgen! Men deed de krijg-sbazuin weersehailen, en onder bedekte bedreiging werden de noodige gelden afgeperst. Ten jare 1793 werd het Bsstuur der Fransche Republiek gevestigd in Veurne- Ambacht, en weldra weerklonk de eerste wekroep tot vrijwillig indienen der geld middelen. Dit geschiedde op den volgen den toon: Lieven #n Bsminden. Alzoo de calsse deser administratie .onvoorsien is van fonds, ende dat er fonds noodig sijn, om den dienst der Republiqus te konnen voortdeuren, wij belasten U.- Liedsn binnen den derden daage een groot payement te doen ten comptoire 's landts van alhier, op de impositien prochie, wann-cf U.L. ontvangen rijt, faute dies wij sullen gencodsaeckt we- sen te agieren ten uwen laste cp het allerstrengste. Voüomt hier aen. Lieven en Bemin- den, ende blijft Godt bevolen! Een twintigtal jaren later, na den groo ten slag van Waterloo, werd Veurne bezet door ds Verbondenen in eerste plaats door de Nederlanders, en de bevolking werd opnieuw ertoe genoopt aan de le gérs allerlei hulpmiddels te verschaffen. Een heel andere toon weerklonk echter in den oproep: men roffelde de trom der nvenschlievendheid en der heldenhulde, de zegepraal was duur gekocht, en hulp mocht niet uitblijven. Aldus: Den Godt der heir-kragten heeft onze wapens op eene uitmuntende wijze ge- »zegend; ecrJe roemrugtige overwinning «heeft de laatdunkheid van den vijand van ons geluk verootmoedigt, en onze persoonen en eigendommen gered. Nu is het onzen keer van te zorgen voor onze dappere Broeders, die ten koste van hun Bloed ons zoo glorierijke voordeelen «hebben bekomen. En wie zoude zich nu niet beroemen Nederlander te zijn, om deel te komen nemen met die, die den naam van Nederland hebben vereerlijkt en ons met zoo een onverschrokken moed hebben verdedigt! Deze gTCOtspraek eindigde met eene aanvraag tot het bijbrengen van duizen den kilogrammen lijnwaad en pluk tot vermaken der wonden. SCEVUS MILES. schappijen van Dranoutcr, Moorslede^ Poelkapelle, Beselare, Vlamertiiige. Om te eindigen, de toetredingen rijB talrijk, tentoonstellers haast UI Wie eer ste krant wordt eerst bediend' JULIEN TAHOK.

HISTORISCHE KRANTEN

De Halle (1925-1940) | 1937 | | pagina 9