Stads Nieuws. Briefwisseling dep Toekomst. VerscSiilSige tijdingen. BURGERSTAND Sterfgevallen. nammuBtam IJperen, 25 Maart 1871. Vlaamschc Ster. - Mijnheer de Opsteller, Ik denk dat ik aan mijne hoedanigheid van Vlaming zou te kort blijven indien ik uwe welwillendheid niet inriepe om een plaalseken te verzoeken in de kolommen uws journaals, ten einde mijnen indruk mede te deelen over de vertooning van Zondag laatst, gegeven door de heeren liefhebbers der Vlaam- sche Ster. Pas eenige dagen in stad, zocht ik natuurlijk naar tijdver drijf, alles wat mij eenigzins tegenlachte nam ik gretig te baat om, bij mangel aan vrienden en kennissen, mij in uw stadje niet te vervelen. De verledene week ontwaarde ik op de hoeken der straten een plakkaart eene Vlaamsche vertooning aankondigende. Ik zegde in mijn zelve ziedaar eene goede kans om eenige uurkens over te brengen; doch ik moet be kennen dat ik mij geenszins verwachtte aan hetgeen ik er ge zien en gehoord heb. In eene stad van 5" rang, zooals IJpe- ren, is het niet te verm'oeden eene maatschappij aan te treffen die in grootere steden niet misplaatst zoude zijn. Inderdaad ik moet bekennen dat ik niet weinig verwonderd stond, want buiten eenige punten (bij liefhebbers lichtelijk te vergeven) werd het eerste stuk Twee Hanen en een Henne goed weggedragen. Het tweede stuk Een Man te Trouwen liep net als op rollekens en het verrade drij tooneelkunste- naars, vooral de Jufvrouw. liet derde Tamboer Janssens werd met zooveel gelijkheid en samenhang op de planken ge bracht, dat ik vrij en vrank zeggen mag dat de heeren der Sterre zich aan het hoofd der vlaamsche beweging in het vak der Tooneelkunst, g< plaats hebben. Zang, kostumen uit spraak, alles hong samen om de gewrochten van den be treurden Van Peene onberispelijk te vertolken Ten slotte, heer Opsteller, ben ik gelukkig te mogen verze keren dat ik dikwijls Vlaamsche verlooning hebbe bijgewoond, het is mijne echte liefhebberij, en dat ik nergens op eene zoo overheerlijke wijze de avond heb doorgebracht dan te IJperen in de vertooning der Vlaamsche Ster op Zondag 19 Maart 1871Ontvang, enz. Ad. Gilles. Dit hierbovenstaande geeft getrouwlijk weder de indruk welk algemeenlijk de Vlaamsche Ster op den vreemde uitoe fent. De IJperlingen die er aan gewoon zijn nemen er geen acht op en weten deze maatschappij r.aar waarde niet te schat ten. Wij die weten hoeveel moeite zulke liefhebberij kost, geven hier op onze beurt onze bedanking aan die moedige mannen, wij bedanken afzonderlijk de heer M. die door zijne welwillende wedewerking zooveel medegeholpen heeftom het welslagen van den avond te volmaken. Het publiek heeft hem insgelijks, bij zijne optreding, zijne sympathieke welkom- groet toegezwaaid. Op Tweeden Paaschdag zal de laatste vertooning plaats heb ben, zij zal bestaan in Een üan else tie lir«ek draagt, De feaas uit «less K®«9«less Esel en Vader Cats. Diefstal. - Een kerel, oud 19 jaren is, Zondag, 12 dezer, alhier op de Groote-Markt bij den kraag geval ge weest op heeter daad betrapt met een zakuurwerk te stelen. Het schijnt dat hij nog medeplichtigen zou hebben. Aanhouding. - Maandag, 15 dezer, is er alhier door de politie een krangzinnige, oud 50 a 52 jaren, aan gehouden geweest en in de bewaring-zaal (de Beurze) ge bracht. Het schijnt dat het zekere Augnste Duister is, werk man, geboren te Thourout en wonende te 4ertryke. bal. - Twee jongelingen die zich Zondag nacht op het Bal heerlijk vermaakt hadden, zijn Maandag met den vroegen, om de gezonde lucht in te ademen en zich uit te rus ten van de vermoeinissen des vóórigen nachts, met peerd en rijtuig een wandelingsken gegaan. Bij hunne terugkomst zijn zij tusschen IJperen en den Verbranden Molen in eenen gracht getuimeld, doch zonder ongemak, ten zij dal het rij tuig merkelijk beschadigd is. Priesterlijke beuoeminseii - M. Dambre, onderpastor te Langemarck, is onderpastor te Iseghem be noemd; hij wordt te Langemarck vervangen door M. Dc Sauw, professor in het koliegie van den II. Vincenlius te IJperen. De heer Aguttes, pastor te Luingne, is in dezelfde hoe danigheid te Houlhem (dekenie MeenenJ benoemd. Agslsess-Hof vssza West-Vltaait«leren Lijst der Jureè'n aan hel gerechterlijk arrondissement IJperen hehoorende, geroepen voor de le reeks der 2e zitting van 1871, welke zal geopend worden le Brugge, den Maandag 24 April toekomende, onder het voorzitterschap van M. de Raadsheer Coevoet. 1. Hynderick, Karei, grondeigenaar te IJpeien. 2. Therry, Jan, Notaris te Nieuwkerke. 5. Vandevyver, Aug., brouwer te IJperen. 4. Vandermeerseh, Dësiré, grondeigenaar le IJperen. 5. Nouwynck, Pieter, landbouwer, te Noordschote. 6. Pieters, Lodewijk, gemeente-raadsheer, te Langemarck. 7. Van Hove, Karei, idem, idem. 8. Dhondt, Henricus, grondeigenaar te IJperen. Van «leaj 'S7 tat «less 24 Blaart. GEBOORTEN 1) te Z3men' 5> Ruffelet, Arsenius, 70 j., garentwijnder, ongehuwd, Mee- nenstraal. Tack, Carolus, 29 jaren, zonder beroep, onge huwd, Elverdingstraat. Cleenewerck, Adolphus, 51 jaren, kantonier, echtgenoot vao Rosalia Lippinoo, Meenenstraat. Guyson, Maria, 55 j., zonder beroep, echtgenote van Bene- dictus Dethoor, Lombaardstraat. Vermeersch, Cicilia, (54 j., landbouwster, echtgenote van Jacobus Lignel, S' Jacobs- nevens-Ypre. Lambrecht, Cilina, 15 j., Langemeersch. Kinderen beneden de 7 jaren. Mannelijk geslacht, 5. Vrouwelijk idem, 5. tezamen 8. Poperinghe, 22 Maart 1871. Nog ccjï woord oji Bouiubotimbouui. Het artikel over de Verclirislelijking der Geneeskunde heeft zijn effekt gemaakt. Wij zien inderdaad dat de mannen die er aanleiding aan gegeven hebben door de luidruchtige apothéose waarmede zij hunne katholijke eskulapjes in de ko lommen van het Nieuwshled vereerd hebben, over hun trom- melgespel beschaamd geworden zijn, en dat zij aan het gelach der Toekomst niet weten wat antwoorden om zich te ver- schoonen. Hunne schandelijke perten afliegen is het best wat zij kunnen uitdenken. Neen,antwoordt decorrespondent van het vuilblad, wij zijn geene kwakzalvers; al wat de schrijve- laar der Toekomst beweert is valsch; verkeerde aanhalingen, verminkte plaatsen en weglating van context, ziedaar zijne gewoone wapens. Wij bidden onze lezers het Nieuwsblad van 25 Februari open le slaan, zij zullen daar vinden 2° bladz. 4ekol., al onze uittreksels van het katholijk factum in het midden van het achtergelaten context (dat gansch den artikel uitmaakt), be halve nogtans het muzikaal refrein dat al wie scamoteurskoten gezien heaft genoeg van builen kent. Eene tweede afloochening is het geval van een zieken kerk bediende aan wien het verboden is geweest zijn gewoonlijken geneesheer te nemen omdat deze liberaal was. Dit verbod is hem gedaan geweest door een man die de macht heeft van over zijn bestaan te beschikken en wiens naam iedereen kan raden. Het Nieuwsblad doel ons vele eer met de zinsnede te her halen waarin vv ij zeggen dat wij de versehillige soorten van kretins kunnen missen die maar goed zijn om den bak dei- vette zwijns te vullen. Al wie begrijp heeft zal wel weten wat wij hierdoor willen zeggen, en zal wel gevoelen dat ons in zicht niet is van op ons bestaan te willen boffen om van een anderen kant eene onbepaaldelijke baatzuchtigheid te toonen, 't geen niet wel kan te-samen staan. Wij zijn niet min gevleid over de melding (hoewel zonder context) der goddelooze woorden die het opsluit van onzen aangeranden artikel maken.Deze woorden behelzen de redens van onze zoogezeide goddeloosheid en laten zien dat wij niet w illen loebehooren aan de sekte die juist het tegenovergestel de doet van hetgeen het Evangelie ons voorhoudt en van het geen onze Zaligmaker aan zijne discipels geleerd heeft. Hoe, vroelelaars van het Nieuwsblad, gij noemt dat eene ket terij? Maar gij zelve zijt ketters, zonder het misschien te we ten. Verblind door uwe driften het Evangelie is in uwe han den een doode letter geworden. Wat zeg ik? het is een boek van bedrog, van verderf en van revolutionnaire leering ge worden Op alle plaatsen van het Heilig schrift hebt gij deszelfs ze delijke en verhevene teksten vervalscht. Waar het Evangelie spreekt van broederlijke liefde en eendracht onder de men- schen, gij hebt aan die woorden de beteekenis gegeven van haat en nijd en twislzaaiing in de familien waar het Evangelie spreekt van gedoogzaamheid en verzoeninggij verstaat hierdoor onverdraagzaamheidwraak en eeuwige vijandschap; de woorden ootmoedigheid en onderwerping vertaalt gij door hoogmoed en heerschzuchtde woorden armoede en versterving vervangt gij door rijkdom en buik- vulling; de w oorden zelfverloochening en rechtveerdigheid zijn bij u baatzuchtigheid en erfnisrooverijde woorden waarheid en rechtzinnigheid zijn bij u lastering, kwade trouw de woorden deugd, vreedzaamheid en gelitk zijn bij u dvrceperij, vervolging en verdoemenis. De Zaligmaker zegde aan zijne apostels «gaat en onder- wijstal de volkeren en gij houdt de menschen in de dom heid zoo veel gij kunt om hen te beter te kunnen exploiteeren en onder uwe dorainatie te houden. De Zaligmaker verscheen aan hel volk in een eenvoudig gewaad en reed ootmoediglijk op eenen ezel, en men ziet uwe bisschoppen vol edele pracht vervoeren in koetsen en karossen, zoodanig dat wij eenen ge kend hebben wiens buik eene geheele calèche vervulde °en tot buiten de wielen overhangde. Men ziet de Ecce Homo met een rieten scepter in de hand en een doornen kroon op het hoofd, en gij wilt dat zijne plaatsvervangers van hoofd tot de voeten in koningen gekleed zijn. Hij zegde ugeef aan Cesar 't geen aan Cesar toekomt, en gij stelt u zelve in de plaats van Cesar, en, terwijl gij dagelijks zingt: et in terra pax homi- nib usgij brengt alle landen in verdeeldheid en omwenteling ten einde, tegènstrijdiglijk aan de leering van Christus, u het rijk van deze wereld toe te eigenen. En gij zijt dan verwonderd dat wij uwe hedendaagsche re ligie eene nieuwe sekte noemenEn gij durft de liberalen uitmaken voor mannen zonder religie omdat zij zich aan uwen cathechismus niet onderwerpenDe liberalen kennen de ware religie; maar zij stellen maar hun vertrouwen in priesters die zich met de wereldsche zaken niet bemoeien, 't Is daarvoor dat vele de tempels ontvluchten waarvan men eene markt maakt, en dat men hen dikwijls eenen biechtvader ziet zoeken onder de kloosterlingen die zich met niet anders dan met den Hemel bezig houden. En daarmê punctum. X. Eene diefte met overklimming en inbraak is de verle dene week in de kerk der gemeente Wijtschaete bedreven geweest. De dieven zijn door eene der kassijnen van de zijbeuk gedrongen, waaronder een biechtstoel staat en waarop de dieven zich hebben laten neêrzakken, waarna zij zich langs 't houtenwerk hebben laten afglijden dat nog de sporen van hun benedenkomen draagt. Verscheidene offerbussen zijn geo pend en van het geld dat zij inhielden beroofd geworden. Het schijnt dat er geene poging tot verdere diefte gedaan geweest is. Het is nog geen jaar geleden dat dergelijke misdaad in de zelfde kerk bedreven is geweest, en bijna in dezelfde omstan digheden. Door den Onderrichtshondwordt er het heele laijd dooreen petitionnement ingericht, om van de Kamers te ver krijgen, det het princiep der leerplichtigheid in de wet zou worden geschreven. Dat verzoekschrift, is door den Onderrichtbond ter onder- teekening aanbevolen, aan allen die den vooruitgang cn hel welzijn des vaderlands behartigen. Eene groote misdaad is den 11 dezer te Ruddervoorde gepleegd. Deblauwe, jongman, bij zijne ouders wonende, zou de zoon der weduwe Vangheluwe, oud 8 a 9 jaar, bij de beenen gegrepen en hem in eenen waterput geworpen hebben. Hel gevaar ziende waarin hel kind verkeerde, zou Deblauwe hel achterna gesprongen zijn en beiden hebben er de dood in gevonden. Het parket van Brugge, van deze zaak onderricht, heeft zich ter plaats begeven om een onderzoek te doen. Na eenige personen onderhoord te hebben, zijn de twee broeders van Deblauwe in hechtenis genomen. Men zegt dat zij verdacht zijn hunnen broeder zelf in den waterput le hebben ge- worpen. Den 10 dezer heeft te Heist een beweenlijk voorval plaats gehad. Inwooners dier gemeente zagen het licht van vlam men in eene kleine woonst, die schenen van eenen brand le komen en binnendringende vertoonde zich een droevig schouwspel aan hunne blikken. In het verlaten huisken zag men eene wieg gansch in brand, waarin een kind van 7 a 8 maanden lag, hetwelk eene onvoorzichtige moeder sinds ver scheidene uren alleen had gelalen om in 't veld te gaan wer ken. De wieg, te dicht bij de sloof geplaatst, had langs zijden vuur gevat en het arme schepsel was aldus tot kool verbrand, De engelsche schooner Tomas Hope, kap. Sims, met 350 vaten naphte geladen, door M. J. B. Michiels, van Antwerpen, bevracht en voor Frankrijk bestemd is ten 18 dezer, ten 7 ure 's avonds den prooi der vlammen geworden. De vlammen stegen hemelhoog; de polders van Calloo en omstreken waren er schitierend door verlicht men zag gansch Austruwecl als hij klaren dag. Op het schip waren vier menschen, namelijk de kapitein en zijne vronw, en 2 matrozen. Wat het gevaar nog vergrootte, is dat er verscheidene groote schepen, met pelrool geladen, in de nabijheid lagen, alsmede een fransch schip, dat met 40,000 kilos buskruit ge laden was. Ondertusschen werd de kapitein Simms met zijne vrouwen twee matrozen gered maar de kapitein had zijn been gebro ken en de drie anderen hadden min of meer zware brandwon den bekomen.Er blijft niets meer van 'tschipover dan de romf welke men aan den dijk van den linker oever heeft vastgelegd- 'l Is verbazend als men nagaat wat sommen er te Parijs voor den oorlog aan het tooneel gegeven werden De Opéra trok 920,000 fr.; de Théatre Francais, 240,000 frde Opéru-Comique, 240,000; fr; de Italiens, 100,000; de Théatre Lyrique400,000; de Odéon100,000; totaal. 1,700,000 fr. De heer J. Simon wil die subsidien totaal afschaffen. ïf heeren Thiers en Picard zijn voor eene vermindering. De municipale raad van Atrecht (Arras) heeft dankzeg' gingen gestemd aan de belgische geneesheeren die deel van tl' ambulansen bij het Noorderleger gemaakt hebben over hunne menschenliefde en zt-ifsopoffering. De korrespondent van den Times heeft bezoek afgelegd in den Berg van Bermhertigheid te Parijs. Hij heeft aldaar 100,000 uurwerken gezien en 25,000 verpande pendulen, daarbij 2,000 loergiazen, 2,500 matrassen en 1500 scheere"- In deze schuilplaats van ellende, vindt men diamentensierad'1 welke hunne smaakvolle eigenaarsters eertijds gingen losse11 om er mede zich op te tooien in de bals der Tuilerien en weer des anderdaags te verpanden. Zoo ook koepons kan1' werk, kachemieren en batisten zakdoeken kostelijk gebot' duurd. In den Berg van Bermhertigheid bestaat eenen ref>e'l, scherm aldaar over 18 jaren te pande gezet en waarvoor eigenaar niet opgehouden heeft den intrest van de waarde betalen.

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1871 | | pagina 2