Gazette van 't arrondissement Uperen. Aaa de Kiezers W* 9. 25 e Jaar. Zondag: 28» Februari 188a Politiek. Stads-, üiunst- en Letternieuws. Verschillige Tijdingen, Markten, Bekendmakingen van het Arrondissement IJ peren. Een ware beschermer van den landbouw. Xes niïüfioen aan den pans. He heme! is voor geld te koop Bureel: ffiixmndestraat, ES. AANKONDIGINGEN 10 centiemen den regel. K.ECÏ.AWIEN 25 centiemen den regel. Brieven en pakken moeten vrachtvrij toegezonden worden ABONNEMENT fr. 4-60 's jaar» voor «ie stad fr. 4-50 vooa* geheel Selgie, Buiteniandsche verzendingen, 't port daarbovon. 16 centiemen bet nnmmer. Men schrijft m op al de postburoelon. In hunne verklaring van 5 Juni 1884, zegden de heeren Berten, Struye en Colaert u het volgende: Wij moeien uit al onze macht iedere verzwaring der militaire lasten en vooral de inrichting der reserve tegenwerken, die wij ais eene nieuwe ramp aanzien voor den landbouw, den koophandel en de nijverheid, welke reeds te veel ver- duren moeten. Zijn die beloften gehouden geweest? Neen In de Kamerzitting van 12 dezer hebben de heeren Berten, Struye en Colaert alles gestemd, wat onze meesters van hen eischten; 't is te zeggen, de inrich ting der reserve en de verhooging' der militaire uitgaven. De inrichting der teserve! Ja, uwe zonen, die hun vaderland gpdurende acht jaren zullen gediend hebben, moeten nu 13 jaren lang ter beschikking blijven van den minister van oorlog; terwijl de rijken, die geld bezitten om zich te doen ver vangen, in het geheel niet optrekken moeten. Is dat geene schande? Is het geene euveldaad van zoo alle lasten op den nek der kleine burgerij en der werkersklas te leggen? De heet' Colaert za! dal afliegen, wees er zeker van! Hij zal zeggen dat wij hem lasteren, dat niets veranderd is. Kiezers Luistert wat een vriend van den heer Colaert, de Staatsminister Nolhomb, de oud-iangrandist, in de Kamer gezegd heeft: Er is eene klas burgers, heeft hij gezeid, die een zwaren, ondraaglijken last opgelegd zullen worden, aan welken anderen zich onttrekken zullen; er zullen eene reeks Belgen zijn, die de bloedbelasling voor allen zullen betalen, die ze tweemaal betalen zullen. Maar in die omstandigheden is iedereen die dienst aan zijn vaderland schuldig; er is eene gerneene schuld, er moeten dus gelijke schul- •1 denaren zijn en ik zie met spijt, dat er in de wetten geen eene schikking beslaat die de gelijkheid voor die schuld bekrachtigt. Zieldaar de waarheid door eenen katholiek gezegd! Kiezers, is zulks rechlveerdig? Is zulks eerlijk? Zieldaar voor de persoonlijke lasten. Wat de geldelijke lasten betreft, zij zullen van af het jaar 1886 loopen door de inschrijving' van eene nieuwe som van 300,000 franks tdrie honderd duizend, fr.) in hel oorlogs-uudget om de jaarwedden van 53 nieuwe kapiteins en de verhooging te bezoldigen. De heer Colaert zal u zeggen dat zulks geen waar is. Maar de heer Nolhomb, zijn vriend, heeft het zelve in de Kamers als stellig bekend en heeft het op eene onwederlegbare wijze bewezen. Wal blijft er dan nog over van het geroep der heeren Colaert en C'c? Niets, tenzij het onloochenbaar bewijs van hun huichelaars gedrag en van hun valsch karakter. De gedragslijn die zij zich komen te teekenen, laat u toe te zeggen dat zij uw vertrouwen misbruikt hebben en aan de eerste hunner plichten te kort gebleven zijn. Kiezers! gij zult dal gedrag weten naar waarde te schatten en gij zult aan die heeren weten wat te antwoorden, wanneer zij uwe stem zullen komen vragen voor de vernieuwing van hun. mandaat. Een liberaal eigenaar uil de omstreken van Gembloers heeft, op den dag dat zijne pachters hem de huur hunner hofstede kwamen betalen, hun allen, vrijwillig en zonder er toe gevraagd te zijn, tien ten honderd afslag toegestaan en laten opstrij ken. Dat is een voorbeeld, dat verdient na gevolgd te worden. Het is de bescherming van den landbouw in den echten zin des woords en die door iedereen moet goed gekeurd en toegejuicht worden. Boertjes, dat ware andere troef in uwe kaart, hé? Zendt een smeekschrift in dien zin naar onze schatrijke senateurs, om eens te zien, hoe die landbouwvrienden het onthalen zullen. Dan ten minste zult gij uwe ware vrienden en verdedigers kennen en ook hen, die het wel met u schijnen te meenen met het doel u gemak kelijk hooge onbetaalbare pachtprijzen af te persen. Wij welen wel en gij nog beier dan wij, wie van dit laatste slach zijn zou. Het comiteit van den St-Pieters- penning voor het bisdom Gent, riep onlangs eene algemeene vergadering bijeen. Daar bekende de sekretaris van dat genootschap openbaarlijk dat het bisdom Gent alleen, binst de 25 laatste jaren eene som van ZES MILLIOENEN, TWEE HONDERD EN EEN DUIZEND, VIJF HON DERD ZES EN VIJFTIG FRANKS (6,201,556 fr.) aan den paus heeft gezonden. Ziedaar, lezer, zes millioenen die naar den vreemde zijn gegaan voor eenen paus, die ze in geene opzichten noodig heeft. Hadde men die gekapi taliseerd, tot welke som zouden die nu geklommen zijn en wat al goeds zou er nu niet mede gedaan kunnen worden in het gansche bisdom. Hoe veel nuttige werken zou men daar mede nu niet uitvoeren kunnen, die werk en brood verschaffen zouden aan de talrijke, arbeidlooze werklie den en hoe zou men daarmede niet bijdragen kunnen om te verhelpen in de algemeene handels-en nijverheids- krisis. Tatlooze ongelukkigen zouden er nu mede uit de klem geholpen kunnen worden en in staat gesteld brood te verdienen voor hun huisge zin, dat nu van broodsgebrek en ellende wegsterven moet. Vooral, wanneer men bedenkt dat die zes millioenen nog maar het over tollige, datgene uitmaken, dat onze zwartjes hier niet noodig hebben om hunne dwangheerschappij, hunne dweepzucht te verzekeren en staande te houden. God weet hoe groot het getal millioenen is, die hier voor kiezingen gebruikt werden en die ons ook onder allerlei voorwendsels afge bedeld geweest zijn. Als wij dat alles wel overwegen, dan vragen wij ons af hoelang de mensch zich nog zal laten foppen en hoelang hij, met gezond verstand be gaafd, zich ook nog zijn geld zal schenken, om daarmede zijne en ieders verdrukking te helpen steunen, te verzekeren en 'in de hand te wer ken. Dat is een raadsel. De mensen is gaarne bedrogen en helpt meestal mede om zich dat bedrog op den hals te halen. Duizend bewijzen zouden wij aanhalen kunnen om dat gezegde te staven. Doch laat ons hopen dat het menschdom te midden dezer al gemeene krisis toch eindelijk de oogen openen zal en zeggen: nu is het uit met het geven aan die zwarte geld duivels; nu zullen wij onze zuurver diende kluiten maar liever opofferen tot verdediging onzer rechten, tot onzer het rechtmatig terug eischen miskende vrijheden, die, voor velen onder ons, maar bij name bestaan. Die gelukkige omkeering in de gemoederen is misschien nakend. Mochte het waarheid worden, dan zou de priester-heerschappij op poli tiek gebied van korten duur zijn en weldra zouden betere dagen voor iedereen aanbreken. De verdraagzaamheid zou haat en nijd verbannen geene tweedracht zou meer onder de burgerij op staat kundig terrein zoo hevig heerschen kunnen en vandaar meer naastenlief de, meer wederzijdsche hulp en gene genheid onder het volk, en vandaar ook een genoeglijker en genotvoller leven voor elkeen. Dees jaar krijgt de gansche katholieke wereld een jubelfeest, door den pans toe gestaan. Zulke kerkelijke feestjes zijn in gericht om aan de zondaars de gelegenheid te verschaffen zich met eene \erbolgene godheid te verzoenen, maar eerst en vooral om de beurs der zwartjes op nieuw te vullen. Ten bewijze hiervan, zullen wij enkel eenige regelen uit het reglement dier jubilé overdrukken en bespreken. Wij lezen in het artikel, dat over de kerkbezoeken handelt, het volgende: Men merke wel op dat de biechtva- ders door den II. Stoel bemachtigd zijn om de kerkbezoeken in andere werken van godsvrucht of van liefdadigheid te veranderen. Van welke werken van godsvrucht of' liefdadigheid is er hier nu sprake. Denk ge misschien dat eene aalmoes geven aan door u gekende noodlijdenden voldoende is? Ge zijt mis, vriend. Uwe gifte moet ge in de beurs of bussen van mijnheer de dnetip steken, die er mede doen zal, wal zijn heilig herteken lust. Dus bidden moet gij niet, als ge maar belalen w:lt. Voor geld krijgt ge den heinel. Over den voorgeschreven vasten vinden wij nog: |.v.- Iedereen is tot vasten verplicht'; doch de biechtvaders kunnen er van ontslaan en een ander werk opleggen. Dat ander werk, lezer, is wederom geld storten. Wilt, ge betalen? dan moet gij niet vasten. Nog eens dus kunt ge den hemel koopen. Maar het is nog niet al. In deze slechte tijden zouden er te velen kunnen zijn, die hunne penitentie zelve doen, die de voor- geschréveae voorwaarden niet met geid 3 TOEKOMST, 1

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1886 | | pagina 1