OLIEKOEREN.
Stads Nieuws.
BURGERSTAND
Huwelijken.
Sterfgevallen.
ZIJ ZIJN t'eINDE HUN LATIJN.
Tonaliteit gered zijnhet vlaamsch en het waalsch ele
ment zouden eene ineensmeltirig ondergaau welke het
bestaan van ons Vaderland, zou bevestigen.
Wij vragen dus wie van ons beiden rechtzinnig den
naam van Vlaming waardig is?
Met onze. Thuindagfeest, en onzen opstelier die zich met
de oliekoeken gelast zich in stad niet bevindende, zuilen wij
de de bakte lot binnen acln dagen uitstellen en de twee
ovens alsdan samen opdisschen. Nota der Redalctie.
Uperen, 9" Augusti 1873.
Concert. - Zondag avond hebben de vreemdelingen
en de ingezetenen tegenwoordig geweest in een schitterend
concert gegeven door onze koorzangersmaatschappij en de
muzieken der pompiers en van het l"le linie.
De opening werd gedaan met eene zeer weigezongen koor,
gevolgd door de Koninklijke Cantate van M. Otto, met bege
leiding. Daarna eene marche van 31. Simar (door de beide
muzieken) en het werd gesloten door de Brabanqonne. De
uitvoering van al de stukken zijn met veel kunst gedaan ge
weest, en bestuurders, zangers en muziekanten verdienden
volledig de toejuichingen hen van wege het publiek zoo
mildelijk toegezwaaid.
Vlaamsche Ster. - Maandag namiddag gaf deze
belangvolle Tooneelmaalschappij eene buitengewone schoone
v rtooning gratis, ter gelegenheid van onzen jaariijkschen
Thiiindag.
Een zeer ordentelijk publiek samengesteld uit alle standen
bekleedde geheel de ruime hallezaal van onder den toren tot
aan den ingang aan de Aalstraat. Daaraan moeten wij zien dat
tien smaak naar bet vlaamsch looneel meer en meer onder
onze volksklas begint te winnen.
De akteurs-1 iefhebbers hebben, op het zien van zoo een
talrijk en echt vlaamsch publiek, zeer gewetensvol hunne
verscheide rollen meesterlijk vertolkt, en getoond dal zij
zich dagelijks meer doordringen van het gewicht hunner
edele taak.
De Vlaamsche Ster, spijts alle verliezen, tegenkantingen en
laster, staat vast als eene rots. De vertoonitig van Zondag
laatst heeft ons haar laten waardeeren.
Onze dank aan de edelmoedige ondersteuners en geleider»
Onze dank aan het vlaamschminnend publiek!
Onze dank aan de moedige leden
BupgCï'wrtctit. - Maatschappij Cijbeischullers.
Uitslag der Schieting van den 4 Oogst
i" Hoogst getal punten.
1° prijs, üccoene, H. kapitein. Commissaris.
2" prijs. Cardinael, L., id. Voorzitter.
5e prijs. Vergracht, L., wacht.
4" prijs. Vergracht, E., id.
6® prijs. Vandaele, F., onder-luitenant.
6" prijs. Joye, Ch., brigadier.
7" prijs. Poot, 11., wacht.
2° Schoonste wit.
ie prijs. Ligy, A., karporaal.
2e prijs. Englebert, C., arlilleur.
5° prijs. Dumon, A., wacht. Commissaris.
5° Schutters die, geene prijzen behaald hebbende, het
meeste getal ballen in 't blazoen geschoten hebben.
1° prijs. Candaele, J., wacht.
2a prijs. Fiers, 11., id.
3° prijs. Swekels, L., id.
4" prijs. Vantholi, H., serjant-majoor.
Ongeval. - Dinsdag namiddag, rond a uur, is het
peerd van 91. B. Sonneville, door een der groote spiegel
glazen van ons bureel geloopen. Niels dan stoffelijke schade
is aan te stippen.
- Dinsdag namiddag is M. Glorieus,
te Uperen door eene gelukkige opvaart de lucht in gestegen.
Men zegt dat hij te Becelaere neergedaald is.
De voorbereidselen werden gedaan op de Leet, recht over
de Kloosterpoort.
pakkeftoelit. - Woensdag avond hadden wij in
onze straten ren echt schoon schouwspel. Ten 9 ure vertrok
de stoet van recht over de hoofdwacht. Deze stoet was samen
gesteld uit de muzieken der Pompiers en liet Regentent, al
de trommelaars en hoornblazers der heide korpsen, het korps
Pompiers, detachementen Burgerwachten en Kanonniers, pe
lotons peerfienvolk, r nz. De stoet was geopend door vier reien
Pompiers (dragers van brandende fakkels); langs de stralen
waar uien dooi trok waren van afstand tot afstand pa'en ge
steld waarop men bengaalsche vuren van verschillige kleuren
ontstak. Na de Markt, de Rijselstraat, de Oude Klcêrmar kt,
S' Jacobs Hieuw weg, de S' Jacobstraat, de Thouroutstraal,
S' Maartens Nieuwweg, de Recoilettestraat, de Nieuwe Hout
markt, de Boesinghestrsat, de Leet, de Boter»taat, de Tem
pelstraat, de Vleeschbouwerstraat dooi kr i st te hebben,
eindigde men aan de statie-plaats. De tocht heeft juist eene uur
geduurd.
Itkademie. - Donderdag laatst heeft in de flalie
plaats gehad de prijsdeeling aan de leerlingen der koninklijke
akademie van schoone kunsten en der professionneele school
onzer stad.
De plechtigheid werd voorgezeten door den heer Beke,
Burgmeester der stad, bijgestaan door een groot getal leden
van den Gemeenteraad, van 31. Carton, voorzitter, en door de
leden der besturende kommissie, alsook door de Burger- en
militaire overheden, het onderwijzerskorps der akademie en
professionneele schooi, enz. Er was insgelijks een talrijk
publiek.
31. de Directeur ging den heer Burgmeester en de andere
overheden aan den voet van d'estrade ontvangen.
De plechtigheid is geopend geweest dooc 31. Auguste
Böhm, die in eene aanspraak, welke wij met spijt heden niet
kunnen inédedeefen, doen uitschijnen heeft hoeveel invloed
en gewicht de kunst op de hedendaagsche maatschappij
uitoefent en de noodzakelijkheid het aanleercn der tecketi-
kunst den ouden slenter te doen verlaten waarop men reeds
te lang gedwaald heeft, om dezelve de noodige stappen des
vooruitgang» te doen doen door de ondervinding aange
wezen.
M. de Bestuurder heeft zijne redevoering gesloten door
zijne levendigste bedankingen aan geheel de akademie toe te
sturen, aan de Gemeente 'overheden, die alle gelegenheden te
baat neinen om aan deze aangelegene instelling alle blijkens
van toegenegenheid en ondersteuning te geven.
Men heeft opgemerkt dal noch Burgmeester, noch
Schepens, in den stoel (ter gelegenheid van de prijsdeeling der
akademie) te zien waren de afwezigheid van deze ambtenaren
heeft lot veel opmerkingen aanleiding gegeven welke wij ons
onthouden hier te herhalen. (Ingezonden).
litsecüjtfjesweesluiiis. - Dit gesticht onder veid
oogpunten opmerkelijk, heeft dit jaar voornamelijk veel bijval
verworven.
In de prijsdeeling der akademie en professionneele school
zijn er acht leerlingen bekroond vijf medailjen, waarvan
3 eerste en 2 tweede prijzen 3 tweede prijzen en een derde
prijs in boekeu zijn insgelijks hun ten deele gevallen.
Exam». - M. A. Ligy, leerling der Universiteit vaD
Gent, heeft met onderscheid zijn exaara van eerste doctoraat
in de rechten afgelegd.
Tan tiers 1" tot den ts" Angnsti IS73.
GEBOORTEN Manne!ijk geslacht 5)
urmuutujux Vrouwelijk 4) e *sracn»
Blaccke, Theophilus, metser, on Therry, Maria, kantw. -
Mortier, Ludovicus, schoenmaker, en Stekeiorum, Maria,
waschster. Braem, Josephus, stoelmaker, en Dehandt,,
Amelia, dienstmeid. Alleman, Henricus, landbouwers
werkman, en Jonckheere, Maria, kantwerkster.
Doolaeghe, Amelia, 77 j., z. b., ongehuwd, Meeuenstraat.
Baeckeroot, Barbara, 72 j., weduwe van Franciscus
Petyt, Boteistraat. Lauwerens, Gaspard, 62 j., winkelier,
echtgenoot van Maria Dejonghe, Kiekenmarkt. Nevejans,
Slaria, 27 j., kantw., echtgenote van Ludovicus Potte!,
Meeuenstraat.
Kinderen beneden de 7 jaren' g<"s,acnt j>) 3
J Vrouwelijk idem. O)
6 Augusti 1373.
Sedert eenigen tijd antwoorden de gekruinde correspon
denten van T Nieuwsblad niet meer aan onze artikels of aan
hetgeen zij in den grond bevatten maar, waarsc'hijnelijk om
dat zij niets er van kunnen wederleggen, zij amuzeeréu zich
met onze woorden te verlezen, gelijk men groensel verleest,
om te zien of zij daar niet een slekje of eert wortntje zullen
in vinden. Ontdekken zij een slekje, aanstonds onzen artikel is
walgelijkvinden zij een ruspje, iiij issmeerig; vinden zij
oen óorekru'iper,hij is zedeloos én goddeloos maar zij wach
ten zich wel van in de vuile nesten te roeren van waar die
beestjes voortkomen. Die nesten bevatten immers te veel mod
der doormen geld niet godsdienstige perels, en nun vreest dal
de stank van het eene den welriekenden geur van het ander
zou overhecrschen en vernietigen. Men wil dan de vuijpotterij
met de godsdienstigheid in denzelfden eerbied vereenigen,
on wee aan den goddejooze die dit heilig vat durft bezoede
len
't Is door dia onvoorzichtige bezoedeling dat T docteurlje
de namen bekomen heeft van Smerigen klapper van val-
schen, onrechtveerdigen or, laffen faamsclicnder die aan de
goede en deugdzame menschen (zoo als Pappot, Gesar,
Louitje, enz., enz.) hunne eer en reputatie beneemt van
laster-uitbrakér tegen God, togen den II. Geesten tegen het
H. Hert van Jesus van gek die kerk en priesters, God cn
zijn gebod beschimpt en onder de voelen treedt.
Gelijk tnen ziet: woorden, maar geene diskussienlaste
ringenmaar geene argumenten personaliteitenmaar
geene goede redens.
't üocteurije is verwonderd dat die mannen, tot hunne po
litieke verdediging, niets meer weten te zeggen van zijne
vrouw, zijne Binders, zijne dienstmeid, zijn petid of zijn
hondje.
In onzen artikel op de liberale feest die in den hof van M.
den baron de Pose!» plaats gehad heeft, wij hebben eene
kleine beschrijving gegeven van dien schoonen lusthof, en
onze abbétjes komen nu, eene maand daarna, nogeens onze
woorden en uitdrukkingen beknibbelen die, volgens hen, niet
min dan letterkundig zijn. Maar laat ons zien waarin die be
knibbelingen bestaan Vooreerst, het park van 31. drn baron
de Posch, zeggen zij, is geen park; het gebruik van dit
woord is eene vleierij en eene bewierooking die hel wierook
vat tegen den kin van 91. den baron doet vliegen. Het doe-
teurtje gelooft zich te Brussel. Het is maar den hof van 't
kollegie die een park is, want de abbétjes in hun fameus
fransch verslag over hun kalholijk concert schreeven Ie pare
regorgeait de monde.
Wij zegden dat men,om in.het park te komen, een schoon
bebloemden voorhof moest doorgaan. Dit is ook niet wel
en 't is zelfs een leugen,want dien hof die voor het park staat,
slaat achter het huis en v#or die reden moesten wij zeggen
achterhof. Het woord doorgaan (passer) is niet dichter
lijk maar zij geven voor dit dichtstuk geen beter woord,
waarschijnlijk omdat zij geen beter kennen. Wij moesten
misschien zeggen passeeren of traverseeren Maar neen,
indien.wij voorzien hadden dat men onzen artikel zoo nauw-
kctirigüjk zou beoordeeld hebben als een dichtwerk, wij zen
den geschreven hebben doorheden, 0111 in liefdeverzen te
doen rijmen met losse schreden, knappe leden, poezelheden,
fijngesneden, enz., enz.
Wij zegden nog dat die voorhof zicht gaf op een frisch
waterdalen eene lange dreef. Waterdal is niet schilder
achtig om dat er geen waterberg nevens staat. Zij hebben
zeker nooit inaar dalen gezien zonder water, en zij hebben
waarschijnlijk nergens gereisd in de laatste regens van No
vember en December die meer waterdalen dan waterbergen
aan heizicht opleverden.
Het gewelf der dreef, zegden wij verder, was gevormd van
het jeugdig geblader der dikbegroeide takken en lommerijke
kroon en van hoogslammige hoornen, en men antwoordt
op ieder woord ouf! (schoone kritiek
Mei) kan ook niet aannemen dat een standbeeld eene wan
deldreef versiert. Is het misschien de wandeldreef die het
standbeeld versiert
Hetgeen onze tegenstrevers meest verwondert, 't is dat men,
na eene belommerde dreef die maar sterrcklaar was doorwan
deld te hebben, eensklaps op eene openc grasvlakte een ver
rukkend tafereel kon zien van bloemperken doormengd van
levende groepen die al de tussciéenrniniten er van vervulden.
Volgens hen, het oog dat te vooren maar slerrelicht had
kon dit niet zien, en de levende groepen vervulden niet,maar
vervuilden de tusschenruiniten.
Maar 't is al genoeg (en wij zijn nog maar halfweg) om de
kunstkritiek van onze geletterde abbétjes te laten kennen. Zij
hebben willen de Chronique naapen die hunne fransche let
terkunde zoo fijn gehekeld hééft; maar zij kunnen daaraan
niet, want zij kennen noch fransch noch vlaamsch. Geheel
hunne twistkunst is niet anders dan trouwloos woordenspel
en ijdel geswatel, 't geen bewijst dat zij heinde hun lutijn
"jn-
Or vjaamsche letterkundigen van ons bisschoppelijk kollegie
breken nogeens duist woorden den hals om voor eene tweede
maal te bewijzen dal de gewezene muziek van ons pompiers
korps, die zich na de kiezing van 1872 van dit korps afgt-
scheiden heeft om eene afzonderlijke sociëteit uit temaken
ouder den naam van Philharmoriie, tegenwoordigüjk
nog de muziek is van dit voortijds liberaal korps, 'l welk zij
oud korps noemen.
Om dat dit korps eene groote verandering van persooneel
ondergaan heeft ten gevolge der demissien van meest al de oude
pompiers die nu door nieuwe vervangen zijn, men mag, vol
gens hen, niet zeggen dat de Philharmonic de oude of ge
wezene muziek is dér Sapeurs-Pompiers maar wel de muziek
der oude Sapeurs-Pompiers.
Dus, 't is wel verslaan, de Philharmonic, niettegenstaande
haar afzonderlijk bestaan, is tegënwoordigiijk de muziek van
Pompiers die sedert Juli 1872 geen Pompiers meer zijn.
Maar, lieve letterkundigen toch, weet gij niet dat de ver
andering van persooneel door demissien of sterfgevallen die
van tijd tot tijd plaats hebben, geene verandcring'is van insti
tutie, en dat het Pompierskorps, 't welk hier sedert meer dan
dertig jaren ingericht is geweest en nu geheel andere wezens
bevat, nog altijd hetzelfde korps is? Indien dit korps, door
hel verlies van al zijne muziekanten, eene andere muziek heelt
moeten bijeenschraven, deze laatste is de nieuwe muziek ca
de Philharmonie is de oude muziek der Sapeurs-Pompiers-
1 Zoo ook is M. Van Merris nn oud commandant der Sa
peurs-Pompiers, en niet commandant der oude Sapeurs-
Pompiers, die sedert meer dan een jaar hunne demissie geno
men hebben en onder geene commande meer staan.
Men moet vrijwilliglijk en harduckkigiijk dom zijn om a.t
niet te begrijpen,