Onderstanden
Een sprankel hoop in een nacht van vrees!
De Oorlog in Europa
Duitsch offensief op het Westerfront
Toe Menschen, helpt meê...
Het Fransch Imperium in Oorlogstijd
Toen de Luchtoorlog nog
in kinderschoenen stond
«DE POPERINGENAAR
WEEKBLAD 50 CENTIEMEN.
35° JAAR. N' 41
KATHOLIEK NIEVWS-, NOTARIEEL- EN AANKONDIGINGSBLAD. - VERSCHIJNT WEKELIJKS
OORLOGSMATERIAAL VERDUIKEN IS EEN KUNST
INTERNATIONAAL OVERZICHT
Engelsch slagschip in den grond geboord. Luchtaanval op Schotland.
Duitschland zou reeds een derde van zijn duikbooten hebben verloren
De Russisch-Tnritsche besprekingen afgesprongen. Turkije sluif een militair
pact met Frankrijk en Engeland
Nog geen akkoord tusschen Rusland en Finland
HET VERLOOP DER GEBEURTENISSEN DAG NA DAG
De toestand
op Vrijdag 13 October
ENGELSCHE VLIEGTUIGEN
NEMEN FOTOS OP DUITSCHEN BODEM
ZONDAG 22 OKTOBER 1939.
^."gvaafraaoJTO^
Uitgever
Sansen-Vanneste, Poperïnge.
Telefoon Nr 9. Postch. Nr 155.70.
EEN ABONNEMENT KOST
VAN NU TOT EINDE 1939:
Binnenland 5,50 fr,
Belgisch Kongo 8,50 fr.
Frankrijk 8,50 fr.helgisch geld
Engeland 9,00 fr. belgisch geld
Ander landen 12,50 fr. belgisch geld
Alle Medewerkers zijn verantwoordelijk
voor kun artikels.
mmrnm
TARIEF VOOR BERICHTEN;
Gewone berichten per regel 1,25 fr.
Kleine berichten (minimum) 5,fr.
2 fr. toel. v. ber. m. adr. t. bur.
Berichten op le 1)1. per regel S,fr.
Berichten op 2" hl. per regel 2,50 fr.
Berichten op 3° hl. per regel 1,50 fr.
Rouvvbcr. en Bedank, (min.) 7,fr.
Te herhalen aankondigingen
prijs op aanvraag.
Annoncen zijn vooraf te betalen en
moeten tegen den Woensdag avond
ingezonden worden. IOme be
richten tegen den Donderdag noen.
Eigenlijk een Duitsch woord.
Een souveniruit de bezetting
1914-18. Maar het is evenwel in ons
Vlaamsch patrimonium opgenomen
als het kind van Duitschen bloed in
dezen onzaligen tijd alhier geboren.
Het beteekent: bomvrije schuil
plaats, en is zeer actueel geworden,
nu de oorlogspsychose aan 't wer
ken is.
A
Het vroede stadsbestuur heeft er een
gemaakt onder onze kerk.
Een deugdelijken: gas- en bomvrij
en plaats voor 40Q man.
Noch geld noch arbeid werd erbij
gespaard. Veertien dagen hebben zij
er aan gewerkt. In de crypt hebben
ze een bosch van baddirigs opgeslagen
en heele voeren vaderianderkens er-
tusschen gelegd.
En in al de straten rondom wer
den bordjes gespijkerd, met een twee
talig opschrift: schuilplaats - abri
en een grooten pijl kerkewaarts wij
zend...
Opdat de menschen zouden weten
waarheen «in geval van nood»...
Het geval van nood is momen
teel nog problematisch, en of er ooit
zullen bommen uit de lucht vallen
kan niemand weten, maar nood is
er gewis. In alle geval gelijkt de we
reld aan een schip, dat met man en
muis op 't vergaan staat.
Gansch het bedrijfsleven valt stil.
Niettegenstaande de mobilisatie stijgt
het getal werkloozen op angstvallen-
de wijze en niettegenstaande de ver
ordeningen stijgt de levensduurte in
dito tempo. De menschen worden ner
veus, ongerust, misnoegd, opstandig...
Ze hebben nood aan steun en aan
sterkte, aan kalmte en aan moed, aan
berusting in wat niet te vermijden
valt en aan vertrouwen in de toe
komst, hoe somber ze ons ook toe
schijnt.
Deze zedelijke borstwering is ons in
de huidige periode meer. waard dan
een bomvrije schuilplaats!
De onderstand waarin wij tegen de
huidige malaise kunnen schuilgaan,
ligt eigenlijk juist boven dien ande
ren. Het heeft een voordeel; zoo ver
wijzen de pijlen eigenlijk naar de
twee. Ds menschen kunnen de aange
wezen richting volgen tot aan het
kerkplein, doch in plaats van onder
de kerk te kruipen moeten ze er maar
in gaan...
En er hun nood klagen aan God!
Gaat tot Hem, gij die belast en be
laden zijt en Hij zal U verkwikken...
Klopt en U zal opengedaan wor
den, vraagt en gij zult verkrijgen...
In de kerk zit eigenlijk een Almach
tige God op U te wachten.
Wanneer ik bij mijn dokter of bij
mijn advocaat op consultatie ga, of
bij mijn eigenaar om uitstel voor
mijn huurbetaling te vragen, moet IK
wachten tot zij naar mij toekomen
en luisteren willen. Maar in de kerk
staat GOD te wachten tot wij er ko
men vragen.
Luisteren zal Hij.
En van onze vraag nota houden:
petitiones vestrse innotescant apud
Deum zegt St Paulus. God houdt
nota van wat gij vraagt.»
Maar zou dat werkelijk kunnen hel
pen?
Kunnen wij de koers van de ge
beurtenissen door het gebed veran
deren?
Kan het gebed voor den vrede den
oorlog eigenlijk tegenhouden?
Ongetwijfeld.
Er zijn vele menschen die In hun
privaat leven de kracht van het ge
bed ervaren hebben, en dezelfde mo
gelijkheid bestaat op maatschappelijk
plan. Voor ieder doorsneê-christen is
dat toch zoo klaar.
Maar opdat de tijd van koers zou
veranderen, moeten de menschen het
eerst voordoen.
Ze moeten de pijlen volgen... naar
de kerk gaan...
Minstens 's Zondags, maar ook in
de week als 't kan.
En ze moeten er anderen voor win
nen, door woorden wekken en door
hun voorbeeld meetrekken. Ze moe
ten er smaak in vinden levende pijlen
te zijn, die kerkewaarts wijzen.
Door inwerking van persoon op per
soon moet heel het leger der gedoop-
ten gemobiliseerd worden voor een
gebedsoffensief van groot formaat, dat
doorgevoerd wordt tot wij den slag
thuishalen. Want vrede wordt niet
veroverd, maar afgesmeekt.
Komt, menschen! Wacht niet tot
de sirenen huilen in den nacht. Luis
tert naar den zang der klokken in
den vroegen morgen.
En volgt den weg door de pijlen
gewezen.
Naar den onderstand... den boven
sten
L. M.
aiBIBIlIBBIIBSIHIHlIBIBIH
DIJ EERSTE LUCHTGEVECHTEN
VAN 1914
Er is veel veranderd sedert 1914, zoo
wel wat den oorlog ter land en ter zee
als in de lucht aangaat. De kracht van
het luchtwapen Is immers zoo groot ge
worden dat de communique's van de oor
logvoerende staten vooral in de eerste
dagen van den oorlog meer over de ver
richtingen van dit wapen handelden dan
over al de andere te samen.
In 1914 ging het er heei anders aan
toe. De luchtvaart stond nog in de kin
derschoenen en daarom- waren de eerste
vliegtuigacrobaten ook meteen de eerste
oorlogsvliegers. Zoo was onze Jan Olie
slagers, die men zoojuist gevierd heeft,
een van de eerste Belgische oorlogsvlie
gers. Tegen het einde van den grooten
oorlog van 1914-1918 was het vliegtuig
echter tot het groote wapen uitgegroeid,
en is nu een verschrikkelijk wapen ge
worden.
Wel is de levensduur van 't oorlogsvlieg
tuig ondanks de steeds nieuwe uitvindin
gen er niet bij gegroeid. Een Engelsche
berekening kent het immers een gemid
delden levensduur van amper zes maan
den toe in oorlogstijd, en uit de leger-
communiqué's weten we dat deze bereke
ning zeker niet te breed is. Doch ook in
de vorige oorlog waren er reeds oorlogs
vliegers die 60 vliegtuigen op hun «jacht-
lijst» hadden staan.
Maar toch duurde de oorlog van 1914
twee maanden alvorens een vliegtuig in
een luchtgevecht werd neergeschoten,
want de eerste vijandelijke toestellen wer
den vanaf den grond neergeschoten.
De eerste Fransche vliegeniers die al
dus neergehaald werden, waren sergeant
Maire met zijn werktuigkundige Donnat
die met hun Farmanttoestel reeds op
3 Augustus door de Duitsche infantristen
tot dalen gedwongen werden. Zij konden
echter na landing ontsnappen. De eerste
Duitsche vliegers werden eveneens bij
middel van geweersalvo's neergehaald, en
wel door twee bataillons jagers die zij
bij Pagny-en-Moselle aanvielen. Hun ben
zinetank was doorzeeft, ze moesten lan
den en werden gevangen genomen. Dit
gebeurde op 14 Augustus 1914.
In de oor-ogscommuniqué's van 't Fran
sche leger werden sergeant-vlieger Franz
en zijn werktuigkundige Quénault als
eerste overwinnaars in een luchtgevecht
vermeld. Dit gebeurde op f> Oktober, dus
twee maanden na het uitbreken van den
wereldoorlog. De 138ste brigade van de
69ste divisie stond vertrekkensgereed bij
Jonchery, om naar Soissons vervoerd te
worden. Toen de soldaten juist in de
vrachtwagens wilden stappen kwam een
«Aviatik» opdagen, die onvermijdelijk er
ge verwoestingen zou aanrichten in de
opgepakte massa. Maar even plots kwam
het vliegtuig van Franz opdagen die een
gevecht begon met den Duitscher. Na een
spannenden strijd schoot het Duitsche
toestel plots in brand en stortte neer op
een paar honderd meter van de kolonne.
Dit was het eerste luchtgevecht dat uit
viel in het voordeel van de Franschen.
De beide Fransche vliegers kregen het
oorlogskruis en Franz, die het geluk had
ongedeerd uit den vierjarenkrijg te ko
men, bekwam later het Eerelegioen.
Sindsdien is de vliegtuigteehniek er
snel op vooruit gegaan, te snel misschien.
Men schiet de jagers en bombardements
vliegtuigen niet meer neer met geweer
salvo's. De vliegende forten voelen de
kogelschampen zelfs niet. Maar ook het
afweergeschut heeft dankbaar van de
vooruitgang gebruik gemaakt. Het afweer
geschut behoort tot het fijnste artillerie-
tuig dat gebruikt wordt en telt in alle
legers verscheidene regimenten. Dank zij
het afweergeschut hooren we niet meer
spreken van de beruchte zeppelins die
voor 20 jaar de rol van het bombarde
mentsvliegtuig speelden. Maar naast het
geperfectionneerde afweergeschut dreigt
nu eveneens de voorlooper van het vlieg
tuig de kabelballon. Zoo vinden de pro-
dukten van twee verschillende eeuwen el
kander weer.
waarbij de Engelschen steeds bet baantje vooruit geweest zijn. Dit is van aller
hoogst belang bijzonder in den aktueelen ooriog. Hierboven zien we Engelsche
vliegtuigen zorgvuldig weggedoken op den rand van een Fransch voorloopig in
gericht vliegveld.
HET ANWOORD.
Het antwoord op de rede van Hitler
heeft niet lang op zich laten wachten.
Achtereenvolgens hebben Daladier en
Chamberlain gesproken ongeveer in
gelijkaardige bewoordingen, waarvan
de grondtoon was: wantrouwen ten
overstaan van de taal van den Duit
schen leider.
In beide gevallen werd gewezen op
de herhaalde woordbreuk van Hitier,
die na iedere machtsgreep beweerde
dat hij geen territoriale eischen meer
te stellen had, om steeds met nieuwe
eischen voor den dag te komen. Na
Oostenrijk, volgde Sudetenland, na
Miinchen volgde de volledige aan
hechting van Tsjecho-Slovakije en nu
is Polen het laatste slachtoffer ge
worden.
Zoowel voor Frankrijk als voor En
geland is de vrede onaanvaardbaar in
de zeer vage vorm waarin ze door
Hitier aangeboden wordt. Immers zoo
'n vrede zou noch min noch meer de
bekrachtiging beteekenen van de ge
welddaad van Duitschland ten over
staan van Polen en het bewijs bren
gen dat Frankrijk en Engeland nut
teloos den oorlog aangegaan hebben;
ook het bewijs dat het bloed van hun
soldaten nutteloos gestort werd.
Hitier liet min of meer voelen, dat
zijn woorden te nemen of te laten
waren. Maar Daladier en Chamber
lain lieten even duidelijk begrijpen
dat de wapens niet zouden neerge
legd worden als er geen verandering
kzoam in de toestand van Polen en
Tsjecho-Slovakije en indien de toe
stand van bedreiging die sedert een
paar jaar van Duitschland uitging
geen einde nam.
DE KANS VOOR DEN VREDE.
Daarmee weten we dat de hoop op
vrede bitter klein is. En toch is er
een glimpje in den duisteren nacht
van vertwijfeling. Alle bruggen wer
den niet definitief opgeblazen. Welis
waar is er weinig kans dat Hitier zich
nog rechtstreeks zal laten hooren, en
we weten dat het initiatief van hem
moet komen. Hij zelf verwacht een
bemiddeling van de neutrale landen
in het algemeen of van een bepaald
neutraal land. Doch alle neutralen
schijnen tot nog toe voor deze zeer
kiesche taak bedankt te hebben.
Totaal uitgesloten blijft intusschen
een dergelijke bemiddelingsactie niet.
Nu eens icordt Italië vooropgesteld,
dan weer de Vereenigde Staten van
Amerika. Ook van de Noorderlanden
wordt iets verwacht of meer bepaald
van Zweden.
Langs de pers om mochten roe ver
nemen dat er mogelijkheid bestaat
dat Hitier zijn eischen nader zou for
muleeren in den zin van toegeeflijk
heid aan het Fransche en Britsche
standpunt. Zoo zou hij de heroprich
ting voorzien van een zelfstandige
Poolsche en een dito Tsjechische
staat, onder de invloed van Duitsch
land. En wat de toestand van bedrei
ging betreft, waar Daladier en Cham
berlain zoo op drukken, die zou moe
ten onderzocht worden door een in
ternationale conferentie, waar de noo-
dige waarborgen kunnen vastgelegd
worden.
DE OORLOG IS NOG EEN
REALITEIT.
Zooals men ziet de glimp is er, maar
de nacht eveneens. Het is een alge-
meene waarheid geworden, dat de
oorlog gemakkelijker ontketend wordt
dan wel stop gezet. Er is nu een tij
delijke pause, in dien zin dat er geen
grootsche verrichtingen plaats grij
pen. Docli de realiteit van den oorlog
blijft desniettemin bestaan. Het kanon
blijft af en toe bulderen tusschen de
Maginotlinie en de Siegfriedlinie, en
op zee worden dagelijks nieuwe boo
ten getorpedeerd. Het verlies van een
tweede groot oorlogsschip, wellicht
van een derde aan Engelsche zijde,
is niet van aard om de gemoederen
vreedzaam te stemmen tegenover
Duitschland, al hoopt men wellicht
van Duitsche zijde dat deze ge
tuigenis van macht en de nog
vreeselijker bedreiging voor de toe
komst Engeland bezadigder kan stem
men. Iedere nieuwe slag die Engeland
echter toegebracht wordt is een deuk
in zijn prestige die automatisch her
stel eischt door tegenprestaties.
HET ROODE
EN HET GELE GEVAAR.
Men heeft sedert den oorlog her
haaldelijk gesproken van het roode
gevaar, de overrompeling van de we
reld door het communisme. Vooral
tijdens den Spaanschen burgeroorlog
werd dat gevaar acuut gevoeld. Een
overwinning van het communisme in
Spanje zou beteekend hebben de door
braak ervan in geheel West-Europa.
Sedert de overwinning van Franco
heeft men het gevaar van het com
munisme vergeten of in ieder geval
onderschat. De oorlog is een zeer
vruchtbaar terrein voor communisti
sche propaganda. Maar wereldverove
ring van het communisme kan even
goed uitgaan van het Roode leger zelf.
Als Duitschland, Frankrijk en Enge
land jaren in oorlog blijven, dan kan
de wederzijdsche verzwakking een
gunstige gelegenheid zijn om de re
volutie te ontketenen.
Van Sovjet-Rusland mag men alles
verwachten! Hitier heeft zelf geschre
ven in Mein Kampfdat een ac-
coord van Duitschland met Rusland
den ondergang beteekent van zijn
land. Door het sluiten van een
niet-aanvalspact met Moscou heeft
Duitschland een machiene in bewe
ging gebracht, waarvan men niet weet
waar ze tot stilstand zal gebracht
worden. Eerst ging het om Polen. Na
Polen zijn Letland, Estland en Li-
tauen gevolgd. Nu wordt er drukking
uitgeoefend op Finland. Morgen gaat
het om Bessarabië en wellicht krijgt
ook Britsch-Indie zijn beurt.
En in het Verre Oosten dreigt het
gele gevaar. Nog zijn Japanners en
Chineezen in oorlog met elkaar. Maar
als die 500 millioen menschen eens
de handen in mekaar slaan dan is
het ook gedaan met de Europeesche
overheersching in Azië en over de ge-
heele wereld.
Zullen dergelijke overwegingen de
Europeesche staatslieden niet beïn
vloeden tijdens deze beslissende da
gen?
(Verboden nadruk.) ROSKAM.
IBBBBESBHMflBBBBaBBflBBBBMaBCIEEiaBflaaBBflBBBBBSBBBSaBBBBBJBBBBBBBBBBBBBBRIBBBBBBBBBBB
DE BRITSCHE SLAGKRUISER (REPULSE I)IE NAAR DUITSCHE BEWERINGEN DOOR EEN "IJ-BOOT» IN DEN
GROND WERD GEBOORD. Maandag zond Duitschland het bericht de wereld in als zou samen met den «Royal Oak»
ooi: de "Repulse» getroffen geweest zijn en in den grond geboord. Van Engelsche zijde werd dit bericht echter formeel ge
logenstraft, wat naderhand ook door neutrale-persagentschappen aangenomen werd. I)o Repulse» is dus nog gaaf en ge
zond. Hierboven zien we een foto van die machtige Britsche slagkruiser, die 32.003 tonnen meet en in 1916 van stapel is
geloopen. Na herhaalde vermodcrnizecring ervan is het het vierde modernste schip der Engelsche Marine. Deze foto werd
genomen in Mei 1936, wanneer de boot haar moderne voltooiing ondergaan had wat 14 Millioen frank koste, en dc
Britsche krijgshaven Portsmouth verlaat.
-CO»-
-co»-
IN DUITSCHLAND MEENT MEN DAT
HET ANTWOORD VAN HEER CHAM
BERLAIN ALLE KANS OP VREDE
WEGNEEMT. DE HOOFDEN DER
NOORDERLIJKE STATEN ZULLEN
VERGADEREN.
Natuurlijk was op Vrijdag 13 Ok
tober overal de rede van de Engel
sche Premier H. Chamberlain, als ant
woord op de redevoering van Hitier,
het meest belangrijk feit van den dag.
Begrijpelijk had die rede een groo
ten weerklank in Duitschland.
Berichten uit Duitschland meldden
dat de rede van H. Chamberlain er
als een ongehoorde beleediging voor
Duitschland dient aanzien, dat de En
gelsche Premier op hooghartige wijze
het Duitsche volk en het Duitsche
Rijk heeft gelasterd en dat hij de
door Hitier toegereikte vredeshand
heeft geweigerd, evenals dat Enge
land de ooriog wil om het Duitsche
Volk te verpletteren en een nieuw
Versailles op te dringen.
Hitier beraadslaagde langdurig met
de Nationaal - Socialistische leiders.
Niet min dan 8 uur lang zou Hitier
hebben beraadslaagd met zijn mede
werkers. Zekere berichten melden dat
bij die beraadslaging zou besloten zijn
dat slechts nog aan een oplossing door
wapengeweld kan gedacht worden, dat
de oorlog in alle heftigheid zou door
gezet worden en dat verschillende ste
den van het Rijnland zouden worden
ontruimd.
Andere berichten deelden eveneens
mede dat Hitier zeer woedend was
toen hij kennis nam met de rede van
Chamberlain.
De Duitsche persleider H. Dietrich
legde een verklaring af aan de le
den der buitenlandsche pers. Deze
zou hebben doen doorschijnen dat
Duitschland thans wacht op een ini
tiatief van de neutrale landen. Naar
een bericht van Belgazou van
Duitsche zijde zelfs eenige bedreiging
zijn geuit tegen de neutrale landen
zoo van hun zijde geen dergelijk ini
tiatief zou worden genomen.
Alle Duitsche bladen gaan geweldig
te keer1' tegen den H. Chamberlain.
In Frankrijk en Engeland wordt
daarentegen algemeene instemming
betuigd met de uitgesprokerf rede.
In Italië meent men dat H. Cham
berlain niet definitief de mogelijkheid
van vrede heeft afgesloten en wijst
men erop dat de houding van Italië
niet verandert.
De «Osservatore Romano», het pers
orgaan van het Vatikaan, is de mee
ning toegedaan dat de verklaringen
van den H. Chamberlain gematigd en
diep doordacht waren en zij het
standpunt vertolkten van de Verbon
denen tegenover de vredesvoorstellen
van Hitier. Het blad stelt vast dat
Engeland wil: het verzaken aan de
methode van het geweld en de trouw
aan de aangegane verbintenissen.
De Russische pers deelde de rede
mee, zonder verder commentaar.
Inzake de besprekingen tusschen
Rusland en Finland zijn geen vorde
ringen gemaakt. £>e Noorsche Staten
deden stappen bij de Regeering van
Moskou waarbij zij hun hoop op een
vredelievende oplossing uitdrukten.
Intusschen gaat Finland voort met
zijn militaire voorbereidingen.
De hoofden der Noordelijke landen,
t.t.z. Noorwegen, Zweden,* Denemar
ken en Finland besloten bijeen te ko
men te Stockholm op den volgenden
Woensdag.
Aan het WESTERFRONT wordt
slechts plaatselijke bedrijvigheid ge
meld.
In Poolsch Galicië, gebied door de
Russen bezet, werd het kommunisme
reeds in de praktijk gesteld. Het vroe
gere afschot der bevolking voert er
het hooge woord. Alle bedrijven wer
den gestatiseerd. De Russen doen
huiszoekingen om de voorraden vast
te stellen. Wie vier kostumes bezit
moet er twee afstaan voor den arme,
maar deze moeten eerst hun getrouw
heid aan het kommunisme bij eede
betuigen.
De Britsche boot «Heronspool» werd
getorpedeerd. De bemanning werd ge
red.
Naar Engelsche bladen blijkt een
Duitsche aanval langs Belgie of Zwit
serland al meer en meer onwaar
schijnlijk.
Van Duitsche zijde wordt gelogen
straft dat Litauen, met den steun van
Rusland, Memel zou terugeischen.
(Vervolg op 2' blad)
Want morgen ls 't groote Missiedag.
Morgen wordt over geheel de we
reld, in al de kerken, onder al de
Missen, gesproken over ons Missio
narissen op den vreemde.
U móeten ze daarvoor niet wakker
schudden; want gij zijt wakker.
Gij kent die zaken.
Ginder, in zóó veel landen, zitten
nog zóóveel menschen, die van God
noch gebod weten.
Die er maar op aan leven, naar hun
eigen goesting, en van toeten noch
blazen weten.
Die nooit van Onzen Lieven Heer
hoorden spreken... Die geen benul
hebben van den Hemel of den weg
naar den Hemel.
Die er niet komen kunnen.
Wij zijn eigenlijk bedorvelingen.
Wij weten hoe wij er geraken moeten.
En als wij er niet geraken, dan is 't
onze eigen schuld.
Zij niet. Zij weten niet beters.
Laat die menschen toch niet voort
sukkelen en dooien.
Helpt hen. Helpt mee, om hen op
denzelfden weg te brengen als wij.
A
Duizende en duizende mannen uit
ons eigen land zijn naar ginder al
vertrokken.
Missionarissen die ginder kerken
bouwen, heidenen onderwijzen en
doopen, heele dorpen christelijk ma
ken.
Broeders, die bij ons in 't veld, op
den werkwinkel, in de school gestaan
hebben, en met hun bedrijf en hun
ambacht en hun kennis ons Missio
narissen bijspringen.
Zusters die als trekvogels de zee
overgevlogen zijn, en ginder school
KBBBBBBBBBBBBEBBBBBBBBBBflBBBfilBIBVBBBBBBIBBBBBBflBBBBBBBflEBB
doen, zieken oppassen, weeskens en
verlaten kinderen verzorgen.
Is er wel één dorp in ons land,
waaruit geen mannen of vrouwen we g
ziin naar de Missies.
Is er wel één huis in ons land, waaf
geen portret op de schouw staat van
een Missionaris, een Broeder of een
Zuster?
Hun portret laten wij daar niet
geel worden, neen.
Wij werken met die ultvliegers mee,
Wij ook doen Missionariswerk.
A
Morgen hoort alleman de Mis voof
ons Missionarissen.
Morgen gaat al wie bsenen heeft,
te Communie voor ons Missionarissen
Morgen bidt elkeen het Rozen«
hoedje voor ons Missionarissen.
En zóó verder den dag door.
Aangenomen?
Niet veel gevraagd! mompelde
een of ander filosoof.
Jawel, veel gevraagd. En 't voor
naamste gevraagd: Bidden voor one
werkers op den vreemde.
Dat is ons geweldigste middel.
Doch ons Missionarissen kunnen
toch niet leven van den hemelschen
dauw?
Dat ls zóó,
Maar als wij hen den hemelschen
dauw van ons gebed geven, dan zul»
len wij er allicht ook het dagelij ksch
brood bij doen.
Die twee smaken heel goed, samen.
En wat wij niet kunnen, dat vult
Onze Lieve Heer aan. Hij heeft een
ander tafel van vermenigvuldiging
dan wij.
Toe, menschen, helpt mee!
TH. VAN TICHELEN.
Toen eenige maanden geleden In
Frankrijk de honderdvijftigste ver
jaardag van de revolutie gevierd werd,
zag men dat de eereplaatsen tijdens
de plechtigheden ingenomen werden
door zwarte of bruine opperhoofden in
exotische of half-Europeesche klee
derdracht.
Het toekennen van deze eereplaat
sen was geen simpele beleefdheids
vorm, maar een bewijs dat Frankrijk
wist wat de koloniën voor het moe
derland beteekenden. De koloniën zijn
de slagaders van het Fransche Impe
rium, zonder hen zou Frankrijk geen
wereldoorlog kunnen voeren.
Het Fransche Imperium, dus moe
derland, kolonies en protectoraten
bijeen gerekend, telt 110 millioen in
woners en beslaat een oppervlakte
van 13 millioen vierkante kilometers.
En het huidige conflict vindt alzoo
de twee groote koloniale machten
langs eeneelfde zijde van de barricade
geschaard. Het Britsche Imperium
immers bezit ongeveer een vierde van
de aarde en van de wereldbevolking,
zocdat het de grootste koloniale macht
is. Frankrijk komt op de tweede plaats
alhoewel er tusschen de twee plaat
sen een eerbiedig machtsverschil is.
Maar al is het Fransche Imperium
gevoelig kleiner, toch is het een groo
te macht, dank zij de koloniën die op
de vijf werelddeelen verspreid liggen
en de onmetelijke rijkdommen die
daar geëxploiteerd worden.
DE TROEPENLEVERINGEN
IN 1914.
Om zich rekenschap te geven van
de krachten die het Fransche Impe
rium in het huidig conflict vooruit
kan zetten, moet men teruggaan tot
1914 en zien wat het toen gepresteerd
heeft.
De overzeesche bezittingen leverden
gedurende de vier oorlogsjaren 587.450
soldaten en 200.000 werklieden. Aan
het hoofd van deze troepen stonden
4000 koloniale soldaten die de kaders
vormden. Van deze 4000 beroepssol
daten sneuvelden er 600. Noord-Afrika
leverde 270.000 soldaten waarvan er
35.900 sneuvelden. Van deze 270.000
Inlandsche soldaten kwamen er 172800
uit Algerie, 60.000 uit Tunis en 37.150
uit Maroceo. Vooral het laatste con
tingent was zeer groot te noemen, om
dat Marocco in dien tijd nog half in
opstand was. Maar Lyautey kon toch
37.150 man ter been brengen.
Midden-Afrika leverde 134.000 sol
daten waarvan er 24.763 sneuvelden.
Ook dit gedeelte van de overzeesche
bezittingen was in dien tijd nog niet
tot rust gebracht, of liever was nog
niet heelemaal gecoloniseerd.
Vervolgens komen de oude bezittin
gen waar het kiesrecht en staatsbur-
BBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBBVIBBBBBBBBBBBBBflliiaiiaiiaiflfllClBBaB
gerschap al in voege is (Gyana, An
tillen, Indië, enz.), die ongeveer 30.000
manschappen zonden, waarvan er 3589
sneuvelden. Tenslotte Indo-China met
43.430 soldaten en 1.123 dooden, Ma
dagascar met 34.386 soldaten waarvan
er 2368 sneuvelden, Somalieland, enz.
DE LEERSCHOOL VAN DEN
OORLOG.
In de laatste 25 jaren heeft men
zeker met man en macht gewerkt om
de effectieven van de overzeesche be
zittingen steeds meer en meer aan
te vullen.Daarbij is het de laatste ja
ren nog vergroot: Cameroen, Togo,
Syrië, Liban, enz.
Vervolgens waren en zijn de over
zeesche bezittingen ook een groote
leerschool voor de hoogere officieren.
Joffre, Galieni, Magnin, Gouraud e. a,
verdienden daar hun eerste sporen
die hen later goed van pas kwamen.
Daarbij dienen nog gerekend de 2.370
officieren en 20.000 blanke soldaten
die voor het grootste gedeelte naar
het front konden gebracht worden
om de zwarte troepen te encadreeren.
Ook in die richting is men aa den
grooten oorlog voortgegaan, zoodat
het moederland nu eveneens op ge
schoolde en beproefde krachten kan
rekenen,
DE VOORRAADPLAATSEN VAN
FRANKRIJK.
Naast deze cijfers moet. men dan
nog de resultaten leggen die behaald
werden op economisch en finantieel
terrein. Vooreerst dienen de- verschil
lende leeningen genoteerd die onder
den oorlog uitgeschreven werden en
die door de koloniën voor ongeveer
een milliard frank gedekt werden. En
volgens speciale statistieken die van
1916 tot 1918 door het Ministerie van
Koloniën opgemaakt werden, leverden
de bezittingen meer dan 1.609.000 ton
producten van allen aard aan het
moederland.
Heden kan het Imperium voor een
groot deel in de belangen van het
moederland voorzien. De rijst, choco
lade, maïs, aardnoten, bananen, riet
suiker, rubber, nikkel, thee die Frank
rijk verbruikt komt- geheel uit de ko
loniën. Verder leveren die 85 van
het vleesch en 40 van de koffie c is
in Frankrijk verbruikt wordt, Daarbij
vindt men er petroleum, steenkolen,
magnesium en andere grondstoffen
die een groote rol spelen ln het huidig
conflict.
Ongetwijfeld vertegenwoordigden de
blanke en zwarte opperhoofden die bij
de honderdvijftigste verjaardag van
de revolutie een eereplaafcs kregen,
een groote troef voor Frankrijk in
tijd van oorlog.
Onze foto toont een zicht op Dnitsch grondgebied door EngeLc-ho wüeij; n'igen, va*
op 200 meter hoog, genomen. Over de Rhyn ligt een uiteenïünomsn brug, hitt
daarnevens, aan de overzijde van den stroom, stukken die kuffiizas» «mngsstfhakal^
worden om zoo de brug bruikbaar to maken,