VAN IJPEREN. 4 FRANKEN 'S JAARS .V 1133. Deriiendi" Jaar. ZONDAG. 10» MEI 1874. Politiek. Stads,- Kunst- en Letternieuws. Verschillige Tijdingen. Markten. Bekendmakingen. BERICHT. MOORSLEDE. VOOR WEREN. Fn. 4-50 VOOR BUITEN STAD. Aankondigingen: -12 eentimen den regel. Reklamen: 25 een timen. Büreei.: Dixmudoslraat. 59.Alle inzendingen vrachtvrij. VERTREKUREN VAN IJPEREN In tegenwoordigheid der talrijke reclamatien over het niet ontvangen van de met den Post verzonden nummers der TOEKOMST, de uitgever heeft de eer de heeren abonnenten dringend te verzoeken, iedermaal zij hun nummer op tijds niet zouden ontvangen, hem eene eorrespondentiekaart te sturen, ten einde maatregels te kunnen nemen tot het doen ophouden van dien onverdragelijken staat van zaken. De redevoeringen van den heer Frère in de vergaderingen van den 28" en 29n der voorleden maand, zijn te aanmerkelijk en te belangrijk om op dezelve niet terug te keeren. M. Malou, die de ziel van bet ministerie is, zich hebbende willen verschoonen van de verwijtselen aan hem gedaan van de ünantien te hebben vermooscht en de schat kist door valsche maatregels grootelijks te hebben beschadigd; na zijn eigen lof te hebben gezongen, heeft bij houden staan dat er op de financieelc ondernemingen van het ministerie niets te beknib belen valt. Maar de schrandere heer Frère-Orban, gelijk wij reeds gezegd hebben, was tegenwoordig en deed aanmerken dat de redevoering van den Minis ter eenc uitdaging was om op het stuk eene politieke beraadslaging aan te gaan, en vroeg dat de Kamer hem het woord zou verleenen. Het zelve bekomen hebbende, M. Frère verwijt in krachtige woorden aan zijne tegenstrevers van in 1870 door onverdiende lasteringen en alle slach van schoone beloften, bet land te hebben bedrogen. De belastingen gingen verminderd zijn, de militaire lasten moesten grootelijks verzacht worden eene onafhankelijke meerderheid zou de zoogezegde verslaafde liberalen vervangenen wat hebben wij gezien Na dat de klerikale meerderheid baren afkeer van de militaire voorstellen bad laten zien, zij is verplicht geweest, op de bedreiging van ontslag door den Minister van Finantien gedaan, die voorstellen bijna met eenparige stemmen aan te nemen! Daar is, zegt M. Frère, de herroeping waaraan uwe meerderheid zich pliebtig gemaakt beeft. Yoortsgaande, hij zegt: gij vermengelt ten ongelijke den tegenstand der liberale partij aan de onderdrukking der geestelijkheid met den ver- schuldigden eerbied voor den godsdienst, en hij bestatigd verder, dat van 4870 tot 4874, dus in vier jaren, de begrooting van 52 millioenen ver meerderd werd. De gewezen Minister beknibbelt ernstig!ijk de maatregelen genomen wegens verscheide spoorwe gen, en toont aan hoe groot de schaden zijn daar door aan den Staat veroorzaaktgeene der menig vuldige beloften deswege gedaan zijn tot stand gebracht geweest, en hij beslatigt dat de overneming van bet Grool-Luxembourg ten slotte eene schade van 2,842,000 franken aan den Slaat heeft toegebracht. Van 4840 lot 4847, toen de klerikalen aan het hoofd waren, men heeft meer 36,400,000 franks verteerd dan ontvangen terwijl men onder het liberaal ministerie van 4848 tot 485'4 een beschik baar overschot heeft gelaten van 38 millioenen die nogmaal onder het klerikaal ministerie van 4855 met 3 millioenen daarbij zijn opgeëlenvan 4858 tot 4869, het is te zeggen, tot de aankomst der klerikalen, het liberaal ministerie laat een overschot van 34,800,000 en zes maanden klerikaal beheer zijn toereikend om een deficit van 14 millioenen op te leveren. Het klericaal ministerie van 4870, niet genoeg met reeds de 73 millioenen die bij zijne aankomst in de Staatskas bestonden, te hebben verdaan, beeft nog een tekort van 57 millioenen gelaten, waarbij moet gevoegd worden verscheide leeningen, zoodanig dat de openhare schuld in de vier jaren dat de klerikalen het slaatsroer in handen hadden, DE TOEKOMST IJZEREN-WEG. Naar POPERINGHE-HAZEBROUCK. 6-50. - 12-05.- 3-57. - 6-50. Naar POPERINGHE. 9-07. - 8-45.' - 9-50. Naar KORTRIJK. 5-54. - 9-49. - 41-18. - 2-35. - 5-25. Naar ROUSSELAERE. 7-50. - 12-25. - 6-45. Naar LANGEMARCK. 7-13.- 12-06.- 6-20. In dien tijd beschuldigden de Joden Jesus-Kristus de menschen op te ruien den tol aan den romeinschen Keizer niet te betalen, en gingen tot hem. Jesus zegde toont mij een geldstuken zij reikten hem een toe. En wiens beeldtenis slaat daar op? sprak de Zaligmaker allen antwoordden het beeld van Cesar; en dan sprak Jesus geeft aan den Keizer wat den Keizer toekomt, en God wat God toekomt. Evangelie. Zeer lieve broeders, zoo wij een weinig op deze woorden van den Goddelijken Zaligmaker nadenken, en inzonderheid zoo wij goed verslaan welke heilzame les de Grootste der Phdosophen den menschen hierdoor aanleert, moeten wij met treurzin bekennen dat het Evangelie hedendaags niet meer aangeleerd wordt met die goddelijke zuiverheid, met die Iie- melsche gelatenheid. Geef aan Cesar wal aan Cesar toekomtdal is, geef ieder het zijne, bevredig u met het uwe; laat aan iedereen zijn ei gendom, beperk noch vernietig niemands gezag, moei u niet met een anders zaken Geef aan Cesar wat aan Cesar toe komt, dat is: wil niemand beheerschen, maan wel de men schen aan tot al wat goed is maar eerbiedig hunne denkwijze. Allen zijn schepselen Gods en gelijk in Gods oogen. Adeldom, jilels, eerleekens zijn slechts menschelijke overeenkomsten en veredelen den mensch niet, soms integendeel. Alle macht komt uit God, zegt het Evangelie, ja. Maar wie is dad aange steld om die macht te beklecden Een man naar Gods hert, een man die een menschelijke God is door zijne deugd, zijne onpartijdigheid, zijne rechtveerdigheid. Maar indien hij niet handelt naar zijn geweien, naar de leering van Kristus, is hij dan nog waardig eene plaats van macht te bekleeden Neen, hij is eene hebzuchtige, een valschaard, een eerlooze. En nogtans onze hedendaagsche predikers verslaan of schij nen dat niet te verstaan. Bijvoorbeeld Te Moorslede wierd er in algemeene zitting van den Kerk raad onder voorzitterschap van den -Auaa heer Pastor besloten de kerk met een tuin van arduinpalen te omgeven. Een paar duizend franken wordt niet meer geacht! liet voorstel was van den heer Pastor uitgegaan en zou moeten volbracht worden naar zijnen wil. De Gemeenteraad stemde toe op voorwaarde de palen op zekeren afstand van de kalsijde en hoogte te stellen. Doch M. de Pastor kon zich niet daarnaar schikken en zette de palen lager en dichter van de kalsijde dan besloten was. Toen de metsers twee paar dagen gewrocht hadden moesten de arduinblokken gehoogd worden, en daar de Burg meester niet kon verdragen dal de Pastor zoo alleen meester wilde zijn kwam hij met den verdraagzamen opvolger van Jesus-Kristus in twist. De kat ging nog meer op de koord toen de kerk zich wilde van het terrein der gemeente en van C. Corrion meester maken. Dat volk verstaat toch geen rechl, maar alle macht komt uit God, alles behoort toe aan God, en wij, zijne dienarrs, hebben recht te nemen, te doen wat ons goed dunkt. Eindelijk, de palen staan daar nu, tot dat de opziener dei- wegen kome om ze te doen verzetten. De paar duizend franks (ten minste) zijn veranderd in arduinblokken en wanneer de arme menschen honger hebben en naar M. de Pastor gaan kan hij ze ijzer en arduin doen eten. De lijd is zoo lang voor bij dat het hoofd eeniger geloovigen de almoezen ontving om ze uit te deelen, nu is alles pracht en ijdelheid. Indien de lezer der Toekomst bij toeval een uitstapt je moet doen naar Moorslede hij bezichtige eens die versterking, hoe bevallig, hoe statig, wat hemelschoon sieraad aan het huis van God. Maar hij denke dat God liever een hart heeft vol deugden en zoo het zuiden der kerk op die wijze beter ver sterkt ware, zou het Hem veel aangenamer zijn. Nu, proficiat met uwe arduinblokken, zij dienen toch voor iets: de hinders kunnen er aan rennen! Doch,opvolgers van J.-C., verminkt zoo het Evangelie niet. Houdt uw recht maar laat het ander ook het zijne. De menschen zijn alweêr verbitterd op u, 't is jammer dat het nog geene stemming is. Doch ik verzeker het u, zoo gij zoo voort handelt zuilen zij ook in arduinpalen veranderen. Geeft aan Gesar wat aan Cesar toekomt, aan God wat aan God toekomt, aan de menschen wat den menschen toekomt. - Heer Opsteller, de Toekomst is verboden te Moorslede, die ze leest is verdoemd zend toch geene want gansch de ge meente moet verzinken. X.

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1874 | | pagina 1