lit POPERINGHE, Briefwisseling der Toekomst. Huwelijken. Sterfgevallen. I festival. - Onze Thuindagfeesten beloven schitte- rend te zijn. Reeds een tiental Muziekmaatschappijen hebben zich aangegeven om deel te maken van het uitgeschreven Festival. Zie hieronder de namen der reeds gekende maatschappijen 1Armentiers, fanfaren. 2. Caestre. 5. Frelenghien. 4. Herseau. 5. Houpline. 6. Meessen. 7. Pope- rmghe, Philharmonie. 8. Reninghe. 9. Roeselare. De naam der tiende is ons nog onbekend. De voorzitter der commissie van 't festival is M. Beaucourt. Eene algemeene eere-revue zal plaats hebben op de Espla nade alhier, den 9 Augusti aanstaande, te 5 ure namiddag. ©mgeval. - Vrijdag laatst, rond 10 ure des mor gens, kwam er in de Dixmudestraat een wagen gereden, geladen met zvvijns. Wanneer dit rijtuig, naar de groote markt rijdende, omtrent tusschen deze laatste en het Sint— Maartens-straatje gekomen was, liep eensklaps het linker voorwiel af. De voerman die gelukkiglijk nevens zijn peerd ging in plaats van nevens zijnen wagen, kon zonder dat, zijn been afgeslagen worden doch alles is vergaan met het wiel wederom aan te steken en de verloren lenze te gaan zoeken die men vondt omtrent de herberg den Oliefant. *j* Scliaosse-Mrisasteai. - Het verslag over de Ten toonstelling van Namen, schrijft het volgende wegens eenen onzer artiesten (i M. F. Roffiaen (van IJperen), is een landschapschilder die genoegzaam gekend is opdat wij ons van alle lofspraak inogen onthoudenzijne werken spreken in onze plaats. Het Lonk Lomond (Schotland), 5Ö8 de boorden der Ourthe, te Comblain, 559, en de boorden der Hermeton, 560, zijn drij doeken welke de artiest heeft weten te schilderen op eene wijze dat dezen die eens deze gewrochten gezien hebben, dezelve nooit meer vergelen. Buiten zijne artistieke bekwaamheden, M. Roffiaen heeft begrepen dat om wel te slagen men moet aangenaam zijn, en hij heeft zijn doel bereikt. Het komt ons vreemd voor dat er geen één der werken van M. Roffieen het nieuw museum van Brussel versiert; deze verwondering zal gedeeld worden door al degenen die het bijzonder talent van den artiest kennen. Vlaamsclie Ster. - Het is heden Zondag, 26 Juli, dat de Vlaamsche Ster met den eersten trein naar Brussel vertrekt. Zoo als men weet, het doel harer reis is het medekampen in den Tooneelkundigen wedstrijd door den Wijngaard uit geschreven. Goede kans. Brand. - Er is in den nacht van Zaterdag jl. ten 2 ure, eenen brand ontstaan in de hofstede der Godshuizen, ge bruikt door Joseph Vermeulen te Boesinghe. Het vuur heeft begonnen in den zuidoosthoek der scheure, en in min dan eene uur al de prachtige gebouwen werden door het vuur verslonden. De schade is begroot van 30 tot 40,000 fr. Dank zij het brandverzekerings-fonds, ingericht in 1841, bij het welk 't Bestuur zelf zijne eigendommen heeft verze kerd, zal de noodige uitgave tot den opbouw kunnen afge dragen worden en dus noch den dienst der gestichten, noch der deelingen, zullen er in geener wijze door lijden. Festival van Langcmarek. - De gemeente Langemarck heeft in lang zulke schitterende feesten niet ge zien als het Festival dat Zondag laatst aldaar plaats had. 17 Muziek-Maatschappijen. hadden aan den oproep beant woord en hebben zich, in de maat hunner bekwaamheden, allen onderscheiden door eene keurige uitvoering. Men zal zich een gedacht vormen der aangelegenheid van het feest, toen men hoort noemen de muzieken van Wijnen- daele, Thourout, Cortemarck, Becelaere, Moorslede en zoo veel andere die allen met eere op een Festival van groote sle den mogen prijken. Een prachtig weder heeft grootelijks geholpen om de ontel bare menigte naar de gemeente te lokken. Alle herbergen, alle huizen waren opgepropt, 's Avonds was het park rond de kioske prachtig verlicht en een uitgelezen gezelschap verdrong zich van binnen. Hel was reeds na middernacht toen Moor slede dit schoon feest gesloten heeft. Eere aan de Commissiezij mag er zich mede moeien om feesten in te richten, en de prachtige medailje die elke maat schappij ontving zal als eeuwig aandenken bijblijven en Langhemarck doen herdenken. waar van Maria Gouwy, Rijselstraat. Vanbecelaere, Virgi nia, 25j., kantw., ong., Meenenstraat. Boedt, Petrus, 80 j., advokaat, weduwaar van Sophia Deburck, Sterrestraat. Mannelijk geslacht 0) ïuanneniK gesiaci kinderen beneden de 7 jaren. Vl.ouweJlijköidem 1) Fan eless 17" toé {teas 24" ^siSaB§74. rnnrnjTrw Mannelijk geslacht 1) GEB00RTEN -Vrouwelijk 5j zamen4. Dubois, Julius, Huidevetler, en Devleeschhauwer, Virginia, dienstmeid. Delahave, Nathalia, 62 j., kanlwerkser, ong., S' Jacobs- nevéns-ïpre. Louwycb, Joannes, 79 j.. werkman, wedu- 22 Juli 1874. KATH OLIJKE ONSTUIMIGHEID Ruziezoekers zijn de caloten en anders niet. Eenige woorden zullen dit klaar bewijzen. Iedereen weet hoe lustig en rustig, dit jaar, onze kermis begonnen is, en hoe alles een stil en geestig einde voorspelde. Eenige burgers, in den beginne dit bemerkende, zeiden aanstonds dat het klerikaal volkje van zijne kopstukken 't bevel had gekregen, van op de'Groote-Markt en andere publieke plaatsen, zich nergens of weinig te toonen, en inzonderheid, niet te doen gelijk over eenige weken, de liberale jongheden met stokken vervolgen en uischelden. Jamaar, zoo stil en kon de kermis niet afloopen; de katho- lijken waren moè van hunnen onstuiraigen haat en nijd te verkroppen.Wat deden zij Gij zult het gaan hooren. Zondag 12 dezer profiteerende van de tegenwoordigheid van eenige vreemde boogschutters, die ongetwijfeld van hun gedacht en geloof niet zijn, mieken zij hunne stokslagers op, om de liberale vreemdelingen die kalm en vreedzaam den laatsten dag der kermis waren komen vieren, op te zoeken en den duivel aan te doen. Onder die onstuimige kerels onderscheidde men eenen lang- scherp- en slutsopgescholen vent, van poolen en ooren even lang, die te Rijsel gelijk te Poperinglie voor zijne heldendaden zeer wel gekend is. Deze Mijnheer van den berg, met zijn kaal en bot verstand, meenende zeker door zijne tegenwoordigheid de vreemdelingen benauwd temaken, ja zelfs, schrik in te jagen, liep haastig en ongeduldig straten en markt over, altijd rondziende, alsof hij allezins iemand vinden moest. Doch dit duurde niet lang al met eens blijft hij stil staan bij eenen vreedzamen heer, waarschijnlijk het voorwerp zijner opzoekingen, geeft hem een stoot met den arm en grommelde van slaan en smijten. Maar ongelukkiglijk voor hem, de uitdaging was slecht gevallen; want de aange sprokene heer wist dezen stouten en onbeschoften kerel manhaftig te antwoorden, en schoon, door zijne welgepaste woorden op zijne plaats te stellen, ja zoo schoon, dat hij rap was om het op te geven tout honteüx et tout confus. Nog eenige feiten in die goeste hebben den zelfden dag, hier plaats gehad, ouderandere de affaire van luitenant Pooten-en- Ooren met zeker Monkje wegens het plaatsen zijner groote lompe poolen, welke feiten nogeens klaarduidelijk bewijzen wat de caloten hier en elders altijd zijn, ruziezoekers en twistzaaijers. Het gazettepriesterlje spreekt nog altijd van onzen uittocht naar Rijssel. Men ziet dat de fiasco welke de Tuilers daar ge maakt hebben nog altijd op zijne lever ligt. Om zijne mannen een weinig te verheffen hij boft op hunne tenue welke iedereen prijst en hoe meer hoe liever ziet en lacht met de burgerkleeding der oude pompiers. Geen wonder, zegt ii hij, dat ze leute hadden die Rijsselsche heeren als zij daar ii die collectie lange fraks zagen die tegen de hielen kappen, ii gemengeld met vesten van alle sneê en met wijde, nauwe, )i lange en opgetrokkene broeks die hun het zient gaven van >i stomme en lompe boeren. Indien men den kepi en de cocarde der oude pompiers af nam, die afschildering ware juist de kostuum der katholijke kiezers, en niemand zal gelooven dat onze liberale pompiers zich in dusdanige kostuum bij verlichte menschen zouden durven aanbieden. Dat zij raaar boffen met hunne tenue, zij zullen iets gaan zien. Het zal eene andersche tenue zijn dat dePhilharmonisten zullen hebben. En feesten en sorties die hun nog zullen te beurt vallen, 't is ongelooflijkZondag, 9 Augusti, gaan zij naar het Festival van IJperen den Zondag 25 der zelfde maand, zullen zij, tot de inhuldingvan het nieuw kiosk, een concert champêtre en een iuisterlijk bal hebben, benevens eenen prijskamp voor verschillige spelen (schieten, bollen, enz.) waarin schoone prijzen zullen te winnen zijn den Zon dag, 50 Augusti, gaan zij naar het Festival van Brugge en des anderdaags naar Blankenberge, alwaar zij ook nog al veel verzet zullen vinden; en van die zomerfeesten zullen zij vallen op de winterfeesten die, zoo men zegt, de eene de andere niet zullen verwachten. Immers gedurige feest, gedurige om wenteling, gedurige zedeloosheid, gedurige zielverdoemenis. Het schijnt dat de Tuiters ook nog al zijn voor de leute en dat zij den zomer niet willen laten voorbijgaan zonder hun verdriet van Rijssel te herstellen in eene stad waar zij meer zullen geacht en geprezen worden.. Over eenige dagen hebben zij hunne centen geteld en zij hebben juist genoeg om een uitstaptje te doen naar Rousselaere waar de naaste maand een kathol ij k festival zal gegeven worden. Gelukkiglijk dat wij in het saisoen der processien zijn en dat er onlangs verschelde begravingen van pastors en inhalingen van nieuwe pastors plaats gehad hebben, in welke plechtige omstandigheden zij gewoonlijk, voor hun ophelderend getuit, een schoon pinseltje drinkgeld krijgen. Met dit geld zal er dan middel zijn voor onze geliefde kunstbroeders van te Rousselaere eens lustig hun hart op te halen en gemakkelijk alle kosten uit te vagen. Zij zullen daar in hun clement zijn, vele zwarte kazakken zullen hun flikflooien en toejuichen, en zij zullen, met hun buik vol bier, naar huis komen in de overtuiging dat zij de Philhar- monisten in het bakje geschuifeld hebben. De caloten zijn zoodanig verbitterd tegen de oude muzie kanten en pompiers dat zij niets kunnen zien noch geluchten van al wat hun het oud bestaan van dit liberaal korps herinnert. Niet alleen zij willen die mannen uit den publieken weg ruimen met stokken en moordknodsenmaar zij vervol gen hen tot op hun eigen grond bij het enkel zien van een oude schako, eene epaulet, eene kazak of broek die nog aan hunne voormalige uniform toebehoord heeft. Een dier muzie kanten, wiens hof paalt aan dien van 't kollegie, had, om de musschen te verjagen, eene afgelegde pompierskazak aan eene pers op zijnen kriekenboom gehangen, en aanstonds de mannen van 't kollegie, op dit zicht in eene briesschende razernij schietende, wapenden zich met steenen om, onder het bevel van twee oude zouaven van den Paus, dien ouden pompier af te ketsen. Maar op een goeden keer dat de muzie- kant op zijnen boom geklommen was om krieken te plukken, ontving hij rondom zijn schedel zoo eene hagelvlaag van steenen dat hij, om zich te redden, heeft moeten schreeuwen naar M. den principaal dieniet ver van daar was, ten einde, door de tusschenkomst van zijn geestelijk gezag, die helsche boeven tot rede te brengen. Daar is de christelijke opvoeding van onze bisschoppelijke gestichten. Dinsdag laatst was het de plechtige inhaling van den nieu wen pastor van S' Jan. Wij hebben deze plechtigheid niet bijgewoond maar men zegt dat de eerweerdige herder zich gekleed heeft in de nieuwe scheure van Pappot en dat de batteuse, in stilstand van desschen, daar gedoken was met wijt lijnwaad, draperijen en andere versiersels. Indien zij bloot geweest ware, de nieuwe pastor zou zeker verschoten hebben. AYELGHEM, 2! Juli 1874. Onze aspirant-bisschop van Gent, Monseigneur Ryckewaert, de liberale??? Deken van Avelghem, had Zondag bij zijne intrede in den stoel der leugens, heel goed de Kortrijksche Vrijheid gelezen. Geen ander woord kwam uit zijn, met een kapmes, gebeeldhouwd mondje. In dat heilig papenblad had men moeite met een' bal, door eenige liefhebbers, a l'impro- viste gegeven, bal die uitnemend wel afgeloopen is. Al mijne lezers raadt ik aan dat artikel te overloopen. Zij zullen zien hoe treffelijk onze tegenstrevers handelen, zij die voor hunne ziel, in la vie privée niet zouden willen treden. Sprekende der vrouwen het blad zegteenige damen, juffers en mag ik het schrijven geërde lezer En SLUNSEN. Ja, SLUNSEN, het staat gedrukt (zie Vrijheid, n° 29, 18 Juli). Wat slunsen zijn weet de vuilaard alléén die het artikel inblies; want vruchteloos deed ik opvorschingen bij geleerde- taalkundigenMaar die slunsen waren misschien zekere katholijke dochterkes moederkes zonder man of gendarme- (eten) die zich in den bal aanboden maar voor dewelke de muziekanten weigerde te spelen; slunsendie de dansplaats moesten verlaten daar de muziekanten ook met de Vrijheid zegden (zie n° 29,18 Juli) soort bij soort; dus: slunsen bij slunsen. Waar het hart van vol is, spreekt de mondis eene zegs wijze die niet dikwijls liegt. lederdaad het is bewezen dat de zwarte heilige schrijvers en heel het papengelul vuilaards zijn leest hunne werken te beginnen met den Grooten Bibel om Ie eindigen met de ondervragingen in de Biecht en gij zult op iedere bladzijde walgelijke verhalen, onzedelijke be schrijvingen vinden, die het hart des jongelings die ze door bladert indien dit hart door studie en eigenwaarde niet genoegzaam gewapend is zullen verderven, en in hetzelve de vleeschelijkste (om de taal der théologie te spreken), de diergelijkste begeerten zullen doen geboren worden. Deze thesis is waar voor de Vrijheid zelve: achter slunsen, vindt ik Mrliep wijds en zijds om elk END te bewilligen. Wat is een END Waartoe moest het bewilligd worden?? Meent ge dat ge te doen hebt met kleine broêrkes of Xaverianen? Verder lees ik nog...Mrzal daar tegenwoordig geweest zijn tegen dcit er iemand ziek wierd van dansen of ZOO IETS. Behoort, of ZOO IETS uitleg? Voor die verstand en oordeel heeft, neen. En men vindt die vuige uitdrukkingen in bladen die eso damen, juffers en kinderen de zuiverheid en de zedigheid aan spreken! Weg van bier! ontmaskerde scbijnheiligaardsü Uwe taal is vuig zooals uwe harten!! De andere vuilpotterijen laat ik daar en zeg met Mc de Vrij heid hoe meer men in de vuiligheid roert, hoe meer het stinkt.

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1874 | | pagina 2