VAN MPEREN.
4 FRANKEN '8 JAARS
Nr 32®. Zevenste Jaar.
ZONDAG, 12 JULI 1868.
Politiek. Stads,- Kunst- en Letternieuws. Verschillige Tijdingen. Markten. Bekendmakingen.
Politieke berichten.
In den Maneschijn.
Het Kerkhof.
Op het Graf mijns vaders.
VOOR IJ PEREN. Fr. 4-50 VOOR BUITEN ï-jTAD.
Aankondigingen 12 ccnlimen den regel.
Reklamen 2a ccnlimen.
1
fegA Bureel: Dixmudeslraat, 59. Alle inzendingen vrachtvrij.
Het fransch Wetgevend Korps heeft de algemee-
ne beraadslaging geëindigd van den budjet, na de
hoeren Busson-Billault, verslaggever, M. Jules Fa-
vre en Rouher te hebben gehoord. De laatste woor
den van M. Jules Favre hebben geheel de Kamer
in opschudding gebracht en de tot de orde roeping
van den beroemden redenaar geleid. M. Favre, op
zijne beurt den politieken en huishoudkundigen
toestand van Frankrijk onderzoekende, is tot de zoo
stoute als verpletterende conclusie gekomen, dat
Frankrijk niet rijk genoeg is om het keizerrijk te
betalen in de tegenwoordige ünanliële voorwaarde.
De kroning van den nieuwen vorst van Servië
heeft met veel pracht plaats gehad. De volksraad
heeft de invoering van de vrijheid der drukpers en
van denjurij beslist. Dit is een goede aanvang voor
de regering van den jongen vorst. De vrijheid is al
toos het regeringsmiddel geweest, waarbij volken
en vorsten zich het best bevonden.
Eene beslissing van de volksraad van Servië, die
ons echter zonderling voorkomt is, dat ieder inwo
ner verantwoordelijk voor het leven van den vorst
verklaard wordt.
Uit Parijs ontvangt men eene gewitlige tijding.
De heer staatsminister Rouher is met alle haast
naar Fontaineblcau geroepen, waar zich tegenwoor
dig de keizer der Franschcn bevindt. Men wil, dat
erg nieuws uit Duitsland gekomen, de oorzaak van
dit onderhoud lussehen M. Rouher en L. Napoleon
is geweest.
Het^engelsch ministerie gaat in de Gemeenten-
Kamer van de eene nederlaag naar de andere. Een
wetsontwerp betrekkelijk de instelling van eenen
bijzonderen jury, gelast met de beoordceling van
de bedriegerijen in zake van kiezingen, is met eene
meerderheid van 65 stemmen verworpen.
Uit de vereenigde Staten verneemt men, dat M.
Thaddeus Stevens, een der hevigste tegenstanders
van den president Johnson, op nieuw voorstel zal
doen, om dezen laatste in staat van besehuldiging
te stellen. Het is niet te denken, dat dit voorstel zal
aangenomen worden. Over 't algemeen is men voor
nemens den president in vrede zijnen tijd te laten
uitdoen.
Het groot nieuws komt thans uit Spanje. Ver
scheidene generaals zijn aangehouden.
Onder deze generaals bevinden er zich verschei
dene die in de politieke gebeurtenissen van het land
eene groote rol gespeeld hebben, zooals Serrano,
Dulce, Cordova en Zabala.
Sinds eenigen tijd was het gerucht in omloop,
dat er een groot eedgespan tot stand gekomen was
tegen het sehrikbeheer, ingericht door Narvaez en
door zijnen opvolger Gonzalès Bravo met nog meer
woede gehandshaafd.
Hel schijnt, dat het gouvernement bewijzen heeft,
dal de aangehoudene generaals aan het hoofd van
eene uitgebreide militaire samenzwering stonden.
Iets wat nu geheel deze zaak nog gewichtiger ka
rakter geeft, is dat de hertog van Montpeinser,
zoon van Louis Philippe en schoonbroeder van
koningin Isabelle het bevel heeft ontvangen
Spanjë te verlaten.
Hetgene in de gemeente S' Genois plaats heeft
is een bewijs van den geest van tegenstand, die de
geestelijkheid van onze provincie in dwaling houdt,
het was sedert langen tijd dat het kerkhof, gelegen
in het midden van het bebouwde gedeelte der ge
meente, dén afkeer der inwoners opwekte. Het
bedreigde bijzonderlijk, in tijden van besmettelijke
ziekten, de openbare gezondheid: de noodwendig
heid had zich dus doen gevoelen van eene nieuwe
begraafplaats aan te koopen. Dit werd reeds in
1861 gedaan met het inzicht van dezen grond tot
zijne nieuwe bestemming te doen dienenmaar de
opgeworpene moeilijkheden deden degenomene be
slissingen zonder uitvoer blijven tot in 1866
wanneer de ontstane cholera op nieuws de bekom
mering van het gemeentebestuur opwekte.
Na te vergeefs nogmaals pogingen bij den bis
schop van Brugge te hebben gedaan, opdat hij het
Kortrijk, 1868. Victories Yande Weghe.
«*111
aiaMaa
iA 1 A J
[38 KSwYJdBraH
anaHBMHEHiadaHBBaa
Des avonds in den maneschijn,
Als 't windje zacht door 't loover ruist,
Geen wild gerucht in de ooren bruischt,
De vogel rust en 't maagdelijn,
Dan dwaal ik liefst alleen door t veld,
Wen biltre spijt mij t harte kwelt.
Des avonds in den maneschijn.
'k Bestijg den berg 'k zie om mij heên,
Ik zie de hut, ik zie 't paleis,
De geest is droef, terwijl ik peis
Waarom gebrek hier en geween,
En rijkdom, weelde en wellust daar
Nog troont de dweepzucht openbaar -
'k Bestijg den berg, 'k zie om mij heên.
Nochtans het.schoone licht bestaat.
Ziet, overal is mën in strijd.....
Men worstelt reeds sinds langen tijd,
Met al wat rede en licht versmaadt,
Doch groot en machtig is het heer,
Dat heeft de domheid lot zijn leer.
En toch het schoone licht bestaat.
Men draag' het rond met schrift en woord,
En wijken moet het wangedrocht,
Dat geestverkrachting medebrocht.
Het vliege snel van oord tot oord,
Dan heerschtde geest in al zijn macht
Wen vrijheid mild hem tegenlacht.
Men draag' het licht van oord tot oord.
Kortrijk, IS Juni 1868.
Leopold Van Acker.
Droomend ging ik rond op het veld der dooden.
Wëeldrig gi'oeit er 'tgras; 'lijk op andre velden
Schiet het'jeugdig op, en de bloemen bloeien
Geuren verspreidend.
Ziet, in 't midden liggen er geene zerken
Gras en plant bedekken der armen terpen.
Prachlge zuilen toonen met gouden letters
't Graf van' de rijken.
Allen onder 't graf of de prachlge tomben
Zijn gelijk: Zij worden het aas der wormen.
Schrikverwekkend beeld veur der menschen domheid
Menschen wat zijt ge -
Kortrijk, 16 Juni 1868. Leopold Van Acker.
Geheel zijn leven was een zacht en zalig strijden
Tot op den jongsten dag, voor ons zijn dierbaar kroost
En gaf hem 't aardsche lot der zorgen vreugd en lijden,
Hij dankte en loofde God, die bron van hoop en troost.
Thans rust hij bij de gade, onz' nooit vergeten moeder
Een stille bede, een traan dat vraagt hun beider graf;
Thans beider zielen zijn vereend bij d'Albehoeder,
Genietend 't loon der deugd, dat nimmer de aard hun gaf.
Een' stille bede, een traan.... en zalig blijv"t herdenken,
Ons broêrs en zusters bijzij minden ons zoo tèer
Hoog waken zij op ons, eêns zullen ze er ons wenken
Wel scheidt ons thans de dood, toch eens zien wij hen weer.