VAN IJPEREN.
«■im
4 FRANKEN 'S JAARS
SCHOON EN SCHOON.
Nr 293. Zesde Jaar.
Politiek. Stads.,- Kunst- en Letternieuws. Verscliiilige Tijdingen. Markten. Bekendmakingen.
Politieke berichten.
Victor Yande Weghe.
VOOR I.(PEREN, Fr. 4-SO VOOR BUITEN STAD.
Aankondigingen 12 eentimen den regel.
Rekiamen 25 centimen.
IlI^SS
anift(4«as
WWW
ZONDAG5 NOVEMBER 1867.
Büreel: Dixmudcstraat, 39. Alle inzendingen vrachtvrij
PROKLAMATIE VAN VICTOR-EMANUEL.
Florentie, 27 October.
De O/jtciëele Gazette kondigt de volgende pro-
klamatie af van den koning van Italië. Zij is be
langrijk genoeg van zich zelvcn opdat wij er gcene
opmerkingen bijvoegen
Benden vrijwilligers verleid en opgehitst door
eenc partij, zonder mijne toelating en zonder dege
ne van mijn gouvernement, hebben de Staatsgren
zen geschonden. De eerbied, welken al de burgers
verschuldigd zijn aan de wetten en internationale
overeenkomsten, door hel parlement en door mij
goedgekeurd, hebben in deze erge omstandigheid
eenc onverbiddelijke eereschuld voorgeschreven.
Europa weet dat het vaandel op naburige
gronden van de onzen opgericht, vaandel waarop
geschreven is geweestVernietiging van het op
perste geestelijk gezag van het opperhoofd der ka-
tholijke Kerk, het mijne niet is.
Deze pooging heeft het vaderland in een groot
gevaar gebracht en legt mij de dringende plicht op
tcnzelfden tijde de eere van het land te redden en
twee zaken niet te verwarren die geheel verschil
lend zijn.
Italic moet gerust gesteld worden tegen de ge
varen die het kan loopen. Europa moet worden
overtuigd, dat Italië getrouw aan zijne verbintenis
sen, noch kan noch mag de ruslstoorder der open
bare orde zijn. Een oorlog met onzen bondgenoot
ware een broedermoordenden oorlog lusschen twee
legers, die voor dezelfde zaak hebben gestreden.
Bewaarder van het recht van vrede en oorlog,
mag ik er de overweldiging niet van gedoogen ik
heb dus het vertrouwen dat dc stem der gezonde
rede zal worden aanhoord en dat dc Italianen, die
dit recht hebben overtreden, zich achter onze troe
pen zullen scharen.
De gevaren, welke deze wanorders en die on
bedachte ontwerpen bij ons kunnen doen ont
staan, moeten worden vernietigd, door het behoud
van het krachtdadig gezag des gouvernements en
de onschendbaarheid der wetten. Dc cere van het
land is in onze handen en het vertrouwen, dat de
natie in mij heeft gesteld in onze droevige dagen,
zal niet misplaatst zijn.
Als de kalmte in de gemoederen zal zijn terug
gekeerd en de openbare orde geheel hersteld, zal
mijn gouvernement in overeenstemming met
Frankrijk, zich met trouwhertigheid er op toeleg
gen een nuttig middel te vinden, van aard, om een
einde te stellen aan dc erge en belangrijke kwestie
van Rome.
Aan den kunstschilder K. Y. K., te Brussel.
TOEKOMST,
Bladen zijn het die gij schept waar krachten stoutheid,
Van Homerus eeuw en geest ligt weêrgeboekt
Als gij schilder in het diep der grieken oudheid,
Stroomen vuurs en kracht veuruw verbeelding zoekt;
Heilig is de zucht tot ideale schoonheid,
Kunstnaar waar uw brandend hart naar streeft,
Vonk die 't grootsch verleden weer ten toon spreidt,
Hier... op 't aadmend doek waaraan gij leven geeft.
Welk een kunstgevoel kwam uw penseel bezielen,
Dan 't gevoel waar schoonheid, liefde en trouw in lacht;
Toen gij Peneloop verdwalend néér deed knielen,
Voor den weérgevonden gü zoo lang verwacht.
Kunstenaar, waarom zoo in het grijs verleden
Zoekend ommezwerven woont het schoon ook niet
Hier rond u? O denk dat 't huislik, zalig heden
Ook verrukken kan, en kracht tot schepping biedt.
Zie, hier toon ik u een schoonheid waard te roemen,
Schoonheid, liefde en trouw van teederzachtren aard;
't Is een vlaamsche maagd de kleurigste aller bloemen,
Lentsieraad van Vlaatidrens weelgen lustengaard
Ruk u dan een stonde los uit uw verbeeldingswereld,
Blik het wezenlike schoon eens aan dien stond,
Zeg mij schiept ge u ooit een droombeeld meer bepereld,
Dan dees liefdehlocm gekweekt op eigen grond
'k Vertrouw u schilder deze bloem een kind,
Een meisje dat mij lieft en mint
Maal mij heur tenger beeld een beeld waar ziel en leven,
Als voor het spiegelglad zal heên en weder zweven.
o Dat met harmonie uw kunspalet
Zich thans met frissche kleur volzett',
Met kleuren die gij mild op 't levend doek zult mengelen,
Zooals natuur ze mengt op lentes bloemenstengeleu.
o Dal uw reeds beproefde hand, met kracht
't Penseel bedwing' met kunst en macht,
Opdat 't paneel ontwaak' zooals uit 't nachtlik duister,
Natuur en levensvloed,
En licht- en liefdegloed,
Ontwaken voor de zon bij rnilden ochtendiuister.
Blaar schilder wil alleer ge gaat
Van 's meisjes zacht en lief gelaat,
Me op 't gladde kunstpaneel heur englentrekken tooveren
Uw vorschend oog op 't maagdlijn slaan,
Een' blik die u moet leiden, raén,
Ecd' blik die uwe ziel zal schokken en veroveren..,.
Schoon is zij, niet waar o schilder,
Schooner dan uw grieksche beeld;
Heeft natuur ooit vrouwe milder
Biet zulk maagdlijk schoon bedeeld?
Evenredig zijn de trekken
Van heur kindelik gelaat,
En de kleuren die 't bedekken,
glansen als de dageraad.
Sprekend zijn heur zachte blikken
Vallend uit heur glimmend oog,
Blikken die diens hart verkwikken,
Wie heur' lonk ontvangen moog',
Nimmer zaagt gij wenkbrauwboogjes,
Zoo gesneden als de haar',
Nimmer zaagt gij schuchlrere oogjes,
Mijmrend tevens, tevens klaar.
Schilder zaagt gij rooder lipjes
Ooit op 't roodste rozenrnalsch,
Zaagt gij schooner schoonheidstipjes,
Dan dit stipjen in heur' hals
Schilder kent gij armen blanker,
Waarin liefde ooit heeft gerust.
Vondt gij ooit een leestje slanker,
Waar het hart als 't oog naar lust
En die zoete aanvallige engel,
Is mijn lust, mijn liefdegloed;
Is de steun mijns levens stengel
Die mij 't leven minnen doet....
Wanneer gij schilder nu, begeesterd, opgetogen,
Al 't lieve schoon omvat met uwe vorschende oogen,
Al 't schoon waarmede zij zoo kwistig is bedeeld
Dan zult gij in heur leest en zachte wezenstrekken,
De bronnen veur de kracht van uw vernuft ontdekken
Tot 't malen van mijn liefkens sprekend beeld.
IJperen, October 18G7.