1
WAE IJPEREIN.
4 FRAKKEN 'S JAARS
.V 309. Zeveriste Jaar,
Politiek. Stads.,- Runst- en Letternieuws. Yerscliüllge Tijdingen. Markten. Bekendmakingen.
Politieke berichten.
REDEVOERING
in den Kunst- en Letterkring van IJperen,
YOOR IJPEREN. Fr. 4-50 VOOR BUITEN STAD.
Aankondigingen 12 centimen den regel.
Reklamen 25 centimen.
-i®
ZONDAG23 FEBRUARI 1808.
BureelDixmudestraat, 39. Alle inzendingen vrachtvrij.
Geheel de week heeft het fransch Wetgevend
Korps de wijziging nopens de rechterlijke annoncen
gediscuteerd.
Eene wijziging van M. Garnier-Pagès is ver
worpen, de afschaffing vragende van artikel 2 van
het dekreet van 1852, welk de vreemde dagbladen
dwingt voorop de toelating te bekomen, om in
Frankrijk te mogen komen; eene wijziging van
M. Pelletan, nopens de straffen der dagbladen op
gelegd is insgelijks verworpeneindelijk eene
derde wijziging, aangaande den verkoop der dag
bladen op den openbaren weg, is verworpen met
194 stemmen tegen 52,
Het heeft nog eene wijziging gediscuteerd, de af
schaffing vragende van een der artikels van het de
kreet van 1852, welke aan de dagbladen verbiedt
een verslag van de drukpers processen af te kon
digen.
Het is onnoodig te zeggen dat deze wijziging
verdedigd door MM. Picard en Emije Ollivier
bestreden door M. Pinard, is verworpen.
Hel gerucht der dood van lord Derby heeft zich
Woensdag te Londen verspreid, maar de telegraph
heeft de tijding niet bevestigd. Men verzekert dat
den toestand van den eersten minister een weinig
verbeterd was. Evenwol is lord Stanley bij zijnen
vader ontboden geweest. In alle geval mag men de
politieke successie van den edelen lord als geopend
aanzien
Het is stellig lord Stanley, zijn zoon, die schijnt
geroepen te zijn hem te vervangen door plaats te
nemen, zooals men gezegd heeft, in de Lordskamer,
De Patrie bevestigt de stappen, door bet
italiaansch gouvernement bij het fransch kabinet
gedaan, om hel debourbonsche kuiperijen te Ro
me aan te duiden. Generaal Menabrea zou de hoop
uitgedrukt hebben, dat Frankrijk aan den paus
zal doen verstaan, dat het zijne plicht is de onder
nemingen vijandig aan Italië, die onder zijn oog
gebeuren, te beletten.
De kieshervorming door de wet in Engeland in
gevoerd, is nog niet toegepast, noch in Schotland
noch in Ierland.
De paus heeft den heer von Arnim, gezant v&n
het Noord-Duitsch Verbond, ten gehoorc ontvan
gen en hem zijnen dank betuigd voor de welwil
lende govoelens door den koning van Pruisen te
zijnen opzichte uitgevoerd. De heer von Arnim
verzekerde dat de koning Willem gaarn een blijk
van toenadering zou willen geven, door een pause
lijken nuntius te Eerlijn te ontvangen. Men zegt dat
graaf Creptowileh, thans te Rome, benoemd zou
worden tot gezant van Rusland bij liet pauselijke
hof, maar de paus verlangd heeft, dat vooraf een
einde wierde gemaakt aan de vervolging der katho
lieken iu Rusland en een pauselijken nuntius te
Petersburg wierde toegelaten.
De Corriere Italiano «verzekert, dat de meer
derheid van de italiaanschc kamer afgezieij heeft
van het voornemen om het heffen eener belasting
op de rente-coupons voor te stellen, en viel, om-
DE TOEKO
UITGESPROKEN
DOOR
GUIBO ROTIEKS.
(VERVOLG).
Onze voorvaderen die zoo roemvol, zoo hardnekkig voor
onze ontslaving gestreden, en have en goed opgeofferd heb
ben, kunnen wij niet genoeg dank weten. Door hunne kracht
dadige bemoeiing bestaat te huidigen dage niet het minste
onderscheid meer tusschen een uit edelen bloede gesproten
Belg en zijn onadelijken medevaderlander. Het is eene beken
de waarheid, dat de eene, tusschen parenthesis gezeid (wat
rijkdom, of zooals sommige het noemen, wat macht en in
vloed betreft) beter bedeeld is dan de anderedoch, wie zal
durven ontkennen, dat de geringste onzer medeburgers ten
onzent niet zooveel vrijheid geniet, en, deed het geval zich
voor, niet zooveel rechten kan doen gelden als de eerste de
beste rijke.
Ik vermeen U met weinige woorden te hebben blootgelegd,
Mijnheeren, om welke reden onze voorvaders het gedacht op
vallenden hunne; vrijwording ten koste huns bloeds te be
proeven en werkstellig te maken. Thans zal ik, zoo ik best
kan, U trachten af te malen hoe de vrijmaking der gemeenten
en de vereeniging der gilden of ambachten ontworpen werden
en tot stand kwamen.
Maar alvorens zoo zwear eene taak mij op te laden, verzoek
ik U eerst en vooral twee vragen te mogen onder het oog
brengen. Ziethier waarvan er sprake is Hoe en op welke
wijze hebben onze voorouders hunne vrijheden en voorrech
ten bekomen Hebben zij zich die door geweld weten aan te
matigen, of zijn ze hun door de vorsten of leenbezitters toe
gestaan geworden
Indien ik hierop kortbondig wilde antwoorden, zou ik
eenigermate voldoen met enkel te zeggen, dat zij eenige door
geweld hebben verkregen, andere hu» door dé vorsten of
leenbezitters zijn toegekend geworden doch, daar voorzeker
gij noch ik met zoo weinig beduidend eene opheldering geen
vrede zouden willen maken, zal ik over deze kwestie breed
voeriger uitwijden,
Over het algemeen besehouwt men de twaalfde eeuw als
het tijdstip der vrijwording der gemeenten.
Wel is waar hadden de veldbewoners van Normandië reeds
in den jare duizend opstand gemaaktmaar buiten alle ge
meenschap gesteld, d. i. te ver van elkander verwijderd zijnde,
znodat hunner vrijheidslievende verzuchtingen geene genoeg
zame onderschraging, geen voldoende kracht bijgezet wierd
om op goeden uitslag te mogen rekenen, bleven zij moede
loos op den onden voet voortslenteren. Echter duurde het
niet lang of de gemeentelijke omwenteling borst in een groot
gedeelte van het Westen uit.
Terwijl dat omtrent denzelfden tijd de Castilianen eene
vrijheids-grondwet vorderden, Engeland zijne scherifs koos,
Picardië onderscheidene gemeenten stichtte, Lombardijè' zich
als gemeenebest deed kennen, zag men, in bijkans al de ge
westen van Europa, den burgerstand het zijne bijdragen tot
het welgelukken des edelen en grootschen werks, aat de vrij
wording der gemeenten, d. i. de vrijmaking der gansche
menschheid ten doel had.
Denkt niet, Mijnheeren, dat België, voor wat de werkdadi-
ge middelen ter menschelijke ontslaving aangaat, in vergelij
king bij andere landen ten achteren bleefook niet dat ons
duurbaar Vaderland het ingeslagen en met zeker voordeel be
kroonde voetspoor des vreemden niet drukte. Het dient hier
ter loops gezegd te worden, tot eere en roem des moedigen
en onverschrokken voorgeslacht» want wij mogen fier zijn
op den glorierijken naam van Bélg, tot in de hoogste mate fier
zijn op dien van Vlaming - dat, al was het toen niet heel en
gansch van het slavenjuk vrijgebleven, hier te lande weinig of
geene stijfhoofdige naapers der gekke, uitheemsche mode en
pralerij gevonden werden. Gij weet het, mogelijk heter dan
ik het u zeggen kan, Mijnheeren, onze vooronders bewaarden
onbevlekt hunne zeden en gewoonten trouwens, gij weet
insgelijks, dat de Vlamingen altoos, door alle eeuwen
heen, in voor- en tegenspoed, eene buitengewone liefde koes
terden voor hunne moedersprake, voor dit kostbaar kleinood,
voor dit edel erfdeel hunner vrome vaderen. Hoe gaarne zou
ik denzelfden lof en dezelfde eer niet der hedendaagsché Vla
mingen toezwaaien Maar helaas Zou men het kunnen ge-
looven Thans dat wij het zoet genot onzer vrijgevochte, en
door al de rijken onzes werelddeels vrijverklaarde onafhanke
lijkheid smaken dit zij tot schande en oneer eeniger ver
basterde Vlamingen gezeid geven onze eigene broeders
ons den walgelijken JudaskusJa zij leenen de hand tot de
ontaarding, tut de verkrachting van Viaanderens telgen Zij
leveren ons, Vlamingen, naar ik meen, zonder in het
minste hunner beweenlijke dwaling bewust te zijn, door de
kleinachting,. door de versmading, door de vernietiging, ja,
door de uitroeiing van onzen bodem der duurbare moeder-
sprake onvermijdelijk den vreemden hatelingen De doemnis,
de eeuwige doemnis des Vlaamschen volks valle loodzwaar op
zulke snoode en lafhartige verraders
yVordt voortgezet).