HET NOTARIEEL EN NIJVERHEIDS ANNONCENBLAD
Nieuwsblad voor Poperinghen Omstreken.
Da bloem van bet Vrtjboscb
Apotheek Frans Van de Pias
Zondag 7;' Mei 1922.
15 Centiemen.
V aderlandsiiefde.
In 't Buitenland.
ïn 't Binnenland.
Aboaaeiiieniprijs
In Stad fr. 6.50
In Belgie &yt 8.00
Buitenland 13.00
Sausen hanneste,
15, Gasthuisstraat,
POPERINGHE
19 Jaar. N1 19.
öe maand der Lieve Vrouwe
fpff Mode! Iloede-i
\T Spert citstuuiöu
O orlogs schade.
Politiek O verzieh t.
Genua.
Zc-er vriendelijk.
De Syndikaie vrijheid
De Aartsbisschop van Genua.
In Engeland.
IIOUWBERICHTEH,
Het Wetsvoorstei Van Cauwelaert.
Onze kantnijverheid,
HONGERLIJDENDE RUSSEN
(Vervolgt.)
per Jaar
Uitgever
Drukkerij,
Papierhandel,
PtPERINGHEMAR
Postcheokrekening
nr 15570
«Waar men ga langs Vlaamsche wegen
Oude hoeve, huis of tronk,
Komt men U, Maria, tegen,
Staat uw beeltenis te pronk,
Lacht ons toe uit lindegroen,
Bloemenkrans of blij festoen.
Aldus schildert de gemoedelijke dichter
van het eenvoudig-schoon lied «Onze Liev
Vrouw van Vlaanderen ons lieve hoekjes
van den Vlaarnschen buiten in den tijd van
Mei.
In den gevel der oude hoeve, bezijden de
lage halfronde deur is een nis, met glas ge'
sloten, waarachter een beeldje der Moeder'
maagd prijkt, opgesierd met verzilverde kan
deiaartjes en veelkleurige papieren rozen.
Op het kruispunt van twee karwegen, die
eene gele zandstreep trekken door het bruine
land staat een lindeboom. Aan den stam
daar waar de takken ontspruiten, hangt een
houten kapelletje met Maria's beeld. Boven
het kapelletje hangt een reusachtige kroon
papieren bloemen, door de landsche doch
ters geknipt en gedraaid.
Menigvuldig ook zijn de steenen kapelle-
tjes, welke men doorgaans aantreft bij den
viersprong van oude banen.
Wie heeft er nooit door de tralievenster
kens van zoo'n klein
keken.
Uit eigen jeugd herinneren wij ons een
zeer schilderachtig gelegen kapelletje, te
midden van donkere dennenbosschen. Van
verre reeds zag men de helderwitte muurtjes
tusschen de boomstammen glimmen. Het
groen deurtje vertoonde een rond venster
ken, heimelijk lonkend achter zwaar rooster
werk. Hoe dikwijls hebben we niet, met de
lawaaierige blokjes aan de voeten, opgeklau
terd naar het vensterken, om te kijken naar
't versierde Mariabeeld? Met stillen eerbied
we?en we elkaar het paar krukken, <?n de
ex-votos aan den muur opgehangen
Hoe menigmaal hebben wij, met stille
stem, het onderschrift gespeld en gelezen
Langs dezen weg zet geenen voet.
Of zegMaria wees gegroet!
in de steden ook vindt men nogmenigMa'
riabeeld met lantaarn of kandelaars. De
Meimaand brengt ook daar aanleiding tot
opschikken, herschilderen, verlichten.
Deze versiering, te land of ter steê
Maria-heiligdom ge
is
ais een uiting van eenvoudig geloof en kin
deriijke liefde.
Menigeen, die modern wil schijnen of mo
dern wil doen, vindt deze uiterlijke Maria-
vereering niet meer van den tijd.
Doch, zoolang godsvrucht en reinheid van
zeden als deugden gelden, zoolang ook zal
Maria door haar kinderen met groen, bloe
men en Meizangen vereerd worden.
Dikwijls wordt er gesproken en geschre
ven over verheffing van het zedelijk leven.
Er wordt geklaagd dat de massa als naar
het heidendom terugschuift.
Weelde en genotschijnenhet hoogste goed
en de opperste betrachting.
Meer dan ooit worden de Christelijke
deugden ootmoed, kuischheid, zelfbeheer-
sching, beschimpt.
In Maria vinden wij deze deugden tot vol-
ledigen bloei gekomen. Daarom zal voor
katholieken de verheffing van het zedelijk
leven steeds staan in het teeken der Maria-
vereering.
Gaarne zien wij de jeugd neerknielen rond
het blanke beeld der Onbevlekte, verheven
op een troon van bloemen en licht. Daar
leeren jonge lieden opblikken naar een hoog
ideaal van schoonheid en reinheid.
Eilaas, de wereld Iaat niet zelden andere
idealen voor de oogen van jonge menschen
schitteren weelde, genotzucht, wellust.
Dat de jeugd vurig vrage, zoo schreef E
H. Drijvers, door Maria voorgelicht te wor
den, om in alles volgens de ware wijsheid te
handelen». Niet om zich zeiven van naden
ken te ontslaan en lijdzaam de ingevingen
van boven af te wachten; neen, want de
eerste wet van onze natuur is zelf te denken,
maar opdat Maria den loop onzer gedachten
zou richten, onze inzichten zuiveren en ver
heffen,ons het meesterschap over onze harts
tochten en aandoeningen helpen behalen.
Dan zullen wij met volkomen klaarheid des
geestes in ieder geval zien wat goed, wat
edel, wat God gevallig is, en we zullen daar
met vastheid toe besluiten.
Belangwekkend is de persoonsschildering
der H. Maagd, welke in het dagboek der
kloosterlinge Anna Catharina Emmerich
wordt aangetroffen.
«Magdalena is grooter en schooner dan
de andere vrouwen. Dinade Samaritaansche
is ook schoon, maar veel werkzamer en
handiger dan Magdalena, en zeer levendig,
Mengelwerk van De Poperinqhenaar 71
door A. HANS.
Zekeren Decemberdag werd Godelieve
naar het komiteit geroepen.
In spanning ging ze er heen. Ze werd door
een angstig voorgevoel gekweld.
Zou ze nu nieuws hooren van haar man
O. ze had zoo veel aan hem gedacht en
om hem geweend. Ze had zoo'n hevig ver
langen naar hem.
O, als hij nu tot haar terugkwam, berouw
vol, bereid, om een nieuw leven te beginnen.
Ze zouden het verleden vergeten.
Maar welk nieuws wachtte haar op het
bureel van het komiteit?
Madam Devuist, deze brief is uit
Brugge naar u gezonden, zei een der be
stuurleden.
Uit Brugge, stamelde Godelieve.
Ja... de post gaat nog traag maar nu
hooren de menschen toch nieuws...
Godelieve ging heen... Menschen spra
ken tot haar, maar ze hoorde 't niet,tenmin
ste ze verstond hen niet. 't Was even of alles
om haar duizelde.
Uit Brugge!
Die woorden ronkten nog in haar oor.
Maar haar hart stormde.
't Is van Louis...
Ze bekeek den omslag. Ze kende 't ge
schrift van 't adres niet.
Hier was er een rustige hoek... Er ston
den geen groepjes vluchtelingen ais elders,
vriendelijk en gedienstig bij elke gelegen
heid, als een snelle, schrandere en minzame
meid. Zij is ook zeer ootmoedig.
«Maar allen overtreft de H, Maagd in
wonderbare schoonheid Hoewel hare leest
wel haars gelijke in schoonheid heeft en
minder opvallend is dan 't voorkomen van
Magdalena, toch schijnt zij boven allen uit
door een onbeschrijfbare zedigheid, een
voud, ernst, zachtmoedigheid en rustigheid.
«Zij is zoo rein en zonder nevenindruk-
ken, dat men in haar het evenbeeld Gods in
menschengedaante ziet.
«Niemands wezen gelijkt haar. Heur zoon
toch heeft hare trekken. Haar aangezicht
overtreft dit van alle vrouwen rond haar, of
van die ik ooit zag, in onuitsprekelijke rein
heid, onschuld, ernst, wijsheid, vrede en
zoete, vrome lieflijkheid.
«Zij zietergansch verheven uit en toch
als een onschuldig, eenvoudig kind.
Zij is zeer ernstig, zeer stil, vaak treurig,
maar nooit ontdaan, noch onstuimig. De
tranen loopen hee! zacht over haar rustig
aangezicht.
Schoone Lieve Vrouwe, bid voor ons.
e. w.
Overjas
Impefmeables
HOEDEN OP MAAT OF GEREED.
Veranderingen - - Herstellingen.
BRUSSEL-NOORD, BotiU Ad. Max, 50.
Telefoon 129.2
Belangrijkste hoedenmakerij v. h. Land.
In de laatste zitting der Scheidsrechter
lijke Kommissies werd de schade op len Au
gusti 1914, als volgt vastgesteld voor de
hiernavermelde geteisterden
POPERINGHE.
Peel Elie
Delbeke Lucien
Decocker Maria
Metsu Romain
Debyser Maurice
Derycke Erniie
RyckeBosch Jules
Butaye Victor
Delboo Henri
Papegaey Justin
Debruyne Camiile
Deleye Henri
Goussy Stéphanie
Z1LLEBEKE.
Gryson Léopold
Spotbeen Arthur
Hooghe Qdfle
YPER.
Noyelle Alois
Weyne Amandus
Verbeke Auguste
Lalou Julie We Cailliez
Indevuyst Amand
Declercq Séraphin
We Priem
Acke Hélène
Goesaert Camiile
Bailleul Alice
Callens Hónoré Pierre
Duplacie Pélagie
Deceuninck Joseph Gustave
Deltoinbe-Gliesquiere Jules
Dethoor Robert
Spotbeen Arthur
WERVICQ.
Verbeke Godderis Aloïs
Withouck Vanhede Jules
fr.
260.
860.
3410.
647.50
1000.
741.
658.
1441.
685.
6797.82
1300.
290.
3622.86
2120.
7140.
3200.
1800.
2939.
3400.
4710.
2862.
7190.
4460.
8528.
5370.
700.
8165.
2100.
355.
1010.
500.
1250.
1110.
3106.
Fourmantrouw Verhaeghen Léopold 1855.
Vanheden beschrijver 1165.
Lecomte Fourmantrouw Cyrille 730.
Staessens-Nuttens Constant 563.
Delie Vandelannoote Pierre 3417.
Decroix-Schoonaert Emile 2192.
Vandenameele-Verschaeve Aloïs 1136.
We Delbaere-Vanalderwerelt 395.
Kimpe-Depoortere Gustave 1481.50
We Henri Schotte-Penet 1145.
Verbeke-Goethals Henri 2573.
Breyne Desmet Léon 1485.
Ramaut-Defever Pierre 1398.
Claeys-Debock Rerni 875.
Pattout-Carton Victor 1520.
Pardoen Marie en Pauline 3515.
Kesteloot Carrein Théophiie 1185.
Delobel-Elslander Cyrille 513.
Depiere-Catteau Emile 1028.
Pype Salomez Léon 883.
menschen, die hun belangen bespraken en
vooral de groote vraag wanneer ze naar
huis zouden kunnen gaan.
Godelievê trok met bevende handen de
enveloppe open...
Neen ze kende 't schrift niet...
Maar daar van onder... groote hemel...
t was toch zijn naam...
Louis De Vuist... 't stond daar...
Hij leefde dus nog, hij schreef haar...
Zie maar...
Beminde Godelieve...
En de jonge vrouw las...
«Eindelijk verneem ik van een kennis,
waar gij zijt. Ik lig hier zwaar gewond te
Brugge in het hospitaal. En de dokter kan
geen hoop meer geven. Nu 't is zeker het
beste zoo... Ik heb mijn eigen leven bedor
ven... Ik ben van u weggegaan omdat ik
moest. Ik trok naar Holland, maar daar had
ik geen rust. Ik ging naar Engeland. Lang
zaam ontwaakte ik als uit een droom. En
toen voelde ik, welk een slecht mensch ik
was. Niet aileen om mijn gedrag binst den
oorlog... meer nog om mijn gedrag voor den
oorlog... Ik kan dat nu niet allemaal schrij
ven. O, wat heb ik u bedrogen, Godelieve.
Maar 'k heb er zoo om geleden. Uit wan
hoop ben ik soldaat geworden. Ook uit
boetvaardigheid. Somswenschte ik te ster
ven.
k Zag mannen vallen, die zoo veel beter
waren dan ik en zoo veel meer noodig dan
ik, voor hun vrouw en kinderen of voor hun
ouders.
Dan weer hechtte ik aan 't leven, 'k
Had een wilde hoop, dat alles weer goed
zou worden... Maar neen,dat is onmogelijk.
V-andamme-Decroix Emile
1185.
Vervaecke Jules
1150.
Desmadryl-Descamps
1098.
Bille-Bonnier Edmond
2406.
We Bernard-Vandamme
940.
Lacante-Masschelein
2000.
KEMMEL.
D' Huysser-Nuns Jules
16837.50
Goudezeune-Callens Henri
29500.
We Vandersype-Descamps
27592.50
WESTOUTEP.
Castelein Charles
1825.'
Verbrugghe Gustave
8255.
LOCRE.
Dumoulin Ernest
3970.
Dondeyne Aloïs
3670.
DRANOUTER.
We Derckx-Pouille
17745.
WAESTEN.
Oudendycke Camiile
1426.
Mesure Auguste
1050.
Bekaert Arthur
502.
Boone jean Baptiste
3136.
Debruyne Armand
1902.
Dhoisne Sauveur
1882.
We Freurbaix
1077.
Baelde Charles
788.
Deaegenaere Pierre
2059.
Devroe Hilaire
2555.
Ghesquiere Emile
19569.
Verbeke Edrnond
39 T-
Castrycke Charles
11854.
Wij lezen in De Rousselaersche Bode.
De prachtige stoet van Zondag laatst heeft
aanleiding gegeven tot beknibbeling en af
keuring van een zeker aantal personen die
vonden dat die stoet misplaatst was, dat hij
gericht was tegen het gerecht, tegen de re
geering, ja tegen de Koning... met een woord
naar hun zin was het eene echte on- of anti-
vaderlandsche boel
En dan vragen wij ons of wat dan eigen
lijk vaderlandsliefde is; met welk recht die
menschen aanspraak maken op het monopo-
lium der vaderlandsliefde, die het minste
recht der Vlamingen miskennen met welk
recht zij uit naam van het vaderland alle
Vlamingen verketteren.
Zijn zij de ware vaderlanders die met den
oorlog het hazenpad kozen, naar veiliger
oorden Zijn zij het die zakjes fabrikeer-
den, die benzol leverden, die allerhande
nieuwe bedrijven begonnen ten bate van
hunne zaklandsliefde en van den toen zoo
lieven, thans zoo vermalledijden Boche
Zijn zij het die belangrijke sommen aan
marken binnensmokkelden tot groot genoe
gen en voordeel van het vaderland die hun
goud duur verkochten (ten bate van wie?);
die met een goudstuk een paspoort bemach
tigden, en nu schimpen op de regeering
orndat ze niet rap genoeg hunne oorlogscha
de uitbetaald worden?
Zijn dat de vaderlanders die destijds zich
voor den legerdienst lieten afkeuren en nog
niet eens de schamele 1.600 fr. gunden aan
dezen, die in hunne plaats in de modder
het vuur en de slachterij van den Yzer
stonden?
Zijn zij het die hun landgenooten tegen
elkandqr opruien en in 't openbare hun bel-
gische broeders durven noemen lompe uit
buiters en meêwoners en Frankrijk hun
ne grootmoeder noemen
Zijn zij het die in zake sekwesters, oor-
logschade of taksrechten den staat bestelen
waar ze kunnen?
Bestaat de Vaderlandsliefde dan alleen in
uiterlijk vertoon, in brommende kanonnen,
kletterende sabels, fijn gesnede glinsterende
uniformen, inekanieke parademarchen, wap
perende vlaggen op bepaalde dagen?
Die heeren nemen het ons niet kwalijk,
maar wij hebben eene andere opvatting van
de liefde tot het vaderland
Het vaderland, dat is onze familie, ons
eigen volk, onze werkkring, onze inrichtin
gen, onze vrijheid, onafhankelijkheid (wat
doen de zoogezegde nationalisten ermede?).
En deze noemen wij goede vaderlanders,
die, niet uit eigenbaat of eigenbelang, maar
met zuivere inzichten, werken om die be
standdeelen, deze eigenschappen te behou
den en te verbeteren. Vaderlandsliefde is on
baatzuchtige liefde tot ons volk, is vruchtba
re liefde, niet alleen ten goede van eigen
zaak en eigen fortuin, maar tot nut van het
algemeen.
Vaderlandsliefde bezit hij die zijn volk
schooner, edeler, ontwikkelder wil, die zijn
volk wenscht te brengen op het hoogste cul
tureel peil, die bewerkt en betracht de stof
felijke en zedelijke opbeuring van zijn volk.
Vaderlandsliefde bezit hij die zijne burger
lijke plichten goed vervult, die de wetten
naleeft, die eerlijk zijn to! betaalt aan de
staatskas, die de rechten zijnen medebur
gers erkent en eerbiedigt, die 's lands en 's
volksbelang boven zijn eigen belang stelt.
En waar vindt men die menschen?
Natuurlijk niet in den stoet van Zondag
laatst... dit waren onnoozelaars, dompers,
lafaards, verraders. Die vaderlandsliefde
vindt men alleen bij de mannen van Vive
le roi, Vive l'arniée, Vive la France.
O! Gekalkte graven!
Hoe langer de Konferencie te Genua duurt,
hoe meer zij op eene fopperij van België
in het bijzonder schijnt uit te draaien. De
Bondgenooten, die na lange en pijnlijke
krachtinspanningen den oorlog gewonnen
hebben, ioopen groot gevaar den vrede te
verliezen. En België, dat in het Vredestrak
taat van Versailles, op verre na, zijn recht
niet verkregen had, wordt nog eens door
zijne «vrienden» overboord geworpen.
...Verschill-ige Beigen, thans nog in Frank
rijk gevestigd, worden krachtens de nieuwe
Fransche wet tot intrekking van de verlen
ging der huurovereenkomsten, bedreigd uit
hun huis gezet te worden.
Reeds meermaals moest de Belgische
Gezant te Parijs onderhandelen met de
Fransche Pegeering over eene overeenkomst
om de Belgen in Frankrijk wat zachter te
behandelen. Doch 't is al vruchteloos.
Frankrijk geeft zelf geen antwoord op dit
verzoek.
Misschien zou Frankrijk wel antwoorden,
moest men bij de behandeling der huishuur
wet, de Franschen in Beigië wonend, met
dezelfde maat te meten?
Tijdens de ondervraging deze \Feek in de
Kamer over de syndicale vrijheid komen
ongehoorde dwangmiddelen voor den dag,
door de socialisten gebruikt om de werkers
te dwingen van hun syndicaat deel te maken.
Zoo b. v. eisehen de socialisten wegzen
ding van christene gesyndikeerden onder
bedreiging van werkstaking. Stellige feiten
met zekere bewijzen worden aangehaald.
Dit alles is niet alleen onrechtvaardig maar
ook gevaarlijk voor de rust onder de wer
kende bevolking van het land.
Dit stelsel, «Rood of geen brood» moet
verdwijnen. En dit zal verdwijnen als de
socialistische arbeiders een juister begrip
zuiïen hebben van hun plicht. Het is de ver
keerde voorlichting van hunne leiders, die
ze op het dwaalspoor brengt.
Een beroep wordt gedaan bij den Minister
van Justicie om het onrechtvaardig stelsel
«Roodof geen brood» te doen eindigen.
sing die Van Cauwelïtërt voorhoudt is al
gematigd genoeg. Geene enkele andere op
lossing geeft voldoening aan de Vlamingen.
De vervlaamsching van ons hooger onder
wijs met als oplossing «Gent vervlaamscht»
maakt deel van het Minimum programma,
dat is het minste wat de Vlamingen als hun
recht eisehen.
Maar, laat het ons maar zeggen, Vlaande
ren bezit ook een Maximum-Programma.
Vrede rust op wederzijdsche toegevingen.
De Vlamingen hebben reeds toegegeven met
het Minimum boven het Maximum te ver
kiezen. Nu is de beurt aan de Walen.
Zoo de Walen ons niet willen helpen om
eene oplossing te zoeken in' den geest van
het Minimum-programma dan helpen zij het
Maximuin-programmaverwezentlijken waar
aan de Waal, gewezen Minister Destrée het
eerste gedacht gegeven heeft.
De Vlamingen vragen de bestuurlijke
scheiding niet, maar ze vreezen ze ook niet.
En dat mogen de Walen en de Franskil
jons we! weten en er eens ernstig op
denken.
Aan ons de Vlaamsche Gentsche Hoo-
geschool.
Een dagbladschrijver vroeg een dezer da
gen aan den aartsbisschop van Genua
«Welke is de politiek van den H. Stoel?»
Zijne Eminentie antwoordde De poli
tiek van den H. Stoel is gericht op de alge-
rneene pacificatie met gerechtigheid voor
allen.
Pacificatie door gerechtigheid Zulke
woorden doen deugd aan ons katholiek
hart. We juichen den prelaat toe die ze uit
spreekt.
Mochten al de katholieken zijn woord
overwegen en de staatslieden ernaar hande
len, Belgie zou er waarachtig niet slecht bij
varen.
In plaats daarvan prediken veel Belgische
katholieken vervolging en onrecht
Het legereffectief bedraagt 126 duizend
man min dan verleden jaar. De kosten zijn
op de helft verminderd- en geheel het budget
van den legerdienst is met 19.794 pond ster
ling verminderd.
In Belgie is het legerbtidget met eenige
duizenden.... vergroot. Guido.
B»SSMS
voor Aankondigingen
BERICHTE»,
VEliKGQPiSiGEN,
Eene inlassching
o,6o ctn per regel.
Herhaald» Itilassehiug-.
o.5o c n per regel.
VOüMSSEH,
i 5o fr per iegel.
5 fr. voor io reg
Herh !de r.- ree»
prijzen op aanvraag
Alle annoncën zijn
vooraf te be talen
en moeten voor den
Vrijdag noen inge
zonden worden.
wereld*» Dat is wel. Doch het is nogeens
meest van de werksters zelf dat de redding
moet komen. Zij moeten door eene organi
satie komen tot schooner loon dat hun mo
gelijk zal maken kunstwerk te leveren.
Dit kunstwerk moet de wereld verkonden
dat de Vlaamsche kantnijverheid onover
trefbaar is en dat haar roem nog niet uit
gestorven is.
En ik ben veroordeeld. O, als ge mij verge
ven kunt, kom dan nogeens tot hier... Dan
zal ik u mijn volle schuld bekennen. Maar
kunt ge niet komen... denkt gij dat ik het
niet meer verdien, dan zal ik alles op papier
laten zetten. Gij moet de waarheid kennen.
Heel mijn leven was bedrog... Maar voor
oprecht berouw is er toch vergiffenis en
bijzonder als de dood nadert. O, kon ik u
vergiffenis vragen en uit uw mond hooren,
dat ge mij vergeeft... Maar ik durf niet veel
aandringen, ik noemde u de Bloein van
t Vrijbosch... Dat waart ge, maar ik heb ze
vertrapt. Godelieve hebt toch medelijden
met iemand die zijn zonden uitboet. Zend
mij in elk geval een antwoord.
Ik ben zwaar getroffen in de borst Ik
kreegdie kogels in 't bosch van Houthulst
Eu 't was verdiend...
O, kondt gij voelen, welk een berouw ik
heb...
Een vriend schrijft voor mij...
Louis De Vuist
Godelieve beefde van ontroering...
Nu had ze nieuws en zekerheid...
Louis lag te sterven ginds in West-Vlaan-
deren... te Brugge.
Zij was dicht bij hem geweest en ze wist
het niet. En toen reeds zocht ze hem. Voor
hem was ze naar de verwoeste streek gereisd.
En nu zou ze hier blijven Hij riep om
haar...
Godelieve besloot dadelijk te vertrekken.
Anders kan het te laat zijn... En ze wilde
hem vergiffenis schenken eer hij voor goed
de oogen look.
Maar wat zou ze voor haar onthullen
Heel zijn leven was bedrog geweest... O,
Het wetsvoorstel Van Cauwelaert dat de
vervlaamsching der Gentsche Hoogeschool
bevat, is aanveerd in de Midden-afdeeling
der Kamer.
Weldra zal het besproken worden in de.
Kamer.
Heeft het kans aangenomen te zijn?
De Kamer is samengesteld uit Vlamingen,
Walen en Brusselaars.
De Vlamingen, op een paar na, vragen de
vervlaamsching van Gent. Dus men mag
zeggen: Vlaanderen eischt zijne Vlaamsche
Hoogeschool. Maar zij hebben de meerder
heid niet en het is de meerderheid die
beslist.
Wat kan er gebeuren
De Brusselaars zullen zich verdeelen. De
eene zullen Gent aannemen, de andere niet.
Wij staan dus voor het ongehoorde,
hoogst belangrijke feit dat het de Walen zijn
die zullen moeten beslissen als er recht zal
geschieden in Vlaanderen. En dat recht is
voor Vlaanderen eene broodzaak, eene
levenszaak.
Het woord van onzen Koning Gelijkheid
in rechte en in feite wacht noch steeds op
uitvoering.
Ofwel de Walen zullen stemmen tegen
Gent: De Vlaamsche Hoogeschool komt er
dan niet;
Ofwel zij onthouden zich of stemmen niet
de Vlamingen: dan krijgen wij de Hoo
geschool.
Komt Gent er niet, dan moeten de Vla
mingen ook niets anders hebben. De oplos
waarom had hij haar dan aan zijn verdorven
leven, aan zijn lot gebonden
Maar neen... nu geen kwaad denken...
Hij had boetvaardigheid gedaan en veel
geleden. Voor een berouwvolle was er ver
giffenis.
Godelieve strompelde naar huis... Tranen
vulden haar oogen. Soms keek ze als door
een floers.
Ze kwam in de schamele vluchtelings-
kamer.
Een brief van Louis riep ze met een
snik.
Van Louis herhaalde Vereeke ver
baasd.
Maar kind toch! kreet moeder onthutst.
Hij, die kerel durft nog schrijven
Sprak tante Lotte, die bij hen inwoonde.
Zwijg tante smeekte Godelieve.
Zwijgen Is hij niet de schande voor
de familie, misschien Loopt hij nog vrij
'tlsdatae 't niet weten, hoe hij de hand
van de Duitschers is geweest. Soldaat wor
den, dat is allemaal goed en wei... maar ze
wisten in 't leger niet welk een gast hij is...
Vereeke overliep den brief.
Godelieve schreide stil.
Tante, houd op riep ze heftig. Laat
vader alles lezen... Dan zult gij we! anders
spreken
Anders spreken Omdat hij schoone
woordenineen brief zet! Maarkind toch,hoe
zoudt gij u nog met hem durven vertoonen
Tante, hij ligt op sterven i
Lotte schrok nu toch.
Op sterven herhaalde ze, en keek
nieuwsgierig naar den brief, die haar meer
moest onthullen.
Vereeke schudde 't hoofd...
De kantnijverheid, waarvoor tegenwoor
dig eene bijzondere belangstelling betoond
wordt, beleeft een tijdstip van verzwakking
De crisis speelt daat eene rol in maar
andere oorzaken ervan moeten ook aange
stipt worden de te lage loonen, de uitbrei
ding en vervolmaking der mecanieke kanten
het groot getal kantwerksters die geen
kunstwerk meer voortbrengen en eindelijk
de hooge tolrechten waarmede onze kant in
andere landen belast wordt.
De loonen in de kantnijverheid mag men
echte hongerloonen noemen. Dit is de groote
oorzaak dat vele werksters het fabriekwerk
verkiezen en dat er veel minder kunstwerk
geleverd wordt.
Het kunst-kantwerk, dat vroeger de roem
van Vlaanderen was, heeft plaats gemaakt
voor kanten van mindere hoedanigheid. In
tegendeel zijn de inekanieke kanten zoogoed
nagemaakt, dat het soms zeer moeilijk is ze
van handwerk-kanten te onderscheiden.
Daar de kosten van voortbrengst kleiner
zijn verdringen zij den echten kant.
Het getal kantwerksters dat vroeger van
50 tot 60 duizend beliep is fel verminderd
De tolrechten zijn hoog. Amerika dat ons
veel kanten koopt, vraagt een tol van 60 t. h.
De ongedurige wisselkoers houdt er tegen
veel kant op te doen.
Een der grootste redmiddels voor onze
kantnijverheid is: het maken van kunstwerk.
Daarom moeten de kantwerksters opge
leid zijn in scholen die geheel op de hoogte
zijn van de nieuwere kunst in de kantwer
ken. Wij zijn gelukkig in Poperinghe ver-
schillige scholen te bezitten die aan die ver-
eischten voldoen.
Een ander middel is het ontwikkeien van
het vereenigingsleven bij de kantwerksters,
om hooger loon te bekomen. Dit is moeilijk
omdat men heel dikwijls stoot op den onwil
der kantuitgevers of de onverschilligheid dei-
kantwerksters. Dit middel is nochtans
noodig.
Alleen eene sterke organisatie kan aan de
kantwerksters een menschwaardig loon
geven.
Er is eene beweging van belangstelling
voor de kanten onder de Damen der hooge
Mag ik hem voorlezen, vroeg hij, zijn
dochter aanblikkend.
Als tante er niet met anderen over
spreekt.
Ben ik dan zoo'n babbeltonge
Stil nu gebood Vereecke en hij las
den brief voor.
Soms was er een vreemde trilling in zijn
stem.
Dan heerschte even stilte.
Moeder verbrak ze en vroeg
Godelieve, wat gaat ge doen
Naar Brugge gaan.
Wat kreet tante Lotte. Gij gaat naar
Brugge Gebruikt toch uw verstand.
'tis zeker triestig, wat er in dien brief staat,
maar ge moet voorzichtig zijn... Ge moogt
niets meer met hem te stelien hebben. Nu
weten ze te Schoonvelde dat gij met hem
gebroken hebt. Maar wat zal 't zijn, ais ze
hooren, dat ge bij hem teruggegaan zijt...
Ik vertrek naar Brugge verzekerde
Godelieve.
En wat zult ge daar allemaal hooren
Wie weet wat hij uitgestoken heeft En dan
zijn gedrag binst den oorlog! wat gaan de
menschen zeggen Zullen ze niet herhalen,
wat ze al eens verteld hebben, dat gij 't ak
koord waart met de Duitschers
Wat letten mij de menschen riep
Godelieve op heftigen toon. Louis is mijn
man... hij ligt op zijn uiterste en hij roept
op mij I
Maar gij zijt een Vereeke en de eer
van de familie telt ook mee hield Lotte
vol. Als gij naar Brugge gaat...
't Is nu genoeg'! anders, brak Vereeke.
Lotte, gij moet zwijgen.
Ha, als ik zwijgen moet Ja ik weet
Opvolger van S. VANDEN BERGHE,
Bertenplaats, 8, (Kleine Markt),
1» O F E li 8 ii I I E.
VOO li Diti
Voor 't allerlaatst vermelden wij nog enkele
giften die ons toegekomen zijn.
Watou, ter eere der Goddelijke Voorzienigheid
om verhoord te worden 20 Uit dankbaarheid
aan St-Antonius om eene bekomene weldaad 25
Ter eere van de H. Jozef en de H. Antonius voor
eene bijzondere intentie 40 Boesinghe, opdat
God ons huisgezin zegené 25 Een edelmoedig
Vlaming 10 Ter eere van de Goddelijke Voor
zienigheid 10 Poperinghe, om van God den
wereldvrede te bekomen 20 id., onbekend 30
Onbekend 20 Ter eere van de Goddelijke
Voorzienigheid 40.
Algemeen totaal 11 .721 fr. 1 5 cent.
De conferentie voor den vrede in Ier
land, tusschen de voorloopige regeering en
de on verzoen baren is mislukt.
Twee engelsche geneesheeren zouden
de microbe ontdekt hebben van de suiker
ziekte.
In eene mijn van Roumenie heeft eene
vreeselijke ontploffing plaats gehad. Van de
162 mijnwerkers zijn er 54gansch verkoold,
28 aan hunne wonden bezweken, 4 zwaai
en 5 licht gekwetst.
De goudmijnen van Belgisch Congo
hebben in 1921 eene opbrengst goud gele
verd van 2,228 kilos. In de twee eerste
maanden van 1922 trok men uit die mijnen
362 kilos van dit kostbaar metaal.
M. Deschanel, gewezen Voorzitter der
Fransche Republiek is deze week overieden.
Op zijn sterfbed heeft hij eenen priester
ontboden en is gestorven, voorzien en ge
stérkt door al de troostmiddelen van onzen
katholieken Godsdienst. Woensdag had de
plechtige lijkdienst plaats in de O. L. V.
kerk te Parijs.
Te Berlijn heeft men weer een grooten
wapendepot ontdekt.
De Spanjaarden leveren in Marokko
bloedige gevechten tegen de opstandelingen.
Spanje heeft 30.000. man ter plaats
De landbouwers Decarne en Delberghe
van Caestre die Zondag nacht huiswaarts
keerden, werden langs de baan door drie
roovers overvallen en uitgeschud. De 36-ja-
rige Decarne werd zoo erg toegetakeld met
kneukelijzers dat men hein 's anderdaags
dood vond langs den weg. Zijn buurman
was er in geslaagd te ontkomen.
Een reizigerstrein werd in het station
van Riüy in Frankrijk aangereden door een
goederentrein. Vier rijtuigen van den reizi
gerstrein drongen in elkaar, terwijl de ma-
cliiene en twaalf andere rijtuigen uit het
spoor sprongen.
Na heel wat krachtinspanningen kon men
een dertigtal gekwetsten onder de ineenge-
stuikte wagons uithalen.
Tot nog toe zijn er vier dooden twee
mannen, een vrouw en een kind.
Een der rijtuigen die vernield werden,
hield de doodkisten in van soldaten, terug
gebracht van he) front.
KtiidNiiieuwA.
Zondagrust. Alle Apotheken open
tot den middag lieden Zondag namiddag
alleen M. NOTPEDAME,
Reizen. Indien gij u op reis begeeft,
verwaarloos niet u van een of twee mono-
poeders te voorzien, want het is het eenigste
en echt ganeesmiddel tegen hoofd-en scheele
hoofdpijn, zenuwlijden, razende tandpijn en
rhumatiek.
Te koop bij H Nutredams, Groote Markt,
en A. Kestely^, Gasthuisstraat, Poperinghe,
in doozen van 1,75 fr. en van 3,00 fr.
het wel, ik tel nooit mee. Lotte heeft geen
verstand... maar 'k heb het toch altijd
gezegd, dat Godelieve 's huwelijk niet
deugde.
Ja, ja, dat weten we wel... en daarom
bofte ge zoo op dat huwelijk.
Maar 'k versta het gevoel van Godelieve
en ik ga met haar mee.
Gij ook hernam Lotte. O, ge moet 't
weten 't Is uw zaak. Ik trek er mij niets
meer van aan.
Gij moet er u ook niets van aan trekken!
Vader, wij vertrekken seffens, hé
vroeg de jonge vrouw.
--Wel ja... Gij doet uw plicht! Louis
iigt op sterven. Als de dood nadert, zwijgt
al 'iandere... Maak u gereed...
Moeder Vereeke had ook de tranen in de
oogen.
Hoe triestig dat alles, zei ze. Maar ja,
ge moet gaan. En ge zult daar alles hooren
Lotte, dat is geen vereeniging... 't is de
cheiding voor altijd.
Godelieve ging in de andere kamer en
kleedde zich. Ze wiesch haar gelaat. De
menschen moesten niet zien, dat ze geweend
had. Ze haatte al dat gebabbel.
't Ging hier tusschen haar en Louis...
Anderen hadden er zich niet mee te
moeien.
Geen half uur later begaven vader en
dochter zich op reis.
t Werd weer een lange, vermoeiende
tocht te voet, langs slijkerige wegen, door
een troosteloos landschap.
En toch joeg 't harte zoo...
Als ik maar niet te iaat kom dacht
Godelieve telkens.