POPERINGHE Verdrukte godsdienst Stadsnieuws. de herziening der kiezerslijsten. Daarna worden de voorloopige lijsten aangeplakt, te rekenen van 15 oogst tol 50 derzelfde maand en zij worden den 3 September gesloten. Voor kiezer te zijn moet men betalen 10 fr. voor gemeente kiezer; 20 fr. voor provintiaIe kiezer en voor algemeene kiezer, 't is te zeggen voor de Kamers, gemeente en provincie fr. 42-32 direkte belastingen ten voordeele van den Staat. Men moet ook het jaar vóór zijne in schrijving de belasting betaald hebbenen voor het volgende jaar aangeslagen zijn. Dat de personen, die recht hebben op de kiezerslijsten gebracht te worden, dus niet uitstellen zich tot het sekrelariaat vanjiet gemeentebestuur te wenden, want na 5 September worden geene inschrij vingen meer aanvaard en mag niemand, die op de kiezerslijsten niet is gebracht, deel nemen aan de kiezingen die volgens de vastgestelde lijsten zullen plaats heb ben. Wij herinneren dus aan onze liberale vrienden het herzienigswerk met zorg te doen. Niet alleen wat hel opbrengen van nieuwe kiezers betreft, maar degenen er te doen af verwijderen die geen recht hebben er op te staan. De Constitution van Korlrijk meldt, dat die stad verrijkt is geworden met een nieuw klooster. De zusterkens van liefde der Groeningenstraat hebben ereengrool gebouw aangekocht in de Budastraat, om er een hulphuis van hun klooster te maken. Korlrijk heeft nu 18 kloosters; zeven kloosters voor paters en elf voor nonnen. Te Brugge is 't nog erger; dan lelde men reeds een SOtal kloosters en thans meldt men, dat er weer nieuwe tot stand gaan komen. Te Chevrcmont, bij Luik, hebben de ongeschoeide karmelieten voor een mil joen, een eigendom gekocht, die hun daarenboven nog een miljoen zal kosten om hem tot klooster in te richten. Arme paters! Maar nog armer Belgie, dat zoo zacht jes aan geheel door de papen wordt inge nomen en... verkankerd! En dan zijn er lieden, die zeggen dat de godsdienst verdrukt wordt De opbrengst der Staatsspoorwegen, gedurende de vier eerste maanden van het loopende jaar, levert eene VERMINDE RING van fr. 780,215-19 op, vergeleken met de vier eerste maanden van bet jaar 1876. Indien die verhouding blijft voortduren gedurende geheel hel jaar, zal het ver schil, ten nadeele van 1877, van meer dan twee miljoen zijn. Alles gaat vooruit met ons godzalig ministerie. Ons land eertijds zoo bloeiend en zoo geëerd in het buitenland, geraakt meer en meer in verval. Handel en nij verheid kwellenbijna zooergalsin 1846, tijdens het ministerie de Zes-Malou's, en in het buitenland worijen wij als een papennest behandeld, dat aan den paus en de geestelijkheid verslaafd is. Ziedaar waar een zevenjarig klerikaal bestuur ons gebracht heeft BURGERSTAND Huwelijken. Sterfgevallen. Als Pol naar 't leger ging. IJperen, 28 Juli 1877. Schoolpenning.-Vorige lijsten, fr. 9,809-56 Gevonden door M. L., Scène de Kip, 0-50 0-63 Uitgaven tot heden, 9,810-69 6,477-95 Blijft in kas fr. 3,332-74 Feest. - Maandag laatst was er nogeens feest bij de 3 Posthoorns. De gewoonlijke be zoekers van deze herberg hadden, bij inschrij ving, vier schoone prijzen aan de heeien commis sarissen der feest opgedragen. Deze prijzen zijn onder httn verbold geweest. Veel volk was er nogeens aanwezig cn het feest heeft zeer laat geduurd. Iedereen verwacht zich aan iets buitengemeens voor het feest van achler-Thuindag. Bijzondere programmen zullen het publiek daarover inlichten. Twee uicuwmaren die ons even aangenaam zijn komen ons van de hoofdstad. M. J. Simar, muziekmeester bij 't 6cregement, een der zonen van onzen kundigen muziekmees ter van liet 1" regement, heeft den tweeden prijs behaald in het concours van Rome. M. Van Elslande, E.,zoon van onzen muziek- professor Van Elslande, heeft in 't conservatorium van Brussel, in den prijskamp voor de fluit, met de grootste onderscheiding den eersten prijs bekomen. Het moet eene fchte voldoening geven aan de ouders van zulke kinderen, daar het bij ons, die er vreemd van zijn, zooveel genoegen baart. Burgerwacht. - Maatschappij cijbel- schutters. 6" schieting van 't zomnsaizoen. 23 Juli 1877. Schoonste wil. Dumon, Aug. Hoogst getal. Swekels, L., 5 4 I 7 3 C 28 Vandermarliere, L., 1 7 5 7 5 1 24 Ligy, A., 4 5 0 6 1 2 18 Deweerdt, Ch., 2 6 5 1 0 1 16 Bijvoegelijke grijzen. 1. Ligy, F. 2. Poot, H. 3. Lesaffre, A. 4. Candaele, J. 5. Maillard, G. van den 20" tot den 27" Juli 1877. GEBOORTEN Mannelijk geslacht 4) ,ezamenl2. Vrouwelijk ld. 8) Bartier, Isidorus, werkman, en Dellem, Hor- tentia, kleermaakster. Cardoen, Carolus, werk man, en Kasberg, Neeltje, naaister. Vanbeylen, Therosia, 79 jaren, zonder beroep, weduwe van Michiel Vanhaecke, Tegelstraat. Vandenbussche, Regina, 74jaren, zonder beroep, weduwe van Petrus Laroy, Koeimaikt. Kinderen beneden Mannelijk geslacht 3) de 7 jaren Vrouwelijk idem 1) den 26 Juli 1877. Waar staat hun hoofd en hoeveel hoofden hebben zij 2 Om Jans hellekijker meer op zijn gemak te zetten, zullen wij nu veronderstellen dal hij klaar en duidelijk bewezen heeft 't gene hem nochtans onmogelijk is dat de goede Pope- ringhenaars inderdaad drie hoofden hebben. Op deze drie hoofden, en hunne leering, zullen wij aan onze lezers eenige korte bemerkingen mede- deelen. Eerst en vooral 't is wel verstaan dat wij moeten gelooven en doen al wat onze drie ii hoofden zeggen en bevelen. 'T staat immers geschreven die ti aanhoort, aanhoort mij ii En wie is datu U wel dat zijn de drie a Poperingsche hoofden Dus, alwie hen niet ii aanhoort, aanhoort God niet. En de Leftingsche théologie voegt er bij dat, in zulk geval, men noch katholiek noch kristenmensch meer is. ii Jans Veurnaar leert daarenboven nog dal wij aan onze hoofden, in alles moeten gehoor- ii zamen, dewijl zij ook onze rechters zijn. Dat is nog eens zonneklaar. Vervolgens, als onze drie hoofden spreken, 't is God zelve die spreekt door hunnen mond. Onge twijfeld is God onfaalbaar.... dus onze drie hoof den zijn nie min onfaalbaar als God. Luisteren wij dan, met de allergrootste oplet tenheid naar hunne leering. 'T ware veel te lang om al de gewichtige leer punten op te halen welk in onze drie hoofden opgevat en ons door hunne drie monden aange kondigd zijn geweest. 'T is alzoo, bij voorbeeld, dat wij veel gehoord en geleerd hebben op '1 stuk van kiezing, van gazetten, van hair en water mirakels, van kerkpenningen, van liberale ket terij, van de pauslijke onfaalbaarheid en de wereldlijke oppermacht der stadhouders van den gekruisten Jesus, enz., enz., enz., enz. Maar de Toekomst is te kleine om al die ware leeringen aan te halen. Wij moeten ons bepalen en daarom zullen wij alleenlijk een woordje uiteen doen op de onfaalbare en goddelijke leering onzer drie kerkhoofden, betrekkelijk 't gewichtig stuk van trompetzonde, trompetabso- lutie, trompethuwelijk en trompetbegraving. Wij verhopen dat het voldoende zal zijn om aan eenieder te laten zien, hoe stichtend onze drie hoofden die leerpunten elk op zijne manier uit leggen hoe verdienstelijk het is voor de goede Poperinghenaars de drievuldige uitleggingen aaneen te knopen hoe kristelijk aan de zelfde ambtenaren te gelooven, en hoe oolijk van aan de drievuldige bevelen te kunnen gehoorzamen. Eerste punt. Is de trompetzonde eene dood zonde Ja zeker, zegt M. de Deken, die ons eerste en meeste hoofd is Dus wij moeten het gelooven. De gewelven van St-B' rtinus en St-Jans kerken hebben honderd kreren deze leering weerklonken, te welen dat de leden der Philharmonic en de ii Muziekheksen in staat van doodzonde leven, ii doodzonde die zoo afgrijselijk is dat gcene a biechvaders, noch te Poperinghe noch elders, ii de macht hebben om erover absolutie te ver- ii leenen. Vervolgens, alwie katholiek cn kristenmensch wil zijn, moet naar die leering van M. den Deken luisteren, dewijl zij de leering van God zelve is. Hij moet gelooven dat alwie met de trompetzonde besmet is, in den ban der ware kerk van Christus vervallen is en als ketter moet behandeld worden. Dat is zonneklaar. ie Ja maar, de eerw. Pastor van O. L. V. kerk die ook een onzer drie hoofden is en naar wien wij vervolgens ook moeten luisteren gelijk naar God zelve heeft niet eenmaal in zijne sermoe nen over de trompetzonde gesproken. Integen deel, hij heeft aan menigvuldige ware kristenen verklaard dat die geweldmakende zonde niet bestaat. Wij mogen daaruit met zekerheid beslui ten, dat hij, gelijk wij, dezelve aanziet als eene stoutmoedige uilvinding der Jesuitekerk. Vervolgens, alwie katholiek en kristenmensch wil zijn, moet naar de leering van M. den Pastor luisteren, en gelooven dat noch trompetters, noch muziekleden, noch muziekheksen in den ban der ware kerk van Christus niet vallen. Dat is ook zonneklaar. Welnu, Jans oolijke kerkleeraar zou eens moe ten e een woordeken daarover spreken en ons zeggen, volgens de Leflingsche theologie, wie tusschen onze drie hoofden het ware hoofd is naar welkrn mond de ware kristenen moeten luisteren welke van beide leeringen zij moeten gelooven en of zij misschien ja en neen, wit en zwart, recht en krom gelooven moeten En hij zou er, in dit geval, moeten bijvoegen hoe kristen inenschen. die hun eigen hoofd en hunne gezonden reden nog behouden hebben, zulk eenen wondertoer op hun eigen begrijp en versland kunnen uitvoeren {Wordt voortgezet). De Flandre liberale van 21 dezer maand brengt nogeens hel volgende bij I1ALIEN. ZAAK LaMBEHTINI-AnTONELLI. ii De voorzitter der rechtbank heeft een bevel ii in référé uitgesproken verzendende de zaak ii voor de civielen rechtbank in zitting van Zater- ii dag aanstaande. ii Volgens dit bevel de rechtbank zal Zaterdag ii het onderzoek, op de aannemelijkheid der ver- ii scheide getuigen behandelen. ii In eene andere zitting, de rechtbank zal de ii aanneming der getuigen behandelen. a In de aanmerkingen, het bevel aanwijst de a gravin Lorela Lambertiui als eene der naaste a bloed-vriendin des bezitters der erfenis van ii kardinaal Antonelli. ii De broeders Antooelli hebben, aan de recht- ii bank een testament van den overleden kardinaal ii overhandigd, verklarende, ofschoon wat-er ge- ii schied, dat zij zijne geteslamenteerde erfgena- i> men zijn. Antwoord op hel koepiet van 't Vuilblad De Klavecijn is gehouden door 't manneken met zijn boekje. Stem n Mélia te souviens-lu Waar is de lijd dat ik met een lief kuipje Op 't minne water vaarde in vollen stroom, 'K was dan nog jong, met hem nam 'k menig [snuifje, Hij was zoo schoon, hij was zoo kloeken vroom! Hij was gekruind, ik was in zijn vermogen 'K had hem zoo lief, hij minde mij zoo teer I 0 schoone tijd. waar zijt gij heéngevlogen, Gij zijt voorbij en dat voor immermeer. (ïs Kring; der bijtende Cirenadiers. VERVOLG. De president. In onze laatste vergadering was er spraak eene kompanie vrijwilligers te vormen die aan den oproep door den Nonlius gedaan, beantwoordende, als nieuwe kruisvaar ders zouden vertrekken om Z. H. op zijnen wereldlijken troon te herplaatsen en de gekroonde italiaansche baanstroopers weg te schoppen. Eene lijst van inschrijving heeft ten dien einde in ons lokaal berust en ik zal het genoegen hebben u de namen af te lezen der moedige helden die bereid zijn hun bloed te storten voor den zege praal onzer II. Zaak. Maar vooraf moet ik u laten weten dat ik ver nomen heb dat Bei tje, ons grondrijk, ons mil- lioenbezitter Berlje, toeslaat de kosten van toerus ting en wapening onzer vrijwilligaars op zijne beurs te betalen. Pierlala.Wie, Berljehij zal hem haasten; trekt een hair uiten't zal klinken als eene bel Gelijk hij laatst de (niters heeft helpen mon teren met gibernen die 700 franks aan de schat- plichligen der stad gekost hebben. Het is gemak kelijk alzoo parade maken al snijden in een ander man's vleesch neen, neen Bertjes beurs is geslo ten gelijk zijnen koffre-fort en beide zullen gesloten blijven, er is daargeenen duit te krijgen en onder ons gezeid en elders gezwegen, Berlje lacht wel met den Paus, Bei tje is eenen scept.ker die goed de komedie kan spelen en die achter de gordijn ons allegaar uitlacht. De president. Pierlala, indien gij u nog toelaat op zoo eene onbetamelijke wijze van Berlje te spreken, zal ik mij genoodzaakt vinden u de zaal te verbieden. Pierlala. Ja, ik weel hel wel, gij moet al jaknikkers hebben, maar ik zou geen ja voor neen zeggen, alhoewel gij toen van mij zegt 't is wederom zotten Karri I De president. Salenche Ik verhoop, mijnheeren, dat Berlje 't dat zal doen, zooveel te meer dat hij noch vrouw noch kinders te kweeken heeft. Ik ga voort met u kennis Ie geven van deze die zich hebben doen inschrijven en vooral be merk ik aan bet hoofd onzen waardigen en ver- standigen Kroot-eter. Pierlala, ter zijde. Sakrementen, hij zal de pest in 't leger brengen. De president. Wij hebben ook onzen kundigen medebroeder Armen en Beenen, die als geneesheer de kompanie wil vergezellen. Pierlala, ter zijde. Ja, Tyteka met zijne lavemenlbus in d'eene hand, een flambeeuw in d'andere en een paler-nosler rond zijnen hals, en dan op zijnen ju dada, 't zal eenen djenten kerel zijn. De president. Wij hebben nog twee dappere helden die alreeds vroegertijds het doop sel des villus op het slagveld hebben ontvangen, twee helden van Castelfidcrdo die op dezen ver maarden slag de kracht hunner beenen hebben beloond. Pierlalater zijde. Ja, om te fruiten, zij hebben reeds het doopsel van 't vuur der ratatou- marmiet gekregen, en wanneer zij de bersaglie- ries zagen, stelden zij het aan 't loopen lot dat zij te Poperinghe waren een dezer krijgsmannen heeft de maan-blusschers hunne exercicie geleerd en is rui hier oppasser bij de gekruinde officieren van hel zwart-leger. De president. Wij hebben nog eene hoe veelheid jongelingen die maar vlammen omdat slecht italiaansch volk te verpletteren, onder andere mijne zoons. Pierlalater zijde. Bij God dat zullen knappe vossen zijn en geschikte soldaten 'k zie ze al leeren den stap gaen une, deux, hooi, strooi maar zij zullen nog eerst zich wat moeten ontlossen van 't lood welke zij in hunne beenen en 't kalfsvleesch welk zij achter hunne lange ooren hebben. De presidentEn Bruinlen den gewezen sas-baas, die sedert zijne bekeering eene onzer ijverigste vrienden is geworden, hij wilt de Paus gaan kussen zooals hij na de kiezing met de Krulle heeft gedaan. Pierlala. 'K zou toch mij schamen zulke gasten mede te nemen. De president. Sedert zijne bekeering is hij treffelijk burger geworden, Pierlala Wij hebbeu ook nog onzen jongen Klaai op ezel van den Crombeek-weg en dan den teer,deren Elias, den engelijken Elias die gene vlieg zou willen kwaad doen en die zich voorensteld niet, om te vechten, maar om als werk van bermher- tigheid de dooden te begraven dezen zal met veel nut het ambt van croque-mort kunnen bedienen. Klaai op ezel zullen wij klaroen benoemen en hij zal ter zelfder tijd de mis kunnen dienen wanneer de almoesenier Knitted, broeder van den Kroot-eter, deze zal lezen. Laat ons ook niet vergelen 't pater-hoofd die de vlag van O. V van Lourdes zal dragen onder wiens bescherming gij zult zegepralen Dan Neuze die met zijne mach tige trompe de geuzen zal verslinden, de gemiste songe-pater, "t boone kalf van den zwijnhoek met zijn gebeur de rousselaarscbe godsbedrieger en andere treffelijke en achtbare burgers in te groot getal om hier te melden. Louis Venvnt en pupper Lowie willen ook deel nemen aan dezen krijgstocht, de eerste om alle slach van venijnige plagen af te lezen, de andere om den kok te slaan, zonder te vergeten Cissen de Sterrekijker die mede gaat om het weder te voorzeggen en pap op den buik te leggen van deze die door overdaad van moed de buikpijn, den afgang zouden krijgen. I ierlala. Hij zal moeten veel lijnwaad mede hebben, want er zullen er velen in hunnen broek doen. De president. En dan Figaro, onze waardige, on ve gel ij kei ijke Figaro, die uit ver kleefdheid een nonnen-kleedsel zal aantrekken om zich te stellen aan hel hoofd eener afvaardiging heilige vrouwen, zoo als grauwe Julie, Marie- Threese, Tille van nonkel president's en andere Tillen van t zelfde koleur, die willen vertrekken om de gekwetsten te bezorgen en de gelegenheid willen te bate nemen om Pio-Nono zijn groote tee te gaan kussen. Pierlala, ter zijde. Janverdomme. Pius zal kijken wanneer hij al deze peerde-dibben zal zien opkomen voor 't gene de kwetsuren betreft, t zou moeten de kerte-smerte zijn van te loopen. De President. Zoo dan, lieve medebroe ders, schept maar moed en geduld, vecht voor ons geloof, God en de wereld zullen de oog op u hebben en tracht dat een van u den pauzelijken

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1877 | | pagina 2