Tooneel nieuws. Kunst- Letternieuws. Verschillige Tijdingen. Wij ontvangen eene cirkulair waarbij, tijdens de Antwerp- sche feesten, eenen grooten prijskamp wordt uitgeschreven voor vlaamsche tooneelkunst en declamatie, te houden op het groot koninklijk theater, op Maandag 17" en Dinsdag 18" Au- gustij. De eerste prijskamp zal bestaan uit blijspelen, met of zonder zang, uitsluitelljk der nederduitsche schrijvers verveerdigd. De tweede prijskamp bestaat in declamatie, als volgt: 1° Voor liefhebbers inboorlingen des lands, niet te Antwer pen woonachtig; 2° voor liefhebbers te Antwerpen woonach tig; oo voor liefhebbers in Belgie woonachtig of aldaar geboren. (Voor dc konditien men zie de cirkulair). Ziehier het dichtstuk van Mev. Van Ackere, die op het banket van Zaterdag, 27" Junij laatst, werdt afgelezen, en voor titct had: Huldebewijs aan den heer De Breyne, Heeft nijd hier 't vaandel opgesteken En in zijn blindheid strijd gewaagd, Niet alle liefde is heengeweken Niet alle trouw is weggevaagd. De dank blijft meester van 't geweten En nimmer wordt de deugd vergeten, Al brijzeld men heur eerekroon Al is de luster opgevaren, Om haar te tergen, te bezwaren Steeds rustig zetelt ze op haar troon. Zoo bleef De Bueyne, vriend der waarheid, Bij 't boos geweld des vijands, groot De ziel spreekt in zijn blik met klaarheid En legt er 't vrome denken bloot. Zij doet den man van eere blijken, Die geen karakter laat bezwijken. En boven lot en onspoed zweeft. Zij liet der wijsheid liefling kennen, Die haat en wrok zich kan gewennen, En zijn verdrukkers mild vergeeft. O Stadsvoogd, dit gedrag is moedig; In u sprak een verheven geest, Al trof men u zoo diep en bloedig 't Geweten troost, dat wijkt noch vreest. Dixmude moet om schande blozen Zij heeft heur eigen kroon van roozen, Te dwaaslijk in het slijk vertrapt; Zij scheurt zich van der volkren kreten, Heeft waardigheid en eer versmeten, Zich zelf de magtvlerk afgekapt! Bloos, vaderstad! Wat wilt gij wreken? Wat misdaad die zijn naam bevlekt? Van welken pligt is hij geweken, Dc man die ieders eerbied wrkt? 'I Voorbeeldig leven kan niet liegen Zijn christen deugden niet bedriegen Zij dragen 't haatlijk masker niet, Dat steeds den huichlaar kan verraden Nooit zaagt gij hem de ellende smaden Hij trooste de armoede en 't verdriet. De Breyne, gij die 't volk doorgrondde, Gij vindt het zonder dank en wreed. Wat les voor u die nooit een stonde Het weldoen noch de deugd vergeet Wat les voor u, die zoo misdadig Dat volk ziet handelenongenadig t Ziet treffen wien 't verheven had Wee! die op zulk een baan moet treden Doorzaaid met ongeregtigheden, Gij, braven, hoe ontroer u dat? Maar. weg bedroevend overdenken! De burgerliefde lacht mij aan. Zij rees en gaf der vriendschap wenken De dank is liefdrijk opgestaan. En, werd er menig trouw verslonden, Dit fecst-uur mag het hoog verkonden De Breyne vindt ze dubbel wéér, In d'eedlen kring hier sainengesloten Van echte, trouwe stadgenooten, Verbonden aan zijn naam en eer. Wij vieren veertig jaren trouwe, Aan stad en land en volk gewijd. Wij danken moed, die voor geen rouwe Of rampen zonk, in bangen tijd. Wij loonen dat kloekmoedig streven, Dat nooit den werkploeg heeft begeven, Al bragt fortuin hem weelde en rust. Die ingeboren zucht zal gloeijen, Die drift naar 't goede en 't nut zal groeijen, 7.00 lang hem denkkracht sti eelt cntlust. Leef in ons midden, burgervader, Gelijk een kloeke boom van 't land. Zend volk en stad wéér hulpe nader, Uw zorg is hier een kostbaar pand. En 't moge u milden troost doen smaken Dat in ons hart nog spranken blaken Van 't onverbasterd edel bloed, Dat nog van d'ouder stam mag tuigen, En voor geen lafheid ooit zal buigen, Wat smart er treff, wat lot er woed' Aan u de trouw die nooit zal doven Aan u 's volks eerbied, die niet liegt, En liefde, die geen vuur laat rooven Schoon ons de kracht der jeugd ontvliegt. Eens zal de tijd als regter spreken, En over hoon en list zich wreken. 't Verleden en de toekomst raoog', Voor u de burgerkroon bereiden Wat kracht kan van hare eer u scheiden Uw deugd is elke magt te hoog Het Festival voor Muziekgenootschappen dat Zondag te Dixmude heeft plaats gehad, werd met een overheerlijk weder begunstigd. Tien muziekgenootschappen namen deel aan het festival, namelijkDixmude, Cortemarck, Beerst, Zarren, Eessen, Reninghelst, Loo, Leke, Merckhem en Rousselacre. Bij de verloting van het zilverwerk, onder de maatschap pijen, is de eerste prijs, bestaande in 4 zilveren lepels en four- chetten, ter weerde van 100 franken, te beurt gevallen aan dr maatschappij van Zarren;de tweede, bestaande in een zilveren soeplepel, weerd 50 fr., aan dc maatschappij van Cortemarck en de derde, twee id. lepels en fourchctten, weerd 50 fr. aan deze van Reninghelst. Er is een aanslag gepleegd op 't leven van den aartsbis schop van Utrecht. Mgr. Johannes Zwysen is in den naeht van 15" Julij (tusschen 5 en 4 ure)in zijn paleis den huize Gerra onder de gemeente Haaren op zijne legerstede overvallen en door een pistool getroffen de kogel is hem onder de borst doorgegaan. De verradelijke aan Mgr. den aartsbisschip Zwyzen toege- bragte wonde is niet doodelijk. Wij haasten ons die heuge- lijke tijding tcverkondigen.ProfessorTilanus,van Amsterdam, heeft den toestand van den lijder allergunstigst bevonden. De justicie, Maandag avond laat van hare tweede instruktie terug gekomen, schijnt meer te weten dan zij zeggen wil. De provinciale raad van West-Vlaandercn heeft een adres van bedanking gestemd aan den koning, ter gelegenheid van den afkoop van den Scheldentol. - De bisschop van Gent heeft aan al de pastors van zijn bisdom eenen omzendbrief gestuurd, rakende het kerkmuziek. De bisschop is getroffen geworden door het werelsch karakter dat dit muziek dikwijls heeftgevolgenlijk beveelt hijdat de

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1863 | | pagina 2