Stads Nieuws. Verschillige lijdingen. geene vervolgingen tegen de schuldenaren kon in spannen, noch inschrijvingen ter verzekering der capitalen kon eischen. De grap van Vrijdag, 19 dezer maand, heeft slechts gediend om aan de redelijke lieden te doen zien lot welke overdreven heden sommige dweepers bekwaam zijn; men had sedert eene maand aan de kinders der Lamotle-school wijs gemaakt dat de school ging afgeschaft en de nonnen op straat gesteld wor den, en dus dat de ouders de gelegendheid niet meer zouden gehad hebben van hunne kinderen kosteloos het kantwerken te doen leeren; niet genoeg daarmeêom de gemoederen in be weging te stellen; men verspreidde het gerucht en men vond domkoppen genoeg om het te gelooven, dat het oogwit van de bestuurders was van eenen catechismus van eenen anderen godsdienst te doen leerenDaarop kwamen een groot getal moeders voor de deur staan, bedreignede van eene slechte partij te maken aan degene, die, ter uitwerking van hetgene zij zicb inbeeldden in de school zouden willen treden, alsof de tegenstand van eenige slechthoofden de uitwerking der wet had kunnen beletten; indien zulks de inzichten van het bestuur waren geweest, eenige gendarmen en desnoods een piquet cavalerie hadden oogenblikkelijk de straat doen ruimen, ge- lukkiglijk heeft men tot deze maatregelen geenen toevlucht moeten nemen het meeste deel, gevoelende dat men hun be drogen had, is naar huis teruggekeerd. Wij zeggen is naar huis teruggekeerd, maar het is zoo niet, want vele zijn er naartoe moeten gedragen worden, zoo danig zij bezopen waren, en een ooggetuige heeft ons verhaald dat de Rijselstraat in den avond een walgelijk looneel oplever de; dronke vrouwen lagen langs de huizen, en in hare opge wondenheid vervloekten zij al dat eerlijk was, tot God toe werd gelasterd, en indien men haar niet had opgeraapt, zij zouden aldaaar den nacht overgebracht hebben. Men spreekt van edele Damen die, door dweeperij verblind, in de naburige herbergen de genever kosteloos hadden doen schinken, ten einde den moed van de ongelukkige verleiden op te hitsen. Men vraagt of de Godslasteringen, waarmede de bedreigin gen waren verzegeld, op de gewetens der personen, die dezen volksopstand van langer hand hadden ingericht, niet zullen blijven wegen Er is een grondstelsel dat onwederlegbaar is, het is dat al w ie over fondsen beschikt, die hem niet toebehooren, gehou den is er van rekening te doen. Waarom dus trekken de La- motten tegen den jokkeband om de rekening, die haar wordt gevraagd, af te leggen? Dit doet gelooven dat er een palingsje onder den steen ligt, zou er wel een deel van de kapitalen, aan de school toebehoorende, vervreemd zijn of wel in eene kas overgestort zijn, die men niet wilt kenbaar maken. Men stelt buiten twijfel dat de 22 nonnen, die de 4 meeste ressen vervangen de martelkroon voor inzicht hadden met aan de kinderen te doen gelooven dat zij ook op eene brutale wijze uit het klooster gingen gesteld worden; maar, eilaas deze middel van den hemel te winnen, zoo wel voor hun als voor de Damen patronessen, is in rook en schande vergaan. IJperen, 27 Februrri 1859. Ten gevolge der belachelijke volksbetooging, van Vrijdag 49 dezer, heeft de heer Kommandant onzer stads-militie, M. A. Hynderick, een dagorde aan al de leden der Burgerwacht gezonden, waarin hij de plichten blootlegt die in geval van oproer, enz., aan iedereen ten deele vallen en sluit met te zeg gen dat, indien eens de zaak zich moest voordoen en men bij het slaan van den trommel te wapen geroepen wierde, de al- gemeene vergaderingplaat vastgesteld is vóór het Stadhuis, gewapend en met épauletten en policie-muts. Ter zeiver gelegenheid heeft onze heer Burgmeester aan al de hoeken der straten proclamatiën doen aanplakken, de in woners tegen de ophitsingen waarschuwende en hun aanspo rende gematig en kalm te blijven. En 's anderendaags waren de helft dezer plakkaarten of wel afgescheurd of wel met modder enandere vuiligheid besmeten, 't Is niet moeilijk om raden door wie zulke ezela- rijen gepleegd zijn. Het is te hopen dat het Zondag en Maandag goed weder zijn zal ten proijjte onzer stadsneering. Woensdag namiddag, wanneer slads-beiaard begon te spelen, was iedereen verwonderd; de eene vroegen aan de de anderen: waarom is 't nu? niemand wist het, ten zij de ouderlingen die zegden dat het Katte-dag was, 't is te ssnxa zeggen de verjaardag wanneer er over een zestigtal jaren van onzen Hallentoren eene kat, in linten gewikkeld, gegooid werd tot vermaak van het volk. De eerste dagen onzer Foire zijn goed overgoten geweest regen en wind waren er niet te kort,'t was een echt b feeste-weère MENAGERIE I)ES A EP ES. Onder dien naam staat op onze Groote-Markt, langs den zuidkant, eene eenvoudige barak, waar men van binnen zeer wonderbare en zielsroerende tooneelen aantreft. Vrijdag laatst was er eene luisterlijke voorstelling waar veel en schoon publiek er zich had naartoe begeven en liet heeft zeer te vreden geweest over de werkingen onder de kleine kinderen en de wilde beesten, en het zien der verschillige schoone wilde gedierten waarmede deze dierengaarde is samengesteld, Programma der stukken welke Zondag ten middage in de groote Halle-Zaal door het muziek van 't 10e regement, onder het bestuur van den heer Walhain, zullen uitgevoerd worden 4La Regatta, quadrille, Stasny. 2. Ouverture de Mar co Spada, Auber. 5. Potpourri, le Songe d'une nuit d'Été (1° execution), A. Thomas. 4. Un Songe surT'Océan, valse, Gungl. Te Passchendaele was het loting. De trommelslager van het liberaal muziek viel in de conscriptie. Groot gelach en tevre denheid onder het catholijk muziek (de Smoezelaars), het was de hand Godseene straf Ja zegden eenige vrouwen zij lachen, wetten zich de handen Wacht. Zij maakten eene inschrijvingslijst, gingen bij hunne vrienden, en in twee uren hadden zij 150 franken over om een plaatsvervanger te koopen 1 Ziede wel, Smoezeïaarfjes, hoe de liberale Damen van Pas schendaele antwoorden op uwe straffe Gods. Alsof God zich zou bezig houden met uwe onnoozele smoezelarij Er zal gefeest en gedanst worden in de kloosters te Brus sel, zegt eene korrespondentie uit die stad. Er is hen een goe den drinkpennink te beurt gevallen. De eenige dochter van een rijke koophandelaar, Mej. Maes, is overleden en men verzekert dat zij geheel hare familie heeft onterfd ten voordeele van eenige kloosters. Langen tijd voor het overlijden van die juffer, was haar huis door die zwarte raven bezet en hadden zij zorg niemand der familie bij de zieke te laten naderen. Als iets zonderlings dient opgemerkt te worden, dat op de doodbrieven, het overlijden aankondi gende, geen enkel lid der familie voorkomt. Integendeel vindt men er eene eindelooze reeks missen op ter nagedachte nis van de overledene. De erfenis wordt op een miljoen franks geschat. Een groot gedeelte der St-Jansstraat behoort haar toe. Overigens was men dit te verwachten. Lenigen tijd geleden zegde een bloedverwant tegen een huraar zijner nicht, dat hij te weinig huishuur betaalde, waarop de huraar zegde: «Geef u geene moeite daarvoor, want het zijn toch de Jesuïten die er mede zullen weggaan. Bij ministerieel besluit van 20 dezer is de jacht met vuurwapens op sneppen in de bosschen geopend, in al de pro vinciën, tot 31 maart, te middernacht. Ziehier hoe men in Frankrijk te werk gaat met de sol daten, die buiten dienst van hunne wapens gebruik maken.-— De krijgsraad van Parijs heeft den kaporaal Achiile Picard tot vrij jaren gevang en daarenboven nog zes maanden voor de boet, veroordeeld, om gebruik gemaakt te hebben van zijnen sabel, buiten wettige verdediging. Bij koninklijke besluiten zijn in het bestuur der regis tratie en domeinen benoemd in de Vlaanderen Ontvanger te Sotteghem, M. C. Dero, tegenwoordig ontvan ger te Korrlijk.' Ontvanger te Poperinghe, M. P. Vandercleyen, tegenwoor dig dezelfde bediening te Hoogstraeten vervallende. Ontvanger te Kortrijk, M. J. Thevenard, tegenwoordig surnumeraire der registratie te Antwerpen. M. C. Van Waesberghe, ontvanger der registratie van de burgerlijke akten en erfenisrechten te Kortrijk, is bewaarder der hijpotheek in dezelfde stad benoemd. Men herinnert zicb het treurig einde van M. Backhaus, zijne vrouw en hunne vijf kinderen, die het leven verloren hebben in denbrand van den schouwburg van Keulen. De be graving dezer ongelukkige slachtoffers heeft zaterdag ten 4 0 ure 's morgends plaats gehad, in het midden eener aanzienlijke volksmenigte. Backhaus behoorde tot de evangelische eere- dienstzijne vrouw en kinderen waren katholijken. Hunne overblijfsels zijn in ééne enkele kist vereenigd. De evangelische en kathotijke priesters hebben de gebeden gedaan en de zeven lijken zijn op het katholijk kerkhof bijgezet, na eene korte aanspraak van den eyangeiischen dominé. Dit feit van eenen protestant in gewijde aarde begraven, met medewerking van de katholijke geestelijkheid, verdient aangehaald te worden als een voorbeeld van verdraagzaam heid, dat navolgers in Belgie zou dienen te vinden. Bij koninklijk besluit is M. A. Van Iseghem, notaris te Nieuport, notaris te Gent benoemd, in vervanging van M. Facon, overleden. Het was Woensdag 21 jaren, dat de omwenteling te Parijs uitbrak, die den troon van Lodewijk Philip cmver wierp en de republiek tot stand bracht (24 Feb. 1848). Men meldt uit Rome, dat Pater de Gerlache, belgische jesuït hoofd-aalmoessenier is benoemd van het zouavenrege- ment. Men schrijft uit Jodoigne, dat de verdwijning van den notaris Leclercq, die plaats en de omliggende gemeenten in verslagenheid heeft gedompeld. Men spreekt van een tekort van 800,000 fr., de fortuin zijner vrouw in begrepen, die de notaris in bewaring had voor zijn huwelijk. Zijn twee sekre- tarissen zijn ook onder de slachtoffer, de gemeente-sekreiaris is de eerste kommies der studie. Men noemt nog M. V. en B. en eene jufvrouw IS., die elk een honderdtal duizend franken bij den notaris geplaast hadden de famillie N., 47,000 fr. vele vrienden van den notaris voor min of meer aanzienlijke sommen, eindelijk eene menigte kleine lieden, werklieden en dienstboden, die hem hunne spaarpenningen hadden toever- tronwd. De verdwijning van den notaris Leclercq heeft zooveel la- wijt te Jodoigne gemaakt dan degene van den notaris Slavon te Mechelen. Een verschrikkelijke drama, dat voor tooneel het huis heeft gehad van een der eerste famliien van Grenoble, heeft de schrik onder de inwoners dier stad gebracht. Zaterdag avond, M. de baron Brayer, die met zijne vrouw en een zoon van 44 jaren, zijn hotel in de Lafayettestraat be trekt, is door de baronnes met een revolver gedood. De ongelukkige vrouw, in den aanval van zinsverbijstering waarin zij zich bevond heeft het wapen ook tegen haar kind gekeerd, dat op den slag is dood gevallen vervolgens heeft zij den loop der pistool op haar hoofd geplaatst en zich de hersenpan verbrijzeld. Bij het gerucht der ontploffing zijn de dienstboden toege sneld en vonden de lijken hunner meesiers bijna het eene op het ander liggende. Een schrikkelijk ongeluk gebeurde Dinsdag avond in een huis Basse-du-Rempart te Parijs. Eene amerikaansche fa millie bereidde zich om naar een bal te gaan. De jonge miss voltooide haar toilette, toen het vuur aan haar kleed vatte, door de aanraking eener kaars. Op de kreten van het meisje snelt de moeder toe, maarzij ook vliegt in brand. De twee damen werden erg verbrand, doch hun leven is niet in ge vaar. DAT KOMT VAN MEISJES TE BLÜSSCIIEX. Dinsdag avond, om acht ure, veroorzaakte een tooneel dat eene treurige ontknooping had kunnen hebben, eene samen scholing op den boulevard le Parijs. Een jong meisje ging langs het museum van Ciuny; een jongeling wierp zich aan hare voeten en knelde haar in de armen. Het meisje verweerde zich met haren regenscherm en bracht er haren beweerden aanvaller harde slagen mede toe. Eene menigte volk kwam toegeloopen en ging den jongeling eene slechte poets spelen, wanneer men eindelijk begreep dat al dit gewoel belette de verontschuldiging van den jonpelino- aan te hooren. Het jong meisje had op eene der fosfoorsteksken getreden, bijzonder door de rookers gebruikt, en hare rokken waren in brand gekomen. Dank aan haren redder ontstond zij het met de vrees, doch deze had niet alleen de handen wat verbrand, maar moest daarbij nog de slagen van den regenscherm en de stampen en de stooten der volkmenigte verdragen. De katoen nijverheid te Rijsel verkeert in de verslagen heid. De afgevaardigden, naar Parijs gezonden om de aankla ging van het koophandelverdrag te bekomen, zijn, zooals men weet, in hunne zending volkomen mislukt. Nauwelijks waren zij terug, dat er zich twee nijverheidsrampen verklaar den. Eene spinnerij die te Rijsel nog in werkzaamheid was, is te koop gesteld geworden, alsook een groot en van gereed schap voorzien gesticht dat meer dan 600,000 fr. had gekost. Men schrijft uit Dixmude: Het gerucht looptin onze stad dat er een vreezelijk ongeluk te Keiem gebeurd is. Een landbouwer dier gemeente is, toen hij zijnen hond eten gaf, plotseling door het dier aangerand geworden en een gedeelte van zijne wang afgebeten. Wij weten niet of den hond razend was, doch dat voorval moet de houders van dergelijke dieren tot voorzichtigheid aansporen. Nu is 't er mee gedaan 1 Wij hebben geenen tijd meer te verliezen. Dat iedereen zijn pakje make om op te trekken naar de andere wereld, want de groote geleerden uit de waar- zeggersschool van Engeland, die doctor Camming aan hun hoofd hebben, zeggen dat de wereld zal vergaan op het einde van 1869. Eerst zullen de zon, de maan en de sterren hun werk laten staan, en als wij licht twillen hebben zal de gaz dubbel werk en ook dubbel winst krijgen. Dat zal zoo vijf dagen duren, en dan zal er een gekraak ge hoord worden, maar een gekraak dat onze gansche planeet in gruisduinen valt. Poef! daar zullen de bosschen, de velden, de steden, de zeeën en de hemelen ondereen tuimelen, en eenen hutsepot uitmaken, waarin menschen en dieren als wortelen en rapen zullen liggen te zwemmen en verdwijnen Dat ziet er lief uit 1 Tusschen 5 en 6 dezer maand, bood zich bij den heer P. B., logementhouder en herbergier op de markt le Meenen, een jongeling aan, oud omtrent 50 jaren, tamelijk van gestal-

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1869 | | pagina 2