VAN fJMEREN, 4 FliAAKEï\ *S J A ARS 398. Achtste Jaar Politiek. Stads.- Kunst- en Letternieuws. Versehillige Tijdingen. Markten. Bekendmakingen. Politieke berichten De klerikale partij. ME KINDERSCHAAR ONZE VOOROUDERS. VOOR IJ PEREN. Fa. 4-50 VOOR BUITEN STAD Aankondigingen: 12 cenliinen den regel. Reklamen25" centimen. J ZONDAG, 7" NOVEMBER 1869. IU'REéi. Bixmndeslraat, 59.Alle inzendingen vrachtvrij. Keizer Napoleon was Zaterdag op nieuw lijdend en kon den ministerraad niet voorzitten, die te Compiègne in den morgend moest gehouden wor den. Terstond was het gerucht té Parijs verspreid dat L. Napoleon hervallen was. waarop de Public zich verhaastte een logenstraffing te geven, ver klarende dat de vorst enkel eenige rhumalispijncn heeft geleden die des anderendaags reeds verdwe nen waren. Men ziet dat het officieus blad de onge steldheid niet loochenthet protesteert maar tegen het gezegde, dat het éene hervalling is, die inder daad erger zou zijn, dan eene voorbijgaande rhu- matismpijn. Dé kiesbeweging heeft te Parijs op nieuw aan vang genomen, ten gevolge van het dekreet tegen den 22 November de kiezers bijeen roepende, die de hoeren Gambetta, Bancel, Ernest Pieard en Ju les Simon hadden gekozen Sn het ontwerp van wet betreffende het lager onderwijs, thans bij den franschen raad van state in.onderzoek, is het kosteloos onderwijs als begin sel aangenomen. Ten laste van den Staat worden gebracht al de geldsommen die noodig zijn om de gemeenten en de departementen te subsidiëeren in de uitgaven voor het gratis onderwijs, zonder op de bevolkingen nieuwe lasten te leggen. In Spanje is de afbreuk tus$chen de unionisten en progresisten definitief geworden, door de aanne ming van het ontslag van M. Siivila, minister van fimnlien. on van M. Ardanaz, Staatsminister, bei den van de partij der unionisten. Deze afbreuk ontneemt den Spanjaarden de hoop die zij koester den, van eene stemming te kunnen uitbrengen met eenparigheid van de drij monarchieke partijen ten voordeele van ecnen vorst. Zij werpt zelfs, een twijfel op de kiezing van den hertog van Genua, die inderdaad kan mislukken, indien de unionisten blijven volhcrden in hunne oppositie en dat de re publikeinen er toe besluiten in de Cortes terug te keeren, om tegen te stemmen. Welke voorzorgen de klerikalen, het is te zeg gen de ullramontaansche dweepers', ook mogen gebruiken om aan hunne strekkingen den naam van verdediging der godsdienst te geven, men ge looft hun niet meer. Tusschen de zuivere leer van Christus en de handelwijze der klerikalen bestaat er een afgrond de godsdienst is voor hun slechts eene dekmantel, waaronder zij hunne plannen tegen vrijheden zoeken ten uitvoer te brengen. Zij miskennen de leer van Christus van den goddelijken stichter van hét christendom, die aan de zijnen beveeide aan Cesar te geventvat aan Cesar toekomt. In plaats van die leus te volgen, spannen de klerikalen alle middelen in om de grondwettelijke overheden, onze instellingen en zelf 's lands onaf hankelijkheid aan te randen, te bespotten, te las teren. Wal zij wenschen en betrachten, is een bestuur dat slechts ecu werktuig is in de handen der bis schoppen een ministerie dat zich onbepaaldelijk aan de kerk onderwerpt en de wereldlijke macht in de handen der jesuilen overgeeft. Dan zou men sehoone zaken zien. en de erfenis sen zouden nog wat meer dan heden te lijden heb ben. Alhoewel dat zij hunne plannen zorgvuldiglijk onder den dekmantel der religie zoeken te verber gen, verliezen de klerikalen meer en meer en van dag tot dag verminderd grond, het getal hunner aanhangers. Sedert 1857 dal liet bestuur van het land hun is ontnomen geworden, hebben zij ongeloovelijk pogingen aangewend om liet gezag weder in handen te krijgen, maar, vruchteloos. Hunne dorst naar Qverheersching, heeft hun on gelukkiglijk zoo wat van hunne voorzorgen doen afwijken en aan de mensehen die wat gezond oor deel bezitten klaarblijkelijk aangetoont, dan in plaats van voor den godsdienst te streven, zij voor hunne zucht naar macht en rijkdom te velde trek ken. Christus zei: Mijn rijk is van deze wereld niet, en de encijclieken willen alle wereldlijke macht in de handen van den Paus. De christelijke leer zegt: Al de menschcn zijn broeders en de ultramontanen hebben ten allen tijde veroordeeld en gemarteld deze die dachten God op eene andere wijze dan zij te mogen aanbid den. Heden nog beliegen en belasteren zij de an dersdenkende en vervolgen ze zelf tot in hun graf. Zij beweeren alléén het monopolium van het on derwijs te moeten hebben; zij maken de scholen, die onder hun bestuur niet zijn, uil voor zede- en Vicloi'ien Vaude Weghe. G. Rotiers. itaamaemmm miinrmnniiiniiiBiMnii» a DE OMST Ik heb ze lief, die kinderschaar, die levenslustig' heên en weder in ongestoorde vrijheid leeft en stoeit krioelend als een bijenzwerm, zoo springend, dansend op cn neder, dat 't zweet hun van de bolle wangen vloeit. 'ik heb ze lief, die kinderschaar, die mijmerendmij doel herdenken aan duizend stonden mijner teêdre jeugd vervlogen tijd, die we in begoocheling nog voor het oog soms wenken, met al 't genot der uitgelaten vreugd Een koning is het kind zijn kroon in 't vlekloos rijk der hope, is slechts een krans van bloemen en van groen het zwaait zijn staf in 't rond, wanneer het, aan ons hart gekropen, het ons zijn liefde biedt in lach en zoen. Eens burger wordt het kind de vreugd van 't ouderlike harte, eens als de wereld het die kroon ontrukt eens als de werklikheid het kluistert, als de bange smarte 't gemoed door kommer en door zorgen drukt. Geschiedenis, uw gouden bladen Getuigen van den leeuwenmoed En van de vrome reuzendaden Der helden van het Dietsclie bloed. Stijg op,mijn geest,stijg op! ontvluch den aardoliën kluister! Verbeelding kent geen dwang noch duit geen nachiüjk duis- [ter Verheven Dichtkunst, sterk, ontvonk, ontgloei mijn hart o Zangster zing een' taal waard van een vlaamschen Hard 'kVoel 't heilig dichtervuur reeds bruisen door mijne aderen. Ik zie, in 't ver verschiet, den heldenmoed der vaderen In vollen luister zich ontvouwen aan mijn oog. Ik min dat leeuwenras, dat voor geen vreemden hoog Zijn vrijheidskreet klonk steeds,langs veld en dal en heuvelen: Hier overwinnen of als helden roemvol sneuvelen Dien onverdoofbren kreet, die u geheiligd scheen, Bleeft gij altoos getrouw, door alle tijden heen Van u schreef Gesar eens: in 't kleine land der Belgen Vindt men voorwaar en de eêlste en dapperste aller telgen. Weest fier, o Belgen, op uw roemrijk voorgeslacht Het deinsde nooit terug voor vreemde overmacht Het gaf in Prèle 's veld hiervan de klaarste blijken, Daar wilde 't niet voor 't heir van 't woeste Rome wijken Het was voor 't Vaderland dat het ten strijde toog Wat ijzren hand soms zwaar op zijne schoudren woog, Uit liefde tot den Vorst en 't welzijn van den Lande, Zag men het meer dan eens èn have èn goed verpanden. Gezworen vijand van bedrog, verraderij, Het leende nooit de hand aan snoode bastaarddij Geschiedenis, uw gouden bladen Getuigen van den Leeuwenmoed En van de vrome reuzendaden Der helden van het Dietsche bloed. IJperen, October 1869.

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1869 | | pagina 1