jpjm7i- «w* Verschijnt 2 maal te maande rik^' 15 Mei 1918 2d® Jaar No 6 (23) ABONNEMENTSPRIJS Poper. Soldaten': KOSTELOOS. Andere soldaten ,2.00 fr. Burgers 4.00 fr. \y fWsw -**v V J N„ v y\ **- JP 1 BEHEER E. H. Jul. Vanneste, Aalm. Z 44 I H. G. Herpelinck, brank. Z 93 H. A. Baert, Noordstr., 13, Pop. 't Is nu zoolange reeds dat de oorlog woedt, na zich slepend afgrijselijke wee en verwoesting en dood en in veler geest waar *t licht des geloofs aan 't verduisteren is gegaan, rijst.de vrage Waarom toch laat de goede God dit alles toe en uit veler harte waar de goddelijke liefde aan 't insluimeren is, stijgt een wanhoops kreet, een kreet van opstand tegen God Ah, zelfs onder geloovige jongens lijdt men zonder onderwerping, met tegenzin, morrend en knorrend, vervloekt en verwenscht men al die miseries strijdt men bitter tegen dit onvermijdelijke wee Arm menschelijk verstand zonder lichtbaken van het geloof Arm menschelijk hart, zonder den balsem der Goddelijke liefde! Gods rechtvaardigheid eischt dat er orde heersche op aarde, in ieder mensch De schepper vóór de schepsels. Eere wien eere toekomt. De mensch is geschapen, zegt de Kathechismus, om in dit leven God te dienen. Edoch, is dat het beginsel dat de mensch als grondslag van zijn leven heeft gelegd? God wordt miskend misprezen, gehaat, vervolgd. Hij werd uit het huisgezin, uit de maatschappij verbannen. Hij werd de aartsvijand, die moest tot ter dood bevochten worden. De afgrijselijkste ondeugden werden op den troon gezet en openbaar eere bewezen. En onder de geloovigen welke lauwheid, en zwakheid in godes,dienst welke karakterloosheid en halfslagtigheid in het goed. doen, welke lafhartigheid en bangheid in het kwade te be kampen het menschelijk opzicht is lijk een kanker die de maat- schappij afknaagt. Waarlijk de mate was boordevol en 't riep om wrake ten hemel. Ah de goede oude menschen waren zoo klaarziende toen ze zeiden de icereld wordt te slecht7 gaat kwalen regenen en oorlog \al er komen!... En God wendde zijn .aangezicht van de*wereld af en zijn arm viel loodzwaar neder En de goeden boeten het met en voor de kwaden. Zijt ge bij de goeden Aanschouw dan het erfdeel van wee dat is overkomen bij 't zicht des geloofs en ge zult u gelukkig achten. God doet u de genade uw vagevuur te doen hier op aarde ge wordt gezuiverd als het ijzer in den smeltoven en slechts wat zuiver is kan den hemel binnentreden. Is de leerling beter dan de meester? Jezus Christus heeft pijnen verduurd die geen mensch ooit verduurd heeft. Moogt gij, christen mensch, geen deelken daarvan krijgen Begreept ge Jezus' woord Wij mët mij medelijdt zal met mij mede verheerlijkt worden. Verders wien god mint, dien kastijdt plei het lijden immers leeit de mensch bidden, en het leven naar zijn echte waarde schatten wij zijn in een dal van tranen, in een beproeviégstijd hierboven is ons Vaderland. Verliest daarbij niet uit het oog, dat het lijden weiverdragen u in staat stelt uit te voeten voor de zonden uwer medemenschen en dat is een werk aan de heilige zielen weg gelegd: Middelaar zijt ge gesteld met Jezus, tusschen God de Vader en de zondaars en een heilige* ziele kan voor duizenden uitboeten. Dit alles wel beschouwd en overwögen, is't mogelijk onverschillig te blijven, of te lijden met tegenzin, zohder onderwerping Ge zijt toch katholieke jongens met hart en ziel, en niet met beetje geeste- lijk vernis bestreken dat wat regen doet verdwijnen. Leefden we ons geloof Als ge echter tot de iauwe zielen, tot de zondaars behoort, hebt ge reden uw lijden zonder morren, ja met vreugde te aanvaarden Het antwoord springt in 't oog. Het is noodig immers, absoluut noodig, dat aan Gods Rechtvaardigheid voldaan worde, dat de zonde uitgeboet worde, dat de gebroken orde hersteld werde. En hoeveel beter is het voor u, dat ge 't kunt doen hier op aard Hier namaals is de straf onherroepelijk. Hier op aard kunt .ge aan spraak maken op Gods Barmhartigheid Voor hoevelen is het lijden*het beginsel geweest der bekeering en de poort des hemels i Gods gratie wacht ze daar af, om ze terug tot kinderen Gods fe maken. Laat ons bidden opdat de oorlog vele geestelijke vruchten zou mogen dragen, opdat de zondaars niet doof blijven aan Gods Nagezien door de Krijgsoverheid Nr 619 1 - (als 't kan) i s

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperingsche Keikop (1917-1919) | 1918 | | pagina 1