HET NOTARIEEL EN NIJVERHEIDS ANNONCENBLAD
Nieuwsblad voor Poperinghe en Omstreken.
DE HEKS
VAN DEN KEMMELBERG
ABONJ&WTPRIJS per JAAR:
Bertetiten - uerKooptngen
uiioeuerSfMSEti-UAfiriESTE, oruRherij
Zondag 2" Mei 1926.
20 Centiemen
23e Jaar. ITr 18.
Sociale Wetenschap.
Onze Arbeidende Jeugd
Wervik aan het Heilig Hart
ROMAN
door IIYTV»
Het familieleven
in heidenwereld Christendom
Politiek Overzicht
Leest en verspreidt "De Poperirigbeagar,,
TOMBOLA
Plechtige Bisschopwijding
BALATUM
In t Buitenland
In Stad 3 fr In Belgie per no#t 9 fr 9®
Buitenland 1 6 fr. W©
TARIEF DLR F hij ZEN:
Eene Inlassching O fr. 70 per regel
2 en 3 Inlasschingen O fr. 60 per regel
uomM RouwDerichien
1 fr. 50.per regel 6 frank
HERHAALDE ANNONCEN
prijzen op aanvraag.
Alle annoncen zijn vooraf te betalen en moe
ten tegen den Donderdag avond i n ezonden
worden.Kleine berichten tegen den
Vrijdag noen
Gasthuisstraat, 15, Poperinghe
Tetdfoon 9. Postchöck 15 570
FHUNGHZNAAR
Het leven is een weldaad van God die het
schiep. Het is zijn schuld niet maar die van
den mensch dat armoede en zwakheid wor
den uitgebuit. Een rechtvaardiger loon moet
meer geluk en vreugde in't leven invoeren
want den drang ernaar heeft Goi in
's menschens h.irt gelegd.
Hit leven onderhouden is voor icderen
mensch een plicht, opgelegd door de natuur.
Ui: die plicht ontstaat het recht om die
dingen te verkrijgej waardoor men het leven
onderhouden kan. Dat is voor den arbeider
zijn loon, dat niet onvoldoende mag zijn om
een spaatzimen en oppassenden arbeider en
zijn gezin te onderhouden.
Stellig is het niet van eenig belang ont
daan h'er een scherp inkijken te wagen
in toestanden die met onze arbeidende jon
gens en meisjes eenigzins uitstaans hebben.
Eertijds waren de gevaren voor het ziele-
leven van de jeugdige arbeiders en arbeid
sters niet zoo angstbarend als in onzen
modernen tijd van wulp ch genei) van zin
nelijk genot en wufte kleederdracht. De
groot-nijverheid, die de zielen van zoovele
knapen en meisjes in hare kolk heeft ver
zwonden was toen slechts aan het opkomen.
De groote werkhuizen en fabrieken waar
deugdzame en bedorvene jongelingen en
jonge dochters in talrijke scharen samen-
zwalpen, waren onbekend.
Wat vooral niet bestond, was het verder
felijk socialism dat in de laatste jaren er zich
bijzonder op toelegt om de arbeidende jeugd
onder zijne klauwen te krijgen.
Weliswaar Gods Kerk waakt. Zij roept
alle Katholieken, die van het dreigend ge
vaar bewust zijn, te weer en te wapen, om
te redden wat te redden valt. Hoe den strijd
aangepakt Door jongelingskringen en vak
scholen in het leven te roepen, door het steu
nen van patronaten en studiekringen die
allenthenen reeds zijn afgericht. Pater Rut
ten, de man met wijze ondervinding, zegde
weleer dees Overal waar geen instellin
gen bestaan voor den jongeling en de jonge
dochter gedurende de jaren, die hen scheiden
yan den tijd, dat ze met de grooten kunnen
optrekken, bestaat een groote betreurens
waardige gaping in onze sociale werken
De tijd door Pater Rutten bedoeld, zijn de
jaren die verloopen tusschen de lageie scho
len en de kazerne... Van school te huis ge
komen, moet de jongen gaan werken in de
stad of op den buiten meestal op werven in
werkhuizen en fabrieken. Hij is het zich be
wust, dat hij geen kind meer is, maar wel op
weg een man te worden en dat geeft hem
levensdurf en levensblijheid.
Alras wil hij zijne ontluikende krachten in
daden omzetten om ?oo spoedig mogelijk
gen groote man te worden. Hoe gemakkelijk
meent de argelooze jongen niet dat het beste
middel is de grooten vooral in hunne gebre
ken na te apen. Ter fabriek ruischt hem
eene onzedige taal in de ooren, het bloed
jaagt hem naar de wargen en hij bloost.
Dat maakt hem schuchter en 't lijkt hem
kinderachtig. Andeie werkgezellen zijn
dranklustig, maar hij kreeg nog maar zelden
drank over de lippen. Daarom tracht de
knaap zoo spoedig mogelijk de grooten ge
lijk te zijn in het uitslaan \,an liederlijke taal
pn in het slurpen van dtanken. Van liever
lede hebben zich zoo de lagere hartstochten
ontketend en helaas het goede dat in dat
jong hert nog schuil hield is versmacht.
Stellen wij tegenover dezen een knaap die
bij patronaat of studiekring is ingelijfd. De
kiemen van het goede die in dezes hert ge
zaaid liggen, wassen weelderig op tot zoo
vele sierlijke geurende deugden.
Van den werkmansiongen is alles te ma
ken, wanneer eene benendig-wijze hand hem
drilt en zijne vorming leidt. Mgr. Mercier
zaliger zegde eens in zake jeugdorganisatie
dat in het patronaat de godsdienstige vor
ming niet alleen moet voltooid worden, doch
dat ook de opleiding tot deugdelijk lid der
Maatschappij daAr moet beginnen.
Nagenoeg hetzelfde geldt voor het werk
meisje. Hetzij het een handwerk leert, het rij
het als fabriekwerkster geld moet verdienen,
al te gemakkelijk verliest zij de gaven die de
vrouw versieren. Evenwel ligt de redding
voor de hand, immers in ieder vrouwenhart
klopt een moederhart wiens gevoelige sna
ren men door edele gevoelens kan doen
rillen. Ook voor hen dienen patronaten, stu
diebonden en jeugdorganisatie, kook- en
huishoudleergangen, meisjesbescherming en
naaischolen ingericht. Geheel de geschikte
werking is den lande door reeds goed aan
den gang.
Maar mocht ze nog meer uitgebreid, nog
steviger ingericht, nog krachtdadiger door
gedreven worden. Mochten meer en meer
ontwikkelden bijspringen en mochten de
begoeden meer en meer steunen. Zoo zoude
onze jongelieden-organisatie welig en krach
tiger opschieten tot heil onze opkomende
jeugd, Kerk en Staat ten bate
Pedo».
De stad Wervik zal dit jaar opentlijk
Christus-Koning huldigen.
Het gemeentebestuur zal naar 't voorbeeld
van verschillige steden in ons land en vol
gens het uitdrukkelijk verlangen onzer gees
telijke overheid, de stad plechtig toewijden
aan het Heilig Hart van Jezus.
Op Zondag 1 Oogst zal er in de schaduw
onzer heerlijke parochiekerk de ziel onzer
stad een prachtig monument aan den
Liefdevorst oprijzen, een gedenksteen van
Werviks diep geloof en innigen godsdienstzin.
Dat alle vrienden en vereerders van Jezus'
Heilig Hart van Wervik en omliggende het
hunne bijbrengen tot het slagen dezer groot-
sche geloofsmanifestatie.
Mengelwerk van De Poperinghenaar 19
Eindelijk was het tijd om te vertrekken.
Boer Loos, zijn vrouw, Maria, een dochter
en Mandus stegen in de sjeeze. Een andere
dochter, Bertha, zou thuiswachten. Die ging
nooit uit. Men zei, dat ze kwezelachtig was
De sjeeze reed naar 't dorp. Het gezin zou
eerst de mis bijwonen.
Mandus spande 't paard uit. Dan drentel
de hij nog wat. Estelle verscheen niet. Maar
ze kon reeds in dc kerk zijn.
Mandus bad het bedehuis binnen. Er was
veel volk, maar Mandus wist, waar Estelle
altijd zat. Hij bemerkte haar niet.
Geweldige teleurstelling bekwam hem.
Maar ze kon zich wat verlaat hebben. Man
dus bleef bij de portaal deur staan. En tel
kens keek hij in spanning op, wanneer er
laatekomers binnen traden. Doch zijn ver
loofde vertoonde zich niet.
Zou ze haar kop uitwerken vroeg
Mandus zich ongerust af. Ze is misschien
naar de vroegmis geweest. Ze zal ten tienen
wel buiten aan de kerk staan.
Maar Mandus was zeer wantrouwend.
Hij kon zijn aandacht niet bij de mis bepalen.
Geen heilige gedachten vervulden hem. De
wrok in zijn hart nam toe.
Soms voelde Mandus neiging om naar
buiten te loopen. Hij bedwong zich en
Wij hadden het over den familieband bij
heidenen en christenen. Die band nu ver-
eenigt en bindt, slapper of vaster, het huis
gezin of de familie, gevormd door man,
vrouw en kind. Welke rol speelt de echtge-
noote in het heidensch familieleven
God heeft de vrouw geschapen tot gezellin,
hulp en gelijke van den man, om hem steeds
ter zijde te staan. Is de rnan het hoofd van
't huisgezin, deechtgenoote en moeder moest
er het hert van vormen. Ziedaar de weerdig-
heid en de plaats der vrouw in het plan van
God.
Wat heeft het heidendom daarvan ge
maakt Helaas, gaat eikendeen gebukt
onder den vloek, die hem in onze stamouders
heeft getroffen, dan schijnt de vrouw met een
dubbelen vloek beladen, als hadzij de schuld
van Adam en Eva samen uit te boeten.Moes
ten wij de geschiedenis der vrouw in het
heidendom beschrijven,wijzouden het slechts
met tranen kunnen de vrije, gelijkweerdige
levensgezellin is eenesiavingeworden,slavin
der lusten en der wreedheid van den man.
Bijna overal bij de heidensche volkeren
wordt de vrouw als eene koopwaar behan
deld, als eene ziellooze zaak zooals de ne
ger vmchten en boomen verkoopt, zooals de
nomade zijne schapen van de hand doet,
zoo verkoopt men vrouwen en dochters
voor geld men bepraat en bedingt de weer
de van het meisje, dat men tot vrouw wil
hebben, als gold het een dier.
En waartoe koopt men de vrouw De
Australiër laat zich door zijne vrouwen be
dienen en voeden hoe meer vrouwen, des
te aangenamer en behaaglijker leven voor
hem. In Columbia kiest een vrijer steeds het
meisje, dat hqt hardst kan werken. De Tur
koman betaalt tweemaal zooveel voor een
jonge weduwe, die doorgaans beter op de
hoogte is van het huishouden en handiger
dan een jong meisje. En zoo konden wij
voortgaan met de doenwijze van Grieken,
Romeinen uit de oudheid, enz.
Van alle eer beroofd, biengt de vrouw
geen liefde mee in het huwelijk, en vindt er
ook geen ware litfde. Hoe zou zulks immers,
waar de heiden zijne liefde over velen ver
deden moet, of waar het hert der vrouw vol
ijverzucht is en haat tegenover mededing
sters Hoe kan de vrouw dengene achten
en beminnen, die haar onbeperkte meester
is, die haar mishandelt, die haar van haar
kinders wegjaagt de ellende in, die haar
zelfs dooden kan naar willekeur
De pen weigert z:ch verder te leenen aan
het beschrijven van die ellende. Wat een
leven I Vreugdeloos, zonder geluk, zonder
liefde trekken de dagen voorbij de vrou*
is slavin van de wieg tot het graf. Zelfj de
dood van den echtgenoot maakt Laar niet
vrij, als zij maar in feestdos den brandstapel
niet bestijgen moet, of levend wordt be
graven.
Vrouwen en meisjes, wat zoudt gij zijn
zonder het Christendom Weet gij nu, waar
aan gij Juw geluk, uwe weerdigheid en eet
zijt verschuldigd 't Is Christus, die u heeft
opgeheven uit het stof, en u weder eene
plaats naast den man heeft gegeven. Uwe
slavenketens heeft Hij met machiige hand
verbroken,en u weer gekroond tot meesleres
en koningin van 't huis. Laten wij ons al
verheugen om die overwinning ophetheiden-
dom want, er klopt nu weer een hert in het
christen huisgezin.
Oneindig diep was het vrouwelijk geslacht
verzonken maar hoe rampzalig diep ook,
het werd tGch hooger verheven dan het ooit
had gestaan, verheven inde zuiverste Maagd
en Moeder, die ooit de aarde heeft gedragen,
in de allerheiligste Moeder Gods Maria.
Christelijke meisjes en vrouwen en moeders,
wie benijdt u niet zulk een toonbeeld
Maria's zuiverheid en ootmoed is u allen tot
voorbeeld geworden hare liefde tot haar
kind en tot haar echtgenoot wordt aan uwe
liefde ter navolging voorgesteld.
Weet dan dat lage en verborgen machten
aan het werk zijn, dat aan uwe onschuld en
uw geloof gevaarlijke strikken worden ge
spannen. Jong meisje en echtgenoote zoekt
men van hare reinheid te berooven ligt eens
die leliebloem van haren stengel losgerukt,
dan woeit en schudt men de wortels los van
het geloof, dat diep in uw hert staat geplant.
O, de vijand weet het zoo goed komt de
moeder in haar geloof te wankelen, dan is
ook het huisgezin veroverd.
Maar 't en zal I Hier werd u aangetoond
hoe treurig uw lot is, hoe treurig de toestand
van heel uw geslacht, overal waar het Chris
ten geloof niet heerscht. Gij zult de hand
niet laten slaan aan de grondslagen van uw
geloof want, gij valt met uw geloof. Hoe
meer de christelijke geest uit de gezinnen
verdwijnt, hoe meer de eer van de vrouw op
den achtergrond geraakt. Al moest ook alles
wankelen en dreigen in te storten rondom,
klampt u va«t aan het altaar der Kerk laat
het niet ios, o neen laat het niet los.
Zij, die u vleien vandaag en als 't ware
aanbidden, zij zullen u morgen onschuld
en geloof onfrooven zij zullen u afwerpen
Maar toen de mis geëindigd was ging hij
vlug heen. Estelle was.daar niet.
Ze kan nog komen, zei hij, zich weer
bemoedigend.
Hij begaf zich naar.de herberg en spande
de sjeeze weer in. Hij voerde ze bij de
kerk.
Vader, moeder en Maria wachtten daar.
Estelle was niet bij hen.
Ha, ze wil niet komen I sprak Mandus
bij zich zelf. Heel goed. Ze kopt.
Waar blijft Estelle vroeg Maria. Hoe
laat zou ze hier zijn
Ze gaat niet mee, snauwde Mandus.
Gaat ze niet mee I
Boer Loos herhaalde dit met verbazing.
Ze kan niet weg. Kom maar in... 't Is
tijd, ais we te Yper den trein willen halen,
hernam Mandus. En zwijg over Estelle.
Hij voelde veel lust ook thuis te blijven.
De dag was bedorven. Maar in koppigheid
ook nu, besloot hij wel naar Meenen te
gaan. Estelle moest niet meenen, dat hij ze
achterna zou loopen.
Estelle kan nog komen, merkte moeder
Loos, een goedige vrouw op. Wacht een
letje.
Neen, 't is tijd... Estelle komt niet, zeg
ik, bromde Mandus.
Moeder begreep wel, dat haar zoon zijn
verloofde toch verwacht had. Er moest ruzie
zijn. Maar Mandus zou er nu niet over
spreken. Ze moest hem eens ondervragen,
thuis in een kalm oogenblik.
Mandus beminde haar toch innig. Dat
wist ze wel. En hij kon zeer vertrouwelijk
zijn.
De sjeeze reed heen, den weg naar Yper
op. Mandus mende het paard. Hij sprak
geen woord,
De 10 maandendienst.
De Kamer heeft met eene groote meerder
heid de dienstregeling van tien, twaalf en
dertien maanden volgens wij verledene week
medegedeeld hebben, aangenomen.
Herhaaldelijk werd er op gewezen dat die
dienstregeling slechts voorloopig is voor de
klassen 1925 en 1926 en dat weldra eene
verandering aan geheel het legerstatuut
eiken verderen dienst zal regelen.
Zoo kwam het dat, spijtig genoeg, de
vrijstellingen voor talrijke huisgezinnen,
door M. Marck gevraagd, niet kan toege
staan worden. De personen immers, die
door dit amendement zouden bevoordeeligd
geweest zijn en tot de klas 25 behoorend,
zouden reeds hun dienst omtrent ten einde
zijn vooraleer ervan te kunnen genieten.
De dienst van zes maanden werd ook niet
aangenomen. Deze werd door de Fronters
voorgesteld.
Het moet ook gezegd worden dat vele
Democraten, zoowel Christene als Socialis
tische bij dezestemming maar een flauw
figuur gemaakt hebben. Dat brengt het
noodlot te moeten regeeren zoo al bij.
De Socialist Mathieu stelde voor de tien
maanden op al de reeksen toe te passen. Om
te gehoorzamen aan de beslissing van de
Socialistische groep moest M. Mathieu die
neergelegde amendementen intrekken.
Zij werden door de Fronters overgenomen
doch bij groote meerderheid verworpen.
De Kamer heeft dus de 10 maandendienst
gestemd.
De 10 maandendienst was voorgesteld
doordenonlangsafgelreden minister Kestens.
De 10 maandendienst bestond onder het
ministerschap van den Heer De\ èze, vóór de
bezetting van de Roer.
Het herstellen van den 10 maandendienst
nadat het bezetten der Roer sedert een paar
jaar een einde nam, dat wordt nu door som
mige bladen een onrustbare stemming
genoemd.
Wat de liberaal Devèze doet is wel. Als
de Katholiek Poullet hetzelfde doet, dan
deugt het heelemaal niet.
Wat treurige mentaliteit I
Het Spoorwegpersoneel.
In het beheer van Spoorwegen, zoowel
als in de andere beheeren van het Departe
ment van Spoorwezen, Z. P. T. T en Lucht
vaart wordt stelselmatig personeelverminde-
r'ng betracht, zonder daarom den goeden
gang van den dienst fn gevaar te brengen.
Op 31 December 1924 had het personeel
effectief van Spoorwegen een getalsterkte
van 107 483 eenheden. Op 30 Juni 1925 viel
dit cijfer op 104.111 om den 31 December
1925 terug te klimmen tot 104.388.
De terugkomst van het goed seizoen, dat
past aan de vernieuwingswerken op de baan
uil té'foëfëïï,"*dee3'êeri "gedeelte"3er'vöórTöoï
pige werklieden, tijdens het slecht seizoen
afgedankt, terug in dienst roepen.
De Gewapende Machten.
Over enkele maanden hielden de Brussel-
Fascisten, faro-fascisten worden ze ge
noemd geweld met de gewapende
nachten die zij zouden stichten om hunne
voorrechten fe verdedigen.
Dit werd door velen ais een jongensgrap
aanzien.
De Socialisten echter namen het zoo niet
op.
Zij doen nu werkelijk wat de fascisten wel
hadden willen doen en stichten gewapende
roode wachten, om eiken aanval op de de
mocratie te beschermen.
Daartoe zouden de Socialisten vragenlijs
ten rond die om zoo te zeggen afgeschreven
waren van de omzendbrieven der fascisten.
Zouden de anti-democraten wel beginnen
vrees te gevoelen De Liberale heeren Hy-
mans en Devèze hebben reeds gevraagd aan
de Regeering welke maatregelen zij meent te
nemen tegen de roode wachten.
Minister Poullet heeft geantwoord dat de
Regeering de hulp van niemand noodig heeft
om de orde te handhaven. Hij heeft gelezen
op de straffen die men kan oploopen bij een
aanslag tot burgeroorlog. De wet geldt voor
allen. Ze moet nageleefd worden en het par
ket zal daarvoor zorgen.
De bladen deelen mede dat de fascistische
organisaties van Brussel aan Burgemeester
Max een schrijven gezonden hebben,
eiscbende dat de socialistische betooging
van 1 Mei niet zou doorgaan, daar de fascis
ten besloten zijn tegen te betoogen en het
dus wenschelijk is alle wanordelijkheden te
vermijden.
Zouden de fascistische keffertjes wel voor
zichtig zijn met zoo den socialisfischen dog
hond tartend uit zijn hok te lokken, x
van den troon, waarop u Christus heeft ge
plaatst, en neerstorten in stof en slijk. Opent
zoo wijd gij kunt derhalve, uwe herten voor
ons heilig geloof en weet het wel, en ver
geet het nooit ln 't Christendom zijt gij
eene koningin, daarbuiten eene slavin van
't moderne heidendom
De Strijd Geldrmtehttegen Democratie.
Er wordt thans in ons land een strijd ge
voerd die voor de toekomst der Democratie
van het uiterste belang is.
Die strijd is begonnen daags na de verkie
zingen van 5 April 1925 en hij wordt met
den dag vinniger en vinniger. De strijd wordt
geleverd tusschen de Democratie, die op 5
April gezegepraald heeft en de financie-
macht, kort gezegd de Geldmacht, die zijn
politieke invloed ziet verminderen.
De Democratie: Socialisten en Christenen
te zamen kwam aan het bestuur van het iand
en beschikte,over eene sterke meerderheid.
Politiek gesproken staat de Regeering sterk
en is in staat menigen aanval af te slaan.
Maar het is een tegenslag dat het eerste
en voor het oogenblik het voornaamste werk
dat de Democratische Regeering moet elfen
brengen, juist de geldelijke toestand van het
land is. De Staatsfinancies waren in zulk
een erbarmelijken toestand dat men niet
genoeg de mannen kan bewonderen, die het
aangedurfd hebben daar orde in te brengen.
Dat de huidige Regeering om de centen
van eenieder te redden en de Staatskas te
verbeteren de hulp noodig heeft, niet van een
groep, niet van eene partij, maar wei van
geheel het land, dat jfs juist een flauwe kant
der Regeering. En die flauwe zijde hebben
de anti-regeeringsgezinden weten te bewer
ken om hun verloren invloed opnieuw te
bemachtigen.
De geldmannen waren er zeker van dat zij
hun woordje zouden moeten medespreken
bij de regeling der Staatsfinancies.
Men kan nogal aannemen dat zij hieruit
wel hun kleine en groote winstjes zouden
weten te maken.
Doch dat zij ter wille dier te geven hulp
hunne verwaandheid, hunnen dwanglust
zoover zouden drijven dat zij de Democrati
sche Regeering zouden willen kelderen om
de Geldmacht over het Land te lalen heer-
schen, neen dat zou men toch niet hebben
durven denken. En toch is de toestand zoo.
De vijanden der Democratie, de Liberalen
en de Conservatieven, maken misbruik van
hunne geldmacht om hand in hand de huidi
ge Regeering te bespringen. Zij werken rap,
want zij weten ook dat, zoo zij deze eenige
gelegenheid laten voorbijgaan, zij ze in geen
jaren meer zullen terug krijgen.
De Regeering had gemeend met eerlijke
vijanden te doen te hebben.Zij dacht dat de
geldmannen ten minste ervoor zouden ge
zwicht hebben het laad geldelijk ten onderen
te brengen om de Regeering te treffen. De
ondervinding heeft geleerd dat het zoo niet
is. Het land werd getroffen en de financie-
macht heeft eene zege behaald.
Nu moet de Regeering voor die macht
zwichten en de strijd tusschen Politiek en
Financie is er des te erger om.
Nu moet de Regeering de financiemannen
telkens in het oog zjen bij de daden die zij
sfëif. Ter wilïe "der geMelijke opbeuring van
het land moet de Politiek buigen voor het
Geld.
Daar ligt de oorzaak van het gemis aan
krachtdadigheid dat wij bij de Regeer ing
soms bespeuren.
De macht van het Geld is groot. Alhoewel
wij het ten bate van Land en Volk vuriglijk
wenschen, durven wij nog niet zeker hopen
dat het de Regeering zal zijn, die in den
strijd tusschen Politiek en Geldmacht zal
zegepralen.
De geruchten over eene aanstaande Re-
geeringscrisis of ten minste eene wijziging
in de Regeering worden hoe langer hoe vas
ter. Er wordt van alles voorzien, drieledige
of extraparlementaire regeering of enkel
vervanging van zekere Ministers Ja zelf er
zijn er die reeds een Mussolini in het ver
schiet zien.
Zal de Regeering deze moeilijkheid te
boven komen zooals zooveel andere die zij
reeds overwonnen heeft.
Het is mogelijk en wenschelijk ook.
Maar het is zeker en het zal steeds moeten
gezegd worden dat het Ministerie Poullet
het land heeft willen redden en zijn volk
heeft willen dienen.
Dat zullen de Liberalen noch de Behouds-
gezlnden, met al hun geldmacht, van zich-
zelven niet mogen zeggen.
Duur brood.
Toen Insjgrtijd de prijs van het brood op
sloeg, schreven en zeiden de Socialisten
't Is de schuld van het Ministerie Theunis.
Wij hebben herhaaldelijk opgewezen dat
de socialisten de waarheid niet dienden bij
zulke beweringen.
Maar wij moeten er thans bijvoegen, dat
de bladen en de politiekers, die nu de heeren
Poullet en Janssen verantwoordelijk stéllen
voor de duurte van het brood, nog schaamte
loozer liegen dan indertijd de Socialisten.
Want ze weten beter dan iemand, dat het
verschei pen van den duren tijd te wijten is
aan de gewetenlooze politiekers en andere
deugnieten, die de eerste poging tot stabili
satie van den frank deden mislukken door
wantrouwen te zaaien onder de kapitaal
krachtige bevolking en door hun eigen land
te kleineeren en te belasteren in den vreemde.
Estelle had defamilieLooszien wegrijden.
Ze stond op de helling van den berg. Toen
kwam ze vlug naar beneden om de mis bij
te wonen.
Ze had geen vollen vrede met haar be
sluit. Ze zei bij zich zelve, dat ze Mandus
een les wilde geven over zijn onbeschoftheid.
Hij moest maar zoo grof niet zijn. En ze
wist dat hij na die ruzie gedronken had. Dat
waren nog leeiijker manieren.
Maar toch had Estelle geen vrede. Niet
alleen om die grofheid meed ze Mandus...
Een dwaze hoop bestormde haar naief
gemoed.
Mijnheer Floris kwam niet meer bij Dora
Viota. Ze wist het. Ze had hem bespied. En
Floris was vriendelijk jegens Estelle. En wie
weet... vroeg hij haar niet tot vrouw.
Hij had haar portret wel gemaakt. En hij
sprak zoo minzaan.
Neen, bij Dora kwam hijnietmeer. 'tWas
uit met het schilderen. Toch bleef mijnheer
Verschalde op den Kemmelberg.
't Is misschien voor mij, dacht Estelle.
En daarom liet ze Mandus Loos alleen
naar Meenen vertrekken.
Aan de kerk zei een meisje
Moest ge niet mee dé
Waar mee snauwde Estelle, toch
blozend.
Met mij niet... En ook niet met het oude
Bertje daar I Maar met Mandus, van eigen,
die over vijf minuten naar Yper is gereden.
Ikmoet het paardjtoch niet vast houden
zeker
Is het waar, dat het tusschen u ge
tweeën uit is
Zoudt gij dan Mandus willen mis'
schien
M'n ziele neen, 'k heb er een. De
De Vlottende Schuld.
De Commissie voor de Vlottende Schuld,
bestaande uit bevoegde ministers, parle
mentsleden en bankiers, diende deze week
een voorstel in dat, naar aller overtuiging,
het consolideeren der vlottende schuld moet
doen gelukken.
De Regeering neemt het voorstel aan.
Allen, Bankiers inbegrepen, zijn het nu
eens en fen uiteiste verheugd over den be
komen uitslag, welken zij aanzien als een
eerste stap tot de algemeene bevredigende
oplossing.
Dit voorstel komt hierop neer.
Eene leening zou uitgegeven worden tegen
de volgende voorwaarden. De dragers van
Muntbons, die vervallen op 1 December
1926, de dragers van Schatkistbons op zes
maanden en het publiek mogen op de lee
ning inschrijven. Het publiek dat geen dra
gers is van voormelde bons zal het met geld
moeten doen.
De leening wordt uitgegeven voor een ter
mijn van 5 jaar van bons met ge waarborgden
wissel zoo wat het kapitaal ais de intrest
betreft.
De intrest is 61. h. vrij val a'Ie taksen de
supertaks en de erfenistaksen. De prijs der
uitgifte is vastgesteld op 95 t. h.
Minister Janssen verzocht de pers, omwille
van het algemeen welzijn, hare defaitische
propaganda te willen staken.
Als antwoord op dit verzoek kondigt La
Libre Belgique een artikeltje af, waarin
door valscheden en dwaasheden getracht
wordt den goeden indruk te verminderen,
door het treffen der overeenkomst teweeg
gebracht.
Zoo speelt de schijnheilige Libre hare
Pilatus-rol voort. Guido.
I>e JXïeuwe
Vragen en antwoorden
voor allerlei ambachten
Ik ben Schrijnwerker-Meubelmaker.
Vraag. Wat moet geplakt voor een
uitstalkas of etalagerekken voor kruideniers
winkel of welkdanige winkel.
Antwoord. 1 fr. per 100.
Ik ben peerdenhandelaar.
Vraag. Wat plakken bij den aankoop
van een peerd.
1' Rechts'reeks van den boer.
Antwoord. 1 De paardhandelaar
zal de factuur afleveren.
2' Door tussehenkomst van facteur.
Antwoord. i %o op verhandeling tus
schen u en uw facteur.
1 o tusschen facteur en landbouwer.
Indien de facteur optreedt als commis-
sionnaris van den boer 1 tusschen
landbouwer en facteur, en 1 °/o tusschen
facteur en peerdenhandelaar.
Ik ben Stovesmid
Vraag,
stoof.
menschen hebben dus gelijk, die zeggen,
dat Mandus u niet meer wil.
Ik ga naar de mis.
Ze zeggen, dat Mandus jaloersch was
op den schilder, die t' uwent woont.
Maar vlug ging Estelle de kerk binnen.
'Ze zou zich hier haar geheimen niet laten
ontlokken.
Evenmin als Mandus kon Estelle haar
aandacht bij het gebed bepalen. Haar ge
dachten waren elders.
Het ergerde haar, dat de menschen over
haar babbelden, en dat ze er ook mijnheer
Floris bij sleurden. Wat ging het 'tvolk hier
beneden aan, hetgeen er boven gebeurde
Straks na de mis zou ze niet blijven staan
klappen, om weer van die zinspelingen,
spotwoorden of franke aanmerkingen te
moeten hooren.
Ophitsing.
Floris Verschalde wandelde dien Zondag
morgen op den berg. Bij de woning van
Dora Viota want die richting ging hij
uit hoorde hij geschreeuw. Wat kon er
daar gebeuren
Vlug ging hij zien. Op den weg stond zoo
genaamde heks van den Kemmelberg door
eenige mannen omringd, een oudere en jon
gere gasten.
Als ge niet zorgt voor een week weg te
zijn, steken we uw kot in brand, hoorde
Floris den oudste zeggen. Ge moet hier ver
trekken We hebben geen toovenaressen
noodig.
En een der jongere kinkels had Dora den
hoed van 't hoofd getrokken. De lummels
verhinderden het meisje heen te gaan.
Verschalde snelde de weerlooze ter hulp.
Wat geplakt bij verkoop van
1' Aan boer (voor zijn keuken).
Antwoord. Niets in geval van betaling
binnen de 30 dagen en indien er geene fac
tuur wordt afgeleverd.
2' Aan herbergier, of bureel, winkel,
(bestemd voor de herberg, het bureel, de
winkel), of nog aan klooster.
Antwoord. 1
3' Aan kerkfabriek, gemeenteschool.
Antwoord. Niets, enkel 0,20 fr. per
500 fr. bij de betaling in geval van kwit-
tantie.
Bemerking. Hier hoeft de zegel geheel
geplakt.
Ik ben kloosteroverste.
T Vraag. Mag ik eene factuur aan
vaarden zonder taxe van 1 b. v. voor
levering van vleesch, uniformen voor de
leerlingen, van den schoenmaker voor
herstellingen.
Antwoord. Neen, zelfs niet beneden
de 30 fr.
Evenwel is de factuur slechts verplichtend
van af 30 fr.
2' Vraag. Bij levering van aardappels,
brood, margarine, bevrozen vleesch, eiers,
rundsvet, stroop, melk, reuzel, zonder de
zegel van 1 fr. per 1000.
Antwoord. Neen. Evenwel is de factuur
slechls verplichtend van boven de 150 fr.
Ik ben handelaar in pannen, tegels,
kalk, ciment, enz.
Vraag. Wat plakken bij verkoop aan
metsers, ondernemers, particulieren voor
eigen gebruik of voor huizen die zij ver
pachten. Ik heb reeds 2 betaald bij den
aankoop.
Antwoord. 1 fr. per 1000. Verplich
ting van factuur boven de 150 fr.
Ik ben Rijtuigmakr r.
Vraag. Wat moet geplakt zijn
a) Bij den aankoop van mijn hout, en
andere grondstoffen.
Antwoord. 1 fr. per 100.
b) Bij de levering van een rijtuig (koets)
tilbury, eene traamkar, enz.
1' Aan een kasteelheer, ot andere par
ticulier (het rijtuig zal niet dienen voor
handel of nijverheid).
Antwoord. 1 fr. per 1000.
2' Aan een boer, handelaar, nijveraar,
bakker, beenhouwer, winkelier, enz., (be
stemd voor zijn handel of nijverheid).
Antwoord. 1 fr. per 100.
c) Bij de herstelling van die rijtuigen.
1° Voor particulier.
Antwoord. 1 fr. per 1000.
2c Aan boer, handelaar, nijveraar, bak
ker, enz.
Antwoord. 1 fr. per 100 (op werk en
levering, of werk of levering alleen)
Ik ben handelaar in bouwstoffen, als te
gels, pannen, enz maar voer terzelvertijde
die werken uit Ik heb dus mijne eigene
vloerleggers, pannedekkers, enz.
Vraag. Wat moet geplakl
a) Geldt het enkel den verkoop van die
bouwstoffen aan metsers, aannemers, on
deraannemers, particulier (de 2 reeds be
taald zijnde).
Antwoord. 1 fr. per 1000.
b) Treedt gij op als vloerlegger, pannen-
dekker.
le Op factuur afgeleverd aan deze die
doet bouwen 't zij handelaar, nijveraar,
klooster of particulier.
Antwoord. 1 fr. per 100 op werk en
le vering, bij aanneming of daghuur uitge
voerd. Uitgezonderd factuur afgeleverd aan
Maatschappijen van goedkoope woningen
of aan personen die genieten van de premie
voor het bouwen van goedkoope woningen
(deze zijn vrij van de factuurtaks).
2" Op factuur afgeleverd aan hoofd
aannemer ingeval gij onderaannemer zijl.
Antwoord. 1 fr. per 1000.
Ik ben Electricien.
Vraag. Wat moet geplakt.
a) Bij het plaatsen van eiectrische leiding
of gaze leiding (tot aan de lamp).
le In een burgershuis (eigen gebruik).
Antwoord. 1 fr. per 100 op werk en
levering.
2" ln een winkel, herberg, magazijn,
fabriek, klooster.
Antwoord. 1 fr. per 100.
3= ln een openbaar gesticht afhangende
van Staat, Provincie of Gemeente.
Antwoord. NIETS. Enkel de kwit-
tantiezegel van 0,20 fr. per 500 fr. bij het
afleveren van het ontvangstbewijs.
b) Bij het leveren van lampen, lusters,
bijbehoorten.
1' Aan particulieren (voor eigen gebruik).
Antwoord. 1 fr. per 1000, zoo er eene
factuur afgeleverd wordt. (Vrijstelling van
factuur in geval van betaling binnen de 30
dagen).
- Bemerking. Levering van kroonkande-
laars, plafondlichten,enz., in kristaal dienen
getaxeerd te worden met 6 daar het
kristaal aan weeldetaks onderhevig is. Zoo
ook dergelijke voorwerpen in brons, of in
marmer, die het lichaam van menschen en
dieren voorstellen, als kroonluchters, kande
laars, wandkandelaars enz.
2' Aan voortverkoopers, winkeliers, her
bergen, maatschappijen, kloosters, hoteliers,
restaurants, enz.
Antwoord. 1 fr. per 100, zelfs op die
artikels welke aan weeldetaks onderhevig
zijn.
Ik verhuur huizen
Vra'g. Wat moet geplakt, óp het
ontvangstbewijs der pacht.
Antwoord' 0,10 fr. tot 100 fr. medebe-
grepen, 0,20 fr. boven de 100 fr. tot 500 fr.,
verder 0,20 fr. per 500.
Ontvangsbewijzen beneden de 10 fr zijn
vrij van zegel.
Verboden Nadruk).
ten voordeele van het Sanatorium van
Mont-sur-Meuse.
Met een ruk wierp hij een der belagers ter
zijde, duwde dan een tweede weg en ging
voor Dora staan.
Lafaards riep hij. O, ge hebt moed.
Toe, pak nu mij eens aan Ik sta ook maar
alleen tegenover vijf. Maar ik vrees u niet.
Wat helden zijt ge toch En dan is daar al
een oude vent bij.
De groep was wat verbauwereerd door
dit snel optreden van Floris. Maar een der
jongeren zei dan toch
Waarmee komt die stadsheer zich
moeien Hij zou mij eens achteruit moeten
smijten. Hij zou het geen twee keer doen.
En vijandig keek hij den schilder aan.
Maar de oudste scheen verlegen en
fluisterde dien onstuimigen gezel wat toe.
Dan wenkte hij Verschalde ter zijde. Hij
scheen den schilder te kennen.
Dora maakte van die verassing gebruik
om vlug naar haar woning te loopen.
Mijnheer Verschalde, ik ben Bieboo,
zei de oudere man. Ik pacht land van uw
vader. Ik ben gisteren naar Yper geroepen
geweest. En uw vader was daar om mij te
spreken. Ge moet nu ailes weten.
Floris kreeg een akelig vermoeden.
En heeft mijn vader u gezegd, dat ge
dit meisje lastig moest vallen vroeg hij
dadelijk.
Ik moest trachten haar van den berg
weg te krijgen, antwoordde Bieboo.
Waarom
Mijnheer Verschalde zei, dat ze achter
u liep en ik heb dat ook van anderen hooren
zeggen, maar 't zou mij van eigen niet aan
gaan, mijnheer. Ik kan verstaan dat een
jonge heer zich wat amuseert. Doch als uw
vader dat wil... ge verstaat, ik ten zijn
WINNENDE
NUMMERS
1'
Prijs 401.112
2' Prijs 239.306
3<=
963.339
4'
036.305
5e
744.094
6'
893.809
7e
686.930
8'
972.414
9*
221.186 j
10'
210 390
11'
970.075
12'
443 659
13'
311 289
14'
941 825
15'
497 294
16'
846 469
17'
777.315
18'
288 156
19'
158 088
20'
027.552
De
volledige officieele lijst ligt bij ons en
mag
door
de belanghebbenden
nagezien
worden.
van Z. D. H. Mgr. VAN ROEY.
Zondag had te Mechelen eene plechti ;heid
plaats waar ons christen hart niet ongevoe
lig mag voor blijven.
Z. D. H. Mgr. Van Roey werd plechtig t l
Bisschop gewijd. Van in den vroegen mor
gen brachien de treinen i it alle gewesten
des lands geestelijke en wereldlijke verhe
den naar Mechelen. In de stralen der aarts
bisschoppelijke stad heerschte eene onge
wone drukte
Rond negen uur daalde een statige stoet
langzaam den breeden trap af van fut bis
schoppelijk paleis. Vooraan het kruis. Dan
volgde de pauselijke Nuntius, Z. E. Mgr.
Micara, die de bisschoppelijke wijding zou
toedknen. Dan volgde de uitverkorene,
Z. D. H. Monseigneur Van Roey, met naast
zich den ouderdomsdeken van de Belgische
bisschoppen, Mgr. Waffelaert, bisschop van
Brugge en den bisschop van Doornik Mgr.
Rasneur, goede vriend van Mgr. Van Roey.
Daarna kwam de heerlijke rij der andere
kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders, Bis
schoppen, Wijbisschoppen, en gemijterde
Abten.
De stoet trok naar de kerk, die sober doch
prachtig versierd was.
Wanneer allen plaats genomen< hadden
bood de dicht gevulde kerk een we'ergaloos
schouwspel, een eenig tafereel. Talrijke
familieleden, waaronder de vader vaa den te
wijden Bisschop, alsook de burgerlijke en
de militaire overheden vereerden de plechtig
heid door hunr.e tegenwoordigheid. Reeds
van in den vroegen morgen waren de zijbeu
ken opgepropt met een macht van volk dat
de verhevene plechtigheid wiide volgen.
Traag en statig werden de liturgische
plechtigheden der bisschopwijding vol
trokken.
Nadat de nieuwe Aartsbisschop zijne ge
loofsbelijdenis en zijn eed'van getrouwheid
aan den H. Stoel had afgelegd begon de
H. Mis.
De Wijbisschop officieerde aan het Hoog
altaar en de uitverkorene aan het klein
altaar langs den Epistelkant. Na het Evan
gelie wérden het hoofd en de handen van
den nieuwen bisschop gezalfd. Dezes staf en
ring werden gezegend en hem overhandigd.
Aan hei offertorium bood de Gezalfde aan
den Wijbisschop twee brandende kaarsen,
twee broodjes en twee vaatjes wijn, een
gouden en een zilveren. Daar er maar eene
H. Hostie geconsacreerd werd, hebben de
beide Bisschoppen samen de H. Nutting
voltrokken. Vooraleer het laatste Evangelie
te lezen werden de mijter en de handschoe
nen gewijd.
De nieuwe bisschop was nu in het bezit
van al zijn gewaden en terwijl hij op den
troon plaats nam werd in alle plechtigheid
het Te Deum aangeheven. Nau afloop
van het danklied doorwandelde Mgr. Van
Roey, samen met de anders Bisschoppen ze
genend de kerk, keerde terug naar het hoog
altaar en stuurde den Wijbisschop tot drie
maal toe den heilwensch «Ad Multes Annos»
toe.
Een deraandoenlijkste oogenblikken dezer
verhevene plechtigheid was wel, toen de
nieuwe Kerkvoogd bleek doch rustig zich tot
bij zijn ouden vader begaf en statig met zijn
bisschopshand het kruis teekende over het
hoofd van den man wien hij zooveel ver
schuldigd is. Wie zal de ontroering beschrij
ven van hetgeen op dat oogenblik omging in
de ziel zoowel van den vader als van den
zoon.
Wij', die deze grootsche plechtigheid niet
bijgewoond hebben, vereenigen wij ons toch
in den geest met deze biddende, zingende,
jubelende menigte en bieden wij onze beste
en eerbiedigste wenschen aan hem, die door
den hemel uitverkoren werd óm als Aarts
bisschop te ijveren tot meerdere eer en glorie
van God.
Heil dei nieuwen Aartsbisschop I Heil
Mgr. Van Roey
TE VERKRIJGEN BIJ SANSEN VANNESTE
Oorlogstoebereidselen van de Turken
Volgens een aan de bladen gericht, niet
bevestigd telegram uit Konstantinopel, gaan
de Turken voort, kanonnen en munitie naar
Smyina en Adana te zenden.
Windhoos in Amerika
Zeventien dooden
O ver de gewesten van Texasen Oklahoma,
in de Vereenig ie Staten, heeft een windhoos
gewoed die ontziglijke stoffelijke schade
heeft aangericht. Verscheidene dorpen wer
den gedeeltelijk verwoest en de gewassen te
velde zijn grootendeels verloren. Men telt
niet min dan zeventien dooden, terwijl het
getal gekwets'en zeer aanzienlijk is.
pachter. Hij wil nief, dat de heks u mee
trekt.
En wat moest ge dan doen
Uw vader heeft dat niet percies
gezegd...
Ge moet me de waarheid verfellen. Ge
zijt hier met die jenge gasten gekomen en ik
heb u op geweld betrapt.
Drie zoons en een kozijn zijn bij me...
Geen vreemden.
't Kan me niet schelen wie het zijn.
Maar ge hebt ze opgehitst tegen jufvrouw
Viota. Dat heb ik duidelijk gehoord.
Mijnheer, ge kunt toch wel peinzen dat
ik me die heks niet zou aantrekken, ware
t niet van uw vader. Ik kom hier tfiet voor
mijn plezier. Ik woon beneden en wat kan
de berg me schelen
Maar wat heeft mijn vader u bevolen
Ik wil dat juist weten en ge zult het me zeg
gen, hernam Floris.
We moesten de heks benauwd maken,
zoodat ze den berg zou verlaten, en uw
vader zei, dat ik zelf wel het een en ander
uitvinden kon. Ik doe het niet gaarne, maar
ja, als een heer het gebiedt. Ik ben een
pachtertje. En uw vader deed me daarvoor
naar Yper komen. Kan ik dan zeggen, dat ik
niet wil Een eigenaar kan een pachter bre
ken of voorthelpen.
En wat heeft mijn vader u daarvoor
beloofd.
Dat ik meer land zou krijgen en ik
kan dat goed gebruiken, mijnheer, met die
zoons, betoogde Bieboo. Ieder zoekt zijn
voordeel, hé
Maar als mijn vader u eens beval een
diefstal of een moord te doen, of iets, waar
voor ge in het kot kunt geraken, zoudt ge
dan ook gehoorzamen vroeg Verschalde
diem.iargeen hooger argumenten aanvoerde.
Ha, neen I
Wat ge nu doet is ook strafbaar. En
ik zal u dadelijk bij de gendarmen aanklagen,
't Is een schande zoo te handelen.
Maar mijnheer toch I riep Bieboo
ontsteld uit.
Ja, ja... ik meen het. Wat ge doet, is
strafbaar
En ik handel op last van uw vader.
Vergeet dat toch niet, mijnheer.
Ge weet heel goed, dat ge het niet doen
moogt, dat ge alle menschen met vrede
moet laten
Maar wie zou er over spreken I Nie
mand moet iets van de heks hebben. Ieder
zou ze gaarne weg zien.
Ik spreek er over, hernam Floris
driftig. En ik zal de juffer beschermen.
Ik ben gekomen om uw vader een
plezier te doen mijn wijf zei nog, dat ik
thuis moest blijven, dat die hekse ziekte in
den stal kan brengen of ander ongeluk. En
het is waar. Maar ais een eigenaar kom-
mandeert, moet een pachter gehoorzamen.
Ge weet dat toch ook wel.
Niet in zulke zaken
En als uw vader mijn land afpakt, dan
sta ik daar. Dan ben ik plat geruineerd.
Ik heb u hooren zeggen, dat ge die
woonst in brand zoudt steken, hernam
Verschalde.
ja, maar ge kunt wel peinzen, dat het
niet gemeend is. Brand stichten zou ik niet
doen Zoo stom ben ik niet.
Ge hebt jufvrou w Viotaer meegedreigd.
En als de gendarmen dat hooren... het zou
u leelijk opbreken.
('t Vervolgt.)