geheel het land 3,00. IJpersch Weekblad voor stad 2,50. OP 500 AFDRUKSELS. KORST- EN LETTERNIEUWS. Zondag 8" Januari 1882. 5 centiemen het nummer. 2d(' jaar N° 49. DE KTJNSTF50DE! VAN IJPEREN, verschijnt den Zaterdag avond; men schrijft in bij Karei Deweerdt, drukker, Rijsselstraat, 59, IJpsren. De inscliriivin^sprijs is fr 2-50 voor stad. fr. 3-00 voor geheel het land. —Alle artikelen, verslagen of mededelingen moeten vrachtvrij aan liet bovengemelde adres ge zond worden vóór den Vrijdag avond. Aankondigingen den regel 5 centiemen. Reklamen den regel 15 centiemen. Inlijvingen bij akkoord aan geringen prijs. Arnold. Den Dichter G. Rotiers, van harte. I. In de droomerige Kempen, Op een zomermorgenstond, Dwaalde ik rond. Vrij, van zorg en last ontslagen, Sleet ik er een tweetal dagen. De genoegens die 'k er vond, Zie, die lieb ik meêgedragen; 'k Wil ze in een tuiltje binden: Mocht ge er ook genot in vinden, Lieve vrinden Eer het ruikertje verslens' 't Is mijn wensch! Woest en onbevrucht lag 't veld En door gansch de streek was nood; Want de Fransche Cesar spreidde Overal en schrik en dood. Aan'vermaak noch vrolijkheden Was geen droomen. Neen, de jeugd Moest slechts denken aan 't hanteren Van geweer en sabelvreugd! Moeders weenden, vaders weenden Om hun brave zonen, die Gist'ren 't vaandel moesten volgen Van Napoleon's tijranie. 't Was een tijd vol bloed en tranen, Oorlogswoede, ach! door 't land Kruisten ruwe krijgren benden En verspreidden moord en brand. Alles, werd verwoest, geplunderd, Kerk en kloosters dreunden van Paardgetrappel. God was meester, En naast God.... de oorlogsman! II. Ginder, zuidewaarts den molen, Daar, wat verder door ter zij, Stond een schoon kasteel; men noemde Het alom; De Saiitorij Met zijn hooge torens keek het Over hut en velden heen'; Fier trotseerde het de eeuwen, Sterk gebouwd uit ijzersteen. Hedendaags is het verdwenen, Ach! geen steen, geen enkel deel, Zelfs geen spoor blijft er van over, Van dat sterk en groot kasteel! Nu, op dat kasteel daar woonde, Toen ten tijd' van 't woest geweld, Graaf de Sartor met twee zonen, Waarvan één op 't oorlogsveld. Bruno was te huis gebleven, 't Was de jongste van de twee, Vader's troost, een brave jong'ling, Droomerig, lijdzaam en gedwee. Dan een nichtje van den Grave, Eedle, lieve, schoone spruit, Kwam het tal tot drie vermeedren: 't Mocht wel want ze was de bruid Van Arnoldus, die het vaandel Van den Franschen adelaar Volgde tot in Ruslancl's vlakten, Trots de koü en doodgevaaar.... Mina, had Arnold gesproken, Slechts maar voor een korten tijd Moet ik van u scheiden, liefste, Treur om mij niet, wees verblijd. -> Treur om mij niet, schoone Mina, Na de zege keer ik weer, En dan zegent ons de priester En 'k verlaat u nimmermeer. Nimmer, want gij zijt mijn hoogste v Heil, mijn lust en mijne schat; In uw liefde is mijn leven Tot een hemel saamgevat. En in 't heetste der gevaren, In den dag, als door den nacht, Zal ik moedig denken, Mina, Dat mij hier uw liefde wacht. En de schoone, eedle Mina Zwoer Arnold haar liefde trouw; Wijl de traantjes in heur oogjes Blonken als een morgendauw. Vervolg hierna. Leopoldsorde. Over eenige Schouwburg in den Munt- een nieuwe opera dagen werd te Brussel opgevoerd De H. Massenet, toondichter, schrijver der muziek, gister nog onbekend, wordt heden op de handen der verf'ransehte Brusselaars gedra gen. Men weet niet hoe hem vleien en loftui- gingen toezwaaien. De Koning noodigde hem daags na de eerste vertooning ten eetmale in zijn paleis en maakte hem ridder van het Leopoldsorde. Waarom wordt die onbekende gedecoreerd? Omdat, door één werk gemaakt te hebben, zijne fortuin verzekerd is; omdat al wat van chez nous komt, in ons verbasterd land baas is, in één woord omdat die menseh Franschman is Hier in ons Vlaanderen zijn talrijke navor- schers onzer schoone taal, talrijke kunstenaars in hunne nazoekingen en scheppingen grijs geworden, en hunne belooning blijft achter wege. Om maar één voorbeeld uit honderden aan te halen, nemen wij Mevrouw Courtmans, die in de zestig meesterwerken geschreven heeft, welke allen den uitbundigsten bijval verwier ven. Wie denkt gij, lezer, dat het meeste bijge dragen heeft tot veredeling onzer landgenoo- ten Wie veronderstelt gij dat het meeste de dankbare gunst van het hoofd des Staats verdiend heeft? De Franschman Massenet met zijne Herodiade of de beroemde schrijfster Mev. Courtmans!?!... Antwoordt zelf in ge- moede. Waarom wordt zij... vergeten. Zij is Vlaming De heer Florimond Van Duyse heeft besloten de nagelaten dichten van zijnen vader Prudens Van Duyse uit te geven. Die uitgave zal ge schieden onder toezicht van de heeren Jan Van Beers en Em. Hiel, de twee uitstekende dichters, wier werken zoo zeer gesmaakt worden. De heer Em. Hiel zal eene biogra- phisch-letterkundige studie over Prudens Van Duyse leveren, die ongetwijfeld hoogst belang rijk zal wezen. Gelijk het prospectus dezer uitgave zegt, is Prudens Van Duyse een der uitmuntendste en meest volksgeliefde nederlandsche zangers van onzen tijd; zijne nagelaten gedichten zullen dus bij het nederlandsch publiek zeer welkom wezen. Verbazend veel heeft Prudens Van Duyse voortgebracht. De lijst der titels alleen zijner dicht- en prozawerken, die tijdens zijn leven het licht zagen, beslaat eene heele brochuur; zijne nagelaten gedichten zullen nog 8 deelen, ruim 2000 bladzijden, bevatten. Alle drie maanden zal een deel verschijnen. Statistiek. Iu 1831 telden de Vlaamsche gewesten 1,900,000inwoners,de Walen slechts 1,300,000 In 18F7 telden er de eersten 2,010,000, de laatster. 1,600,000. Maar in 1870 zijn er 2,150,000 Walen en 2,340,000 Vlamingen. Sedert 1840 is de Waalsche bevolking 40 pet., en de Vlaamsche slechts 23 pet. aangegroeid. Het getal der kadastrale grondverdeelingen vermeerderde van 1845 tot 1878, in de acht provinciën (Hrabant blijft buiten rekening omdat het half Vlaamsch, half Waalsch is) met 652,675 stukken; twee derden hiervan kwamen het Waalsche en een derde het Vlaamsche" ten goede. Het getal huwelijken is 2 pet. grooter bij de Walen dan bij de Vlamingen, het is bij de eersten niet zoo zeer aan vermindering onder- lievig als bij de tweeden in de jaren van slap pen handel en nering. Zoo leverden de voor spoedige jaren van 1871 tot 1875 16,134 huwelijken bij de Vlamingen en 15,847 bij de Walen op; in de tegenspoedige jaren van 1876 tot 1878 ging het getal huwelijken bij de Vlamingen met 1500 en bij de Walen met 1100 achteruit. In 1878 stierven er in het Vlaamsche land 13,000 menschen meer dan in het Waalsche, terwijl in beide gewesten het cijfer der geboor ten 22,000 hooger was dan dat der len. De militaire plaatsvervangers zijn immer talrijker in de Vlaamsche dan inde Waalsche provinciën. In een slecht jaar, zooals 1865, leverden de eerste er 1175, de tweede 953 op in een goed jaar als 1872.dalen die cijfers tot 692 voor dé eerste en 446 voor de laatstemet verslechting der tijden stijgen de getallen opnieuw, en in 1878 zijn er 1100 Vlaamsche en slechts 375 Waalsche plaatsvervangers. Dezelfde gevolgen stippen wij aan in het vervullen der ouderlijke plichten. Op 4302 onwettige kinderen in de Vlaamsche provin- sterfgeval- KUNSTBODE DICHTKUNDIG VERHAAL DOOR PH. CALUWAERT.

HISTORISCHE KRANTEN

De Kunstbode (1880-1883) | 1882 | | pagina 1