Stads Nieuws. POPËllINGIIE, Verschillige lijdingen. BURGERSTAND Vau den 16" tot den S3" Januari 1M74. Huwelijken. Sterfgevallen. IJperen, 51 Januari 1874. Onze Foire zal deze maal nogal belangrijk zijn, indien vol gens men ons verzekerd heeft het waar is dat veel verschillige barakken-mannen op weg zijn naar IJperen. Men is bezig eene vrij gro'ote Manége aan het optimmeren en, moet ze in artiesten en in peerden zoo sterk zijn als men zegt, dan zal IJperen in lang in bezit niet geweest zijn van zulkdanigen troep. In ons naaste nummer zullen wij in state zijn onze lezers nadere onderrichtingen te geven. De fransche comedianlen hebben Woensdag laatst eene vertooning gegeven en de zaal was min voorzien dan de laatste maal. Men moet dit toeschrijven aan de opvoering van La Péricholeomdat dit stuk nog maar over weinige weken alhier werd vertoond. De Vlaamsche Ster, geern haar tooneelsaizoen eindigende vóór de feest alhier begint, heeft besloten hare laatste ver- Jooning van haar abonnement te stellen op den Zondag, 5 februari, zijnde Vastenavond. Haar Programma zal, volgens geloofbare inlichtingen, bestaan uit een wedergevraagd stuk Louisette, of de straalzangsler, in drij bedrijven, vol ge moedelijke looneelen en schoone zedelessen. Dan nog een stuk dat men altijd met belang ziet opvoeren, en dal opmerkzaam is onder alle oogpunten, 't zij muziek, dekoors of kostumen, dit stuk is: de Visschers van Blankenberyhe. Om dit jaar het tooneelsaizoen waardiglijk en luister!ijk te sluiten heeft de Maatschappij geene kosten noch moeiten gespaard men zal nog een ander stuk, dat alhier nog nooit werd gespeeld, opvoeren. In dit stuk zullen de liefhebbers die geern lachen, stoffe genoeg vinden om hunnen lust lucht te geven. De huidige samenstelling van dien ieverigen tooneelkring laat ons eene volle zaal en een waar sukses voorzien. Dinsdag laatst, in den avond, heeft men zeer stil en lei- sluiks een beeld van den H. Aloisius, patroon der zuivere jongelingen, binnengedragen in de Estaminet S' Laurens. Wij hebben hooren zeggen dat na de kiezing van dit jaar, indien de calholijken aan 't pouvoir blijven, er een ministe rieel besluit zal uitgeveerdigd worden waarbij dat elke esta minet zal moeten een heiligen hebben. De Kunst en Letterkring, uit zijn tegenwoordig lokaal verhuizd zijnde, zal zijn voorloopigen intrek nemen in het Bronzen Hoofd, in de Kijselstraat, alwaar hij zijne inaande- lijksche zittingen zal blijven houden. Burgerwacht. - Maatschappij Cijbelschutters. I(ie schieling van :t wintersaizoen. 18 Januari 1874. Met het geweer Comblain. 1Podevyn, A., 90 punten 2. Pinck, J., 90 idem; 5. Dumon, A., 75 id.4. Iweins, J., G5 id.5. Ligv, F. 55 id. ti. Swekels, L. 55 id* GEBOORTEN te zamen9. Lamote, Cornells, koeienhouder, en Tourlouse, Hermina, kantwerkster. Predhom, Adolphus, onder-luitenant bij het •Je linie regement, en Lagrange, Elisa, zonder beroep. Vandermarliere, Emilius, 19 jaren, rijtuig-maker, onge huwd, S' Jacobs-nevens-Yprr. Titeca, Franciscus, 84 j., beeldhouwer, weduvvaar van Josephina Beckaert, Rijsseistraat. Fortry, Anna, 59 jaren, zonder beroep, weduwe van Joannes Domicent, Lange-Thouroutstraat. Verhelst, Maria, 83 jaren, zonder beroep, weduwe van Joannes Soetaert, S' Pieters-plaats. Gillis, Richard, 19 jaren, serjant bij het le linie regement, Mondstraat. Goubé, Carolus, 35 jaren, zonder beroep, echtgenoot van Maria Vermeersch, I.ange- Thouroutslraat. Kinderen beneden de 7 jaren' ®anne''j^ geslacht 1)_^ J Vrouwelijk idem. 2) 29 Januari 1874. ÏÏE NIEUWE 5iELIGIE.ilAKI5RS Onze zoogezegde verkondigers der leering van Christus, die gedurig bezig zijn met het Evangelie onder de voeten te stampen, zeggen dat wij te Poperinghe eene nieuwe sekte uitmaken, om dat wij, in de afbrekers van dit heilig monu ment geen vertrouwen hebbende, liever de religie volgen van onze oude voorvaders dan de verderfelijke lessen van die heiligschendende plunderaars. Wij zien waarlijk niet hoe de belijdenis van die oude religie ons den naam kan doen geven van nieuwe sekte. Onze religie is de religie van Christus zelf welke gansch begrepen is in deze twee korte zinsneden: 4° Bemint God i' boven al en uwen evennaasten gelijk u eigen zeiven 2° Geeft aan Cesar't geen aan Cesar toekomt en aan God i' i gi-tn aan God toekomt. Dsar is de eenige en de ware kalholijke of algemeene religie, om dat zij gesteund is op de menschlievende en liberale princiepen welke God zelf in het hert en de consciën tie van alle menschen geprint heeft, ontbloot van alle geraffi neerde verdraaiingen door de vvereldsche ambitie uitgevon den. Wij zijn noch protestanten, noch Staats-katholijken, en nog min nn-uw-katholijken of klerikalen. Wij zijn enkelijk christenen gelijk de menschen waren vóór al de scheuringen Welke de ontaarding der religie van eeuw tot eeuw in de kerk van Petrus le weeg gebracht heeft en haar alzoo dé hoedanigheid van kathoiijk hij usurpatie ontnomen heeft ten voordeele van hel klerikalismus. Wij volgen dan noch de oude noch de nieuwe hervormers maar wij halen met Christus en zijne apostels die al liberaal waren, in dien zin dat zij hunne henielsche zending nooit verward hebben met de tijdelijke beheersching der volkeren. Wij kunnen dan met die oude princiepen niet als eene nieuwe sekte aanzien worden. Maar wil men welen wie eene nieuwe sekte in de ware katholieke kerk te weegjgebracht heeft "t Zijn die mannen die, door alle slach van veranderingen en willekeurige bij voegingen aan de leering van Chiistus, eene religie hebben willen maken naar hunne mode :t zijn die mannan die, in plaats van hunne evennaasten te beminnen, dezelve haten, lasteren en vervolgen tot de dood 't zijn die mannen die, in plaats van op eencb ezel te rijden gelijk onzen ootmoedigen Zaligmaker, zich doen voeren in koetsen en karossen met twee of vier peerden en met lakeien van vooren en van achter 't zijn die mannen dié, onder den titel van Onze Moeder de 11. Kerk, zich boven het gezag van God stelleu en nog dage lijks de religie van Christus overladen met nieuwe wetten en nieuwe geloofspunten 't zijn die mannen die voordezen aan den Paus de macht niet herkenden van eene beslissing te nemen zonder de goedkeuring van een daarop volgende concilie, en die hem nu, even ais God zelf, onfaalbaar verklaard hebben eindelijk 't zijn die mannen die zich uitgeven als de ministers en plaatsvervangers van God en die, niettevreden met in pur peren en gouden uniform de eerplaatsen te hekleeden van bet geestelijk koningdom, de religie van Christus doen dienen lot ladder om de wereldsche Iroonen te beklimmen en zich overal meester te maken van het tijdelijk of burgerlijk gezag. 't Is juist deze troonbeklimming en dit burgerlijk gezag dat Christus in zijn Evangelie verdoemt, dewijl zij zelf op de wereld nooit heeft willen koning zijn niettegenstaande den wil van het volk. Ver van een aardsche Messias te willen zijn ver van een tijdelijk beheer te willen aanveerden, heeft hij niet aan de pharijzeè'n geboden van hunnen wettigen koning te eerbiedigen zeggende: geeft aa.n Cesar 't geen aan Gesar toekomt? (Matlheus, XXII, 21 enz.) Heeft hij niet geweigerd een we reldlijke rechter te zijn over wie het zijn moge (Lucas,- XII, 45, 14.) Heeft hij de heerschzucht zijner discipels niet bestre den met h.un te doen verzaken aan alle wereldsche glorie en hun te verbieden van burgerlijke onderscheidingen te zoeken? (Mattheus XXIII, 8 enz.) Heeft hij eindelijk zich in de wilder nis niet begeven om aan de volksmenigte te ontsnappen die hem wilde koning uitroepen (Joannes, VI, 15.) Daar zijn de lessen van Christus, daar is het voorbeeld dat hij aan zijne opvolgers of plaatsvervangers gegeven heeft. 'tWas inderdaad eene geheel andere zending dat deZaligmaker op de wereld te vervullen had, cn om zijn doel te bereiken, hij moest zich geheel en gansch toewijden aan de hemelscbe zaken en aan het zedelijk onderwijs zijner tijdgenooten. Vergelijkt nu het ootmoedig voorbeeld van Christus aan het heerschzuchtig gedrag zijner opvolgers, en zegt ons wie te Poperinghe, gelijk elders, eene niéuwe sekte gevormd heeft. KLERIKALE VLEIDANK. Het vuilbiad van Zondag laatst, handelende over de inhul- ding van onzen nieuwen deken, werpt loftuitingen naar het hoofd der liberale versierders, en, na hun voorafgaandelijk duizend maal door de modder gesleept te hebben, noemt hun heden: Deftige Poperinglienaers.Nu moeten deze hoogmoe dig zijn over den wierook dien men hun toezwaait op gevaar het wierookvat op hunnen neus le breken. De Moniteur der abbétje's verhoopt dat onze liberale vrienden in deze goede gevoelens zullen volhei den en dat zij, in het toekomende, ook de liberale feesten zullen vluchten, zoo als: soiree masicale, groot concert, hal, feest aan da- men, tooneelvertooniitgen en die ellendige en gevaarlijke nachthijeenkomslen te midden van mannen die niet welen waarin het zuiver huiselijk geluk beslaat. Ja, zegt hel Nieuwsblad, kouden al de deftige burgers van Poperinghe malkander daarin ook de hand geven, men zou welhaast het oude en godsdienstige Poperinghe zien herleven, enz., (sic). 't Gene wilt zeggentoe dan, liberale versierders, nog eenen stap, geeft uwe demissie van al die slechte sociëteiten en laat ons geheel meester maken en u bij den neus leiden, gij zijt nog maar half slecht, vlucht het gevaarlijk gezelschap der vreemdelingenkeert wederom bij de goede schapen in het stal waarvan wij de herders zijn en dat gij nooit had moe ten verlaten. Gij weet dat wij de sleutels van hemel en hel hebben, geeft het geld dat gij nu verkwist ten nadeele uwer ziel, geeft het. aan ons, geeft het aan onzen Heiligen Vader die ligt le kermen op het rot strooi des gevangs, cn wij zullen ts na uwe dood de deur des hemels openen op dat gij zoudet kunnen genieten van het eeuwig leven, Amen. (Havermuis- sermoen). Zoo spreken zij, liberale versierders, zoo drijven zij den spot met u in belooning van de hulde die gij hun geboden hebt Ja, wij hebben geschreven dat de deken hier gezonden was door eenen politieken en heerschzuchtigen bisschop, om, zoo als zijnen voorzaat, Iriestiger memorie, al wie hier libe rale gevoelens bezat te bevechten en te benadeeligen. He wel, wat gebeurt er nauwelijks is hij Thuis, en hij begint al in zijne sermoenen uit le vallen legen de liberale tooneelverlooningen en legen de slechte maatschappijen waar jongheden van beide geslachten durven dansen onder deoogen hunner ouders, in plaats van,zoo als bij de katholijkeTuilers, met de meisjes onnoozele speeltjes te doen waarin de handen in plaats vau de voeten de bijzonderste rol spelen.... En men zegent de Tuiters en men vervloekt de leden van het liberaal muziek! En men noemt dat toen het Evangelie prediken He wel, wij noemen dat 'comedie spelen, en wij beginnen le gelooven dat hunne spijt enkelijk is om dal zij jaloersch zijn over de concurrentie welke dc Barbaristen en de Victorienen aan hunne comedie doen. En wie spreekt er ook van vreemdelingen? Wie doet hier meest de neeringdoeners profijt, wie laar er meest de menschen leven, 't zij door de werken die zij aart- nemen, 't zij door de nijverheid die zij uitoefenen Zijn het de liberale vreemdelingen of de vreemde abbétjes, kappellaantjes, pastoors of dekens, die altijd met den sehooi- schuttel bereid staan en het geld der stad onttrekken aan de sukkelaars om aan den armen Paus, die wentelt in de miljoe nen, op te zenden? Wie is het die de pretentie heeft van hier alles te regen- tceren, tot de regenlie toe? En gij durft spreken van vreemdelingen, onnoozele babbe laars! Dat een liberaal hier sedert tien, twintig, of zelfs vijftig jaren gehuisvest zij, hij zal nog door den zwarten boel als vreemdeling aanzien worden; maar dat er een van hunne bende zich hier kome vestigen en toestemme hunne slaaf le zijn, van het eerste jaar zal men hem goedvinden om raadslid te worden. En gij klapt nog van kwakzalvers Wie heeft, er de kerken getransformeerd in winkels waar 't eerste en 't laatste dat men hoort, 't woord geld is? Wie is het die, het Heilig Evangelie van Christus miskennende, eene politieke en heerschzuchtige religie in de plaats gesticht heeft? Wie is het die, de vergiffenis der schulden oefenende, hunnen evenmensch, als hij liberaal is, zouden beschadigen en doen creveeren van honger indien het in hunne macht ware? Wie zijn die apostels van zuiverheid die de kindsch- heid moeten onderwijzen en die voor hunne heldendaden iu 't drooge zitten Antwoord, vuilbiad, en indien gij kunt eens rechtzinnig zijn, wij zullen ook onze vaandels uitsteken. Indien wij dikwijls met lof mogen spreken van de tooneel- vertoouingen der maatschappij Langhoirs Victorienen, deze lofspraak is bijzonderlijk verdiend geweest door de twee schoone en puike vertooningen welke dit kunstgenootschap Maandag en Dijnsdag laatst gegeven heeft. Onze jonge looneelliefhebbers hebben op eene voortreffe lijke wijze de drij stukken van hun programma uitgevoerd en als oprechte kunstenaars gespeeld. Mevr. en Mej. Fauconnier hebben, gelijk naar gewoonte, den grootsten bijval genoten, voornamelijk in de dochter van Dominique waarin Mevrouw Fauconnier haar veelvoudig talent heeft doen bewonderen in vijf verschillige rollen. Ook is het een gedurig handgeklap geweest. Nooit hebben wij hier zoo veel volk in Stads schouwburg gezien, de zaal overvloeide en was te klein om het talrijk publiek in te houden. Gelukkiglijk onzen nieuwen deken, jaloersch over de lau weren zijns voorzaats, had de voorzienigheid gehad Zondag laatst een beknibbelend sermoen legen deze vertooningen te doen, hun uitwerksel op de ziel vergelijkende aan dat der melaatschheid op het lichaam. Wij bedanken hem over zijne goede intentie. Courage dan, heer deken,nog wat sermoentjes van dien aard en het zal gaan zoo als met de Philharmonie, men zal moeten een nieuw en grooter theater oprichten. N. B. Nog eenige andere artikels uit Poperinghe. waaronder het verslag van eene soiree musicale, kunnen, bij gebrek aan plaats, maar in ons naaste nummer inp worden. Eene moord is maandag, in vollen - dag, te Brussel gepleegd. De statie overste van den ringspoorweg, M etstraat, is in de statie vermoord. In gezegde statie, alleenlijk voor reizigers bestemd, waar weinig beweging is, wordt de dienst gedaan door een enkel bediende. Deze is gelast met het afleveren der reiskaartjes, de waakzaamheid van het vertrek en der aankomst van de treinen. Maandag, om 2 ure 10 minuten, toen de trein van de statie van den Luxemburg naar de Noordstatie reed, was de

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1874 | | pagina 2