IJpersch Weekblad.
geheel het land 3,00. OP 500 AFDRUKSELS. voor stad 2,50.
TRQIPÊ, MAIS FIDÉLE.
KUNST- EN LETTERNIEUWS.
Zondag- 4" Juni 1882. 5 centiemen het nummer. 3de jaar N° 18.
DE KUNSTBODE VAN ïJPEREN, verschijnt den Zaterdag avond; men schrijft in bij Karei Deweerdt, drukker, Rijsselstraat, 59, IJperen. De
inschrijvingsprijs is fr. 2-50 voor «tad. fr. 3-00 voor geheel het land.Alle artikelen, verslagen of mededeelingen moeten vrachtvrij aan het bovengemelde adres ge
zonden wo 'den vóór den Vrijdag avond. Aankondigingen den regel 5 centiemen. Reklamenden regel 15 centiemen. Inlijvingen bij akkoord aan geringen prijs.
Vinken.
't Was recht mooi weêr de laatste dagen.
Ja, dat is ook geen nieuws: iedereen heeft gevoeld,
hoe stikkend heet het op sommige uren van den dag-
was! 's Morgens kon er het nog al door, maar wie
zal zich ook den zoeten morgensluimer en der donzige
veèren ontrukken, om te gaan kijken wat weêr het
maakt? 't Mag goed zijn voor heethoofdige poëten en
dergelijke vieze kerels, die met het liaangekraai op de
heen zijn, en inliet veld loopen droomen over eenen
hoop dwaze dingen, die sinds lang uit de wereld geban
nen zijn, en waar nog slechts hier en daar een sukke
laar wil geloof aan hechten, zooals eerlijkheid, liefde,
vriendschap en andere ongerijmdheden ejusdem fari-
nte. Niet zoo, lezer lief?
Zonder twijfel, maar ik dacht, dat gij over vinken
gingt handelen, en gij valt aan 't raaskallen!
Dat is te zeggen, ik was juist op het punt u uiteen
te doen, hoe ik nogtans, in weêrwil mijner antipathie
tegen morgendroomers en speldenstekkers, toch graag
een uchtendtoertje in het veld haal, niet om te speku-
leeren over windgezoef en bladgesuis, golfgekabbel en
vlerkgetril maar om de vinken te liooren slaan of
zingen, zooals u 't liefst hebt. De vinken, ziet gij, dat
zijn mijne goede vrienden; ik heb er van jongs af een
zwak voor gevoeld, en nu nog vermaak ik mij beter,
met een luimigen kwant op eenen tak te hooren slaan,
beter dan een habitué der Munt, zelfs wanneer Sarah
Bernhardt, in de Dame aux Camélias, op de planken
staat. Ik ben dus vinkenliefhebber.
Als ik zeg vinkenliefhebber heeft niemand het
recht zich in te heelden, dat er bij mij eenige dier mui
zenvallen aan den gevel hangen, waarin mijne geve
derde lievelingen met toegebrande oogleden rondsprin
gen. Neen, dat niet! Daar ben ik voor het minst geen
partijganger van, en wie zou het ook zijn?
't Is waar, wanneer de vink verblind is geworden,
houdt zijn zang meer aaneen, het duurt langer en het is
veel rijker aan melodij. Men zou zeggen, dat het diertje
zich die berooving van hèt licht wil vergoeden, met
zich zeiven hiertoe een welluidend concert te geven. De
vogelvangers verblinden de vinken door zeer onom-
NOUVELLE.
--
Suite.
Toi! s'écria généreusement le noble jeune homme;
mais vois mes larmes, et pardonne-moi ce coupable
soupcon; ma trop grande tendresse pour toi en est la
seule cause.
Je t'ai pardonné depuis longtemps déja; c'est pour-
quoi, reprends confiance.
Merci!... Mais dis-le moi, et redis-le moi encore: puis
je nourrir l'espoir d'être un jour le compagnon de ta vie?
Ami, que je suis malheureuse! Vois, je t'aime tant
que je redoute de te dire ce ouique mon faible
ccp.ur et les puissances qui m'entourent, combattront
nuit et jour.
D'un ceil attendri, Alfred regarda en soupirant le ciel
étoilé.-
Mon Dieu, dit-il, mon coeur n'était done monté si
liaut que pour me faire comprendre et mesurer la hau
teur dont je suis tombé en un instant... Non, Léonie, je
ne possede pas ton coeur sans partage, je ne te reverrai
plus. Toujours je t'aimerai, ton absence pour moi sera,
il est vrai, la plus cruelle souffrance, la mort peut-être,
slachtige middelen, die wel niet altijd gevaarlijk voor
's beestjes leven zijn, maar die ik toch de vrijheid neem
zeer barbaarsch te heeten. Zonder de dierenbescherming
tot het belachelijke te willen doordrijven, en met zekere
leden der Société protectrice des animaux te gaan
spreken over rechten der dieren, mag iedereen toch,
in naam der eenvoudigste inenschelijke gevoelens, hou
den staan, dat men nooit, tenzij in gevalle van dringen
de noodzakelijkheid, noch zoogdieren, noch vogelen,
noch eenig ander bewerktuigd, levend en gevoelig we
zen mag doen lijden. Wanneer enkel dat lijden voor
doel heeft het vogeltje te verplichten ons eene meer aan
gename uitspanning of een streelenden vermaak te ver
schaffen, is het volgens rede en zeden reeds een zeer
laakbaar feit, eene niet na te volgen wreedheid, die men
maar liefst aan onbeschaafde volken mag overlaten, en
die natuurlijk voor gevolg heeft, het hart te verkoelen
en de goede gevoelens te ontlouteren bij het kind, in
wiens tegenwoordigheid ze gepleegd wordt.
Daarbij, zie eens hoe lief het diertje in vrijheid is.
Vlug en levendig van aard, blijft het onophoudelijk in
beweging, gaat en keert, vliegt van boom tot boom,
springt van twijg op twijg, draait en wentelt, en is
geen oogenblikje stil. Voorwaar, het vinkje is het vlug
ste onder de vluggen, het spertelachtigste aller kleinvo-
gelen (1), en wiens vrolijke aard aanleiding heeft gege-
ven tot het vaak gebruikte fransche spreekwoord: gai
comme un pinson
Willen wij den vink eens nader leeren kennen, en
een woordje reppen dat ietwat naar natuurlijke historie
rekt?
Hoe? Wat? zult gij mij vragen: natuurlijke historie
in een tijdschrift?
Hewel, waarom niet? Men vindt die bladen zoo
dikwijls, ja veel te dikwijls, met dwaasheden van allen
aard opgevuld, 't mag dus dienen als verandering. En
daarbij, dewijl wij van den vink aan 't handelen zijn,
laat ons eens zijn burgerstand zijn handel en wan
del wat nagaan. Dat ten minste wordt in politieke
bladen, over personen en zaken, meer dan genoeg ge
daan.
Het type van dat geslacht is de ons bekende Boom-
gaardvink
mais enfin je ne te verrai plus.
Alfred, Alfred, reprit tristement la jeune fille avec des
larmes danslavoix, prends pitié de moi, ne m'abandon-
ne pas; je serais trop malheureuse. Mais cela ne sera
point, n'est-ce pas? Je sais oh tu demeures, ajouta-t-elle
avec une exaltation croissante; si tu m'abandonnes, j'irai
ft ta recherche! Que veux-tu done de plus?
Ton hme, ton affection...
Mon affection, ingrat, ne l'as-tu pas?... Vois ces
larmes, elles coulent pour toi!.., Ge feu qui colore mes
joues, c'est toi qui le fais naitre, et je ne t'aimerais pas!..
Pourquoi ne pas prononcer ce oui que je te deman-
de, ce serment sacré que rien ne peut faire transgresser?
reprit doucement le jeune homme.
Tais-toi, je n'ose pas, car peut-être irai-je terminer
mes jours infortunés dans un cloitre.
Tu te dis malheureuse... Et pourquoi l'es-tu? Situ
le veux fermement, ton père écoutera ta voix, et le bon-
heur nous attend. Done, ta situation...
C'est mon secret, ami... Et puis, mes parents...
Et lc jeune homme de ce matin, ajouta amèrement
Alfred.
Je te comprends. Et maintenant, la main sur le
coeur, je dis ceci, toi et a Dieu: Dés ce soir, je lui écri-
rai que toute démarche ultérieure serait inutile. Es-tu
content, maintenant?
J'ai l'ame inondée dejoie, répondit l'étudiant, en
saisissant la main de son amie d'enfance et en la pres-
Dit vogeltje heeft de vlerken tamelijk lang en het
staartje min of meer gaffelvormig aan het uiteinde. Bij
het mannetje is het voorkopje zwartblauw, de oogappels
kastanjekleurig; de kaken, de keel en de zijden van den
hals zijn roodachtig, de rug is grauw, de borst en het
onderlijf min of meer wijn- of steenrood. De slagpennen
zijn zwart, met een geel streepje geboord en eene ovale
witte vlek in 't midden. De pootjes zijn bruinachtig, het
bekje is blauw des zomers en hoornachtig grijs des
winters, maar het puntje ervan is pikzwart, het gansche
jaar door. Mevrouw de Vink daarentegen moet zich
met wat min genoegen. Haar vederkleed is wat minder
bont en veel duisterder dan dat baars gemaals, bijzon
derlijk op de bovenste deelen des lijfs, terwijl de onder
ste deelen eene zeer twijfelachtige tint daarbieden.
Ziedaar dingen die iedereen kent; maar, wat nien
misschien niet weet is, dat de geléerden den vink in het
orde der Zangvogels (2), familie der Kegelsnavels (3) ge
schikt hebben, waar hij blijkt zeer wel op zijne plaats
te zijn, wijl hij goed zingt, en zijn bekje kegelvromig en
een weinig gebogen is.
[Slot volgt.) Kees.
Een wederantwoord op vriend Pedro's antwoord.
Fuid riep Ignaas, dat hij geen dief en was,
Mn Nardus zei: - Als gij 't bij kris en kras
He zweeren komt, dan sluit ik mijne kas!
O Vriend, wanneer men raast van bakken en van trog,
►doch nooit: Mijn brood is goed! Men mochte twij-
[flen nog.
IJperen. H. Van Be veren
Paardje rijden.
sant sur ses lèvres; mais je ne sais, je tremble encore,
l'avenir me parait si douteux...
Alfred, mettons notre confiance en Dieu. Six longs
rnois, il est vrai, te séparent encore de tes derniers exa
mens, mais ayons courage. Adieu, pense souvent a ta
pauvre amie.
Et, rougissant d'evnotion, elle déposa un baiser virgi
nal sur le front du jeune homme, en répétant:
Courage et espoir.
Adieu, adieu, murmura-t-il.
Si le pauvre garqon avait été moins ému, s'il avait pu
comprendre le langage du bruissement des feuilles, le
murmure du ruisseau qui coulait a cótó de lui, l'écho lui
aurait répété
Adieu et pour toujours!
En rentrant chez lui, Alfred, quoique s'expiiquant dif-
ficilement pourquoi Léonie n'avait pas voulu prononcer
ce oui solennel qu'il avait réclamé a plusieurs repri
ses, chassa cependant bientot de son esprit tout soup-
con, toute idéé sombre.
Un ange si pur, si doux ne saurait me tromper, se
disait-il; eile craint ses parents, c'est naturel, et il lui
faut beaucoup de prudence pour les persuader de ne pas
séparer ce que le temps et Dieu ont uni, sous leurs pro-
pres yeux.
Le lendemain, notre héros repartit pour Bonn, sinori
heureux, du moins consolé.
(A continuer.) Dr C. Paret.
DU KUNSTBODE
(1) Passares.
(2) Oscines. (3) Fringillidse-
Paardje rijden,
hip. hoera!
Maar het vallen mijden
Sa
Wie komt er bij, wie doet er mêö?
Wie wil er paard of ruiter zijn?
Vingers op voor paard.' Tevreê!