Gazelle van 't arrondissement IJperen. p Politiek. Stads-, Ëunst- en Letternieuws. Versehillige Tijdingen, Markten, Bekendmakingen. BERICHT. ZONDAG, 22 NOVEMBER 1874. Nr 661. 13® Jaar. 4 Fr. 's jaarsBuiten stad, fr. 4-50. Annoncen 12 c. den regel; Reclamen, 23 c.; Hel Nr 10 c. Degenen die zich laten abonneeren aan de TO ER O M S T voor 1873, zul len al de nummers (/rads van nu tot Nieuwjaar ontvangen, mits met een mandaat op den post van 4-30 vóórop te betalen. (4 fr. voor binnen stad). T Onder het liberaal ministerie gaf de Slaat jaarlijks eene som uit van 180 miljoen. Dat is te veel. riep M. Malou in geest drift uit te S4 Nikolaaswij, klerikalen, zullen de uitgaven brengen op 123 mil joen en nog minder. Goed en wel. M. Malou werd minister.De man heeft zijne belofte gehouden, vraagt ge zeker. Zie maar eens Dit jaar zullen de uitgaven beloopen tot boven de 250 miljoen. Het naaste jaar 1873 zullen de uitga ven volgens de schatting der budgetten, de bagatelle bedragen van 247,732,600 franken. Dat is acht en zestig miljoen meer dan tijdens het bestuur der liberalen. Wie betaalt dat al Het volk, de burgers en de landslieden. Vivat de klerikalen en hunne beloften. Elk zeg het voort Voor de franschc omwenteling, die ons met eenig kwaad veel goed bijge bracht heeft, bestonden er drie klassen van menschen de geestelijkheid de edelen en de burger- en boerenstand. Van den eenen kant, de geestelijkheid en de edeldom. bezat men al den rijkdom: van den anderen kant, betaalde men al de belastingen. De bisschop van Straats burg b. v. bezat 500,000 fr. inkomen de abt van Fecamp bezat er 120,000, deze van S4 Germain 360,000. Daaren tegen waren er nogtans die zich te bekla gen hadden, de onderpastors in het Mgemeen trokken slechts eene jaarwedde die de 500 fr. niet te boven ging. Het gansch inkomen van de geestelijkheid "tocht gerekend worden op 120,000,000 banken. Men betaalde dan omtrent zoo veel belastingen als nu. In 1786 bedroeg het budjet 880,015,000 ponden, het gene,in "'"nks gerekend, nu eene weerde zou "ebben van rond de 1567 millioen. De geestelijkheid betaalde in die som rond "e 11 millioen, de edelen waren vrij van grondbelastingen en daar waar zij de capitatie en het twintigste moeten betalen vonden zij middel er zich meestendeels te doen van ontslaan. De butger en de boer betaalde al het overige: van daar nog bet spreekwoord de boer zal het al betalen. De vrijheid had niet min te lijden dan de beurs. De cachetbrieven stelden een ieder ter beschikking der ministers en dezer vrienden. Zonder eenigen reden werd men gevangen genomen en voor altijd van de maatschappij gescheiden. De hertog de la Vrillièré alleen gaf, gedurendezijn ministerie, 50,000 cachet- brieven. De markiezin de Langeac dreef er handel mede. Men vertelt dat een man zijne vrouw willende kwijt zijn, en deze haren man, elk een cachelbrief aan den zelfden prijs bekomen hadden, en dal man en vrouw zich wederzijds denzelfden dag in het gevang deden stellen. In 1746 veroordeelde het parlement van Grenoble 200 protestanten tot de ga lei of tot opsluiting, omdat zij hunnen godsdienst uitgeoefend hadden. Een pro- testansche pastor werd door het parle ment van Toulouse veroordeeld om op gehangen te worden uit reden alleen dat hij zijn ambt vervuld had. De landbouwers van Normandie leef den met haver en kleedden zich met vellen; in Beauce waren zij verplicht te bedelen en brood te eten dat van varen kruid gemaakt was. In vele provinlien was het gebruik van vleesch onbekend. Men ziet, zegde Labruyère, zekere woeste dieren, mannelijke en vrouwe- lijke, in het veld verspreid, zwart, doodskleurig en gansch van de zon verbrand, gebogen over de aarde die zij doorgraven en met eene onbeschrij- velijke hardnekkigheid omwentelen. Zij bezitten eene stem die woorden kan vervaardigen, en als zij op hunne voelen staan, verloonen zij een men- schelijk gezicht, en inderdaad, hel zijn menschen Des nachts verschuilen zij zich in kuilen, waar zij zich voeden met zwart brood, met water en aard- wortelen. Zij besparen aan d'andere menschen de moeite van te zaaien, te beploegen en te oogsten om te leven. Alles dat geschiedde nog eens in den goeden ouden lijd, dien de ullramonla- nen, om dal hunne dominalie dan ge staafd was, zouden willen zien terug komen. Onderzoekt hunne daden gelooft geen ijdele praat en gij zult wijslijk handelen. De liberalen zijn toch groote schobi- akken, dcugenieten religieverkolgers. Zie, zij hebben in Belgie twintig jaren meester geweest en wat zij gedaan heb ben mag de goedeGod weten, maar moest men huune daden vertellen de hairen van elkeen zouden te berge rijzen van schrik en deernis.... Dat schrijven de klerikale gazelten dagelijks en zij doen de dibben en kwezels bidden en weenen over de slechte tijden de vervolgde priesters, den lijdenden godsdienst. Gij, zoowel als ik, weet de waarheid. Tijdens het bestuur der liberalen be stond er op den ganscben aardbodem geen landje waar de godsdienst en zijne dienaars zoo vrij, zoo rijk, zoo gelukkig, zoo geëerbiedigd waren als in ons arm Belgie. En toch schreeuwden de klerikalen de religie wordt vervolgd door de libe ralen De bisschoppen leefden als prinsen. De pastors en de lagere geestelijkheid waren overal waar zij gingen of kwamen het voorwerp van eerbied. De kerken waren rijk aan pracht en versiering. De kloosters groeiden en bloeiden in steden en gemeenten, te veel zelfs. Wat schrikkelijke religievervolging, 'k Wilde dat ik ook zoo vervolgd werd... dan zou ik in weelde, overvloed en rijk dom zwemmen. Na dat liberaal schrikbewind tegen priesters en godsdienst, kwamen de kle rikalen aan het roer. Aluleja! lof zij den Fleer! De religie ging gered zijn! Voortaan zouden de pastoors, gelijk in den verdo ken tijd, geene mis in de schuren meer moeten lezen De liberale godsdiensthatende wetten zouden afgeschaft worden. Het geheele klerikaal kamp was in jubilatie. De tijd ging voorbijWij wachten reeds vier jaren. Wij wachten en blijven wachten.... De dompers hebben nog het licht of de liberale wellen niet gedoofd. Zij kunnen niet, dat bekennen zij zei ven. Wat mirakel De wet op de studiebeurzen is geene goddelooze wet meer en hare uitwerk sels zijn goed en rechtvaardig. Zoo spreekt thans de Journal de Bruxelles, dat heilig blad bij uitmuntendheid Hoort gij het nu, sullen van kiezers, gij die geloofd hebt dat de liberalen die ven baanstroopers religievervolgers waren De waarheid is dat de liberalen een einde hebben gesteld aan de rooverijen der studiebeurzen, die aan de studeeren- de jeugd behooren. De klerikale druk pers kent wel de roovers en indien het nood doet dan zullen wij de geschiedenis dier stroperijen wel eens herinneren. Wat bewijst dat geval nu De wet op de studiebeurzen is eene rechtvaardige wel!... Maar dat zijn al de liberale wet ten, vast, en zeker, want niet een is door het klerikaal ministerie afgeschaft of hervormd geworden. Allen bestaan nog onaangeroerd. Begrijpt gij nu. burgers en landbou wers, welke bedriegersbende de klerikale partij is. Kan er wel een schooner bewijs geleverd worden het klerikaal minis terie en zijne meerderheid in de Ka mers zijn onmachtig om de werken der liberalen af te breken. Een Brusselsch dagblad zegt, dat er heden in het leger niet minder dan 150 plaatsen van in fan terjp-lui tenant. 100 van ruiterijluitenant en 40 van luitenant der genie open zijn. Men ziet hieruit dat de militaire loopbaan dc belgische jon gelingschap niet blijft verleiden. Het schijnt wanneer de professors- redakteurs van 'l Nieuwsblad, op het een of ander artikel der Toekomst niet ant woorden kunnen, zij de permissie niet hadden om de Toekomst te lezen! Wel uitgedacht hé! lezers, alzoo is het ge makkelijk gazellen te schrijven. Maar nu is er een geheelen ommekeer bij de redaktie gebeurd: de professor heeft nogeens permissie om de Toekomst te lezen en nu zal het er gaan spooken Lees het hieronder staande artikel, letterlijk uit het verstandig en alwetend Nieuwsblad gelrokken, het is om er van kiekenvleesch te krijgen Wij zijn nieuwsgierig te welen hoe dit heerken het gaat aan boord leggen om te antwoorden op een artikel dat hij niet gelezen beeft, noch mocht lezen, want hij had geene permissie, sedert 12 Sep tember laalst Wat huichelaars! men ziet wel voor wie zij schrijven ïntussclien staan daar dc magister en den enge! vol schrik, tegen Zondage, alswanneër de famcuzen schrijver van 't Nieuwsblad zijn vonnis zal veilen. Nu, palienlie. misschien zal hel zoo schrik kelijk niet zijn; doch in alle geval zal de magister eenige fricadellen kneên. die, als het nood doet., zullen kunnen dienen om de driebuize van Goliath af te gooien, en Engel,zoo hij levend uil dien fameuze slag komt. zal zich wel wachten in het BH OEKOMST. IJZEREN-WEG. VERTREKUREN VAN IJPEREN NAAR Pöperinghe-Hèzebvouck. G-50. - 12-05. - 5-57. - f>-50 Poperinghe. 9-07. - 8-45. - 9-50. Kortrijk. 5-34. - 9-49. - 11-18. - 2-53. - 5-25. Rocselare. 7-50. - 12-25. - 0-45. Langemark-Oostende. 7-13. - 12-00. - 0-20. KLERIKALE RELOFTEN BE PERMISSIE WAS LIT. De prys van 'l brood. De Toekomst heeft er ook van gesproken, heeft men my gezeid, en zy heeft een schandelyken artikel gegeven. Te naaste weke zal ik er een woordje van geven, want 'k heb weère de permissie gekregen van slechte gazetten te lezen, en nu zal ik zelve een keer kun nen nazien wat de Toekomst zegt. Wyne permis sie was uit sedert den 12 September, en sedert dien en mogt ik de 'Toekomst niet meer lezen, en sedert en heb ik er niet van gezien tenzy dat offi cieel stuk, over 't onderwys dal, gescheiden van de Toekomstuitgekomen is. Nu heb ik de per missie wrêre, en tegen Zondage zal ik weten boe ze '1 stellen den oudenden magister en, ja Engel. Hy is er preusch mée, als men hem als redacteur noemt. En hy heeft reden, want als men een artikel kan uitkramen beginnende mei: Vier mannen staptem statig vooren op, elk op eenen ezel gezeten a men is wel redacteur Nu lot Zondage.

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1874 | | pagina 1