VAN IJPEREN.
9
DE SLAVIN EN HAAR KIND.
4 FRAKKEN 'S JAARS
Nr SMS. - ZeA cpste Jaar
Politiek. Stads,- Kunst- en Letternieuws. Versehillige Tijdingen. Markten. Bekendmakingen.
Politieke berichten.
VOOR IJPEREN. Fa. 4-BO VOOR BUITEN STAD.
Aankondigingen i2 centimen den regel.
Reklamcn 25 centimen.
ZONDAG, 18 OCTOBER 1808.
IBukeel: Dixmudeslraat, 59. Alle inzendingen vrachtvrij.
De Officiële Gazette kondigt ecne verklaring af
van rechten van de junta van Madrid uitgaande.
Deze vergadering roept de algemecne stemming
uit, de vrijheid van godsdienst en van onderwijs,
liet vreedzaam vereenigings- en associatie-recht,
de vrijheid van drukpers onder eene bijzondere
wetgeving, de bestuurlijke decentralisatie, die het
gezag in handen der gemeente en der provintie
laat, de jury voor dekriminele zaken, de gelijkheid
voor de wet en de onafstelbaarheid der rechters.
De junta van Madrid heeft het programma vol-
lcdigd, met er bij te voegen de waarborg van de
persoonlijke vrijheid de onschendbaarheid der
woning en de afschaffing der doodstraf; maar zij
heeft niets gezegd van de regeringsvorm, dien zij
verkiest.
De geweldadighcdcn in de stralen van Madrid op
de agenten van het oud regiem gepleegd, gewelda
dighcdcn die men kan uitleggen, door de buitenspo
righeden van dat regiem, maar die daarom niet
min te laken zijn en reeds met krachtdadigheid
door generaal Prim zijn geschandvlekt, worden
insgelijks door eene circulaire van den heer minis
ter van binnenlandsche zaken sterk afgekeurd.
Geen of weinig nieuws is er maandag uit Spanje
ontvangen. De junta heeft maatregelen genomen
om arbeid te verschaffen aan de werklieden der
hoofdstad, wier onwerkzaamheid aanleiding tot een
openbaar gevaar zou kunnen geven. Er is eene
municipale leening, ten dien einde geopend.
Het getal werklieden ingeschreven om arbeid te
bekomen overtreft de 5000 niet.
Generaal Prim heeft aan het blad de Gaulois,
eenen brief geschreven, waarin hij den gouverne-
mentsvonn, welken hij door Spanje zou willen
zien aannemen, uiteen zet. Na gezegd te hebben,
dat, met de medewerking" van de constituerende
vergadering die niet lang meer zal wachten van
samengesteld te zijn het programma der omwen
teling spoedig zal verwezenlijkt zijn, voegt de ge
neraal er bij
cc Wij zullen er alsdan in gelukt zijn het politiek
ideaal van het hedendaagsch Spanje te bezitten, 't
is te zeggen eene ware grondwettelijke monarchie,
op de vrijzinnigste grondslagen gevestigd, dat dit
slach van gouvernement bevat.
Deze verklaring moet niemand verwonderen,
vooral na zekere incidenten, die plaats hebben ge
had hij de intrede van generaal Prim te Barcelona
en te Madrid. Nu dat de generaal zonder terughou
ding gesproken heeft, moet men er zich aan ver
wachten dat zijne politieke geloofsbelijdenis bjjtre-
dingen cn tegenwerpingen zal uitlokken. Al de
partijen zullen zich nu moeten verklaren.
Een dekreet van den minister van oorlog kent
een hooger graad loc aan de kaporaals en officieren
van geheel hel leger,, tot liet gencvan luitenant-ko
lonel. Hetzelfde dekreet staat aan de soldaten eenen
afslag van twee jaren dienst toe, die zullen verdeeld
worden op de werkdadige- en reservedienst.
De aartsbisschop van Valladolid heeft geweigerd
de omwentelings junta dier stad te erkennen.
De lijdingen uit dc provintien zijn voldoende
onder alle opzichten. Er is maar eene uitzondering
te maken voor Sevilla, waar de aanwezigheid der
troepen van Novaliches eene zekere gisting te weeg
brengt; het schijnt, dat die soldaten in geene goede
verstandhouding leven met de overige regementen.
De markies de Novalishes is stellig aan het be
leren.
DE TOEKOMST
Toen ik nog een knaap was, woonden mijne ouders dicht
bij het kasteel van eenen rijken man uit Nieuw-Engeland,
bezitter van een onmetelijk vermogen, hetwelk hij vele jaren
vroeger met den slavenhandel gewonnen had, toen dien handel
over den gansche wereld nog als wettig beschouwd wierd.
Op zekeren dag dat ik mij ten huize van dien millionnair
bevond en toen hij, na veel gedronken te hebben, bijzonder
spraakzaam was, vertelde hij mij eene geschiedenis die hij al
sedert lang gewenscht had iemand mede te deelen, daar dit
geheim, zoo als hij zegde, hem zwaar op het gemoed drukte
en hij er zich van ontlasten wilde, waarop hij mij het volgen
de mededeelde:
Ik had reeds sedert ongeveer vijf jaren voor eigen reke
ning zaken gedaan, en in dien tijd had ik met den verkoop van
mijne ladingen te Havana en in andere havens van Cuba, ge-
noeg geld gewonnen om twee der kostbaarste suiker- en koffij
plantages van het eiland te koopen. Het waren nieuwe plan
tages en de grond was geschikt om in hooge mate in kuituur
gebracht te worden. Het was dus noodzakelijk de arbeids
kracht te vermeerderen, door er vijf honderd paren armen hij
te voegen, en ik besloot eene reis te ondernemen met het
oogmerk om mij die te verschaffen.
11 Bij deaankomst aan de rivier Pango in Afrika, vernam ik
dat een slavenhandelaar uit Caboen, een mulat, en die langs
de geheele kust gekend was ouder den naam van Portugeesche
Joe, of koning van Caboen, veel slaven had, en juist van die
soort welke ik noodig had. Het waren allen jonge, sterk ge-
bouwde Congies, die uit de binnenlanden daarheen waren ge
voerd. Het aantal vrouwen was juist geëvenredigd naar dat
der mannen, zoo als ik voor mijne plantage verlangde, en
weldra waren allen in de weer om te laden en beschotten te
maken, om de mannen afgezonderd te houden van de vrouwen.
Spoedig waren wij hiermede gereed en mijn schip ging diep
te water met mijne levende ladiüg.
In die dagen behoefde de slavenhaler niet voortdurend op
zijne hoede te zijn voor engelsche kruisers dus wij werkten
op ons gemak en wij namen er onzen tijd voor 0111 onze la
ding aan boord te nemen en in te schepen.
De slavenhandel wierd door de beschaafde wereld nog
niet gelijk gesteld met zeeroovtrij en het vermeersteren van
mannen, vrouwen en kinderen van het afrikaansche ras, wierd
maar beschouwd als een wettig bedrijf, even als de walvisch-
vangst.
Wij hadden den laatslen neger tusschendeks gebracht,
wij lichtten het anker en de landwind vulde onze zeilen, toen
een seinschot van land ons overhaalde ons vertrek nog eepige
oogenblikken uit te stellen.
Welhaast zagen wij eene boot,' waarin de portugesche
overste was gezeten, uit de rivier lot ons toe roeien, en ik zag
dat zich daarin ook eene schoone mulattin bevond. Ik wist dat
zij een der vrouwen geweest was van den portugeschen over
ste, want dien afrikaanschen sybariet was de eigenaar van een
uitgestrekten harem.
In hare armen droeg zij een kindje en zij berstte uit in
een tranenvloed terwijl zij vruchteloos het medelijden inriep
van haren onmenschelijken meester. Deze had, naar het scheen
genoeg aan hare bekoorlijkheden en hij had besloten zich van
haar en haar kind te ontdoen, door hen aan de slavernij over
te leveren.
BCfflnBaragafflffHPm^awHBMKiPsagBB^aag^^wsEB^^
Ti Hij stelde voor moeder en kind te verkoopen voor een
vaatje rhum, en daar ik begreep dat zulk eene schoone slavin
te Havana veel waard zou zijn, nam ik dit voorstel met genoe
gen aan en zij wierd weldra overgebracht in de kajuit van
mijn schip.
11 Voor het vallen van den avond was de lage kust van
Guinea voor ons uit 't gezicht verdwenen, en wij waren alleen
op den onmetelijke» oceaan. De golven der Atlantische zee
verbraken op eene eentonige wijze het stilzwijgen dat ons
omringde, en het slavenschip zeilde in volle vaart voort.
a Dagen en nachten achtereen hield het westwaars koers,
tot dat het ten laatste het midden van den oceaan bereikt had,
waar de windstilte der evennachtslijn het regen-saizoen dei-
tropische gewesten aanvoert. Hier dreef het ten midden van
voortdurende stortregens, dagen lang op de bevveginglooze
zee, tot dat de onderstroom In t weder langzaam onder den
invloed der zuid-oosten-winden bracht.
ii Gedurende dit gedeelte der reis, dat het meest te duchten
is voor den slavenhaler, zoowel als voor zijne rampzalige pas
sagiers, wanneer de opeengepakte menschenmassa gedurig
groot gevaar loopt te stikken onder de onverdragelijke hitte,
begon ik eene verandering op te merken in het voorkomen
der jonge vrouw in mijne kajuit.
ii Sedert een paar dagen was hare hand gezwollen en had
eene bijnageelachtige kleur aangenomen, en eindelijk op den
avond van den tweeden dag, lag zij op den vloer in een ijlen
de koorts, evenmin lettende op de tegenwoordigheid van an
deren, als op de kreten van haar kind. Het zou voorzeker uit
gebrek aan voedsel zijn omgekomen, zonder de menschlie-
vendheid van mijnen stuurman.
Wordt voortgezet).