WAT KINDEKEN HET LIEFST ETEH Vanaf 70 Ff. psp maand GEDACHTEN <1 De Jonkvrouw van Lindendale W. VAN HEILE. MEUBELPAPIER m$M ROOS KRUIS POPERINGSCHE KUNST ENAAR AAN Krijgt Poperinge een honderdjarige TREKKING DER LEENING DER VERWOESTE GEWESTEN 1921 BELGISCH MISSIONARIS DOOR MELAATSCHHEID AANGETAST IN OCEANIE HET GELD BRENGT NIET ALTIJD HET GELUK MEE 16o% ENGDE STROOP AANBESTEDINGEN tmmm&EsssmMamm WEKELIJKSCH LITURGISCH BULLETim Waren er geen luisteraars, dan waren er geen lasteraars. A Niets is misschien moeilijker dan het goede te loven dat onze vijanden ons doen. A De hand van den arme Is de bank van Christus. A Vraag dan naar 's menschen zegen niet. Als gij naar Gods geboden ziet, HBiBBia&EBBaaaai&BaassaaEHi» HETMANNEKE UIT DE MAAN lijk de groote snobs en snullen Zit 'k nu ook mijn snor te krullen Van puur enervement Omdat 'k niet weet, m'n beste vent Welk nieuws 'k u heden op ga disschen En waar 'k mijn gedachten uit ga visschen! Terwijl 'k alzoo zit te verzinnen Valt er m'n idee te binnen Luistert naar de vrage die 'k u stel Antwoordt vlug en snel: Is 't u bekend, m'n beste vrind, Waar de moustachebeur oorsprong [vindt? Boven de bovenlip zult ge zeggen! Maar neen, 't is dat niet wa4" we vragen... enne, we zullen 't u zelve maar vertellen. De moustache komt ons van uit Spanje, waar nochtans 't meerendeel der mannen glad geschoren zijn! Toen de Muzulmannen dat schiereiland waren binnengedrongen, hadden de chris tenen 't gedacht opgevat, om zich van deze vieze mannen te onderscheiden, hen het dragen van den baard over te laten, en zij zelve behielden slechts 'n klein fijn lijntje haren boven op de bovenlip... de mous tache was ontdekt en in den beginnen was ze dus als 't ware 'n herkennings- teeken onder geloofsgenooten... E» zie, terwijl 'k me in den spiegel bekijk, zie 'k dat m'n moustache al van zelve aan 't krullen is, van pure fierheid, omda'k u 't eerste dat nieuws heb kunnen mededeelen JA, sprak de uitgever, uw verzen zijn heel schoon, maar uw geschrift is ifschuwelijk. Waarom tikt ge ze niet over net 't machien? Wat! riep de dichter uit, ze tikken net 't machien... denkt ge da'k mijn tijd zou verbeuzelen met verzenmaken als 'k )p 't masjien kon tikken? DA'S PRECIES gelijk dien fameuzen laar die bij den dokter ging om rich te aten onderzoeken enaan wien de arts ver- »od eender welk verstandelijk werk te loen. Jamaar, zei de ander, ik ben juist >ezig een roman aan 't schrijven. O! Dat moogt g'op uw gemaksken raort doen! zei de dokter. ïen der vreemdste gevolgen, 'k weet niet [of ge 't slikt, Jan het Italiaansch-Abessinisch konflikt Dat is, ge zult het dra gaan hooren, 't Gebrek aan den... rhinoceroshoorn! De rhinoceros-hoorn is tegenwoordig fel ;evraagd op de markten van de gansche vereld en, is bijna onvindbaar! Hoe dat komt! Wel luistert, 't is toch zoo simpel als ge 't weet. De rhinoceros-hoorn, moet ge weten, iient tot het vervaardigen van een zekere loort poeder, waarvan de Chineezen het jeheim hebben, en hetwelk... kracht en noed verstrekt, en bijonder door de Abes- liniërs fel gezocht is. Zijn de deugden van lat fameus poeder dan zoo buitengewoon? Ve moeten eerlijk bekennen dat w'er nog liet van geproefd hebben, maar de handel ran die Chinessche charlatans is zoo iloeiend, dat zekere ivoorhandelaars op t gedacht gekomen zijn rhinoceros- ïoornste... fabrikeeren met 'n soort ement en... geccmpresseerde rhinoceros- laren! 't Is maar te hopen dat de Abessiniërs iu de nadeelige gevolgen niet ondervinden an dat nagemaakt en vervalschte krach- en- en moedverschafïend poeder, want .lussolini zou al te zeer in zijn vuistje achen. MIJN rechterschoen is mij een beetje e nauw, kloeg de klant tegen zijn schoen- aaker. O! Dat gaat wel voorbij, antwoordde leze, als g'er een beetje mee geloopen iebt! En mijn linkerschoen is mij een ■eetje te wijd... O! Die krimpt wel, als 't leer ne keer [oor den regen nat geworden is! Die commercanten hé. HIJ IS DE GELUKKIGSTE Die zich zelf vergeet En zijn geulk in dat Van and'ren vinden weet )3 GROOTE AMERIKAANSCHE gazetten Die ginder stellen de wetten Hebben, naar men beweert, 'n Speciale uitgaaf gelanceerd! En op minder dan geen tijd was die erste speciale editie uitverkocht, en alzoo :wam er 'n tweede, 'n derde, 'n vierde, :n 'n vijfde... 't moet gezegd ook dat z'een ïieuws bevatten, dat voor de Amerikanen ■an kapitaal belang is... Welk nieuws? Over hunne tusschenkomst in het taliaansch-Abessintsch geschil? Bijlange liet... iets veel belangrijkers. Over den toekomstigen Japaanschen- Ihineeschen oorlog?... Nog niet, duizend- naai enteressanter! Geeft g'het op? G'hebt gelijk. Luistert: 't Gerucht had zich ginder verspreid dat e... vrouw van den cinema-artist Clark Mengelwerk van 8 December. Nr 46. door Waar is Paula? vroeg de overste, die alm bleef. Die woont hier niet meer, antwoord- e Delange, even bedaard. Woont ze hier niet meer? Dat is toch log niet bekend. Moet ik het misschien aan ieders leus hangen, dat ze weggeloopen is? Zul le meisjes krijgen hun eigen gedacht. Ik leb Paula opgekweekt van toen ze zeer ong een wees was. En dat is nu mijn lank, 't Is hier te eenzaam, te stil... Ze vilde naar de stad. En omdat ik er fel te len was, liep ze fr van door. Waar is ze heen? Dat weet ik niet. En het kan ons niet schelen ook! riep ?loris uit. Al wat ik vraag is, dat we ze looit meer weer zien. Ze had altijd be- oofd met mij te trouwen, maar na die üstorie van dezen zomer, deugde lk niet Heer voor de madam. Op een avond pakte ze haar kleeren !c vertrok ze, voegde Delange er bij. Ze heeft haar verblijfplaats niet la ten overschrijven? Weet ik het? Ze moet het zelf weten, wak de oude boer. Ik maak mijn kop jtet meer moe voor haar. Als zulke meis- p peinzen, dat ze alleen door de wereld Seinen trekken... wel ze gaan hun gang. pSea haar goesting kon ik Paula hier meer houden. Zoo'n stil meisje. Ze ging nooit uit. Die zijn dikwijls de ergste. Dus Wieze Every hebt ge na dien 0Qd niet meer gezien? vroeg de overste. Gable de echtscheiding vroeg, en hij zelf had aan de journalisten bekend gemaakt dat 't nieuws gegrond was. Peist ne keer! En nu kwamen al die speciale edities voor den dag met 't nieuws dat Clark Ga ble die de afgod der Amerikanen is ging divorceeren. En al de andere wereld gebeurtenissen werden gedurende dien tijd op 't achterplan geschoven! EEN MADAM kwam op straat een tweeling tegen en vroeg: Zijt ge niet gelukkig een tweeling te zijn en zoo sprekend op elkaar te gelijken? Gelukkig? Zei een der twee bengels, gelukkig? Als iemand van ons tweeën kattekwaad heeft uitgestoken, geeft onze poepa ons allebei 'n rammeling, om zeker te zijn zich niet te bedriegen! 'N GEDACHT. Er zijn maar weinig menschen die geld in hun bezit weten te krijgen, zonder aat het geld hen in bezit krijgt! 15 T ECHT OF IS 'T MAAR DROOM 't Geval van dien electrischen boom Eenig op de wereld in zijn soort Hebt g'er soms ook van gehoord? Ja, beste menschen, in Midden-Indië, zoo leert men ons thans, bestaat er 'n soort boomen, die nooit door 'n vogel of door welk ander dier ook, genaderd wor den. En daar is reden toe. 'n Engelsch geleerds heeft ze onder zocht, en is tot 't besluit gekomen dat de bladeren van die boomen met electriciteit beladen zijn, en dat wie ze aanraakt, plotseling een formidabele schok krijgt. Op meer dan twintig meter afstand heb ben die bladeren nog een invloed op de naald van het kompas! Ook moet er worden aan toegevoegd dat de electrische kracht van dien boom ver schilt op zekere uren van den dag. Alzoo is ze 't zwakste rond den middag, om langzamerhand toe te nemen als 't naar den avond gaat. Bij vochtig weder is ze gansch verdwenen. D'r is nu sprake van, die boomen over te planten bij ons, kwestie van de verlich- tinge, maar tot nogtoe hebben ze geenen ingenieur gevonden die slim genoeg is om 't in praktijk over te zetten... Als ge tijd over hebt, kunt ge 't zelf ne keer bestu- deeren. Z'HADDEN BEZOEK bij madam Snib- bekens, maar aangezien 't weer ruzie was in 't huishouden hadden ze den bezoeker 'n oogenblikske beneden laten wachten, en er hun zoontje Jefken op afgestuurd. Maar wat beteekent dat lawaai daar boven? vroeg de bezoeker. 't Is mama, die papa zijn broek over den grond sleurt, antwoordde Jefken. Maar 't is toch niet mogelijk dat dat zoo'n oorverdoovend gedruisch maakt! Toch wel, meneer, want onze pa zit in de broek in! IETS WAT GE VERNEEMT voor d'eerste Dat is [maal Gewis Dat z'in zeek're Amerikaansche streken Naar 't onlangs is gebleken Bezitten... een gefloten taal. En deze taal wordt vooral gebruikt door de volksstammen die de oevers van den Amazone-stroom bewonen. Waar dat ze dat gaan halen zijn? Wel, luistert wat de groote ontdekkingsreiziger Reichly d'r ons over vertelt. Deze taal, zoo zegt hij, is het gevolg... van een oorzaak... die heel vreemd is. Langs de oevers van dien stroom leeft er ne zekere rare vogel de caprimulgus genaamd, die de eigenschap b:zit, niet van te spreken zooals ne gewonen mensch, maar van te roepen, zooals iemand die om hulp schreeuwt. Verst ade-mij? D'r zou kunnen misverstand plaats grij pen, en daarom hebben de inlanders hun ne toevlucht moeten nemen tot de ge floten taalwanneer ze in gevaar ver- keeren, want anders zouden hunne mede broeders denken dat het de caprimul gus is, die schreeuwt, en ze zouden geen voet verzetten. Zoo leert ons meneer Reichly. Hoe dat ne vogel ne mensch... in vieze nesten kan draaien hé! EN HIER HEBT g'een Congoleesch his torieken. Een neger van ginder was naar Leopold- stad gegaan en had daar ne spiegel ge kocht, die hij aan zijne jonge vrouw schonk, bij zijnen terugkeer in 't dorp. Deze, die nog nooit een spiegel had ge zien. bekeek er zich in, en er de beeltenis ©ener jonge negeres in ziende (zij zelf), viel aan. "t weenen en ging 't geval ver tellen aan heur moeder. Mijn man heeft een andere vrouw meegebracht, zei ze, zie daar! Maar de moeder, toen ze "zich ook voor den eersten keer in den spiegel bezien had, riep uit: Ge zijt vel gek daarvoor zoo'n leven te maken. Zoo een ouw leelijke matant! 'n Schoonmoeder die zich zelf zoo goed kent, ontmoet men niet alle dagen! EEN LEZER van een Amerikaansche gazet Genaamd eh getiteld The Tablett Heeft daar een stuksken ingezonden Waarin hij verklaart, onomwonden, Al 't werk, dat z'n vrouw, om zoo te zeggen, In een paar daagskens af moet leggen. De afzender is een vader van veel kleine kinderen, die tijdens een plotselinge afwe zigheid van zijn vrouw, deze in 't huis houden moest vervangen. Na haar terug keer, gaf hij zijn vrouw 't volgend werk- lijstje: 110 maal de deuren voor de kinde ren geopend; 100 maal de deuren gesloten; 16 maal schoenveters gemaakt; 21 maal babydie leert loopsn, van den grond opgeraapt; 94 maal tot George gezegd Dat moogt ge niet doen!11 maal bo terhammen gesmeerd; 15 keers de kinde ren drinken gegeven; 19 keers de kinderen hun... snottebellen afgekuischt; 47 keers mijn geduld verloren en 14 rnaal de p...doeken van den kleinsten wieglegger hernieuwd. Onr.oodig te zeggen dat hij sedertdien dubbelen eerbied voor zijn vrouw koestert, en nog erger dan 'n jonge verliefde alle dagen tien maal herhaalt: Och, liefste, beloof me, mij nooit meer te verlaten! Kwestie van 't werk, zie je. BBIEBEIBflBBBaBBBBflBBIiilBQIBElBBBE' Hij noemde den datum. Ik heb haar bezoek niet in den alma nak opgeteekend, spotte Delange. Maar ja, 't is pas geleden. En teruggezien hebben we de sluns niet. En wat vroeg ze? Wat ze vroeg? Geld, nu ze wel be^ greep, dat ze hier nooit als schoondochter binnen geraakt. Geld vaneigen... daarvoor heeft ze heel die leugenhistorie uitgevon den. Hoor eens Delange, dat Wieze Every liegt, geloof ik niet. Ik kom overal en Flo- ris is veel met dat meisje uitgeweest. Dat weten er veel o>p den wijk te Boekei waar ze woont. Ik heb dozijnen meisjes getracteerd, zei Floris. Ik was gaarne in hun compag nie. Ik ben jong en ik houd van plezier. Maar wat Wieze Every vertelt is laster. En haar familie en vriendinnen doen er vaneigen aan mee. Ze zullen wel t'akkoord zijn om me te pluimen. Zoo stom ben ik toch niet. Laat ons eens ernstig klappen, her nam üe overste. Ik klap al heel den tijd ernstig. Hebt gij... of Floris haar misschien geld gegeven om naar de een of andere stad te verhuizen, om ze hier kwijt te zijn? Zeg het dan eerlijk! We zullen zat zijn, om haar geld te geven! snauwde Delange. Maar wat peinst ge toch van ons? Floris had nooit iets met Wieze Every te stellen en dus trek ken we ons ook niets van haar aan. En ik zou nu genist willen gelaten worden. Als de vodde niet ophoudt met haar laster, klagen we ze aan. Het meisje is verdwenen en dat Is een ernstig geval. Natuurlijk stellen we een onderzoek in. Spreek haar vader aan. Die zattekul heeft ze uit huis gejaagd. Dat erkent hij, en het is meer ge beurd. Maar ze kwam altijd weer terug. Z« zal nu misschien de slagen beu ge worden zijn. Maar het gaat ons niet aan. Ik zal het gerecht inlichten. IK Heb dan hik En zonder toover Is hij al over. 't Is soms erg vervelend met den hik geplaagd te zitten. Daarom hier 'n paar remedies: 1. Laat den lijder de tong uit steken... houdt z'een paar secondjes vast... en genezen! Een tweede middel is den hikker iets te vragen, bijv. wat hebben we gister gegeten? Kortom iets waarop hij even zijn gedachten concentreert. Da hik is dan meestal over. Ge ziet dat er geen tooverij mee gemoeid is! EN HIER nog 'n lachedingske... niet zoozeer om te lachen... maar om de letter zetters 'n beetje ta duvelen! Meneer, zoudt ge me ook kunnen zeg- gen, of ik dan trein naar Brugge nog kan halen? M...m...m...meneer, a...a...a...als ge 't niet a...a...a...aan mij g...g...gevraagd hadt d...d...d...dan h...h...hadt ge h...h...hem n...n...n...nog p...p...precies g...g...g...ge haald. IC..kijk, d...d...daar g...g...gaat ie! ALS G'HEBT EEN GOED GEHEUGEN Dan is 't voorwaar geen leugen, 't Geen geen weerleggen duldt, Dat g'U herinn'ren zult Dat Miss Europa '35, schoonheid 1* klas Vast en gewis een Spaansche was. Maar de Spanjaarden hebben precies niet lang gerezeneerd over de allergrootste eer, dat de schoonheidskoninginne het daglicht in 't zelfde land van hen heeft mogen aanschouwen! De Spaansche gazetten leeren ons, dat er thans ne grooten konkoers ingericht wordt ten einde de Donna de Casa het geen zooveel beteekent als Koningin van de haardstedete kiezen. En in plaats van roodsel op heur kaken en lippen en zwartsel rond heur oogen, zal de nieve koningin heel van wat interessantere en nuttigere bezigheden bMik moeten geven. De konkoers zal namelijk gaan over de keuken het strijken van het linnen en het kousenstoppen. En 't meisken die dat 't beste en 't rapste kan zal den fel ge- geerden titel van Koningin der haarste- de n dragen. Dat zal tenminste een verdiende titel zijn. Meisjes van het Vlaamsche land Die voor den kookde krone, spant Hoe zouden wij U toch niet minnen Gij zijt toch alle zulke koninginnen! 'N GEDACHT. Hoe schoon zou de wereld er wel uitzien indien degenen die geld hebben er mede deden, hetgeen de genen die er geen hebben, zeggen er te zullen mee doen als z'er hadden! GIJ BOLT aan meer dan zestig per uur, zei de politieagent -tegen de lieve, snoezige automobiliste. O! antwoordde ze kalm, mijn rem men zijn kapot, en ik haastte mij om thuis te zijn, om een ongeluk te vermijden. Vrouwenlogica! MIJNE DAMEN EN MIJN HEEREN 'n Mensch kan overal iets leeren Zelfs daar waar hij denkt gewis Dat er niets te leeren is. Zelfs ja, waarom 't verbergen, In de café's ofte herbergen. Alzoo was 'k overlest, in alle eer en deugd, 'n potteken gaan pakken in zoo'n drankgelegenheid naar d'ouwen stijl, en daar vonden we de volgende waarschu wing tot de verbruikers gericht: VerbruikerGedenk dat vier glazen een liter maken, en twee liter nen toer- neetwee toernee's zijn een twist, een twist maakt een gevecht, en een gevecht twee gendarmen Een vrederechter, een griffier en een deurwaarder maken boete of enkele dagen gevang, plus kosten. Vele onkosten kunnen U ten onder doemen, de ondergang leidt tot wanhoop, de wanhoop tot den dood, de dood veroorzaaktlustige weduwen en bultlachende schoonmoeders. Neven dat, kom maar hier, drink matig, betaal eerlijk, vertrek vriendelijk, ga recht naar huis en geef uw vrouw nen dikken kus». Dat zijn alvast geen Joden, die dat daar gehangen hebben. MEN SPREEKT over een vriend, wiens fortuin eensklaps fel aan 't zinken is ge gaan. Hij zal zich wel troosten, sprak een vriend, de tijd is een goede heelmeester. Niet altijd, zei een dame daarop. Ik heb in mijn leven een groot verdriet ge had, en ik zweer U dat de tijd het niet heeft weggevaagd. Hetwelk? Mijn eerste rimpel! Het te begrijpen is al te simpel. En om U zooveel mogelijk dat onheil te besparen, als 't nog niet te laat is, ga 'k het maar stillekens aftrappen, niet zonder U 'n plezante Zondag te hebben toege- wenscht! 't Manneken uit de Maan. BBBaBaBSaBBBBBBBBBBBBB^BBBBaB bij SANSEN-VANNESTE, Poperinge. ill Waarom lijder HOOFDPIJN MIGRAINE TANDPITN GRIEP RHEÜMATIEK ZENUWKOORTS PIJN DER MAANDSTONDEN Wonderbare Bruine Poeders van| der Apotheek DE POORTERE Sint-Niklaas-Waas. U oogenblikkeHjk zonder schadelijke f «volgen van deze pijnen zullen bevrijden. ^De doo» v. 8 poedert 4 fr._ De driedubbele dooe 28 poedera 10.00 fr. Te verkrijgen in alle goede Apotheken off vrachtvrij tegen postmandaat. Gebruikt ze eens, U I zult nooit geen an-j derc meer gebruiken! MBflBflBflHBHEMBBBBaflÜaaaBB Maar wat meent ge dart Ik weet van niets. Ge peinst zeker dat wij die Wieze weggestoken hebben. Morgen vertellen ze nog, dat Floris ze vermoord heeft. Gij hebt haar vader beticht, dat hij Wieze geslagen had, zoodat ze ergens lag te creveeren... Zoo waren uw woorden, merkte de overste op. En het is misschien de waarheid. Die zatlap is tot alles in staat. De veinsaard kan nu wel den bedroefden man uithan gen, om zijn schuld te verduiken. Dus ge hebt Wieze weggezonden? Ja. En ging ze gewillig. Volgens Wieze aan haar vader verklaard heeft, kwam ze recht vragen. Ze zal dus niet op een, twee, drie voortgegaan zijn? Ha neen! Ze was brutaal. Ze zette een stoute muile op, en ik heb ze dan van het hof gezwierd, en daarna de poort ge sloten, sprak Floris. Ze verweerde zich toch? Ze had er den tijd niet voor, Ik was er bij, zei de vader haastig. We mogen toch wel iemand buiten zet ten, hé? Hebt ge ze geslagen of gestampt? Maar neen! Ze weggeduwd... en rap de poort toegezwaaid. Dat is alles. Ze stond toch nog te razen en te schelden als een regiment duivels, hé Floris! Maar we zijn in huis gegaan. En dan werd het stil. Zulke loeders moeten voelen dat ze geen gelijk kunnen halen. En voor een rechtvaardige daad wordt een mensch dan lastig gevallen. Zie, er staat al volk aan de poort, vervolgde hij nijdig. Allen keken door het venster naar een groepje nieuwsgierigen. Ik kan de menschen niet aan banden leggen, zei de overste. Er wordt vaneigen al veel over die verdwijning gesproken. 't Is René Laatem, die ons last aan doet. De vent heeft mij altijd gehaat! be weerde Floris. Ik luister niet naar Laatem of naar anderen. Ik doe mijn plicht en begrijp Hiernevengaande foto toont onze Lezers een Jon ge Poperingsche Kunste naar in Houtbeeldhouw, de heer Emile Declerck. Tijdens den oorlog ver bleef heer Declerck een tijd in Zwitserland in éen gebied waar de bewoners zich bezig houden met houbbewerken. De jongen toonde veel begaafdheid voor deze kunst en te Po peringe teruggekeerd volg de hij teekenscholen om zich in het vak te volma ken. Voegen wij erbij dat zijn vader een ervaren meubelmaker is en voor 't moeilijkste en 't fijnste werk niet verlegen is, en zoo werd de zoon met leiding van teekenschool en van zijn vader, ook een bekwaaïn vakman en kun stenaar. Een zijner eerste wer ken hier was het maken der wolken rond den ver- rijzenden Christus boven den Calvarieberg in Sint Bertinuskerk. Allerhande klein kunst werk werd door hem ver vaardigd, veel oud snij werk in kerken en elders kunstig hersteld. Onlangs nog miek hij een heel wei- gelukt houten O. L. Vrouw van Vlaanderen die prijkt boven de woning van den H. Marcel Castryck, Pries terstraat te Poperinge. Met zijne oude makkers uit Zwitserland bleef hij steeds vriendschapsbetrekkingen onderhouden maar van leerling die hij toen was, groeide hij .door studie en noes te vlijt tot hun meester in het vak, zoo danig dat hij nu voor Zwitserland aan 't beeldhouwen is van een groot houten beeld voorstellend de H. Camissius S. J., Kerkleeraar, opsteller van den Cathecis- mus. Dit beeld is bestemd voor de katho lieke hoogkerk eener gemeente waar de H. Camissius in eere wordt gehouden. Men ziet de heer Declerck hier aan het l9B9BBBB9BBBBIBBBBB9VBBBBBBSB9HaBBgsMMB99BB9BSIBBB99BBBH werk; voor hem aan de muur hangt een oude gravure hem als model gezonden en achter hem staat en plaasteren model door hem eerst opgemaakt, goedgekeurd, en dat nu in het hout dient nagemaakt. De gedropeerde mantel is daaromtrent op gemaakt en nu is de kunstenaar aan het werk om gelaat en hoofd op te maken: de moeilijkste brok. Het doet ons genoegen jonge durvende kunstenaars onder onze bevolking te tel len en we wenschen de jonge Heer De clerck veel heil in zijn kunstenaarsbaan. In de Nationale Bank te Brussel had Zaterdag de 120® trekking plaats van de Leening der Verwoeste Gewesten 4 1921. R. 179.076 Nr 4 wint 500.000 fr. De volgende reeksen zijn terugbetaal baar met 250 frank: 124 3S3 2990 3308 5213 5756 5769 8338 8487 10699 11263 11426 11454 14747 15038 15561 17256 17706 18003 21173 21736 22524 23115 23287 23780 24040 24883 26149 26470 27588 27644 30250 30743 31937 32002 32963 33010 34215 34317 36537 36913 39485 40707 41061 41149 41566 -44003 45291 47059 47591 47751 47980 48820 49719 51128 53033 53829 53971 56287 56893 56896 56970 57033 58237 S8456 60034 60359 60848 61462 62486 64577 64586 64941 64966 65774 67147 67706 67932 68411 69296 70146 70328 71403 71504 72475 73134 74227 75068 75125 75167 75637 78479 79399 79699 81487 81610 81873 82364 82871 84268 84854 84869 85910 86028 87502 88444 88692 89399 90128 90552 91045 91241 91357 91685 91929 94431 94875 95262 96206 96454 96537 96761 96807 99009 99054 99366 100223 100862 102675 103278 104299 105433 106350 106580 106938 107241 107969 108808 109085 110704 111043 111189 111785 112051 112119 113442 113588 113909 115412 115720 116060 116226 116788 117400 117429 118041 118967 120213 121528 121576 121895 128014 128209 131802 132089 132595 132823 132885 133668 135086 137510 137737 138026 139001 140563 143198 143232 143964 144071 144748 145874 146208 147839 14872Ü ~9836 149991 150865 152194 155701 156104 156168 157609 159575 159800 1S9990 161162 161289 161627 162283 162715 164224 164431 164919 165536 166579 166609 167527 167656 167683 168167 168988 169120 169325 169673 169851 170947 172130 172225 172232 172560 172735 173397 174524 174826 176945 177073 177283 177411 178189 178634 178767 179076 179869 180577 181080 181506 181812 182793 183080 184137 184229 184742 185735 186234 187539 187714 188616 189024 191960 193123 194255 193394 198399 198505 Een boterham met ge« mengde stroop, de zoo genaamde Commer- ciaale Appelgelei», die 60 suiker bevat. Gezond, voedzaam, Uit Cawaci, Fidji-eilanden, werd gemeld dat een der ieverigste missionarissen uit de eilanden, E. P. Lejeune, geboortig te Petitvoir, bisdom Namen, plots door me- laatschheid werd aangetast en naar een leprozengesticht moest overgebracht wor den. Dit nieuwe geval van melaatschheid, op het oogenblik dat men tewege is het li chaam van E. P. Damiaan, slachtoffer der melaatschheid te Molokaï, naar zijn ge boorteland te laten overbrengen, is een nieuw bewijs van de heldhaftigheid en de toewijding der Belgische missionarissen in den vreemde. (BBBMBBEBBBBBBBBBBBBSaHSBBflB De 21-jarige Maurits Van Hoorebeke die samen met vier vrienden een lot van 5 millioen der Koloniale Loterij had ge wonnen en zich een moto had aange schaft is Zondag avond te Bergen zoo erg gevallen dat hij een schedelbreuk opliep en nog weinig hoop bestaat hem nog te redden. SBBBBBBBBBBBBBBBBaBBBBBBBBBB SUIKER IN ALLE KRUIDENIERSWINKELS HBBBBBBBBBBBBBBBBBBBaBHBBSBB dat nu eens goed. Gij hebt veel met Wieze Every verkeerd en het was geen meisje van uw soort. Ze is het laatst hier gezien; dus kom ik bij mijn onderzoek ook bij u. De gendarmen gingen heen en de beide Delange's volgden hen. Ze wilden aan de menschen toonen, dat ze niet gegeneerd waren. Wat staat ge hier te gapen? riep de oude boer uitdagend. Mij zoudt ge niet zoo aan den kant zetten als Every! schreeuwde een ruwe deerne met een brutaal gezicht. Floris kende haar wel, Melanie Verwaa, en ze was er altijd bij geweest, als hij te Boekei tracteerde. Ze vleide hem toen. En nu trad ze zoo driest op. Dat was nu zijn pintenpopulariteit. Men wist, dat de rijke boerenzoon niet meer uitging... en al zijn ontzag lag in scherven. Ge moet op uw woorden letten of ik laat u bij uw venijnige tong vatten, snauwde Floris haar toe. Hier, doe maar, antwoordde Melanie, en ze stak haar tong uit, zoo ver ze maar kon. De anderen lachten. Een jonge, magere man met een paar vurige oogen in het lang, beenderig gelaat, trad voor Floris, en vroeg luid: Wat hebt ge met mijn zuster uitge voerd? Hij heette Jan Every en had altijd in Frankrijk gewerkt; pas gisteren was hij teruggekeerd. Vraag aan uw vader, wat er met uw zuster gebeurd is? riep Floris. Jan Every gaf hem snel een vuistslag in het gelaat. De gendarmen sprongen toe en rukten hem weg. Zoo niet! sprak de overste. Ik wil weten, waar mijn zuster is. We onderzoeken het. Maar gij hebt het recht niet mijnheer Delange te betich ten. Hier is ze het laatst geweest. Maar uw vader had ze uit huis ge jaagd. En ze kan wel ver weggeloopen zijn. BaBBB^aBBSiBiaB3BBBBZBSElBlBBI3 10 DEC. Te 3 uur, ten Gemeente huize te KOKSIJDE, bouwen van een gemeentelijke autobergplaats. Bestek fr. 76.999,51. Stukken ter inzage ten Gemeen tesecretariaat en te koop, prijs 25 fr., bij bouwmeester Schaessens, te St Idesbal- des (postch. 410.96). 11 DEC. Te 11 uur, in de Magda- lenazaal, St Jansstraat, Brussel, optrek ken van een telegraaf- en telefoongebouw binnen de aanhoorigheden van het station LEISELE-IZENBKRGE. Bijz. lastkohier Nr 3-790, prijs 12 frank. 14 DEC. Te 11 uur, ten Gemeente huize te DE PANNE: 1) bouwen van een nieuwe moerriool in de Bortier- en Kok- sijdelaan. Bestek 454.650 fr., borgt. 40.000 frank2) een reservoir met afvoerleiding, bestek 121,575 fr., borgt 10.000 fr. Stukken ter inzage ten Gemeentesecretariaat van 9 tot 12 uur, en bij Ing. A. Mennens, 9, Van Ertbornstraat, Antwerpen (prijs 25 frank). 21 DEC. Te 11 uur, ten Gemeente huize te DE PANNE, bouwen van riolen voor huiswaters. Bestek 806.100 fr., borgt. 40.000 fr. Stukken ter inzage van 9 tot 12 uur, ten gemeentehuize en bij Ingenieur A. Mennens, 9, Van Ertbornstraat, Ant werpen (prijs 25 fr.). BBBiaBBBBBasaBBBQBBBBBBBBBBSIB Zoo trachtte de overste den opgewonden jonge man te sussen. Menschen, gaat weg! beval hij. Er is hier niets te zien. En als er een op het hof durft ko men, schiet ik! dreigde de oude Delange. Ilc wil hier gerust gelaten worden. Ik ver wittig u. Ons last aandoen voor de leugens van een sluns. Leugens? tierde Melanie. Ha, ik weet het wel, dat Wieze uw vriendin was. Maar ze was te benauwd van u. Mij zoudt ge zoo niet aan den kant zetten, rijke loader! Dat was nu de deerne, die met haar werkgezellen van het land liep, als ze Flo ris zag, om op zijn kosten bier te drinken en te lachen met zijn lichtzinnigen praat en hem te fleemen als de groote heer van de streek. De overste en de tweede gendarm dre ven nu het volk achteruit. Wieze! Wieze! Wieze! joelde de groep en akelig klonk het over het land. Floris beefde. Hij voelde er een bedrei ging in... O, als ze het wisten van het graf achter de haag! Wat was er toch allemaal voor vreeselijks gebeurd! De gendarmen moesten wat hardhandig optreden, om de bende weg te krijgen. Maar nog eenig en tijd helmde het over den omtrek: a Wieze! Wieze! Nijdig bonsde de oude Delange de poort toe. Wat een spel! bromde hij» We zitten er goed voor... Ze kunnen niets bewijzen. En als ze haar vinden! En Floris maakte een hoofdbeweging in de richting van het achterhof. Wie zal er daar geen zoeken? vroeg de vader. Every en Laatem hebben er u dien morgen zien werken. O, het gerecht heeft niet veel noodig. Die mannen zijn slim. Ik ben niet gerust, bekende Floris en hij zag bleek. Dat zijn uw vrienden! spotte Delange. Hoeveel geld hebben ze van u verzopen. Maar ge moest de groote baas van de DE NEGEN-EN-NEGENTIG JARIGE METJE LIE of Vrouw Rosalie Depoorter-Dequldt. Velen van onze stadsgenooten weten wellicht niet dat binnen onze stad een ne gen-en-negentigjarig vrouwtje woont en dat, wegens den goeden toestand van hare gezondheid, er vast mag gehoopt worden haar aanstaande jaar als honderdjarige te mogen vieren. Deze week brachten wij haar een be zoek en mochten zoo 't een en ander ver nemen over hare lange levensbaan. Onze bljna-honderdjarlge heet Rosalie Dequidt, weduwe van Frederic Depoorter. Zij is een Kerstekind geboren op Kerst dag in 1836. Thans woont zij bij een ha- rer dochters in de Casselstraat ter stede, in een net huisje dat nummer 122 draagt. Door iedereen wordt zij liefderijk Metje Lie ii genoemd. Bij ons bezoek diende zij ons flink van antwoord en haar dochter bij wie zij inwoont, vrouw Achiel Bou- thez-Depoorter hielp heel vriendschappe lijk mee om soms wat verderen uitleg te verstrekken. Ons bezoek zullen wij hier in 't korte vertellen. V. Moedertje, naar ik kan zien, moet gij U nog heel flink gevoelen? Metje Lie. Ik heb nog een beste me morie, Mijnheer; ik kan mij nog alles ber inneren en van over meer dan vijftig jaar, zelfs vanaf, mijn jongste jaren. Mijn ge hoor is nog zeer goed en de beenen gaan ook nogal gemakkelijk mee maar mijn ge zicht begint wat te verflauwen. Vrouw Bouthez. Zij is nog heel goed bij haar verstand en bezit een beste me morie. Als ik soms iets moet onthouden en dat ik benauwd ben het te vergeten, zeg ik het tegen moeder die het goed onthoudt. V. Hoe lang is het geleden dat vw man stierf? Metje Lie. Mijn man, die evenals ik een kerstekind was maar van het jaar 1829, dus geboren op 25 December 1829 is dood in het jaar 1916, hier te Pope ringe, in den Pebruarimaand. Den dag van zijn begraving was het een benauw- delijke dag te Poperinge door een bom bardement van de Duitschers. Toen hij stierf waren wij sedert 57 jaar getrouwd. V. Hoeveel kinderen hebt U gehad? Metje Lie. Tien. Vijf ervan zijn reeds dood, drie die reeds groot waren en twee als zij nog klein waren. Mijn kinderen hebben ook al veel kinderen en kleinkin deren. Vrouw Bouthez. Zij heeft veel klein kinderen; zelfs achterkleinkinderen die ook al kinderen hebben. Om het juiste getal te kunnen zeggen zouden we naar elk van hare kinderen moeten gaan om het te vragen. Ik zelf heb acht kinderen gehad die ook veel kinderen tellen. V. Hoe oud is uw oudste kind? Vrouw Bouthez. Haar oudsle dochter telt nu 75 jaar. V. Ik zie dat gij ook geerne een pijpje smoort? (rookt) Metje Lie. Ja, dat is waar en ik drink ook gaarne nog een glaasje bier. Een pijpke en een glas bier dat is het lang le ven, en het zal ook het einde zijn Vrouw Bouthez. Zij zegt dat haar pijpke en haar glaasje bier haar lang le ven zijn geweest. Zij zingt ook weieens het oude liedje van Het pijpke en het glaas je bier zijn het lang leven en ook het einde Als Metje Lie dit hoort zingt zij met nog heldere en duidelijke stem enkele zin netjes van dit liedje. V. Hoeveel pijpkens smoort gij per dag? Metje Lie. Nu nog vier per dag, maar vroeger smoorde ik er meer. Vrouw Bouthez. Zij smoort haar pijp ke ieder maal na het eten en weieens r.og eentje ertusschen. Gewoonlijk is het vier per dag. V. Is het lang geleden dat gij hebt beginnen te smooren? Metje Lie. Mijn moeder smoorde; toen ik nog jong was moest ik soms haar pijpke ontsteken en heb alzoo goesting ge kregen en ook beginnen te smooren. Dan ben ik gaan dienen en dan smoorde ik niet meer. Als ik dan getrouwd ben, heb ik dan weer beginnen de pijp te smooren. V. Waar zijt gij geweest binst een oorlog en hoelang woont gij nu bij uw dochter hier? Metje Lie. Ik heb nooit Poperinge verlaten in geheel mijn leven. Vrouw Bouthez. Vader en moeder woonden in het begin van den oorlog in een doeningske bij De LeeneToen in 1916 vader stierf is moeder bij ons komen wonen in een h-.isje achter De Lutter- tap li. Wanneer het ten slechtste was binst den oorlog en de Duitschers zeer waren genaderd, zijn wij voor een veertiental dagen verder gegaan maar wij zijn dan teruggekeerd daar moeder geen benauwd had. Over een paar jaar zijn wij nu naar BEF" ZIE VERVOLG HIERNEVENS. (B9BBBB9BBflflS3BHBBBBIIBBHHflHB streek zijn. Nu staan ze tegen u te bulken als wilde stieren. Maar als ze nog komen, schiet ik er op! Heel de parochie babbelt vandaag over ons. Is het mijn schuld misschien? Liep ik achter die slunse van Boekei? Er is daar een andere vriendin, die het u ver weet. En nu staat ge weer te bibberen als een populier. Wat kunnen ze tegen ons doen? Er was niemand bij, toen ge Wieze dood hebt geslagen en gestampt Ik alleen? Voor mij moest ze niet verdwijnen! Steek het goed in uw kop, jongen, dat gij de plichtigste zijt. En zet geen grooten bek tegen mij op. De oude drentelde wat rond. Alle duivels, de gendarmen gaan naar Verlaan! zei hij ongerust. En Paula is daar geweest. Wie weet, wat ze er verteld heeft? Maar wat kan ze er van Wieze ver tellen? vervolgde hij kalmer. Ze was er niet meer bij, als het gebeurde... Ze heeft Wieze niet in den stal zien liggen. Maar ik peins er gedurig aan, dat Laatem en Every u buiten de haag heb ben zien werken. O, er is zoo weinig noo dig. Ge hebt toch ook al dikwijls gelezen, hoe door een kleinigheid een moord uit komt. Hewel, we zuilen Wieze vannacht er gens anders begraven. Floris keek zijn vader verschrikt aan. Staat ge weer ai op uw beenen te wikkelen, ging de oude schelm voort. Fen uur kwaad werk, na den twaalven. Nie mand ziet dat... Dien put open doen? Ha, natuurlijk. Uit haar eigen komt ze niet boven. We steken ze daar bij den perelaar, vlak vóór het huis. Op zulk een plaats zoekt er niemand. Het is toch schrikkelijk... Wilt ge liever voor uw leven in het kot. Ver weg van hier. Dat zou ik willen. Vluchten? Ik hoor u al weer... En ja, ze zullen u in Frankrijk gerust laten! Ze PAX 8 Z 2® Zondag v. d. Advent. O. L. Vr. Onbevlekt Ontvangen Evangelie: Joannes de Dooper zendt tot Jezus 9 M H. Leocadia 10 D H. Melchiades 11 W H. Damascus 12 D H. Valerius. H. Aubert v. Kamerijk 13 V H. Lucia. H. Judocus 14 Z H. Nicasius van Reims ZONDAG DECEMBER Feest van O. L. Vrruw Onbevlekt Ont vangen, Gaudens gaudebo». - Wit. - 2» geb. en laatste evangelie van den 2° Zondag van den Advent. Men heeft den Advent terecht genoemd de liturgische maand van Maria. Is de Ad vent immers niet de voorbereidingstijd op Kerstmis en wie heeft zich heiliger voor bereid op en met meer vurigheid verlangd naar de geboorte van Jezus, haar goddelijk kind. Samen met Haar en gesterkt door de kracht van de genaden die zij voor ens zal bekomen, moeten ook wij ons gereed maken om het blijde feest te vieren. In dien geest doet ook de Kerk het. Eikei» Zondag wordt in de H. Mis, na de collecte, het gebed ter eere van de H. Maagd ge beden en daarin vragen we dat wij van God, door de voorspraak van Haar, in wier schoot het Woord Gods, bij de Bood schap, het vleesch aannam, en die ge- looven dat zij waarlijk de moeder van God is, zouden mogen geholpen worden in al onze noodwendigheden. Op den vierden Zondag en met de vigilie van Kerstmis is van het moederschap c:er H. Maagd nog meer sprake. Dan hebben we nog op 8 December het groote feest van O. L. Vrouw Onbevlekt Ontvangen. Ook de Quatertemperdagen in den Advent herinneren ons op bijzondere wijze aan O. L. Vrouw. Op Quatertemper-Woensdag wordt ter eere van Maria een plechtige votiefmis gezongen, die Gulden Mis ge noemd wordt. Het Evangelie van den Vrijdag verhaalt ons het bezoek van Maria aan haar nicht Elisabeth. Wij moeten den Advent doorbrengen in vereeniging met O. L. Vrouw en God bidden dat wij eens zuiver van alle vlek der zonde tot God zouden mogen gaan. H. AUTBERTUS Bisschop en belijder (Vrijdag 13 D»c.) Over de kinderjaren en de jeugd van dezen heilige is niets met zekerheid be kend. Hij was priester en benediktijner- monnik van de abdij van Luxeuil. Zijn groote geleerdheid en hooge deugd maak ten zijn naam zoozeer bekend dat hij tot bisschop van Kamerijk werd verheven. Na de bisschoppelijke wijding ontvangen te hebben den 21 Maart 633, spaarde hij geen moeite om de zware verplichtingen van zijn ambt zoo nauwgezet mogelijk te vervüllen. Zoowel de koningen en edel lieden als de eenvoudige bewoners van zijn bisdom vermaande hij en zette hij aan tot de deugd. Hij zelf bewerkte vele bekeerin gen, vooral in negouwen, waar hij de afgoderij uitroeide. Na een werkzaam en verdienstelijk leven, overleed hij in 669, vermoedelijk op 13 of 14 December. 4R3E1BBBB8BBBBBBBBBBBBBBBBBBB GE ZIJT OVER ONS BLAD TEVREDEN! NA LEZING, SCHUIF HET IN HANDEN VAN EEN GEBUUR OF VRIEND. ZOO HELPT GE ONS. DOE HET ZONDER UITSTEL. DANK EROM. SH!S0iSS9l3!u8aSBBB9ZBB33BB9HBBS hier in de Casselstraat komen wonen ea moeder is bij ons gebleven. V. En wat is nog uw meeste liefheb berij? In de kleine kinderen? Metje Lie. De kleine kinderen ver moeien mij en ik houd van wat rust. Mijn pijpje en het klappen met kennissen vind ik nog het aangenaamst. Vrouw Bouthez. Zij rust gaarne in haar zetel langs de stoof en klapt gaarne nog een beetje met enkele kennissen. Zij gaat nog naar den hof maar nu niet meer op straat, bijzonder nu dat het winter be gint te worden en zij krijgt nu rap koud. Binst den zomer doet zij nog wel eena een klein wandelingske langs de wegelkes tusscben de Casselstraat en de Boesche- pestraat. Iedereen zegt tegen haar Metjeen zelfs toen ze nog aan De Leenewoonde kenden de kinderen haar reeds bijzonder goed en kwamen haar <i Metjezeggen, want bijna altijd had zij koffieknuistjes (spekjes) mee. V. Stelt zij nog belang in het ge woon nieuws? Wil zij nog soms iets weten uit de dagbladen. Vrouw Bouthez. Zij leest veel en bij zonderlijk «De Poperingenaarii, die wij iedere week koopen aan een jongen die ermede rondkomt. Zoodra wij hem krijgen moeten wij haar het een of het andere voorlezen of vertellen. Zij hoort dat zoo gaarne. Haar portret is ook reeds in de gazetten gekomen toen wij nog achter De Luttertapwoonden. V. Denkt gij reeds aan uw honderd jarig worden? Men zal U zeker en vast met veel luister vitren. Gij zult er dan zeker gaarne hij zijn? Metje Lie. Ik durf niet veel hopen honderd jaar te worden. Ik ben reeds zoo oud. Toen kwam dan een kennis binnen die hartelijk begroet werd door Metje Lie. Wij drukten haa,r onze vaste hoop uit dat wegens hare nog zoo flinke gezond heid zij nog minstens een jaartje zal bij doen tusschen hare talrijke kinderen, kleinkinderen en kennissen en dat wij naaste jaar zullen mogen helpen meevie ren voor haar honderdjaar worden: Vragen wij nu nog aan onze Lezers een gebed te richten tot den goeden God opdat Hij aan Metje Lie nog enkele jaren mocht verleenen in goede gezondheid en haar een goede plaats zou voorbehouden voor hiernamaals in den Hemel, wat zij door haar leven van noest werken en har de familielast ongetwijfeld verdiend heeft. •BBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBRBFFB brengen u geketend terug. En geen cent krijgt ge van me mee. Ze geven ginder de landloopers ook niet den kost voor niets. Heb een beetje moed, onnoozele flauwerik. Verdedig u... Een uur werk en we zijn ge rust. Ze mogen dan zoeken achter de haag. Dat we ze in d- Schelde smeten. Een uur van hier. En ze vinden haar en zien de builen en wonden. Ge hebt toch al verklapt, dat ge Wieze van het hof hebt gezwierd. De kommandant vroeg of het met slagen en stampen gebeurde. Hier voor den perelaar, vlak bij huis. Als het gerecht achterdenken heeft, zoekt het ver der weg... nooit op een paar stappen van. de woonst. Ja, de gendarmen zijn bij Ver laan binnen, vervolgde de vader, die over de haag loerde. Bah, ze kunnen er de ge schiedenis van Paula hooren. Daar zit ik niet mee in. Ze'mogen weten, dat ik een pleegdochter opsloot, toen ze zich slecht gedroeg en een heer van de stad naliep. Och,' het komt allemaal uit. Willen we er samen van door trekken? En mijn hof en mijn land? In den brand laten. Ge hebt toch ge reed geld. 't Zou rap opgeleefd zijn in den vreemde. En ze zitten ons dan toch achter de broek. Ge loopt tegenwoordig niet ver. Ik wil in mijn ouden dag niet dolen als een schooier. Heb moed als uw vader! We slaan er ons door. Ze gingen in huis. En Floris greep weer naar de geneverflesch. De oude Delange gluurde van tijd tot tijd buiten en na een half uur zag hij de gendarmen de hoeve van Verlaan verlaten. Zouden ze weer naar hier komen? mompelde hij. Maar ze gingen een anderen kant uit. Verlaan zal wel niet veel geklapt hebben, zei Delange tot Floris. Zulke men schen zijn niet gaarne getuigen. Maar de kommandant kan goed iemand uithooren. En hij zal misschien al weten, dat Wieze Paula uit het kelder tje gehaald heeft. En wat dan nog? et teöSstï

HISTORISCHE KRANTEN

De Poperinghenaar (1904-1944) | 1935 | | pagina 7