VAN IJPEREN
4 FRANKEN 'S JAARS
Nr 427. Negenste Jaar.
Politiek. Stads,-Kunst-en Letternieuws. N'erschillige Tijdingen. Markten. Bekendmakingen.
Pol itieke berichten
Fijne polemiek van 7 nieuwsblad
VOOR IJPEREN. Fr. 4-50 VOOR BUITEN STAD.
Aankondigingen 12 cenlimen den regel.
Reklamen: 25 cenlimen.
ZONDAG. 29" MEI 1870,
Bureei. Dixmudestraat, 59.Alle inzendingen vrachtvrij.
Het voornaamste politiek feit. dat wij' hebben te
melden, is de redevoering van keizer Napoleon,
van onbeduiden aard welke hij uitgesproken
heeft ter gelegenheid der overhandiging van de
stemming der plibiscite.
De keizer, die er goed geluimd en gezond uitzag,
werd zeer toegejuichd in de zaal, evenwel min dan
de keizerin, die wezelijk werd toegejuicht.
De heer voorzitter Schneider bekwam met zij
ne redevoering tamelijk veel bijval, vooral toen hij
bij het einde zijner redevoering, eene vrijzinnige
verklaringen deed hooren.
De redevoering van den keizer is een gewaand
programma, van het gouvernement.
De eenigste duidelijke verklaring, die de rede
voering behelst, is, dat het gouvernemet niet zal
afwijken van de vrijzinnige gedragslijn, dat het
zich heeft afgeteekend.
Yolgens den Temps is de redevoering van den
keizer geheel kleurloos en drukt zich maar duide
lijk op een enkel punt uit, namelijk dat de ontbin
ding der Kamer geene plaats zal hebben.
De Officiëele Gazelle van VYeenen, kondigt
eene circulaire af aan de diplomatieke agenten van
Oostenrijk bij den vreemde, nopens het programma
van het ministerie Potocki.
Bij keizerlijk besluit is de oostenrijksche Kamer
der Gedeputeerden ontbonden en zijn er nieuwe
kiezingen bevolen.
Een tweede dekreet ontbindt al de Provintiale
Landdagen, uitgezonderd degene van Boheme, en
beveelt nieuwe kiezingen.
Uit Madrid meldt men, dat maarschalk Esparla-
ro van alle kandiduur tot den troon afziet.
De beiersche Kamer van Afgevaardigden heeft
een voorstel tol afschaffing der doodstraf met eene
meerderheid 9 stemmen verworpen.
Uit Berlijn meldt men dat het parlement met
127 stemmen tegen 119 het behoud der doodstraf
in het wetboek heeft gestemd.
Er is sedert eenige jaren eene nieuwe partij in
ons land ontstaan, zij heeft den naam van vooruit
gaande partij aangenomen, en is samengesteld uit
eenig misnoegden die, kost dat kost, aan het Staats-
roer willen geraken, en uit eene menigte jongelin
gen die vol begoocheling en edelmoedige inbeeldin
gen, veronderstellen dat het menschelijk geslacht
volmaakt is, en dus met de noodige hoedanigheden
is begaafd om vrij van driften en van eigen belang
door een gemeenebest te worden bekeerd.
Zij beelden hun in dat de toekomst hun toebe
hoort. en schijnen overtuigd te zijn dat de republiek,
de vrijheid gepaard met den voorspoed, zou voor
uilkomst hebben, en om hunne begoochelingen ten
uitvoer te kunnen brengen, preêkcn zij de over-
drevendste grondstelsels aanin de hoop van in
hunne pogingen te slagen stellen zij zich als voor-
staanders van het algemeen kiesrecht.
Zij verslaan niet dat het een wapen is met eene
dubbel snede, en nogtans al hetgene bij onze ge-
buren heeft plaats gehad, heeft hun moeten over
tuigen dat het algemeen kiesrecht rechtstreeks
leidt, of tot het dispotismns of tot regeerloosheid.
Maar wat doet hun dat? Zij zouden graag de grond
wet, die gedurende 40 jaren den naam, de vrij
heid en den voorspoed van ons Belgic heeft
verzekerd, zien veranderende eene die aan de
clericale partij toebehooren, omdat die grondwet
sedert meer dan 25 jaren een beletsel is geweest
om de jesuitieke vorderingen te bewerkstelligen, de
andere omdat zij zich inbeelden van hunne hersen
schimmen te zien verwezenlijken, en een derde
gedeelte uit afjonstigheid dergene die iets meer be
zitten dan zij; het zijn deze die men socialisten
noemt, en die de gevaarlijkste zijn omdat zij zich
inbeelden dat, met al dat bemiddeld is ten onderen
te brengen, zij den toestand van het lagere volk
zouden verbeteren, terwijl hel tegenovergestelde de
waarheid is; want, zonder pracht kwijnen alle am
bachten, de werken worden opgeschorst, de koop
handel is gedoodigd en de nijverheid wordt over
tollig.
De aanhangers van het socialismus weten zoo
wel als iemand dat zulk een regima onmogelijk is
en tot den ondergang der maatschappij zou geleiden;
maar dat is hel minste hunner bekommeringen
zij willen aan het roer geraken om het staatsschip
te doen stranden, in hoop van zich van een gedeelte
der rijkdommen te kunnen meester maken.
Wat de clericalen betreft, zij aanzien het als
eenen middel om het ministerie omtewerpen en
het jesuiliek beheer te kunnen doen herleven, zij
verhopen met de grondwet te doen hervormen al
de schikkingen die hun tegengaan er uit te kunnen
doen laten, de ongelukkige door hunnen baatzucht
verblind, gevoelen niet hoe een lijdelijke zegepraal
hun nadeelig zou kunnen worden, wanneer men
eenen steen uit de fondatie van een gebouw trekt
er is gevaar dal het in puinen zou vallen en in zoo
een geval zouden zij de eerste daar onder verbrij
zeld zijn.
Wijders wij houden staande dal hel in de ge
zonde reden beslaat van het kiesrecht te beperken
aan het gedeelte der bevolking dal iels te verliezen
heeft, de andere zoeken dikmaals onrust en gelijk
hel onlangs inFrankrijk plaats heeft gehad, hebben
te veel strekkingen om de maatschappij in verwar
ring te brengen.
DE ROOVERSBENDE VAN LANGRAND.
Talrijk zijn de miljoenen, welke door de onge
hoorde kuiperij der kalholijke bende uit den zak
der familiën Langrands geklopt zijn.
DE TOEKOMSf
Over eenige Weken drong dit schrander cn heilig modder-
biad aan opdat de Toekomst hem een antwoord zou gegeven
hebben over eenen smeerlap van Chatelet, een broeder-onder
wijzer. Nü dit gedaan zijnde, zwijgt dit papiertje alsof het
nood de Toekomst tü- over zou geschreven hebbenEh!
waarom niet?., het zwijgt wel dat het zweet over de roofvo
gels Langrand en consoorten, over Debuck, over Engelmuns
ter, over alles wat alzoo in name Gods, van den Paus, en met
den mantel van Religie omhuld, door de kopstukken der Ka-
tholijke partij gepleegd wordt
T'einden van zijn Jatijn, het arm beestje weet niet meer
waar zich wenden en wat zeggen om het gerucht der schand
daden en struikrooverijen die men voor de rechtbanken ziet
ontrollen, te verdooven, en om zijn spel te duiken het onnoo-
zelaartje valt uit tegen de Toekomst (die dat volkje durft aan
den schandpaal hechten), en zegt met de heiligste veront-
weerdiging, welke men kan verwachten van eenen rechtzin-
nigen verdediger van al zulken hutsepot: <c Gij zijt schijnhei
lig, gij zijt liberaal en gij verkoopt kerkboeken!....
Wel, wel Nieumsbladje, mijn mannetje toch, wie had er
zooveel verstand van itwént wege verwacht
Hoe? gij zegt u katholijk en gij tracht een politieke vijand,
uwen medemensch te beschadigen. Wij wisten wel dat velen
gezalfden des Heeren zich, uit haat, zóó verlaagden zich als
commisvoyageurs aan te stellen om praktieken voor den win
kel van hunne gazetten aan te winnen, maar het durven druk
ken, dat overtreft alles,.... en't is niet zeer slim! Wanneer
men door noesche werkingen schade aan zijnen concurrent
doet door zijne koopwaar te misprijzen of zijne rechtzinnig
heid in twijfel te trekken, dan kan de benadeeligde aanspraak-
maken op schadevergoeding. Politiek, zooveel gij wilt, maar
stoffelijke schade, neen. Wij raden u er op na te denken.
Gij maakt uwe lezers wijs dat de liberalen geen geloof heb
ben dat zij den godsdienst verachtendat zij zijne dienaars
beschimpen en vervolgen; enting, dat zij vloeken, den Vrij
dag vleesch eten, in baldadigheid leven Gij durft zulke leu
gens drukken, en gij weet dat een liberaal meer godsdienst
in zijn kleinen vinger beeft dan veel catholijken van eerste
soort in geheel hun lichaamtje. Gij verstaat door geloof heb
ben, dat men danse zooals gij schuifelt, dat men zich onder
alle voorwendsels geld late a'fdroogen, dat men de oogen toe
doe wanneer een van de uwen een schandaal uitsteekt, ha dan
is men een van de goê, dan mag men alles verrichtende
grootste dieften, de vuilste daden
En wij, liberalen, wij gelooven wanneer iemand faalt het
voor ZIJNE rekening is maar wanneer hij met opzet de we
reld wil bedriegen, men onze evenmensch moet waarschou
wen en den bedrieger, wie hij is, het masker afrukken.
Gij betracht de wereldoverheersching door oordeelver-
stomping. Wij bevechten uwe hebzucht door licht en onder
wijs; doch wij verkoopen kerkboeken!
Langrand en zijne medeplichtigen mochten, volgens hef
logiek van 't Nieuwsblad, kerkboeken verkoopen, en nogtans
zii hebben miljoenen in hunnen zak gestoken en duizende
huisgezinnen in ellende gedompeld!
'k Heb d'eer u den goeden dag te wenschen, Confratertje,