VOOR HIIE BEGEERT VERSCHRIKKELIJKE iTPH» TE UNITE. HET NOTARIEËL EN NIJVERHEIDS ANNONCENBLAD Nieuwsblad voor Poperingh en Omstreken, HET GEHEIM HUWELIJK Apotheek Frans Van de Plas Zondag 2n Juli 1922. 15 Centiemen. 19< Jaar. Nr 27 Moderne Jeugd. Abonnementprijs In Stad fr. 6.50 In Belgie 8.00 Buitenland 13.00 Sausen=Vanneste, 15, Gasthuisstraat, POPERINGHE Xtf0TZ ijks De Poperinghenaar den Zaterdag of Zondag morgen te huis besteld te worden,is het vol doende een abonnement te vragen 't zij aan de bode, 't zij in de post, 't zij ons een kaartje te schrijven. 4 Fr. van nu tot nieuwjaar. Oorlogsschade. Politiek Overzicht. De begrooting van Economische Zaken. M. Colaert. De zaak De Beuckelaere. Het Katholiek Vlaamsch Kongres. De Conferentie van den Haag. per Jaar Uitgever Drukkerij, Papierhandel, Postcheckrekening nr 15570 rfOBf nz 13b n^piRiasiui Sb isiii voor AAhkotidiglng'tfclJO BEBI VERRÓ», fWfjgjjg yA j Eene inlasscMng>?0M< o.6o ct» per regel. Herhaalde Inlassching. o.5o ct» per regel. V0NKISSEN, i 5o fr. per regel. R0UWBER1CHTEN. 5 fr. voor 10 reg. Herhaalde Annoncen prijzen op aanvraag. Alle annoncen zijn vooraf te betalen en moeten voor den Vrijdag noen inqe- zonden worden. ii w De nieuwe abonnenten kunnen nog de reeds verschenen nummers van oris men gelwerk verkrijgen. Er kwam een huwelijksaanzoek van An toon Hillen. Vader en moeder zagen elkaar vragend in de oogen. Wat er moest geant woord worden Moeder vroeg, na nog eens een blik op het papier te hebben geworpen Zoo we Julia eens... Vader moest even glimlachen. Die hebben, achter onzen rug reeds alles bedisseld, wees er zeker van. Maar we konden moeder wel eens raadplegen. De oude grijze grootmoeder moest ook heur woord komen meespreken. 'Toen ze den naam van den jongen hoor de, kwam er op haar oud wezen een afkeu rende trek... Neen neen dat was de gepaste echtgenoot niet voor haar kleinkind, voor de lieve Julia, die ze meer beminde dan ze ooit hare dochter had kunnen bemin nen. Eiwel, moeder Daar valt niet aan te denken. De Hil- Jen zijn brave menschen, maar de zoon is een... enfin, Julia is veel te goed voor zoo'n modern jonkertje. Moeder had geen vree met dat gezegde. Maar wat is er over Antoon te zeg gen. Hij heeft eene zeer goede positie en de familie is rijk... We mogen van geluk spreken dat... Vader nam heur het woord af. We kunnen er over nadenken. Daar bij, we moeten Julia eens ernstig spreken als ze dezen avond thuis komen zal. Vader was wel te vinden voor het huwe lijk. Dit aanzoek scheen hem zeer vereerend toe. Zijne moeder, eene verstandige vrouw, die ver zag, schudde het hoofd. Enfin... er was geen haast bij. Eenige dagen later kreeg de jonge heer Hillen het antwoord. Ze waren tevreden... Voortaan kon hij aan huis komen, bij zijne verloofde. Het tegenstribbelen van grootmoeder en het aarzelen van vader werden overwonnen door Julia's tranen. Zij zou nooit gelukkig wezen met een ander. Antoon kwam... eenige Zondagen. Hij begon het saai te vinden, de wandelingen in den tuin en de uitstapjes in gezelschap der ouders. Dat was net eene verloving van vóór vijftig jaar, zoo zegde hij. De wereld had nu eenmaal meer moderne begrippen gekregen, na den oorlog overgewaaid uit Amerika en vooral Engeland. Julia antwoordde, de tranen in de oogen Zoo hoor ik u niet gaarne spreken, Antoon. Zijn we niet gelukkig zoo Zijn we niet alles voor elkaar Wat wilt ge dan toch Reizen, zei hij... Hier zitten de ouders ons op de hielen. Maar.wat geeft Jiet Willen we Zondag eens uitvliegen naar de zee Zondag kan vader niet van huis weg. Uw vader moet er niet bij wezen... Smeekend zag ze hem aan Ach Antoon, als we getrouwd zijn dan kunnen we reizen zooveel we willen. Nu zullen mijne ouders het nooit toestaan. En gij Ge kunt in voorkomend geval gaan zonder toestemming. Er is voor 't eerst toch geen uitzicht op trouwen. —Neen ?vroeg ze teleurgesteld...Waarom niet Uit princiep, lieve... We mogen on ze vrijheid niet te gauw aan banden leg gen. Grootmoeder wist het 's avonds van Mengelwerk van De Poperinghenaar 2 ROMAN Hij is hier in huis, ik weet het, fluisterde Leontine in koortsachtige opgewondenheid. Ik hoorde zijn voetstappen toen hij de deur voorbijging ik kan ze van allen onder scheiden. Mijn hart ontroerde bij dat ge luid. Hij is hier gekomen om mijn armen vader te troostenhij was altijd zoo vrien delijk voor ons. Ja, hij is hier, mompelde Hedwig ont roerd. Ga tot hem, lieve 1 Spreek met hem Zeg hem wat mijn laatste wensch, mijn laatste bede op aarde is hij zal die niet weigeren. Het moet zoo zijn Zeg hem dat ik dan kalmer sterven rustiger slapen zal. Zeg hemAch, Hedwig, gij kunt oneindig beter daarover met hem spreken dan ik. Ga, en haast u. Zend mijn vader hier, ik moet hem er ook over spreken. Met een plotselinge hevige gemoedsaan doening richtte Leontine zich half overeind. De uittdrukking van haar gelaat verschrikte Hedwig. Indien Bertram niet komen wil, sprak zij, als hij weigert, laat dan niemand bij me toe, dan wil ik eenzaam sterven. Maar hij zal het doen, en ik zal zijn gade zijn. Ik bid u, gaat toch. In de grootste ontroering en verwarring verliet Hedwig de kamer. U. De bankier Harders liep nog onafgebroken den langen gang op en neer. naaldje tot draadje terug. Julia kon het haar niet verzwijgen. Wat zou ik doen, Grootje vroeg ze. Kordaat klonk het antwoord Niet gaan Zondag naar Oostende, de volgende week naar Brussel en dan weer ievers anders. Geloof me, Juuleken, indien hij hier niet komen wil, dan is het geen brave jongen, dan zijn zijne inzichten niet zuiver Julia bleef thuis en Antoon bleef weg. Julia weende haar zakdoekje nat en Antoon zat te Oostende, met eene «moderne» juf frouw, voor een tafeltje waarop twee krista len glazen en eene flesch met vergulden hals *tn een zilveren ijsemmertje. Vroeger gold het als een wetniet ver- keeren voor er uitzicht op huwelijk zijn kon, en verkeeren onder de oogen der ouders. De jongen moest kunnen bewijzen, dat hij, door handwerk qf ander amdt, het brood kon verdienen voor vrouw en kin deren. Er werden inlichten genomen bij betrou- wenswaardige personen nopens zijn gedrag en levenswandel. Ja, hij was wel degelijk braaf en werk zaam, en hij kreeg hun kind, het duur baarste dat ze bezaten. De verloving had plaats, en de bezoeken volgden... in het ouderlijke huis, onder de oogen van vader en moeder. Waarom uitloopen Ze waren immers zinnens na een paar maanden te trouwen, en dan zouden ze, zoo lang, ge scheiden leven van de ouders. Na een gelukkigen verlovingstijd, door gebracht in reine liefde, in eer en deugd trouwden de jongelieden en vonden in het huwelijk, in wederzijdsche hooge liefde en wederzijdschen eerbied het opperste geluk dat de wereld geven kan. De kinderen, met blijdschap verwacht, waren als zooveel banden die de echtelingen aan elkaar vastsnoeren, en bij elke geboor te kwam er een zegen van God in huis. Zóó dachten onze ouders er over... Eilaas Zoo is,niet meer de geest vari onzen tijd Vroeg verkeeren, zegt men nu, want men is maar eens jong. Met deze spreuk wil de jonkheid alle lichtzinnigheid, ook zware fou ten dekken. Pas uit de eerste broek loopen ze meisjes na, die ze niet tot wettige vrouw zouden willen, maar waarmede ze zullen verkeeren, of flirten. De jonkheid moet uitgeleefd wor den,... en ze zijn voor geen ernstig wprk meer te vinden, en al hunne gedachten trek ken saam op dat eene, dat hoogstgevaarlijke voor eer en deugdverkeeren zonder inzich ten van huwelijk. Zonder te spreken van «gebroken harten» en «verwoeste toekomst» mogen we beslui ten dat dit schier uitsluitend bezig zijn met liefdezaken de ruine is van vele jonge lieden. Inderdaad, men is maar eens jong, breng dus deze eene jeugd over in arbeid, in deugd, in voorbereiding tot het later leven. De moderne jeugd verzet zich vooral tegen het verkeeren onder oogen der ouders, en de ouders laten in 't algemeen veel te veel vrijheid aan hunne dochters, en zijn zoo zelf de schuld van het later ongeluk hunner kinders. Men haalt daarbij aan de voorbeelden van het buitenland, van Engeland vooral, waar de jonge lieden veel vrijer zijn in hunnen omgang met elkaar. Dat is geen reden voor ons, om evenzoo te handelen, want vooreest zijt ge niet zeker dat daar altijd alles in den haak is, daarbij ieder land heeft zijn trant, en indien het zelf standig Engelsch meisje de vrijheid dragen kan, onze Belgische meisjes zijn er in 't al gemeen niet tegen opgewassen... en struike len. Het is overigens eene dwaasheid onze goede ouderwetsche zeden te verschoppen om vreemden na te apen. Indien het slechte voorbeeld uitgaat van personen die boven hunne omgeving staan dan werkt het zooveel te verderflijker. De jonge lieden moeten luisteren naar den raad hunner ouders, ze hebben het zoo goed voor met hunne kinderen. Indien zij bemin nen in eer en deugd zullen vader of moeder hun geluk niet in den weg staan. Zij kennen de wereld zoo goed, en de be- teekenis der oude spreuk blijft altoos waar. «Wie het gevaar bemint, zal er in vergaan» Wekelijksche aankomst van Engelsche Wagens, Kamions, wielen van 8 cm. breed en in zSer goeden staat, bij MARCEL S W A E L S te Proven. Toen hij Hedwig met doodsbleek gelaat de kamer zag verlaten slaakte hij een kreet van vertwijfeling. Neen oom, 't is zoo ver nog niet, zei Hedwig, Leontine verlangt naar u. Zij weet dat ze sterven zal, de professor heeft gezegd dat zij nog slechts weinige uren kan leven. Maar zij heeft zich iets zeer vreemds in 't hoofd gezet, en toch moet het haar ingewil ligd worden. Ga tot haar, oom, en denk er vooral aan dat zij kalm en tevreden moet sterven; wat zij ook verlange, het moet haar toegestaan worden. Ja,ja,het zal gebeuren,wat het ook zij, antwoordde de bankier en snelde heen. Aan de deur der ziekenkamer keerde hij zich nog even om en zeide Wees toch vooru zelve een weinig bezorgd, lieve Hed wig, gij ziet er zoo bleek uit. Hedwig bleef een paar minuten in diep gepeis op dezelfde plaats staan toen streek ze met haar hand over het voorhoofd. 't ls me alsof ik droom, sprak zij tot zich zelve, 't Is een zoo wonderlijk verlangen, en zij vermoedt niet wat het mij kost, het hem te doen kennen, ik heb hem immers bekend dat ik voor eeuwig hem wil toebehooren. Hoe kan 't ik hem dan zeggen En toch ik kan me er niet aan onttrekken. Maar wat maakt het ook uit, zij is immers haar einde nabij ik heb niet de minste gedachte gehad dat zij hem zoo innig beminde. Zij klom de breede trap op. De diepste stilte heerschte in het geheeie huis. Er was gezorgd dat niet het minste gedruis het oor der zieke kon bereiken. Allen liepen op de teenen, en overal waren tapijten gelegd, om de voetstappen onhoorbaar te maken. Hedwig wist dat zij Bertram alleen zou vinden. Zacht opende zij de kamer waarin ln de laatste zitting der Scheidsrechter lijke Kommissies werd de schade op len Au- gusti 1914, als volgt vastgesteld voor de hiernavermelde geteisterden RENINGHELST. Rossalle Cyrille fr. 1580. Muyllaert Nathalie 610. Marquis Jules 4872.07 Verbiese Florentin 22670. Debever Hélène 8129. Bulckaert Sylvie 22470. Fivey Camille 2090. ELVERDINGHE. Cardoen Charles 2155. POPERINGHE. Leterme Charles 575. Meurisse Emmerence 560. Keygnaert Théophile 6150. Eerw. Heer Banckaert 1422. Mulle Elisa 1650. Derynck Romanie en Elodie 5980. Crevits Cyrille 12590. YPER. Staelens Gustave 11100. Pladys Amand 750. Harteel Auguste 10130. Debuigne Louis 4235. David Auguste 3000. Goethals Emile 2015. Cooren Marie We Devos 820. Deman Charles 1010. Lalous Isidore 11650. Gekiere Eugène 1575. Grimmelpon Georges 1436. Z1LLEBEKE. Mahieu Léonie We Coffyn 4460. Dumoulin Amand 4245. Carreyn Victor 3920. Forret Victor 2195. Platteau Jules 2545. DICKEBUSCH. We Alfred Cardon 5346. Capoen René 2635. BRIELEN. Vandenbroeke Justin 2315. Vandenbroele Emerence 3596. VLAMERTINGHE. Hugebaert Henri 2885. Rousselle Julie 637. VOORMEZEELE. Dooghe Edouard 2180. Gryson Jules 3030. Struye Pieter 3390. Braem Henri 1775. PASSCHENDAELE. Haeghedoorn Aloïs 3860. We Pincket 6200. Deforche Emile 2530. Vandoorne Charles 3240. Verfaillie 9250. Devriendt Olivier 2120. Tijdens de zittingen van 22 en 23 Juni werd de begrooting van Ekonomische Zaken voor 1922 besproken. Talrijke sprekers hebben er deel aan genomen. De algetneene wensch was dat de herstellingswerken goed zouden vooruitgaan en dat de schadevergoeding nogal rap zou uitbetaald worden. Ook werd de Minister Heer Van de Vyvere meermaals geluk gewenscht om zijn wijs bestuur. Dat alles in orde is? Bijlange niet doch er wordt eene ernstige poging gedaan ten goede. De Socialisten schermden meest met de bewering dat er geene onpartijdigheid was bij de samenstelling van het tribunaal van oorlogschade alsook dat het herstellen der werkmanswoningen op het achterplan ge schoven wordt. Beide beweringen worden door den Heer Minister prachtig weerlegd. De Minister is bereid zooveel het in zijne macht is alle bijzondere gevallen te onder zoeken om in de hoogste mate voldoening te kunnen verschaffen. M. Colaert vraagt aan den Heer Minister uitleg over den omzendbrief van 26 Mei laatst. Door dezen omzendbrief beveelt de Minister aan de hoofkommissarissen het onderzoek aangaande zekere reeksen schade slechts na de andere te beginnen. Deze brief houdt ook bepalingen in aangaande het Koning-Albert-Fonds en het verbod aan de hij was. Hij verschrikte toen hij haar zag, wantzijwasontzettend bleek en zenuwachtig. Is het met haar afgeloopen, vroeg hij aarzelend. Neen; zij leeft nog. Maar wat ziet ge er zwak en ziek uit, Hedwig! Ge offert u zelve op. Ach, wat beeft ge, en wat zijn uw handen koud! Gij moet u meer in acht nemen, mijn kind, niet alleen om uwentwille, maar ook om mijnent wille. Hedwig maakte een afwerend gebaar. Bertram schoof haar een leuningstoel toe. Rust een weinig, smeekte hij, ik zal een glas wijn voor u halen. Het verwonderde hem intusschen dat zij, die hem toch zoo lief had, zijn liefkoozingen ontweek. Hij nam haar handen in de zijne en kuste ze. Met een lichte huivering trok zij ze terug. Hij zag haar met nog grooter verwon dering aan. Een uitdrukking van diep leed wezen lag op haargelaatenindendwalendeh blik harer oogen. Ernstige gedachten hielden haar geest bezig. Mocht zij nijdig zijn, omdat een ander meisje bij den overgang naar het doodenrijk naar den steunenden arm verlangde, welks aanraking haar zelve zoo gelukkig maakte? Zou zij zich door lage ijverzucht zoozeer laten beheerschen, om niet te kunnen ver dragen dat een stervende in een zonderlinge luim een weinig verlangde van de liefde, die in een niet ver verwijderd tijdstip haar eigen hartewensch zou bevredigen? Plotseling hief zij haar hoofd op; het scheen haar minnaar toe als door een heerlijk licht bestraald. Bertram, sprak zij, ik heb u iets zon derlings mede te deelen, iets dat voorwaar niemand had kunnen verwachten. Weet ge ambtenaren der schadevergoeding zelf voor deel te zoeken in den wederopbouw. Deze omzendbrief behandelt ook nog het voortverkoopen der herstelde huizen. M. Colaert vreest dat dit het herstellen van Yper zou benadeeligen. Hij verzoekt den Heer Minister dezen omzendbrief te willen ophelderen daar hij veel geteisterden verontrust heeft. De Mini ster belooft zulks te zullen dóen. Wij zien met voldoening dat M. Colaert zich het lot der geteisterden aantrekt. Wat ons echter spijt is dat M. Colaert, die tot de Katholieke Vlaamsche Kamergroep behoort, deze ondervraging richt in het Fransch aan eenen Minister die Vlaming is zooals hij. In de zitting van 22 Juni, waarop M. Colaert in het Fransch sprak, hebben in het Vlaamsch gesproken, buiten den Minister Van de Vyvere zelf, de heeren Van Isacker, Marck, Claes, De Keersmaecker, Baels, Dierkensen Rubbens. Het onderzoek is ten einde. De zaak zal waarschijnlijk einde Juli voor den Krijgs raad te Brussel komen. Het proces zal wel licht 2 tot 3 weken duren. De verdedigers van M. De Beuckelaere zijn de heeren advokaten Alberic de Swarte, van Dieren en Picard. Op Zaterdag, Zondag en Maandag werd te Gent het Derde Katholiek Vlaamsch Con gres hehouden. Het Congres was zoo groot van beteeke- nis, dat het zekerlijk eenen allergrootsten invloed zal hebben op de politieke gebeur tenissen in Vlaanderen. Meer dan duizend vooraanstaande Katho lieke Vlamingen zonden hunne bijtreding en drie duizend toehoorders waren in de groo- te vergaderingen. Uit de talrijke redevoeringen en besluiten die op de algemeene en op de bijzondere vergaderingen gehouden werden lichten wij enkel het volgende: Voor de eerste maal werd de kwestie amnestie gesteld. Het Congres keurt het aktivisine af maar staat beperkte amnestie voor, met uitsluiting van het verraad. - Wat de Vlaamsche Hoogeschool betreft, op enkele bijzaken kunnen toegevingen ge daan worden, als de hoofdbeginselen maar blijven. Indien de Vlamingen die oplossing niet krijgen en zoo een toestand van onrecht geschapen wordt, zal de Vlaamsche Kamer- groep hare medewerkfng aan de Regeering weigeren. De Katholieke Vlaamsche Landsbond wil dö plaats niet innemen der katholieke partij. Hij bemoeit zich bijzonder met Vlaamsche belangen. De Katholieke partij integendeel behartigt het algemeen belang. Doch in Vlaanderen kan geene Katholieke partij be staan welke met het Vlaamsche programma, dat voor het Vlaamsch volk eene levens kwestie is, niet overeenkomt. De Heer Van Cauwelaert, in eene rede die veel indruk miek, veroordeelde de fronti- sche werking die, volgens hem, aan de be langen van ons Vlaamsch Volk schaadt. Volgens de gewestelijke indeeling zullen de militianen moeten ingelijfd zijn in dien sten die bestendig verblijven in het gewest waar de soldaten hunne woonst hebben. De Vlamingen en de Walen zullen in het leger elk in zijne taal moeten gedrild worden. Door de besluiten van het Congres zien wij dat aan alles een einde komt, zelfs aan het geduld van de geduldigste der Vlamin gen. De tijden van verslagen en besprekin gen, zooals Prof. Daels, zijn nu voorbij, Vlaanderen verwacht daden. Als gevolg en als voortzetting der werking van de Conferentie van Genua wordt eene nieuwe Conferentie gehouden in den Haag. Deze Conferentie is enkel een bijeenkomst van specialisten uit de verschillige landen tën einde de moeilijkheden, die nog te ver effenen zijn eens goed te onderzoeken. Daartoe vergaderen zij in commissies en onder-commissies. De vergaderingen heb ben plaats in het Paleis van den Vrede, enkele jaren vóór den oorlog in den Haag Holland gebouwd. Guido. STEMPELS IN CAOUTCHOUC. KOPEREN STEMPELS MET DATUM EN FIRMA 37 fr. 50in 8 dagen gele verd doorSansen-Vanneste, Gasthuisstraat, 15, Poperinghe. dat ge door de arme Leontine wordt bemind? Dat is wel mogelijk, zij bemint ons allen. Zij is een zoo zacht en liefderlijk meisje, 't ls al te treurig dat zij sterven moet. Is er geen hoop meer voor haar, Hedwig? Neen, de dokters hebben allen ver klaard dat zij sterven moet. Nog voor dat morgen de zon is ondergegaan zal zij niet meer in leven zijn. Ik heb de doodstrekken reeds op haar gelaat gezien. Arm meisje, zei de jongeling smartelijk bewogen. Dat arme meisje, ging Hedwig voort, bemint u, Bertram! Zij bemint u meer dan iemand anders op de wereld, meer dan haar leven. Dit zijn haar eigen woorden. Bertram zag verbaasd op. Hedwig sprak langzaam als iemand die voor de uitwerking zijner eigen woorden bevreesd is, die zich schaamt te spreken en toch daartoe genood zaakt is. Haar kinderlijk hart behoort u, Bertram, en nu zij op het punt staat deze wereld te verlaten, kan zij zonder u geen rust vinden. Zij ligt alleen aan u te denken, zij spreekt alleen over u. 't Is buiten allen twijfel, gij wordt door haar bemind. Maar 't komt me waarlijk allervreemdst voor, lieve Hedwig, dat gij zoo tot mij kunt spreken over de liefde, die een ander meisje voor mij gevoelt, zei hij ernstig. Ik moet het doen, antwoordde zij snel. Ik heb haar moeten beloven u te zeggen hoe innig zij u bemint. Zij ligt te sterven en heeft nog een eenigen wensch, een vurig niet te onderdrukken verlangen. Die wensch kwelt haar, hij heeft zich geplaatst tusschen haar en den vrede, waarmede zij den dood moet ingaan, tusschen haar en den langen, zach- ten slaap, waaruit zij niet weder zal ontwa 11 dooden en 9 aekwets'o. PLAATS DER RAMP. Hetkruiske duidt de plaats aan waar de wagon omkantelde. Overblijfselen van den wagon. D E BEGRAVING. Auto de lijken vervoerend. Een Groep Familieleden Nogmaals heeft men eene vreeselijke ramp,te wijten aan het opbergen en vervoe ren der akelige oorlogstuigen, welke nog op verschillige plaatsen verspreid zijn. Onge lukkiglijk worden dergelijke ongelukken telkens met inenschenlevens betaald. Zoo ook is het nu weer geweest te Wyt- schaete, waar Zaterdag namiddag, rond 2 ure, eene ontploffing plaats greep, die de verschrikkelijkste gevolgen heeft gehad. In het bosch rechtover het oude kasteel van M. Godschalk, halverwege de weg Kemmel-VierstraeteWytschaete, is een inzamelingspark van munitie, waar alle moordgetuig der streek wordt samenge bracht. Daar wordt het op kleine wagonne tjes geladen en een kwart uurs verder gesteken waar men het doet springen. Aan het laden waren Zaterdag 12 mannen bezig, allen te Yper wonend, onder het toezicht van een ploegbaas, den genaamden Medard Decrocq, jongman, afkomstig van Brugge. Deze werklieden waren volop aan den arbeid, toen eensklaps een dezer wagons, met obussen gevuld, omkantelde. Op het zelfde oogenblik had eene geweldige ont ploffing plaats. Stukken lood, staal en koper werden in alle richtingen geslingerd. Op het gerucht der losbranding waren de werklieden die in de nabijheid op het veld aan den arbeid waren alsook eenige der dichst wonende personen voor eene erge ramp vreezende, toegesneld en.hadden een afgrijselijk schouw spel voor oogen. De twaalf werklieden lagen in een grooten bloedplas uitgestrekt. Ver scheidene van hen waren de kleederen van ken. Gij kunt dien wensch vervullen, Bertram Ik? riep hij uit. Welnu, ik ben tot alles bereid wat in mijin vermogen is, dat weet ge, Hedwig! Zeg mij, wat kan ik voor haar doen. Met een pijnlijjken trek op haar gelaat zag het lieve meisje 'uaair minnaar aan. Zij bemint u, leunt ge het nu niet raden? vroeg zij met bevende stem. Wel, hoe zou fik dat kunnen? Ge moet het mij duidelijk zeggen, en dan zal ik zien of 't mij mogelijk is. u en uw stervende vriendin genoegen te doen. Bedenk u nog eens, BertramZij weet niet dat ge voor mij genegenheid hebt, noch dat ik u bemin en u beloofd heb, de uwe te zullen worden. Zij bemint u met geheel haar. hart; zij weet dat zij weldra voor dit leven van u gescheiden zal worden, en nu is haar vurig verlangen dat zij als uwe gade deze wereld verlaten mag. Als wat? riep hij ontzet. Als uw gade! herhaalde zij. Zij wil onder uw naarn voortleven in de herinnering van hen die zij zal achterlaten. Als Leontine Sêewald wil zij in het graf dalen. Hij zag de spreekster met zoo groote ver bazing aan, dat zij verstande. Dat is inderdaad meer dan zonderling, zeide hij. Ik zou het ónmogelijk kunnen ge- looven, als it: et iets anders in zag dan de gril van een stervend kind. Geen ander dan gij, Hedwig, zal ooit mijne gade worden. Het lieve meisje werd pur perrood en sloeg de oogen naar den grond. Dat kan immers later nog gebeuren, sprak zij met een beklemd hart. Ik zou u voor geen meisje op de wereld afstaan, maar in dit geval is het iets anders. Het is er hier alleen om te doeji dat ge haar voor enkele het lijf gerukt en vormden nog slechts een ijselijken vleeschklomp. Armen en beenen waren afgerukt en eenige meters verder geslingerd anderen waren het aangezicht door weggeslagen stukken ijzer deels afgerukt. De negen werklieden, die het dichtst bij den gesprongen wagon stonden, werden op den slag gedood, en allen op de gruwelijkste wijze verminkt. Drie gaven nog teeken van leven maar een van hen, de ploegbaas, was door een stuk granaat in de linker zijde erg gekwetst en was zeer zwak. Isidoor Odent, gehuwd, vader van 8 kinderen, wonende te Yper was den bil gebroken en door den geweldigen schok inwendig gekwetst en verkeerde ook in doodsgevaar. Verslype, ook van Yper, was gekwetst in het aangezicht. Aanstonds werd de hulppost van het Roode Kruis van Yper verwittigd, die spoe dig met verschillige autos ter plaats kwam en de drie gekwetsten werden naar het gasthuis van Yper overgebracht. Verslype ha verzorgd te zijn kon naar zijne woning terugkeeren. Onmiddellijk werden de beste zorgen aan den ploegbaas Medard Decrocq toegediend maar te vergeefs. De joHgen zeer verzwakt door het groot bloedverlies uit zijn afgrijselijke wonde in de zijde, blies weldra den adem uit na de laatste HH. Sacramenten ontvangen te hebben. De negen andere slachtoffers allen van Yper werden naar het doodenhuis van het gasthuis overgebracht. Maandag namiddag bracht men in het gasthuis van Yper, waar de lijken lagen, nog een arm en een stuk vleesch. uren uw naam schenkt, om een stervende rust te geven. Voordat morgen de zon is on dergegaan, zal zij er niet meer zijn, en geen van ons beiden moet zich later kunnen verwijten dat haar laatste levensuren door onze schuld minder gelukkig waren. Lieve Hedwig, ik kan het niet doen, antwoorddehij. Ikzou mij zeiven van ontrouw beschuldigen; ik zou in een valsche stelling geplaatst worden. Het doet me hartelijk leed voor het arme kind, maar ik zou alle achting voor mij zeiven verliezen. Dring er niet verder op aan, Hedwig, ik kan het niet doen. Tranen vloeiden over Hedwigs bleeke wangen. Ik gevoel zeer goed het grievende van mijn bede, en toch blijf ik er bij volharden, hernam zij. Ik smeek u, Bertram, er aan te voldoen. De gedachte dat de stervende met brekende oogen ons zou kunnen aanklagen, is voor mij verschrikkelijker dan alles. Leon tine verlangt niet anders dan in haar laatste oogenblikken uw hand in de hare te mogen houden, omdat daardoor alle vrees van haar zal wijken. Heb medelijden met haar! Denk er niet om hoe kinderachtig, wonderlijk en vreemd die gril is. Geef der stervende uw naam, om haar laatsten wensch te voldoen en haar 'vrede te doen vinden. Doe het, Bertram! Ik kan met uw weigeren, niet naar Leontine terugkeeren. (Vervolgt). Opvolger van S. VANDEN BERGHE, Bertenplaats, 8, (Kleine Markt), - ÏHIPERIRIG H K.

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperinghenaar (1904-1944) | 1922 | | pagina 1