(H. Aan onzen diepbetreurden Burgemeester den heer Felix van Merris Burgerstand van 15 Oogst tot 14 Septemb. Zijn volk dan angstig redt uit dreigende gevaren, Nu meer dan ooit hebben wij allen eene moeder broodnoodig. Niet zoozeer eene aardsche moeder, want al ware bare liefde nog zoo groot hare bezorgdheid nog zoo aanhoudend, wat kan zij* arm mensch, voor ons, als de oorlog ons van haar rukt en ons verweer loos overlaat aan 't moordend staal. Meer eene hemelsche moeder is het die wrij behoeven, die helpen wil en kan, die zorgt voor ziel en lichaam, die eene voorliefde heeft voor ongelukkigen en hulp- loozen. In de huidige omstandigheden^ wie voelt er geen behoefte aan machtige bescherming tegen de ontelbare gevaren, 't zij ze komen van Satan, 't zij ze komen van den Duitsch aan grachtike steun en getrouwe zórg in ons gescheid zijn van alle duurbare wezens, overgelaten aan ons eigen onervaren krachten. Herinnert u in de loopgrachten uwe afgematheid en neerslagtig- heid., als gij, afgebeuld door lange march en zware zak, uwe ge broken en door de riemen tot bloedens toe gepijnigde ledematen in een eng hol op liet natte stroo uitstrekt, uw hartzeer en heimwee gedurende de eindelooze donkere winternachten in slijk en vegen doorgebracht. Beklagensweerdig zijt gij als gij nog niet ondervonden hebt, hoe op deze stonden bijzonder, moeders arm krachtig kan steunen,moe- - ders hart innig kan troosten. Een moeder hebben wij allen brood noodig. Maria toont zich onze moeder, toonen wij ons hare kinde ren. Niets is haar aangenamer dan de rozenkrans. Dat dagelijks uit ons hart opstijge den diepdoorvoelden kreet Wees gegroet Maria Vlechten wij menigvuldige geurige rozenkranzen rond haar koninklijk hoofd, onverweikbare kranz.en van witte en roode rozen, de witte rozen onzer zuiverheid, de roode rozen onzer bran- - dende liefde, nooit vergetende het troostend woord van den H. Ber- nardus Eén kind van Maria gaat niet verloren Geen schooner kroon dan eigen schoon. In den oorlog hoeven wij niet alleen de krijgsverrichtingen na te gaan, het oog gevestigd op eigenbaat. Neen, slaan we soms nen blik rondom ons om te zien of onze levenswijze met vrienden en medeburgers niet door de omwenteling werd geschokt, ten nadeele der maatschappij. Recht door zee en rechtzinnig en oprecht zou 't overal moeten wezen, doch te veel huichelarij en bedrog beheer- schen thans de wereld. Vergeet niet dat schijn bedriegten ook een dag zal komen dat onrecht,- 't is gelijk waar het zich schuilt-, ontmaskerd wordt ten aanzien van eenieder. Wij leven in den oorlogdoch ia dit een reden om plicht en plicht besef over boord te werpen Uit 't oog mogen we dan ook niet verliezen dat we niet alleen maar met en \oor nog anderen leven. Bij het te pers leggen van 't blad, vernemen wij het afsterven van Heer Georges DECAT, echtgenoot van vrouw Alice Van den Berghepeboren te Poperinghe, den 28 September 1879, en overle den te Alencon (Frankrijk) den 18 September 1918.. IIet Beheer biedt \ijne rechtzinnigste rouwbetuigingen aan de achtbare familie. Van af December zal de Keikop niet meer gestuurd worden naar deze die ons hun adres Z niet zonden. Dus* mannen, 200 ge aan 't bladje houdt, ge weet wat er u te doen staat. 'Gelijk de kapitein zijn zinkend schip verlaat. En met gebroken oog het wrak nog gadeslaat, Wijl het verwolgen wordt door wilde onweersbaren, En zelf, den dood in 't hert, aan veil'ger haven strandt Zoo kwam heer Felix toe in 't verre ballingland, Geknakt naar lijf en ziel door overmaat van lijden. Hij had van zijne stad, in bange rampspoedstijden, De wreede marteling heldhaftig mèegeyoeld Ze drie jaar lang gezien door moordend schroot omwoeld, De burgers schaar bij schaar in naamloos wee ontvluchtend, Verstrooiend zich alom, voor helscher gruw'len duchtend Gezien hoe vuur en staal vernielden zonder perk De vrucht van wijs beleid en onverdroten werk Gezien hoe 't noodzaak werd die droeve jammernis Te scheppen gansch en heel tot een verlatenis De bitt're kelk was vol 't moest kwijnen, dood zich bloeden, Zijn gulden hert, welks schat wij vroegertijds bevroedden. Als hij dat lichaam zag, waar reeds de ziel uit week De torenspitsen, die, ih dringend hulpgesmeek, Hun kruisen boven stad als armen strekken deden Het stadhuis, 't ziekgesticht, waaraan hij wou besteden Zijn ijver kwistig eens,l)arbaarsch tot puin gedoemd..... Als vóór zijn blik verrijst de volksziel wijdgeroemd Om strenge burgerdeugd in vroeger vredejaren, Ontedeld nu, misvormd, zoo steunloos voor gevaren En hij zich kwellend vraagt of ooit ze wederkeert, 'En ooit herleven doet den geest van d'ouden heerd. Zoo treedt hij, 't oog betraand, ontkracht, lands wreemde wegen, En treurt en zucht om 't volk, hem weerzijds toegenegen, Dat nooit hij weer zal zien 0 bange voorgevoel En richten hooger op tot eed'ler levensdoel. 't Gebeurde zoo te vroeg kwam de dood hem treffen Hij kon niet zonder ons iets levensweerd besellen Wij waren al te ver, ods weg-zijn droeg hij niet..... O God, die nieren peilt en al 't verborgen ziet, Gij weet hoe maatloos ook een vader 0 wij ontberen Verleen hem rust, wil U tot <s*wee\en minzaam keeren. TERECHTWIJZING. Op liet kerkhof van St.-Désir,in de be gravingvan onzen geachten Burgemeester werden de lijkreden uit gesproken in 't fransch door den Heer Dr. BRUTSAERT, in 't Vlaamsch door E. H. A. DE JAEGHER. GEBOORTEN Hauspie Maurice, z.v. Seraphien en Carlé Sidonie Denys Agnes, d. v. Florent en Wulleman Martha; Vandoolaeghe Gamiel,' z. v. Alfons en Declerck Elisa; Vlaemynck Marguerite, d. v. Emiel en Vermeulen Maria; Deleeuw Hubertus, z. v. Denis en Decokep Maria Werquin Lucien, z. v. Richard en Merlevede Eugénie Lermytte Achiel, z. v. Henri en Vitse Maria. OVERLIJDENS Dezeure Alice, 6 m., d.v. Arthur en Buseyne Julie; Vandoolaeghe Gamiel, 6 d., z. v.-Alfons en Declerck ElisaDeclercq Francois* 3 m., z. v. Filip en Defoort Eveline; Houspie Gaston, 2 m., z. v. Camiel en Decae Martha; Denys Agnès, IG-d., d. v. Florent en Wulleman Martha; Decoker Roger, 1 m., z.v. Jerome en Ostyn Elisa. HUWELIJKEN Wall Geoiges, 23 j., eng. sold., met Steverlynck Jeanne, wed. v. R. Lahaye, 24 j.; Vereist Frans, 30 j., sold., niet Sylvie Verie, 34 j.; Robertson Richard, 46 j., eng. sold., met Paesschesoon Magdalena* 27 jaar. Overleden in Rouen r Beauprez Olga-Maria-Irma, 11 m. Overleden in Sotteville (Rouen) Debyser Jozef, 78 j. Overleden in De Panne Foutreyn Henri, 00j.; Decrock Julie (Wwe Lermytte), 74 j. Overleden in het Belgisch Hospitaal, te Montreuil, vanaf 20 Juli tot-31 Oogst: Brabants Louis-Pliilippe, 91 j. Messiaen Helene* 42 j. Sopnie Stechele-Gouwet, 89 j.Lermyte Louis, 65 j.Duyck Emiel, 71 j. Rondelez Cornelius, 92 jaar: Clabau Petrus, 43 jaar; Vercamer Sophie, 82 j.; Deroo Melanie, 77 j. s. Estiüs. Het Beiieer. ,v- poperjnganes. - In den Oorlog "5

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperingsche Keikop (1917-1919) | 1918 | | pagina 2