HET NOTARIEËL EN NIJVERHEIDS ANNONCENBLAD Nieuwsblad voor Poperinghe en Omstreken. I, HET GEHEIIW HUWELIJK Cokes- Kolen - flnthraeieten Apotheek Frans Van de Pla-s Abonnementprijs In Stad fr. 6.50 In Belgie 8.00 Buitenland 13.00 SansenuVanneste, 15, Gasthuisstraat, POPERINGHE Zondag 23" Juli 1922. 15 Centiemen. 19 Jaar. Nr 30. Eene inlassching Onbewust Geluk. Zwakheid. Aan de Vrouwen. A G DE COCK, O orlogss chade. Politiek Overzicht. Voor de openbare Zedelijkheid. Antwerpen en haar Petekind. De Huishuurwet. Prof. Dr Daels. In Verlof. De Kolen. Voor de Blinden. Verworpen In 't Buitenland. Waarzegsters. POSTZEGELS voor verzamelaars. per Jaar Uitgever Drukkerij, Papierhandel, Postclieckrekening n< 15570 1 i ERINGHmiAR PRIJS BERICHTEN, VERK00PINCEN, o.6o ctn per regel. 2 inl o.5o et» 3 inl. o 45 et" VONNISSEN, 1 5o fr per iegel. R0U WBERICHTEN, 5 fr. voor 10 reg. Herhaalde Annoncen prijzen op aanvraag. Alle annoncen zijn vooraf te betalen en moeten voor den Vlij dag ingezonden worden. Kleine berichten tegen den Vrijdag noen. De groote oorlog is nog dikwijls het on derwerp onzer gesprekken. 's Avonds, als alles rustig is, als de klei nen slapen en de duisternis hangt rond de woning, als het bescheiden lamplicht enkel op de handen straalt en de aangezichten in halve duisternis blijven, als een verre waak hond blaft en een eenzame tred op de stoe pen weerklinkt, dan komen, bij voorkeur, de herinneringen boven. De dag is al bedrijvigheid en gejaagd heid de avond is de vredige kalmte, de stille rust, het terugleven in vervlogen tij den. Zonder elkaar aan te kijken, de oogen half gesloten om beter in de ziel te lezen, vragen wij: Weet ge 't nog?... We gingen den geheelen dag, we zochten en vroegen.. Toen het avond werd zetteden wij ons neder op een grachtkanten... weenden. Negen uur lang hadden we gestapt met het pakje kleergoed in de hand en in een korfje de snuisterijen die moeder zelf had bereid voor hare jongens, de dappere vrij willigers. We ware gegaan naar de aangewezen verblijfplaats der jonge soldaten. Eilaas, ze waren van in den nacht vertrokken en niemand wist waarheen... Van Duffel gin gen we naar Brasschaet, verder naar Calmpthout, en. dan nog den langen weg langs den grens... Vertrokken!... Vertrokken!... De nacht viel in en we waren nog zoo ver van het dorp verwijderd. Waar stapten toch die arme, vermoeide, afgejaagde jongens, zonder geld, een vuil klam-bezweet hemd om het lijf en aan de gezwollen voeten, kousen met grqotegaten.,. In de verte drommelde het kanon met verdoofde slagen en lauwe regendruppels vielen lijze uit de duistere lucht. Het gelaat mijner zuster vlekte wit tegen den donkeren bast van een den. Zijt ge ziek? vroeg ik beangst. Neen, maar ik heb toch zooveel ver driet om vader en moeder, om de broe ders en om al de menschen... Nu is ieder een ongelukkig en vol ellende... Ze snikte... Na een poosje werd ze kalmer en ging voort Nu zijn we, inderdaad, arme, arme menschenkinderen... Zoo kan ik het niet lang volhouden... En zeggen, dat we tot voor eenige dagen zoo gelukkig waren, zoo onbewust gelukkig... We hielden het vol, vier jaar lang... Toen kwam de Vrede. De jongens kwamen terug, flink en moedigmaar rond den mond lag er een diepe trek van lichaamlijk en zedelijk lijden. Weet ge 't nog, Maria, dat ge, blij weenend, uitriep: Voortaan laat ik me nooit meer neer slaan door het lijden!... Nu we dees door staan hebben komen de dagelijksche kwel lingen niet meer in aanmerking. We waren toen van uw gevoelen en we beaamden het volmondig, dat we waarlijk echt-bewust, gingen gelukkig wezen. Op de groote vreugde volgde eene kalme gerustheid. Dan verscheen stilaan de dage lijksche onverschilligheid. Het duurde echter niet lang of weer kwam boven onze kleingeestige mensche- lijke natuur. We morden weer om nietigheden. We vonden de dagelijksche slameur of te zwaar of te eentonig. We hadden weer immer-aan wat te bedillen op het gedrag van den even- mensch. De groote beproeving maakte ons niet veel beter, en tot eigen beschaming moes ten we soms bekennen, dat we, vóór den oorlog, edelmoediger gestemd waren dan nu... Er bleef immer eene bitterheid op den boden van ons hart. Nooit werd er naar uithuizige verstrooiing en bedwelmend ge not gezocht lijk op onze dagen... En toch week de verveling niet Waarom kunnen we niet bewust geluk kig zijn? Omdat we niet rein en niet eenvoudig van harte zijn, en we het geluk zoeken op verkeerde wegen. De eenige ware voldoening is te vinden in het getrouwe plichtvervullen, in de zelf opoffering en zelfverloochening. Hoevee) Mengelwerk van De Poperinghenaar 5 ROMAN Het is geen droom,, maar de werke lijkheid, mijn kind, gaf mevrouw Harders ten antwoord. Gisteren verkeerdet ge in 't grootste gevaar, maar sinds ge met Ber tram zijt gehuwd heeft uw ziekte een geluk kige wending genomen, en nu zult ge met Gods zegen weer gezond worden. Een zachte blos kwam op Leontines gelaat, en in haar oogen kwamen weer gloed en leven. Is het wel zeker, mama? vroeg zij zacht. Ik kon niet denken dat ik in het leven zou blijven, 't Komt me alles zoo vreemd voor. En zal ik Bertram nu niet meer moeten missen, mama? Hoe komt ge daaraan, mijn lieveling? Neen, ge zult hem niet meer moeten missen, ge behoort elkander voor eeuwig toe. Dit zeggende zag mevrouw Harders den jongen man zoo smeekend aan, dat deze zich genoopt gevoelde, de teedere hand te kus sen, die de zijne omvatte. En die kus scheen nieuw leven in de aderen der zieke te storten; de blos op haar gelaat werd sterker, het licht harer oogen helderder. Beschroomd zag zij hem aan, doch had den moed niet recht streeks het woord tot hem te richten. O mama, riep zij, ik ben zoo gelukkig! Mevrouw Harders boog zich over.haar, liefkoosde haar en zeide: Mijn kind, nu moet ge mij Bertrams plaats bij u laten innemen; hij is vermoeid, want hij heeft den geheelen nacht bij u ge geluk gaat er in eigen huiskring verloren om kleinigheden die zeer goed konden vermeden worden. Hoeveel innig-gezellige avonden worden er niet vergald om een hard woord, een koppig stilzwijgen, een misverstand Ach, menschen, die elkaar liefhebben, zouden elkaar geen verdriet mogen aandoen Al onze dagen moeten staan in het ken merk der liefde en toewijding. Al de hoek jes van ons huis moeten zonnig wezen. Onze kinderen moeten in het latere leven meedragen de zoetste herinneringen aan hunne ouderlijke woning de sprookjes van vader en moeder glimlach. We moeten er van bewust wezen, dat we, niettegenstaande kommeren zorgen, geluk kig zijn, wel degelijk gelukkig in onze ne derige doening. Hoe talrijker het gezin is, hoe grooter de som der wederzijdsche liefde. Overdreven zorgen en angst voor den dag van morgen moeten we afschudden als de bekoringen. Ze verlammen ons in de dage lijksche blijmoedige bedrijvigheid. God is goed, en Zijne Voorzienigheid waakt. g. v. a. Elza Wolf. Doorzichtige kousen, kort rokje, bloóte armen, laag uitgesneden hals, losse krullen onder het zijden hoedje, zoo trippeltra;;pelt Marietje naar heur dagelijksch werk. Ze leert naaien in de stad. Rond haar pruim mondje speelt een gc aakt glimlachje, dat ze, vooral op de straat, zoo aantrekkelijk mogelijk maken wil. K j;«:t ze een bekende tegen, dan trekt ze even, heel eventjes maar, de bovenlip op, en dan ko men twee witte tandjes piepen. Eenige stappen achter het meisje gaat eene reeds bejaarde vrouw, sjofel gekleed, een korfje aan den arm. Ze moet op inkoop uit, voor het middageten... Mietjes moeder. Moeder hoest even. Het dochtertje draait het hoofdje om, knikt en maakt een klein handgebaar... Moeder gaat een groenten winkel binnen, De winkelierster is eene dorpsgenoote. Ze doet teeken wat langer te blijven,tot iedereen vertrokken is, want ze heeft wat te zeggen. Vertrouwelijk staan ze tegenover elkaar, met de armen op den winkeltoog. De winkelierster spreekt zacht. Mijn man zegt me bemoei u niet met andermans zaken» maar ik kan het niet over mijn gemoed krijgen u niet in te lichten. WanneerisMarieken gisteren thuisgekomen? De aangesprokene trekt een misnoegd gezicht en antwoord ontwijkend: Ik blijf niet wakker, ik ben vee! te ver moeid... Het was voorzeker na twaalf uur. Ik dacht: dat zal Mena niet weten!» Mena zegt met weemoedige stem. De kinderen zijn niet meer lijk wij wa ren in onzen tijd. Ze krijgt geene volledige instemming. Maar de ouders zijn ook niet meer lijk in dien tijd. Zouden uwe ouders dat loopen en uitblijven hebben toegestaan? Neen... maar de tijden zijn veranderd. De menschen zijn veranderd wilt ge zeggen Mena, ik meen het goed met u, hoor, ge moest het meisje binnenhouden. Gij hebt schoon praten. Groote meisjes zijn geene kinderen meer. We zullen later nog eens spreken als de uwe groot zijn. Ik weet het wel, een inensch kan tegen slag hebben, maar dat zeg ik, alleen uitgaan zullen ze niet, al moest ik ze met eene koord gebonden leggen. Mena kanniet antwoorden,hetkroptinhare keel. De winkelierster is goedhartig, en legt als toemaatje in het half gevulde mandje een zakkersen. Ge moogt het nu niet kwalijk opnemen, Mena. Maar als Marieken zoo laat loopt, dan zou haar vader het moeten weten. De zwakke moeder smeekt. Zeg er hem toch niets over, want dan krijgt ze slagen en dan moet ik er de gevol gen van dragen... De vrouw achter den toog ziet verwon derd op. Is Marieken niet braaf Jawel... jawel... maar ze is jong, niet waar... En het eene karakter is het andere niet. Zonder meer te zeggen verlaat moeder den winkel. Ze weet wel dat Marieken niet braaf meeris. Het zwakke vrouwken durft echter niets zeggen... als het meisje tegen haar uit vaart, dan weent ze... en vader mager niets van te weten komen... waakt; hij moet nu gaan uitrusten en iets gebruiken. Leontine knikte toestemmend. Zult ge spoedig terugkomen, Bertram vroeg zij bedeesd. Ik gevoel mij zoo wel en zoo vergenoegd, als ge bij mij zijt. Ik zal niet lang wegblijven, Leontine, antwoordde hij. En als ge niet bij mij zijt, zal 't u dan niet spijten dat ik uw vrouw ben? voegde zij aarzelend en verlegen er bij. Wat had hij kunnen antwoorden? Zijn hart werd door grievend wee als vaneenge- reten, en toch kon hij jegens het lieftallige, onschuldige meisje niet koel of wrevelig zijn. Hij boog zich over haar en kustte haar op het voorhoofd. Geef u nu aan vroolijke gedachten over, opdat geweer gezond en sterk wordt, zeide hij. Ik kom spoedig terug. Toen hij op het punt was de kamer te ver laten, wendde mevrouw Harders zich tot hare nicht. Hedwig, sprak zij, zoudt ge niet met Bertram gaan en zorgen dat hij de zoo noo- dige ververschingen bekomt! Het lieve meisje gehoorzaamde zwijgend. Zoodra de deur van de kamer waareen zij zich begeven hadden gesloten was achter deze twee, die in gelukkige uren hadden be loofd, voor altijd elkander te zullen toebe- hooren, stonden zij daar, als door hun smart verpletterdzij zagen elkander aan met een blik, waarin het hevigste zielelijden was te lezen; zij dachten aan den vreeselijken afgrond die hen voortaan zou scheiden. O Hedwig, gij hebt het gewild stamelde Bertram met heesche stem. Een ontzettender ramp dan wij ooit hadden kunnen vermoeden heeft ons getroffen. God weet dat ik de arme r Aan U Moeders onzer Yzerjongens, aan U hunne Vrouwen, hunne Verloofden, hun ne Zusters en Geliefden, aan U allen zou ik eenen naam willen leeren kennen. Als Gij hem kent zult gij dien naam met liefde uitspreken, dan zult gij dien naam prevelen, heel zoetjes zooals men alleen een gebed kan prevelen. Die naam is dezen van Leeraar D' Daels. De man die dien naam draagt is de schoonste man dien ik ken in ons land. Lichamelijk schoon wil ik niet beduiden maar wel zedelijk schoon. In korte woorden zal ik zeggen waarom D' Daels zoo schoon, zoo edel, zoo goed is. D1 Daels is leeraar aan de Hoogeschool van Gent. Onder wetenschappelijk oogpunt is hij een der vermaardste geneesheeren van ons land. Meer nog. Door zijne schrif ten, die in alle wereldtalen vertaald zijn, is hij ook de wereld door gekend. Hij volgde ons leger in 1914 en verliet vrouw en kinderen te Gent, om zich met zijne kunst ten dienste te stellen van de Belgische soldaten. Nooit is hij weg geweest van 't front. Hij was steeds werkzaam te Veurne. Hij heeft er door zijne hooge wetenschap en door zijne liefelijke zorgen geheel veel onzer sol daten het leven gered. De man die zoo dikwijls en in zulke droe vige onstandigheden het menschelijk li chaam moest openleggen zag er, als in een open boek, welke schrikkelijke verwoestin gen, de zedeloosheid teweegbracht aan het lichaam. Dat, gevoegd bij zijn groot geloof, deed hem besluiten ten strijde te trekken tegen de zedeloosheid. Ten einde onder de soldaten de zedelijke en volksfiere beginselen te helpen hooghou den gaf hij verschillige werkjes uit. Die waren meestal treffend en doortinteld van mannenadel. Die werkjes werden op groot getal verspreid onder de soldaten. Onze jongens leerden erin waarom zij zich zelf moesten eerbiedigen, zij leerden het zedelijk gevaar waarin zij verkeerden alsook de middels om dit tegen te gaan. Zij leerden er eerbied hebben voor de vrouw en werden het geluk voor oogen gelegd dat later zou te beurt vallen aan dezen die, in eere en deugd, eene familie zouden stich ten Deze geschriften, op duizenden in 't Vlaamsch en in 't Fransch, kosteloos verspreiden was het werk van D' Daels. Dit kon hij natuurlijk niet alleen. Daarom stichtte hij onder de Vlaainsche en ook onder de Waalsche Katholieke Hoogstu denten vereenigingen die hem moesten hel pen. (S.K.V.H.) Alle middels werden gebruikt, zegels, postkaarten, teekeningen, prijskampen, studiekringen, boekerijen enz. Om onze jon gens zedelijk, rein en fier te maken. Zoolang Generaal Wielemans leefde ging alles nogal goed. D1 Daels werd herhaalde lijk geluk gewenscht door het hoofd van den Belgischen Grootstaf. jyiet begin 1917, bij den dood van Gene raal Wielemans neemt alles eene andere wending. In plaats van ondersteuning krijgt D' Daels niets dan geweldige tegenwerking vanwege de Belgische militaire overheid. De studiekringen, waar onze jongens eene deftige, leerzame ontspanning in von den, werden ontbonden. Alle boekerijen aan de militairen behoo- rend werden aangeslagen. Bij zooverre dat D1 Daels geheel zijne uitgebreide boekerij overmiek aan den Poperinghenaare, den E.H. Delbaere, Principaal van het College te Veurne. Deze heer, nam dien grooten last aan ter wille van het zedelijk welzijn van onze Belgische soldaten. Wat al moeite Dr Daels en later E.H. Delbaere gehad hebben in den strijd voor de zedelijkheid onzer soldaten dat weet God alleen. Het is schoon te sterven voor zijn land. Maar het is duizendmaal schooner als men met eene reine ziel voor Gods rechterstoel kan verschijnen. Moeders, Vrouwen, Geliefden, hoe dik wijls hebt Gij in die lange jaren niet ge vreesd voor uwe jongens van het Yzerveld. Gij hebt gevreesd en met reden. Maar was de zieleschoonheid uwer jongens niet in zoo groot gevaar als hun lichaam. Wistet Gij dan dat daar, in die bange tijden,een engel bewaarder, een D' Daels, al zijne krachten Leontine van harte alle goed toewensch maar wat zal er van ons Worden? De twee zoo wreed gescheiden geliefden behoorden reeds lang tot de huisgenooten der familie Harders. Leontine was als eenig kind geheel afzonderlijk opgevoed, en daar door had het eigenaardige van haar karakter zich nog sterker ontwikkeld; zij had immers géén voorbeeld aan anderen. Eerst toen zij zestien jaar was, kreeg zij een vriendin. Mevrouw Harders had een broeder, die zijn gade vroeg verloor. Majoor Kroon was een officier zonder vermogen, die zijn leven uit sluitend aan twee zaken wijdde; de nauwge zette vervulling zijner dienstplichten en de teedere verzorging en opvoeding van zijn dochter Hedwig. Hij stierf toen zij zeventien jaar was. Zijn zuster, mevr. Harders, nam dadelijk het beminlijke, verstandige en in alle huishoudelijke zaken goed ervaren meisje tot zich. De nalatenschap haars vaders was niet groot, 't was dus voor Hedwig als een geluk te beschouwen, dat haar tante een rijken echtgenoot had. Zij werd ten huize van den bankier met de meeste liefde en hartelijkheid behandeld en Leontine vond in haar, tot haar grootste vreugde, wat haar tot nu toe ontbroken had, een getrouwe vriendin. De twee meisjes leefden altijd in de beste harmonie en konden ten laatste niet meer buiten elkander. Tot welke opoffering Hedwig in staat was, hebben wij reeds gezien. Leontine was zeventien jaar, toen nog een ander persoon het huisgezin van haar vader kwam vermeerderen. Een zeer vertrouwd vriend haars vaders, de voorname koopman Otto Seewald, was gestorven. Zijn eenige zoon Bertram was gedurende zijn ziekte op een handelsreis in Engeland, en hoewel inspande voor het zedelijk welzijn der uwen? En nu dat uwe gasten frisch, levenslustig en braaf teruggekeerd zijn, wistet Gij dat zij zulks toch zoo zeer en zonder dat zij het misschien zelfs weten, aan dien goeden D' Daels mogen danken Welnu, die man die honderden levens en duizenden zielen onzers jongens gered heeft, die man, dit toonbeeld van adel en ziele schoonheid, die heeft eene groote fout. Ja, de grootste die men in Belgie wel kan heb ben. Die heerlijke mensch is... Vlaamsch- gezind. - Al zijne deugden, ai zijne geleerdheid, al zijne opofferingen dat zal al voor niets tel len. Die mensch is Vlaamschgezind en ver kondigt het recht der Vlamingen overal waar hij niaar kan. Welnu om zijne Vlaamschgezindheid wordt die prachtmensch vervolgd en met afstelling bedreigd. Beste Vrouwen, zoo betuigen de Bel gische franskiljons hunnen dank voor al het goede dat D1' Daels aan uwe jongens ge daan heeft. Dat is Belgische dankbaarheid. Postcheckrckening Nr Telefoon Nr 77. Vooraleer uwe aankoopen i§ doen van Inlandsche, Fransche, Engelsche of Saar- kolen, vraagt prijzen en voorwaarden aan de firma 92-94, Ardoyesteenweg, ROUSSELARE. GROOTKLEIN. Voordeelige Prijzen. -- Trouwe Bediening. In de laatste zitting der Scheidsrechter lijke Kommissies werd de schade op l:n Au- gusti 1914, als volgt vastgesteld voor de hier nav er melde geteisterden WAESTEN. Lesage-Lebleu Paul fr. 1371. Gryson Charles 2046. Bugenne Victor 845. We Ple 1580. Cuvelier Gustave 2526. Leblon-Lalau Alfred 2900. Marvellie Théodore 717. Samyn Alphonse 2200. Poupaert Jules 1017. PLOEGSTEERT. Loucke Jules 886. Leroy Henri 1335. Cuvelier-Braem 611. Véreecke Frangois 767. Laperse-Hoedt 13954. Wekelijksche aankomst van Engelsche wagens Kamions en nieuwe wielen 8 cm. breed, aan voordeelige prijzen bij MAR CEL S WA ELS, Proven. Eindelijk heeft de Kamer eene wet goed gekeurd waarbij de liederen, geschriften, printen of beelden die met de goede zeden strijdig zijn niet mogen tentoongesteld of verkocht worden. Andere voorwerpen die storing brengen In het zedelijk leven mogen ook niet verkocht worden. Alle christene menschen zullen dezen maatregel toejuichen. De Stad Antwerpen heeft het dorpje Gouy als petekind aangenomen. Gouy ligt in Frankrijk, aan den oorsprong der Schelde en werd tijdens den oorlog geheel vernifeld. Gedurende 10 jaar zal Antwerpen jaarlijks 10 duizend frank aan die gemeente betalen. Het gemeentebestuur van Antwerpen h eeft van de gemeenteoverheid van dit Fransch dorp eenen Vlaamschen brief van bedan king gekregen. Na eene uitgebreide en zeer verwarde bespreking heeft de Kamer Dinsdag laatst de huishuurwet aangenomen. Zij werd ge stemd met 74 stemmen tegen 37 en 24 ont houdingen. M. Colaert heeft tegen gestemd. M. Bu- taye heeft zich onthouden er, M. Messiaen was bij de stemming afwezig. Deze wet moet nog door het Senaat be sproken worden. Op den inhoud ervan komen wij later terug. Prof D1 Daels, leeraar aan de Hooge school van Gent en een zeer beroemd ge neesheer heeft op het Katholiek Vlaamsch Congres te Gent eene rede uitgesproken. Die rede liep over de vervlaamsching der Hoogeschool van Gent. D' Daels is immers de Voorzitter der Hoogeschool-Commissie. Onder andere heeft D' Daels de woorden herhaald die de Belgische Generaal Drubbel sprak tijdens het proces Dosfel. Hij zegde hoe jongens, door Belgie veroordeeld en door Vlaanderen vereerd in vrijwillige pa- troeljes sneuvelden en hoe Belgische Gene raals zich het recht toekenden Vlaainsche bataljons in het vuur te jagen om in Vlaamsch bloed hunne eer te herstellen. Hierop is geheel het franskiljonsche bent in roering gekomen en thans eischt men de afzetting van dezen verd'enstelijken Vlaam schen geleerde.' Onze Belgische franskiljons vinden er een helsch genoegen in telkens ze eenen Vlaamschen voorman kunnen breken. Wan neer zullen de Vlamingen dat vertrappelen dan maar beu worden. Wanneer? 't Slot van gansch het spel is geweest dat Generaal Drubbel zijn woorden verzacht heeft en Dr Daels daarop de zijne ingetrok ken en toch een blaam kreeg van het gou vernement en dat de rector van Gent die binst den oorlog onderdanigheid teekende aan dén duitsch en zoo zijne jaarwedde kon opstrijken, en, en met ontslag dreigde indien Daels er niet van onder trok, nu ook aan zijn bediening blijft. De Kamer heeft op 18 Juli zijnen eersten zittijd gesloten. Hij zal op 18 October zijne werkzaamheden hernemen. De tijd, dat men met geld in de hand geene kolen kon krijgen, schijnt voor goed weg te zijn. In vele koolmijnen van ons land wordt er slechts vier dagen per week gewerkt. En toch wordt hun stock altijd maar grooter. Op dit oogenblik is er in de Belgische kool mijnen een kolenvoorraad van 1 millioen 300 duizend ton voorhanden. Zulks doet ook voorzien dat de prijzen der kolen met den komenden winter niet te veel zullen opgaan. De blinde socialistische Senator Van Fle- teren heeft een wetsontwerp ingediend waarbij de blinde, die met den trein reist, het recht zou hebben vergezeld te zijn van eenen leidsman, die kosteloos zal mogen reizen. De blinde moet een geneeskundig getuig schrift hebben dat door den Burgemeester echt verklaard is. Het verzoek tot verbreking van het von nis waarbij Pater Stracke tot 3 jaar gevan genisstraf veroordeeld werd is verworpen Pater Stracke moet de kosten van het beroep op verbreking betalen. Het verzoek tot verbreking van het vonnis waarbij M. Duysters 10 jaar gevang kreeg is insgelijks verworpen. Guido. tem imi i m dezen daarvan dadelijk was berichtgezonden, vond hij bij zijn terugkomst zijn vader niet meer in leven. De bankier Harders was tot voogd over den minderjarige Bertram See wald genoemd. Bij het onderzoek der boeken bleek dat in de zaken van den overledene een goede regeling noodig was, waarmede geruimen tijd zou verloopen. Om den jonge ling de droefheid over zijn smartelijk verlies en zijn verlatenheid minderte doen gevoelen, nopdigde de bankier hem uit. bij hem zijn intrek te nemen. De jonge Seewald voldeed aan de uitnoodiging: De bankier behandelde hem als zijn zoon, en Bertram werd voor zijn voogd een getrouw, hulpvaardig vriend, die hem metzijn bekwaamheden en zijn jeugdige krachten belangrijke diensten bewees. Reeds na verloop van enkele dagen ge voelde Bertram in den omgang met de twee schoone meisjes zich levendig aangetrokken door de zachtzinnige, bedaarde Hedwig Kroon, terwijl de dartele, levendige Leontine Harders hem lief kreeg. Maar zij betoonde die genegenheid zoo vrijmoedig, zoo open hartig en kinderlijk, dat niemand daarin de ernstige liefde der jonkvrouw zag. Zij vond genoegen in zijn gezelschap en zocht hem steeds; zij stoeide, babbelde, maakte muziek met hem en koos hem vaak tot het voorwerp van haaronuitputtelijke scherts. Hare ouders zagen met het grootste genoegen deze gene genheid en dien schijnbaar kinderlijken om gang van hun afgod met den zoon van hun vriend, en vermoedden niet het minste van den hartstocht, dien hun dochter voor allen verborgen hield; evenmin hadden zij iets opgemerkt van de liefde van Bertram voor Hedwig. Hedwig gedroeg zich altijd bedaard en ingetogen. Alleen een nauwlettend en ervaren 'opmerker zou misschien ontdekt Opvolger van S VANDEN BERGHE, Bertenplaats, 8, (Kleine Markt), - PO P ER IN G II K. - Uit Hazebroeck meldt men dat er in eene smis gelegen te La Motte-au-Bois, eene ontploffing plaats greep. Een schipper, de 42-jarige Jules Carlier werd op den slag gedood. Men haalde zijn lijk onder de opge hoopte puinen uit. Een geweldige brand heeft een groot gedeelte van eene weeffabriek te Tourcoing in asch gelegd. De pompiers moesten 3 uren werken om den brand meester te worden. Meer dan 200 getouwen werden beschadigd. De schade wordt op 1 millioen geraamd. Maandag avond is een hevige aardbe ving waargenomen in het distrikt van de Noordfjord, bij Aalesund. De beving duurde 52 seconden, en was zoo hevig, dat de hui zen stonden te schudden. Een wervelstorm heeft het dorp Mueng in den Eifel verwoest. Alle huizen zijn inge stort of zwaar beschadigd. De menschen zijn er ongedeerd van af gekomen, doch de schade beloopt vele millioenen mark. Bij Parijs heeft weer een spoorwegon geval plaatsgehad. Er zijn 3 dooden en 50 gekwetsten waaronder 6 zeer erg. De moordenaars van den engelschen generaal Wilson werden deze week ter dood veroordeeld. Een Russisch schrijver verhaalt, in een dagblad van Moskow, tooneelen van men- scheneterij waarvan hij, in den Krim, oog getuige was. Hij vertelt dat men daar open lijk, in de squares, menschenvleesch ver kocht. Hij beweert dat alle dagen moeders hunne kinderen dooden. In een enkel di strikt werden 61 kinderen vermoord, en in een ander, op eene maand tijd, 45. Toen de sneltrein Bucarest-Weenen over de Prahova-rivier reed is de brug inge stort. Twee reizigers werden gedood, vier- en-twintig gekwetst. De stoffelijke schade is groot. Een reeks ontploffingen in een maga zijn van scheikundige producten heeft ern stige schade aangericht aan de belendende gebouwen. Er is een groote brand uitgebro ken, die den grootste in New-York dreigt te worden, sinds den brand in het gebouw van Equitable. Tot dusver zijn twee personen gedood en dertig gewond. Te Potsdam is een groot wapendepot ontdekt in de kazerne van de voormalige lijfwacht. Er werden ongeveer 200 scherpe handgranaten, infanterie-munitie, waaronder dumdum-kogels, 1000 ransels, 1000 sabels, 2000 stuks kookgerief en ongeveer 600 sta len helmen, in beslag genoneiji. Eenige dagen geleden, njeld de «Daily Tel.» hadden nabij Watertoijvn schietoefe ningen der artillerie plaats.Na afloop vond een werkman een granaat, die hij medenam naar huis, in de tneening dat het projectiel niet meer gevaarlijk was. Hij gebruikte het ding om de deur tegen te houden. Eergiste ren nu waren acht kinderen nabij het huis bezig met èen balspel. Vermoed wordt, dat een der houten ballen op een gegeven mo ment het projectiel trof. Door de hevige ontploffing, die toen volgde, werden de kin deren letterlijk aan stukken gereten. Ook het huis werd vernield, terwijl aan nabij gelégen woningen groote schade werd aangericht. Langs de baan van Casablanca naar Rabat is een auto-car, met een twintigtal toerisien tegen de leuning der brug over de Oued-Mellah, gebotst en is in rivier gestort. Zeven personen werden gedood en elf ande ren erg gekwetst. hebben dat zij hem beminde, dat zij in zijn bijzijn altijd opgeruimder en tevredener was en alleen aan hem dacht. Ongeveer een week vóórdat Leontine zoo gevaarlijk ziek werd hadden Bertram en Hedwig elkander zonder getuigen ontmoet; de liefdesverklaring die den jongeling deed, vond een genegen oor; Hedwig bekende dat zij hem reeds lang bemind had, en zij be loofden elkander eeuwige liefde en trouw. De ziekte van Leontine was oorzaak dat de verhouding tusschen de twee geliefden voor iedereen een geheim bleef,'daar zij in die treurige omstandigheden er niet over spreken wilde. De bankier kon gedurende Leontines ziekte Bertram minder dan ooit missen, daar deze nu grootendeels de zaken moest besturen. De geliefden zagen elkander dus zelden, en als dit gebeurde, was het slechts vluchtig, en geen van beiden dacht er aan, bij de heerschende droefheid woorden van liefde te wisselen. Nu evenwel aan Leontines harte- wensch was voldaan en Bertram haar echt genoot was geworden, erkenden beiden met ontzetting welke noodlottige gevolgen het voor hen had gehad, dat Bertram niet dade lijk den bankier had medegedeeld welke gevoelens hij voor Hedwig koesterde. Mevrouw Harders had aan Leontines bed de plaats van Bertram ingenomen, en Hedwig en Bertram waren, zooals we reeds vermeld hebben, alleen in een andere kamer. Hedwig had geen woorden kunnen vinden om haar minnaar iets vertroostends toe te voegen op de betuiging van diepe smart die hij niet had kunnen weerhouden. Eindelijk vatte zij zooveel moed, dat zij hem met aandrang kon verzoeken, iets ver sterkends te gebruiken. STEMPELS IN CAOUTCHOUC. KOPEREN STEMPELS MET DATUM EN FIRMA (37 fr. 50) in 8 dagen gele verd doorSansen-Vanneste, Gasthuisstraat, 15, Poperinghe. Voor het Assisenhof van Henegouw staat eene vrouw terecht beschuldigd van met medeplechtigheid van haren minnaar, haren echtgenoot vergiftigd te hebben op aanraden van eene waarzegster die het vergif zou bezorg hebben. En zeggen dat er toch immer zooveel lie den zijn die nog bij waarzegsters te rade gaan en onder den indruk van die aftrogge- laars lichtzinnig handelen en misdaden be gaan of lichtzinnigheden die ze gansch hun leven betreuren. O die kaartlegsters, die waarzegsters, die in de toekomst lezen kunnen... Wat kwaad hebben zij al niet gesticht. De toekomst... de toekomst is aan God en we dragen in ons innerlijk leven en ons uit wendig gedrag, het geheim eener gelukkige of ongelukkige toekomst. Vele menschen gelooven noch aan God noch aan Zijn gebod, en voor de levens raadsels op te lossen gaan ze om raad bij kaartlegsters. Door jarenlange ondervinding hebben die vrouwen vaak een helder door zicht in de zaken gekregen, en na eenige vragen te hebben gesteld zijn ze ingelicht, en ze kunnen voortgaan. Over de toekomst weten ze hoegenaamd niets. Iets versterkends? riep Bertram scham per lachend. De eenige versterking die ik behoef, is troost voor mijn hart. Kunt ge mij dien geven, Hedwig? Op Hedwigs gelaat kwam een uitdrukking van wanhoop en vertwijfeling. We moeten ons lot geduldig dragen Bertram, antwoordde zij. Er is niets aan te veranderen. Ach, ik heb er u toe overgehaald. En toch mogen we niet klagen, want we hebben haar het leven gered. En het onze rampzalig gemaakt, riep hij op bitteren toon. Hedwig drukte de hand op haar hevig kloppend hart, alsof zij 't tot zwijgen wilde brengen. Laat ons er over zwijgen, mompelde zij, totdat ge zijt uitgerust Bertram! Ik bid er u om. Ge hebt rust noodig, anders zoudt ge ook ziek worden. Kom mede naar de ontbijtkamer. Half onwillig volgde hij haar. Zij waren ook daar alleen, en Bertram kon zich niet weerhouden, weder over hun droe vig lot te spreken; hij roerde spijs noch drank aan. Ik ben niet in staat een ongeluk volko men te beseffen, sprak hij. Nauwelijks vier en-twintig uur geleden dacht ik aan geen ander vrouwelijk wezen op de geheele we reld dan aan u, Hedwig, en thans ben ik met een andere gehuwd. Is dat niet verschrikke lijk? Er moet toch nog uitkomst zijn ik meende immers niet ernstig wat ik deed. Ik kan geen ander meisje beminnen dan u. (Vervolgt). VOORDEELIG ter drukkerij dezer.

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperinghenaar (1904-1944) | 1922 | | pagina 1