Herwording hetmanneke MAAN IN DE EERSTE DAGEN TE ONKERZELE ZATERDAG 30 SEPTEMBER DINSDAG 3 OKTOBER Kerkwijding te Passchendate DE RIJWIELRENNER GEORGES LEMAIRE VERONGELUKT HET INTERCLUB KAMPIOENSCHAP VAN BELGIE OKTOBER - ZAAIMAAND POLITIEKE TOESTANDEN RUSLAND FRANKRIJK KUBA DUITSCHLAND OOSTENRIJK SPANJE VEREENIGDE STATEN Gebruikt Chicorei Wyppelier-Taffin, 't is de beste. IBBHBHBBBBBBBHBUBBSli&BBlBIflS GEDACHTEN Ouden moet men eeren, Jongen moet men l-eeren. Wijzen moet men. vragen Dwazen stil verdragen. 't Is gemakkelijker wijs genoeg te zijn voor tien anderen, dan voor zich zelve alleen. I Over de gebreken van anderen kla- gen is tijd verspelen, het is best de onze te beteren. KnHESEEaEiaaanasijHaaasisaasaHii i i. UIT DE AL werken, eten, slapen, droomen Zijn we dus gekomen Aan de tiende maand van 't jaar En ge wordt 't stilaan gewaar Dat we, wel verstaan Naar den winter henen gaan. Sneeuw en ijs met volle vrachten Staan er ons te wachten En ook koude, moet ge weten Als nog nooit een jaar te voren Zoo ten minste laten de... profeten Hun advies nu hooren. Allee, we zullen 't nog ne keer moeten afwachten, zooals altijd, want door die profeten wordt de bal nog al eens dik wijls mis geslagen. In alle geval, we zijn de winterperiode ingetreden... en van de zomer hebben we niet te klagen gehad, verre van daar. Veel zonne en niet te veel regen. Enfin, 't is voorbij, en we gaan liever overgaan tot ons kalender dat zal onze gedachten 'n beetje ver zetten. Maandag 9 October: St Denijs. Ziet gij uw vriend veel kwalen lijden Breng hem hulp, toon medelijden. Dinsdag 10 October: St Paulin. Met al die dansen zijn verblijd Men lacht wei als het harte schreit. Woensdag II October: St Gommarius. Ziet dat ge voor uw plicht, al uw ver- [maken laat Wilt gij gelukkig zijn, houdt in uw drif- [ten maat. Donderdag 12 October: St Wilfried. Deel den behoeftigen milddadig van uw [goed Wilt gij dat God U ook hierna genade [doet. Vrijdag 13 October: St Edward, Wilt ge niet vroeg gedolven zijn Neem spijs en drank als medecijiu Zaterdag 14 October: St Calixtus. Ook de zwaarste last wordt licht Als het hoofd blijft opgericht. Zondag 15 October: Ste Theresla. Die steunt op God met kloeken moed Ontvangt Gods hulp in tegenspoed, EEN DUITSCH GENEESHEER Komt alweer Met iets nieuws voor den dag Da'k U hier wel zeggen mag. Die geleerde, namelijk, is tot de vast stelling gekomen dat de menschen door gaans te veel slapen... en dat daarin de oorzaak moet gevonden worden van veel ongesteldheden. Hij heeft uitgerekend dat de mensch gemiddeld 8 uren per dag... of beter van den nacht, aan den slaap besteedt, als hij het best met 4 uur kan schikken. Geeft ge U daar re kenschap van? Ne mensch weet nu al niet meer wat met zijn verloren tijd te doen... en de vrouw speelt nu al dik wijls genoeg op heuren poot, als ge 's avonds na uw werk 'n voetje in de oafé's durft zetten! Wat zou het dan wel zijn? Maar... naar 't schijnt, volgens dien Duitschen dokter nog ne keer, zijn 't juist die uren die men in de café's thea ters of cinema's doorbrengt, hetzij van 18 u. 30 tot 22. 30 (hoe juist uitgere kend, hé!) die 't beste geschikt zijn om van de nachtrust te genieten. Als ge goesting hebt, kunt g'er de proef ne keer van nemen! Maar d'r zijn twee groote ongemakken aan verbonden: ten eerste is 't dan geen nachtrust meer, maar wel 'n avondrust, en moet 't woord dus ver anderd worden, en ten tweede... zijn de café's, cinema's en theaters na... 12 uur 's nachts gesloten! MIJNHEER (vóór een hemd zonder knoopen). Vroeger zeide men: 't is zoo moeilijk om vinden, als een naald in een hooischelf. Madam. Waarom zegt ge dat? Mijnheer. Omdat men nu zou mo gen. zeggen: 't is zco moeilijk om vinden als een naald in de hand van 'n vrouw! En 't was weer ne keer ruzie. ZOUDT g'ook niet verwonderd wezen Moest g'in een annonce lezen, Van een blad Dat Er een koorde wordt te koop geboden Waarmee men iemand heeft willen doo lden? 't Is 't geen ik daar juist kom te le zen In 'n Parijsch blad. Te koop: koord waarmeê men iemand heeft opgehangen, 100 fr. de meter. Herkomst gewaarborgd. Ja, ja, beste menschen, dat zijn nu de Fransche steden en gewoonten, zie... gin der aanzien ze zoo een koord, waarmeê iemand een einde aan zijn leven heeft gesteld, als porte bonheurEn zeggen dat er ezels zijn, die zich daar- meê laten beetnemen. Enfin, ne mensch moet uit alles zijn profijt trekken. En als er onder mijn beste Lezers personen zijn, die er ook op die wijze wenschen van IBaDZÜ3B3a33Q3BaBaDaB!9BBBBUaa Mengelwerk van 8 Oktober 1933. Nr 3. Uit ons volk. Voor ons volk. roman door EDWARD VERMEULEN In 1910 bekroond met den 1" prijs van Brabant. Wat hij uitgaf, dat was hij ook, gelijk een -botte aanhoudend harrie-weder, met grijze eentonige lucht, onveranderlijk, nooit h-ooger of lager. Nooit een dier kleine stormen die, na het overgaan, ons de zon te lieflijker maken en t hert doen trillen en 't bloed doen bruisen. Keen, altijd herrie en grauwe lucht. Een man zonder driften, noch goede, noch kwade. Bij dien sensieloozen vader sleet Julie de schoone jaren der jeugd, steeds stui kend op zijn doodsch uiterlijk, als op eene ijs-korst en bij iedere poging om dieper te dringen, hopeloos hare onmacht erken nende. Daar zij deftig opgebracht en van natuur fijngevoelig was, zoo botste zij, van den eenen kant, op de onverschillig heid van vader en van de anderen kant op de ruwheid der dienstboden en vond tusschen beiden, moeder, even hertelijk en gevoelig als zij, moeder, die alle dage meer en meer, alles werd voor haar en di-e van haren kant, al de schatten van haar minnend hert, in volle maat, aan haar kind schonk. Stil-aan werd Julie een volslegene j<on- ge-dochter, rank en rilde, maar kloek en gezond en, onder de leiding van moeder, rap en veerdig in alle werken. Voor een volmaakte schoonheid kon zij niet doorgaan, maar in heur wezen straal den twee oogen, zoo vol van wilskracht en fierheid, maar ook zoo zoet, zuiver en innemend, dat alwie haar naderde, zich aangetrokken voelde. onder te trekken, dat ze een koord ne men die lang genoeg is... om hun we duwe van 'n langdurig pensioentje te la-s ten genieten. ALS T^TDE KINDEREN, jandoren, Te samen worden geboren Dan noemt men zoo'n ding... Nen... tweeling. He wel! Madam Mildred Sheeley en Madam Josephine Sheeley, van Oakland, zijn ook tweelingen. En vermits ze twee lin-g-en zijn k$amén ze natuurlijk den zeilden dag ter wereld. Zij huwden, de twee broeders Sheeley denzelfden d Zij hadden elk vier kinderen, waaronder elk 'n tweeling. Zij verlieten het echte lijk dak denzeifden dag... en voltrokken de echtscheiding idem, op denzelfden dag. En nu, om aan de traditie getrouw te blijven gaan ze beiden denzeifden dag trouwen, met de gebroeders Burton. 't Is waar dat zoo iets slechts in Ame rika kan gebeuren. 't Is in alle geval 'n beetje straf! MIEKE BROUWERS is 't schoonste meiske van 't dorp, maar ze heeft ne vlezen vader, die al de verliefden van zijn dochter vierkantig aan de deure smijt. Op nen avond komt Karei Patjok hem bezoeken. Vader Brouwers en d; peere van Patjok zijn twee .goei vrien den, maar Karei is in eens zoo gegroeid dat vader Brouwers, hem niet herkend. Men zou zeggen dat 't regenen gaat! zegt onze Karei schuw weg, om iets te zeggen. Ne-e-n, 't gaat niet regenen, zegt M. Brouwers brutaal. Gedurende een kwartier blijven ze stil zwijgend zitten. Eindelijk kan de oude aan zijne nieuwsgierigheid niet meer weerstaan Wie zijt gij? grommelt hij tusschen de tanden. Karei Patjok. Watte... de zoon van Mi-el Patjok? Ja! Ha! Ha! zegt M. Brouwers dan op zoeten toon... 't kan wel zijn dat 't gaat regenen... ja... 'k geioove dat 't gaat re genen. En Karei was in den hoogsten hemel! 'T IS TE CINCINNORIE Dat de sombere historie Die 'k U hier weldra Vertellen ga Gewis Voorgevallen is. Een neger, een zekere Sam Wards had zijn vrouw verloren. Hij deed ze begra ven in 'n magnifieke lijkkist, die heel veel kostte, maar waarvan de ondoor dringbaarheid hem voor vijftig jaar ge waarborgd was. Verleden jaar, deed hij, 's nachts het graf open breken om tie zien of de kist nog goed was. Maar de overheden waren daarmeê niet t'akkoord en hij vloog voor 6 maand den bak in. Over enkele dagen kwam hij er uit en 't eerste wat hij deed was terug naar 't kerkhof gaan, om zich van de goede hoedanigheid van de kist te vergewissen. Die goeie neger wil voor zijn geld heb ben... en 't schijnt dat hij besloten heeft van zich gedurende de vijftig j-aar re kenschap te geven... of men hem niet niet bedrogen heeft. Goeie moed! DE MAHARAJAN VAN ALWARE Is ne rare Vogel Hij kreeg bijna ne kogel In zijn lijf Omdat hij ne keer of vijf Op zijn minst genomen Tegen d'Engelschen, in opstand was ge- komen. Alware, moet ge weten, ligt in En- gelsch-Indië... en de maharajan, had er genoeg van onder de hak der Engelschen te leven, en kwam in opstand. In plaats van hem naar 't piereland te zenden, hebben d'Engelschen hem dan maar sim- pliester voor 'n paar jaar verbannen tot hij tot betere gevoelens zal gekomen zijn. Maar, 't schoonste van d'historie, is dat die maharajan, de rijkste man is van Engelsch-Indië, zijc|» fortuin is onbe rekenbaar. Precies zooals 't onze, ja! Alleen de tulban die hij gedurig op zijn hoofd draagt is een klein en zelfs een groot fortuin waard: 10.000 pond ster veling of rond 't miljoen en half van onze ballekens. Die tulban is uit goud geweven en ver sierd met diamanten. En zeggen dat 't bij mij al fameuze ruzie is, als ik aan mijn alderliefste we derhelft vraag, of ik mij, nen nleven bolhoed van 20 fr. op d'ouwmarkt mag gaan halen. Neen, zulle! 't is niet juist op de we reld. D'r zijn er die met miljoenen op hun hoofd loopen, en anderen hebben niets om aan te doen. Daar is een tijd geweest, zegt Maren- ta, dat uw hoofd ook bedekt was met iljoenen... haarkens. 't Is waar Maar Tot mijn spijt Ben ik die ook al kwijt. POELEPATAAT gaat dineeren in 'n (restaurant. Kellner, roept hij, wat hebt ge zoo óm t'eten? Ossen-tong, antwoordt d-e garcon. O! neen, dat niet, ik eet nooit iets dat uit den muil van 'n beest komt. He wel... neem dan 'n koppel eieren! K GA U HIER BIJ MIJN LEVEN 'n Klein lesken in aardrijkskunde geven. Stel de vraag aan 'n student die van 'n examen komt: «Welke zijn de kleinste Staten van Europa?En 'k verwed er mijn linkeroor op, dat hij ze U alle viër niet zal kunnen opsommen. Ais w© beginnen met den kleinsten hebben we eerst Monaco. Het gansuhe leger van het landje bestaal uit 75 gar den en 75 karabiniers. t Zullen dus die niet zijn die den oorlog zullen verklaren! Dan hebt ge de vrije Republiek van San Marino, die 11.500 inwoners telt en een leger van 1.000 man, aangevoerd door een... maarschalk. De pyreneesche Republiek Andorra, heeft ongeveer 12.000 inwoners, en ein delijk hebben we Licht-enstein, in Tyro- lien, die slechts 9.600 inwoners heeft. IBBBBBEBBlBBHBBBBBBBBnSBBBBB' Leert ze goed van buiten... en wedt dan voor 'n flesch Rodenbach, met 'n vriend, dat ge z'hem zult opnoemen. DAAR is ne meneer die in een apo theek komt binnengeloopen en hij vraagt aan den apoth*ker: Mijnheer wilt gij mij 1 gram van de volgende producten geven: diéthyl- sulfonethylmethyimetane, orthomitrochlo- ranid-oph-enol, dimethyamidooxybenzoyl- benzoique... En na deze litanie vraagt de apotheker, met een vriendelijk lachje op de lippen: Is 't ales, mijnheer? Dat was dus ge-ene vlezen apotheker! JOCHEI! JOCHEI! D'r is 'n nieuwe godsdienst bij 'n Zekere Dj avit heeft hem uitgevonden En komt er meê van Londen. Die Djavit is dus een Engelsohman uit Londen, die naar Indië gegaan is, om daar 'n nieuwe godsdienst te stichten. Hij die de nieuwe godsdienst wil aan kleven moet een gansche nacht opge sloten blijven in een dichte kamer, waar hij moet blijven rechtstaan op een gei tenvet 's Anderendaags wordt hij dan vóór den nieuwen -prof-eet geleid waar hij den eed van getrouwheid moet zwe ren... en afstand doen van al hetgeen hij bezit, ten voordesle van meneer Djavit. Maar 't heeft een staartje... want de politie heeft er zich mede bemoeid en Djavit opgesloten in een dichte kamer... voor meer dan ee-n nacht... want 't was ne simpelen aftrugg-elaar. En zeggen dat er menschen zijn die zich daardoor laten beetnemen hebben! WEET GE dat er over de gansche we reld niet minder dan 12.500 verschillende soorten muntspeciën zijn? Nu zouden ze willen een enkele soort geld maken, dat over de gansche wereld zou aanvaard worden. Als ze tot daar kwamen! 't zou veel zaken vergemakkelijken. IS HET WAAR, vroeg S:s Sloeber aan nen Amerikaan, dat er in Amerika zoo'n hooge gebouwen zijn, dat ze bijna tot aan de wolken raken. Of 't waar is, zei de Amerikaan, die van d'eerste leugen niet gebarsten was, aan 't laatste gebouw dat ik werkte was ik verplicht mij plat op den buik te leggen... om de maan boven mij te laten passe-eren IN FRANKRIJK IS ER NE MAN Die er op boffen kan, Negen maal, te voet, wel verstaan De ronde van de wereld te hebben gedaan, Die man is 'n zeker Farcis, 'n postbode. Nu heeft hij zijn pensioen gevraagd, na meer dan dertig jaar dienst. Eiken dag deed hij zijn ronde, die 'n goei dertig kilometer bedroeg, en zoo heeft men uit gerekend dat de man, gedurende zijn loopbaan >s 355.260 kilometer, te voet heeft afgelegd, hetgeen negen keer den omtrek van de wereld vertegenwoordigt. Spijtig dat v/e al zoo oud geworden zijn, we zouden anders cok ne keer kunnen beginnen op te tellen hoeveel keer wij de ronde van de wereld zouden doen door met ons alderliefste wederhelft, op bood schappen uit te gaan. 't Zou er ook niet ver van af zijn. D'R WAS veel volk op de meeting. De spreker riep uit met een daverende stem: Ja, mevrouwen en mijne hoeren, wat wij noodig hebben, dat is een land bevrijd van het socialisme, het fascisme, het communisme... Toen stond er een oud peke recht, en riep uit met overtuiging: En van het rhumatisme! 't Manneken uit de Maan. IBSSBHaaBlBESaiiaBBBSSBBSEBBI DE GROT TE ONKERZELE WAAR VROUW VAN DYCK BEWEERT O. L. VROUW TE ZIEN. Het gaat zoo stilaan naar 't ende van t jaar. De verlofdagen zijn voorbij en de ba-lansrekeningen worden klaarge maakt. Het Davidsfonds echter kent geen rust vóór zijn uitgever öbedrijf: eerst daags wordt aan de leden A het laatste Volksboek 1933 gezonden, t. w. De Be stedeling door Maria von Ebner-Eschen- bach, de vrouw die in haar boek de vol harding in het goede zoo, schitterend weet uit te beelden. Boeiend en vol diep-men schelijke gedachten. Aan de leden C komt dan ook hun laatste Jeugdboek «Pirre», een verhaal over een bengel, waaraan onze Vlaamsche bengels zoo geen beetje plezier zullen heb ben! En, last not least, een prachtboek voor d-e Keurboeken. Prof. Dr Janssen heeft zijn beste pen gescherpt om een paar ak- tueele zedelijkheidsvraagstukken te be handelen. Voor velen een opfrisschertje! En zoo zal de Davidsfonds-uitgaventak zijn jaar sluiten. Wie zal nog durven be weren dat de werkman zijn loon niet waard is? Maar kom, 't is voor Godsdienst, Taal en Vaderland Voor lidmaatschap wend u tot de plaat selijke af-deeling, of tot Davidsfonds, Leu ven. Ieder kan nog lid 1933 worden tot 31 December. Daarna wordt het 1934, en daarover later een woordje meer! IS3 Doch Julie had weinig lust tot kennis maken. Zij had den indruk ondergaan der omgeving en die gedurige kwetsing, haar fijn voelende ziel toegebracht, door de stijfheid van vader en door de ruwheid van 't volk, dat op het hof door geene vaste hand geleid was, dat alles had haar over veel zaken een verkeerd denkbeeld doen opvatten. Zij was er dicht bij te denken, dat al 't mannevolk der wereld, of hertelooze ikzuchtigen, of lompe vlegels waren, zooveel te meer daar moeder, die 't meisje met jaloersche liefde beminde, hare dochter in deze meening versterkte en heel dikwijls bij haar, heur eigen te leurgesteld hert loste, in- bittere woorden, zijpelend van misprijzen, voor de alge meenheid van 't mannevolk. Menig goed en deugdelijk boere-jongen voelde een aderkp slaan voor Julietje Breemeersch, maar 't meisje werd zoo danig kort gehouden door moe-der en was, uit haar eigen, zoo zedig en deftig, zoo heel anders dan de groote hoop, dat de jongens beteuterd weerhouden werden en 't meisje juffertje of kwezeltje noemden, als iemand die van hun volk en van hunne doening niet was. Zoo ging Julie haar stillen gang, met slapend hertje, vrij van sterke ontroerin gen, gerust in den dag van morgen en zonder vooruitzichten, gelijk een kind nog, dat gelukkig is de zon te zien en te leven en 't overige aan moeder overlaat. Dat rustig, stil leventje moest, al op eens, door eene onverwachte ramp ver nietigd zijn. In den uitkomen van 't loopende jaar werd boer Breemeersch door een beroerte getroffen en stierf plots, zoals hij geleefd had, zonder goeden-dag of goeden-avond te zeggen, als een appel die van den tak valt. 't Was een klein verlies voor moeder en dochter, toch beweenden- zij den armen dompelaar, die door 't leven geslenterd had ais een slaapwandelaar. Door hare jaloersche liefde gedreven, overklapte moeder Ereemeerch hare doch- stard. De gewone teekens van (veronder stelde) zinsverrukking. Zij deelt niet mede onder of na de verschijning. Verschijning, zegt zij, van O. L. Vrouw, in de grot, te midden van het volk, rechts van het beeld van d-e Onbevlekt Ontvan- gene (Lourdes), zooals bij de vorige ver schijningen in de grot. Echter met onge wone pracht omgeven, zegt zij, groot en glimlachend, omgeven met een krans van witte rozen-botten met tusschenin vijf dikke roze rozenbotten, een in 't midden langs onder, twee beneden en boven rechts, twee beneden en boven links. Wat d-e Verschijning zeide was voor haar alleen, zegt zij, niets ditmaal om aan het volk mede te deelen. Het hield ook opbeuring in voor haar, O. L. Vrouw kent de redenen mijn-er droefheidzeide zij. Wanneer ge haar vraagt welke de oor zaak is van hare droefheid, antwoordt zij Als ge moest dragen wat ik te dragen heb, en weten wat zij mij heeft toever trouwd... IBBBBBBBBBBBEBBBBaBBBBBBBBBB ter, dat hof te verlaten, waarop ze zoo veel gezorgd en geslaafd en toch zoo weinig geluk- gesmaakt hadden en éér een trouw-zieke knaap naar Julietje's hand -had durven dingen, had d-e weduwe haar pachtgoed aan een verren kozijn overgelaten. Met het overschot van hare fortuin, nog een rond sommetje van eenige dulzende frank, betrokken zij- hun eigendomtje te Bothem en leefden daar nu, sedert Bamis, gelijk de visschen in het water. Tegen de Stnksen-dagen hadden zij hun doening je opgepoetst als een hem-el: alles stond op zijn best en de nette meubels blonken 'lijk een spiegel. Moeder en doch ter zaten, van de hoogmis terug, in de keuken, een hertelijk koubertje te slaan, toen de deur al op e-ens openging en eene klare, mannelijke stem van op den dorpel vroeg: Mag men wel? Men maakt te lande weinig kas van plecht pleging. Moeder Breemeersch stak eens haar hoofd tot in den gang en: Komt maar bin' riep ze. Mon Verkest trok de keuken in, gevolgd van zijne makkers en, met de klak in de hand, heel deftig en ernstig, groette hij de beide vrouwen en sprak op vriendelij ken, innemenden toon: Vrouw Breemeersch, wij zijn aan 't mis-dag vieren rond de vruchten en maken van de gelegenheid gebruik om u, in uwen nieuwen t'huis, welkom en geluk te wenschen en ons pijpje te stoppen, als 't met uwe goedheid overeenkomt. -Ge zijt welgekomen, jonkheden, zei vrouw Breemeersch: 'k Ben dank baar voor bezoek en wenschen, zet u, en stoelen vooruit-schuivend: mag lk weten met welke gebuurs ik te doen heb? Ik ben Mon Verkest en 'k geloof, sprak Mian, zich Juliet je-waarts keerend: dat uw dochter beter mijn zuster dan mij kent. Hier hebt gij ook Miel Tieghem, mijn naasten gebuur en daar Berten Bra- bandt, van aan den steenweg. - Goed zoo! Julie, haal een glas bier DE KONINGIN VAN DEN HEILIGEN ROZENKRANS? We gaven verleden week een kort over zicht der wonderbare gebeurtenissen die zich sedert eenige w-eken te Onkerzeie voordoen. Zaterdag 30 September, zóu Vrouw Leonie Van Dyck, echtgenoote De Spie- geleer, weer eene verschijning gehad heb ben de 27" en aan de hand van het verhaal van twee ooggetuigen, kunnen wij zakelijk en nauwkeurig het' volg-ende er over med-emeelen. Omstandigheden en. verloop als volgt: Nagenoeg drie duizend personen langs den weg, rondom de grot en kapel. Reeds vóór 8 uur komt de vrouw Van Dyck, met de gewone godvruchtige gebuurvrouwen, en hare kinderen, bij kapel en grot. Bij 't aansteken der kaarsen aan de gret, bidt Leonie vijf Onze Vaders en vijf Wees gegroeten. Daarna worden de blijde mys teriën gelezen. Men zingt dan Onze Lieve Vrouw van Vlaanderen De ver schijning zou tijdens dezen zang heb ben plaats gegrepen.. Waar men ga langs Vlaamsche wegen... Op dat oogen- blik valt Leonie op de knieën," de oogen. starlings gericht links van 't beeld, aan de grot, de armen opgeheven. Zij beweegt de handen om stilte te bekomen. Men'zwijgt. Vijf Onze Vaders en vijf Weesgegroeten ter eere van O. L. Vrouw van 't Heilig Hartvraagt zij. En zij begint vurig te bidden. Dan nog het gebed: O Maria, Onbevlekt Ontvangen, tot U nemen wij allen onzen toevlucht. O Heilige Moeder Gods, Maria, verstoot onze gebeden niét in den nood, maar gelief ze -te verhooren, door Jézus Christus Onzen Heer, Amen». Dan roept nog Leonie: «Onze Lieve Vrouw der armen, bekeer de zondaars, help onze zieken, bescherm ons land! .Geef ons uwen moederlijken zegen, mijne goede Moeder!». Één stilte. Langzaam maakt Leonie 'n kruis. Het volk maakt een kruisteeken mede. Personen naast haar hebben het volgende waargenomen: Gedurende de verrukking beefde Leonie, d-e romp van 't lichaam was achterover geworpen: zij zou zeker gevallen zijn ware ze niet gesteund geweest. Een dagblad w-erd vóór de oogen der zienster geplaatst zonder eenige reflex te veroorzaken. Na de verrukking was Leonie afgemat. Na een eerbiedig stilzwijgen, bad een der zonen van Leonie vijf Onze Vaders en vijf Weesgegroeten voor. Dan bid-t men de glorierijke mysteriën. Bij het 'tweede tientje hooren wij Leonie weer mee bid den. Enkele lofzangen. Nu zal Leonie de droeve mysteriën voorlezen. Bidt maar mee, vermaant ze, want het fs elk zijn belang! Zij verklaart dat zij O, L. Vrouw schoo ner dan ooit in de grot, links van 't beeld van O. L. Vrouw van Lourdes heeft ge zien met het witte kleed en den blauwen gordel, zonder Hart; rond 't aangezicht een wit doekje lijk de kloosterzusters boven het hoofd de witte vool. Van boven het hoofd en langs beide kanten van 't li chaam tot aan de voeten, loopt een bloe menkrans: een dikke roze roos, dan een reeks kleine witte rozen, weer een dikke roze roos, enz. Leonie had er blijkbaar nog niet aan ge dacht dat dit den rozenkrans kon verbeel den en heeft de rozen niet geteld. Zij kan ook niet zeggen of de Verschijning op een wolkje steunde. De verschijnende Maagd heeft gezegd: 't Is de maand van den Heiligen Rozen krans. Bidt, bidt veel voor de bekeering van de zondaars. Ik zal u helpen en be schermen Dan zegende de Verschijning het volk en verdween. Ook Zondag waren geheel den dag, de toeloop en gebeden te Onkerzeie zeer groot en aanhoudend. In haar beschrijving der rozxi die zij zag rond de Verschijning ziet Leonie Van Dyck deze als botten. Ten dokumentairen titel weze nog ver meid dat de vrouw Malvina Haens-Hael- ters, Populierstraat, Ronse, volhield tij dens de gebed-en dien Zaterdagavond eveneens een Maria-Verschijning te heb ben gezien. Het hoofd beschrijft zij met witten sluier, d-e borst met gouden hart, de hand in rechte lijnen het zegenend kruisteeken makend waarna de verschij ning zou verzwonden zijn. Tijdens de avondgebeden, bij de laatste weesgegroeten van de Glorierijke Myste riën, zwijgt de vrouw. Leonie Van Dyck valt achterover geleund, de oogen ver- (Zie vervolg hiernevens.) flBHBBBBBBHBBBBBrfBBBBBBBBBBBB uit en gij, jonkheden, doet als t'huis, zet u en aansteekt. Julie was de kelder ln om bier en tegen zij weder opkwam, kronkelde de blauwe rook, in spelende ronden, heel de plaatse door en dopperde tegen de zoldering. Moeder Breemeersch klapte t'hoope- waart in, meegaande en beleefd, doch iet wat koud en wederhouden, zooals achter dochtige menschen zijn. Ondertusschen vond Mon gelegenheid, om met Julietje te spreken en haar te doen spreken. Het -kostte hem weinig moeite, 't meisje sprak geerne en was heel lief en bevallig, hem beziende in 't open wezen, met groote zuivere oogen, waarin Mon de eenvoudig heid van een kind las. 't Deed hem deugd met dat minzaam kind te spreken en haren blik te vangen, die ongekunsteld, genoegen en bewonde ring uitdrukte. Zijn natuur van doenden droeverik nam den- boven-hand en hij voelde zich be- tinteld, om dat ondervindinglooze meisje in haar stille gerustheid te storen. Hij maakte zich, zooals hij dat wel kon, aan trekkelijk en bekoorlijk en doormalde haar, al klappen, met zijn lachende prachtige oogen, vol weerlichten. Al op eens zag Mon zijn spel verbrod; hij vong den strakken blik van moeder Breemieersch, koud en smijdig als een vliem en half uit zijn lood geslegen, 6tond hij recht en nam met zijn makkers af scheid van moeder en dochter, met de vaste belofte de groetenissen van Julie aan zijne zuster Clara over te brengen. Eenige stappen verder bleef Berten Bra- bandt staan, schoot in een luiden lach en spotte: Wat kwezels hó? en wat kieken van een meisje! Berten, sprak Miel: ik voor mij, vind die menschen heel fatsoenlijk en bovendien-, er is iets in dat meisje dat haar, zonder schoon te zijn, doet uitschij nen: wat dunkt u, Mon? G'be-bt overschot van gelijk, sprak Passchendale's Romaansche kerk, die onder d-en wereldoorlog ten gronde toe vernield werd, maar die we in de eerste jaren, na d-en wapenstilstand h-eelemaal in den zelfden trant, op den zelfden heu vel en op de eigenste grondvesten zagen herepreizsn, werd Maandag 1.1. door Zijne Excellentie Mgr Lamiroy plechtig gewijd. Reeds te 8 VI uur begon deze lange, in gewikkelde, maar toch beteekenisvolle ceremonie, in het klooster. Daar trok Monseigneur zijn Bisschoppelijk ornaat aan, en saam met de aanwezige geeste lijkheid, Mgr Callewaert, President van het Groot Seminarie van Brugge, Z. E. H. Desaegher, deken van Roeselare, de pries ters van de parochie e-n de pastoors van het omliggende bad hij voor de uitge stelde relikwiën van de martelaren de boetepsalmen. Daarop begon het eerste deel van de kerkwijding, de-el dat meestal bestaat in besprenkelen van de muren met gewijd water en reiniging sgebeden. Tot nog toe was het volk niet opgeko men, maar toen Bisschop en geestelijk heid, rond 10 uur uit de kerk stapten om de relikwiën, die ln de altaren zouden begraven worden, proces.:iegewijs uit het klooster naar d-e kerk ever te brengen, stónd-en honderden menschen gereed ter opluistering van di-e processie. Wat naast de twee nette groepjes kinders-kruistoeh- t-ers vooral opviel, dat die eindslooze reien van jongelingen en mannen, die, met het fakkellicht in de hand langs weerszijden van de straat waren opgesteld, om die kostbare relikwiën te vergezellen. De vrouwen sloten de processie en móesten in getal bij d-e mannen ni-et onderdoen. Het was waarachtig schoon, roerend schoon, te zien, hoe het Passchendaalsche volk, die bete-ekenisvolle parochiegebeur tenis meevierde. De kerk stroomde na de processie heel en al vol, en de metsten hebben dan het verloop van de verdere oeremoniën volledig bijgewoond. Het was kwart voor twaalf uur, wanneer de plech tige Hoogmis k-on beginnen. De eer van. voor 't eerst het H. Sakrificie op te dra gen in het nieuw gewijde ge-bouw, viel te beurt aan een Passchendalenaar, na- Z. EXC. MGR LAMIROY, tijdens de plechtige Wijding. melijk E. H. C-amerlynck, bijgestaan door Pater Moerman, die -bl-nn-en kort naar d-e Cliin-eesche missie vertrekt en eveneens van Passchend-ale is. Het zangkoor had zich voor d-e plechtigheid buitengewoon goed geoefend en vervulde het Godsge bouw met de stemmige zachte tonen van den gewijden zang, tot stichting van al de aanwezigen. De Benediktie van de H. Mis werd door de Bisschop zelf gegeven. Na die zoo goed verloopen, indrukwek kende plechtigheid trok Monseigneur met de aanwezige geestelijken, met de burger lijke overheden, die er aan gehouden hadderi, die plechtigheid mee te vieren, naar de pastorij. Met deze plechtige kerkwijding, wordt de kroon op het werk gezet van Pas schendaalsche gelukkige verrijzenis uit de oorlogspuinen. Z. Exc. Mgr Lamiroy treedt uit de .Kerk te Passchendale na de Kerkwijding; rechts: Mgr Callewaert, Voorzitter van het Groot Seminarie; links: Z. E.' H. De Saegher, Deken te Roeslare; verder de Eerweerde Heeren Geestelijken die aan de plechtigheid deelnamen. De wel bekende rijwiélrenner Georges Lemaire, eerste der Belgen in de laatste Ronde van Frankrijk is Woensdag 27 September, tijdens de koers van het in- terclub kampioenschap van Belgie op een andere renner gebotst. Opgenomen met een schedelbreuk weid hij naar een gast huis overgebracht waar hij den laatsten adem uitblies. Het ongeluk gebeurde als volgt: De Club van Dison waar Lemaire deel van miek had de koers aangevangen en reed in groeg zoo snel mogelijk. Langs den weg ontmoetten zij een andere groep die terug kwam en de verkeerde zijde vari de baan hield. Lemaire bótstemet volle geweld op een der andere renners met het droevig gevolg dat men weet. Zijn lijk w-erd naar Pepinster overge bracht waar hét Maandag laatst plechtig ter aarde besteld werd. Een ontzaglijke menigte woonde de begrafenis bij. Georges Lemaire, gestorven in den ouderdom van 27 jaar, was een goede kristene en huisvader. De ploeg van Kuregem-Sportief die het interclub kampioenschap van Belgie won. Het was tijdens deze koers dat de renner Georges Lemaire zijn doodelijken val deed. IBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBDBB3ISBBBBBBBBBBBBBflflBBB3BflBB3BB Mon, met diepe overtuiging ik heb van mijn leven geen liever meisje tegenge komen Wel Mon toch, loech Berten: hoe ge dat zegt! men zou haast denken... Maar neen, uw haring zou er niet braden! i— Wie zegt dat? beet Mon, in zijne eer van zotmaker gekwetst: ik wed een halve ton bier dat ze, éér een maand, aan mijn slippen hangt. Aanveerd! riep Berten en ze klak ten in malkanders hand om de wedding te bezegelen. 'k Zou 't arm schaap wel beklagen! sprak Miel, goeds-moeds. op zulk een ernstigen toon, dat zijne makkers zich den buik -hielden van lachen. AI scheiden aan 't Wilgenhof, vroeg Berten of Mon de wedding goed hield. Of ik sprak hij driftig en gij zult betalen ook! Ondertusschen zaten vrouw Bree meersch en Julie aan tafel: Moeder, vroeg 't meisje: wat dunkt u van Verkest? Een snelle Jongen hé? en vriendelijk toe. Die is zeker juist het tegenovergestelde van vader zaliger? vindt ge niet, moeder? Ja, kind, Juist het tegenovergestelde en dat is zijn verlies, schaap, geloof mij, ik ben te lang nieuw om mij te laten be driegen; die M-on Verkest is een gevaar lijke kerel, ja, daar zie, een slechterik! en g'en moogt er geen gemeens mede maken. Ge zult u toch zwichten hé, kind! O zeker, moeder, sprak 't meisje: ik ben wel in kennis met Clara, maar als haar broeder een gemeene kerel is, zal ik hem stillekens ter zijde laten. Ik kan elk-en-deen missen, moederke. En toch, in den loop dier achternoen, mompelde Julietje meer dan eens bij haar zeiven: T is toch jammer dat Mon een slechterik is! IIL Een bang» morgen. De zonne zit be lemmerd door vuil-witte, traag drijvende vleggen en, als ze bij wijlen de lichte gordijn doorboort, 't is steken en branden. In 't diepe Zuiden heffen dondertorens, donker-grauwe en koperwendige, bijna roerloos, aan-een-geschakeld als een rots keten. Uit dat stil-woelend door-een-kruipend gevaarte bijzen waterhondjes, die in rasse vlucht, ten Noorden zwemmen en uit smelten. De wind wareert loei-loei over de vruchten, valt al op eens weg en dood, rijst stil togend weêr op, om nog te vallen en weêr te rijzen; 't is als 't laat ste strijden van een bloedwaterig mensch, die 't einden kracht, kruipend en vallend, stil kreunend en klagend, zich stervend voortsleept. 't Zal donderen. De groeze der zomer vruchten, waaraan de dauw-druppels biggelen, vol regen-kleuren, hangt slap en uitgezogen, met den ouden man zooals men te lande zegt. De lucht weegt en zoover de oogen dragen, staan de vruchten enkel en treurend, met den schijn van sensieloosheid overdaan. De weiden steken af tusschen 't donker groen veldgewas en liggen afgeknaagd tot den wortel, droog en rost, wroed van dorst. De zwaluwen zwemmen over de vruch ten, laag, heel laag, scherend 't koren en den grond, op zoek naar morgenaas. 't Is stikkend heet. Daar komen Mon Verkest's koeien uit de hof-poort, op gang naar de weide; halfweg© de reke, de koeler en van achter aan, Mon, met een grooten knippel. Lomp en log gaan de beesten in een lange reke, struikelend en kwakkend op hun voor- pooten, vernesteld in den grooten sleep- knippel, hun goude-werk, zegt de koei er die met een koorde rond den hals ligt en rispend, met de lange tee-nen der achterpooten, dat een wolke van zand opstijgt en dwarrelend, al de noord-kant der dreef, in de vruchten zinkt. De beesten zijn overdaan van de hitte; geen eene die neunt of beurelt, ze snorre- ïen 't stof uit hunne natte neusgaten en 8 Z 18" Zond. na Sinksen. H. Brigitta van Zweden. Evangelie: Jezus geneest een lamme. 9 M HH. Dionysius, Rusticus„Eleutherius. 10 D H. Franclscus v. Borgia. H. Ludo?. 11 W H. Gummarus van Lier. 12 D H. Wilfried. 13 V H. Eduardus van Engeland. 14 Z H. Callistus I. IBBBBBBBBE3B1BIBSIBI&ÜSBSSBBIBB9 IIOE DE FRANSCIIMAN IIERRIOT ZIJN REIS DOOR RUSLAND DOORMAAKTE De Fransche Minister Herriot heeft dus een reis door Rusland gemaakt en is teruggekomen met veel lof over dat land. Evenwel werd door de Russische overheden gezorgd dat de Heer Herriot enkel het schoonste zag eri bijzonder» voorzorgen werden daarvoor genomen. De reis gin-g ook door in e-en schoon» wagon van vooroorlogsch maaksel en aan allerlei dranken en eetwaren -was er niets te kort. Alles werd opgediend met zilver werk die vroeger moet toebehoord hebben aan een Russisch edelman. De likeuren werden naar het schijnt zoo weelderig opgediend zood-at de reis voor gen-oodigd-en verliep in eene drarikroes. Zoo kan men... al zien wat ze U willen toonen. DE ONDERWIJZERS l'ËGEN DE REGEERING De syndikaten den -Fransche Socialisti sche onderwijzers hebben besloten een staking aan te vangen in geval de re geering haar ontwerp tot verlaging der loonen wil doorvoeren. In geval de regeering haar ontwerp toch staande houdt dan zou .er veel ge vaar best-aan voor haar handharing daar wellicht alsdan de Socialistische partij, zich solidair verklarende met de school meesters, de regeering zou kunnen doen vallen. Mogelijks zouden de andere ambtenaren zich bij de onderwijzers voegen wat een heele ontreddering der administratie zou teweeg brengen. DE UITSLUITING DOORGEDREVEN AAN DE HAVEN TE DUlNKERKE. Daar de vereenigingen der havenarbei ders geen antwoord hebben laten gewor den op de voorstellen der werkgevers, heb ben deze laatsten besloten vanaf Vrijdag 11. de uitsluiting door te drijven. VERSCHRIKKELIJKE TOONEELEN Bloedige tooneelen hebben zich voorge daan op het eiland Cuba, thans zoo ge weldig door de revoluties geteisterd. Het hotel waar de officieren, die niet akkoord waren met de regeering, zich verschanst hadden, werd fel beschoten. Na een lang durig gevecht werden de officieren ver plicht zich over te geven. Allen die niet gedood of gekwetst waren werden naar eene gevangenis geleid. Tot bloedige botsingen kwam het ook tusschen het volk en de soldaten zoodat ook tal van slachtoffers de revolutie met het bloed moesten bekoopem Een aanslag zou ook gepleegd zijn ge weest op den president van-het eiland, die er evenwel ongedeerd van afkwam. HET NIEUW RECHT In Duitschland werd het strafrecht, weerom gewijzigd. Het landverraad wordt thans als het grootste misdrijf aanzien. Het tweegevecht wordt opnieuw toegela ten, enz. Daartegenover werden ook verschelden# maatregelen genomen tot bescherming van het huwelijk en het huisgezin. NIEUW ERFENISRECHT Een nieuwe wet werd afgekondigd op de erfenissen. Bij deze werden maatregelen genomen tegen het verbrokkelen der hoeveëigendommen. De eerste zoon krijgt bij de nieuwe wet het recht de hoeve te erven, van ten hoogste 125 Ha,, met uit sluiting der andere kinderen. GROET AAN DE HITLERVLAG VER PLICHTEND VOOR VREEMDELINGEN. Voortaan zijn alle vreemdelingen die naar Duitschland afreizen verplicht de Hitlervlag te groeten, met den groet di» meest in hun land gebruikt wordt DE OUDERS VAN DEN, AANSLAG^LEGER OP HEER DOtLFUSS AANGEHOUDEN. Naar nadere berichten werden de ouder» van den oud-sod-aat Dertll, die de aanslag pleegde op den Bondskanselier Dollfuss, ook aangehouden. DE REGEERING AFGETREDEN In de minderheid gesteld door het Par lement met 189 stemmen tegen 91 heeft de regeering het bijltje erbij neergelegd en ontslag ingediend. De regeering Lerroux heeft dus enkel een week of drie kunnen bestaan. Men denkt dat eene nieuwe regeering Lerroux zal tot stand komen. In Catalonië heeft men een nieuwe re geering gevormd. ROOSEVELT'S ZORGEN Roosevelt's financieele en ekonomischa zorgen voor het land zijn groot. Men meent dat Roosevelt op het punt staat gewichtige besluiten te treffen voor een niveleeringsstelsel van pond en dollar. HBK2&BBBBB38!SBiB3SB3ilB3BBBIBJ loeren naar de weide, ze zeeveren kwijl in rekkende pezen, van verlangen naar 't bedauwde groen. Met gulzig verlangen zijn de koeien de weide ingesprongen, malkaar stuikend en verdrummend, om de eerste te zijn en nu trekt Mon, al tusscher. de vruchten, naar zijne partte late suikerijen, waar een bende kruiers in ligt, bloot- voets, met korte rokken aan en blauwe jakken, voort-rijdend op groote schorten van baalgqed. Ze zijn bezig aan 't morgen-gebed. De voorgangster bidt den paternoster, met slepende, zingende stem en heel de bende antwoordt, zonder opzien, verseeuwd en slaperig nog. Mon gaat weg en weêr bachten de reek, schart hier en daar het afgebraakte kruid weg, om te zien of de planten wel gezet en de kruld-stalen afgebraakt zijn en vertrekt, zonder hond of beeste te zeggen. Hij heeft dat nu in sedert eenigen tijd. 't Is alsof hij immer kwalijk gezind vare. Over tijd kon hij 't volk niet naderen, zonder een geestig woord uit zijn botten te slaan en, vond hij ze biddend, hij was betinteld om ze te verstrooien ea te knij- zen, al was het maar om ze dïbben en waterflutsfön te noemen, tusschen zijn tanden, al grètend weg-drentelen.. Nu komt hij af en toe, spreekt een koud woord en is weg, als paf gestegen. Trientje Sanders heeft hem el ia bijzijn van 't ander vrouwvolk, door den baard gewreven, dat Breemeersch's anees- jong op zijn mage ligt en, sedert dien, kan hij Trientje in zijn oogen niet me-"r geluchten. Dat verwijt ligt als een steen opzv» hert en dat kan hij niet verteeren, hij -3 er beschaamd voor. Watl Hij 't juffertje beminnen! Al wars t schaap met goud van ends en 't e-nds, n-og zou zij oogslag weerd zijn, dat kwezel".J®- neen ze, waarachtig I Ct vtrroU^

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperinghenaar (1904-1944) | 1933 | | pagina 2