Gazette van 't arrondissement IJ peren.
POLITIEKE BERICHTEN.
Nr 29.
2&e Jaar.
Zondag 18" Juli 1880.
Politiek. Stads-, liunst- en Letternieuws. Verschilli^e Tijdingen, Markten, Bekendmakingen.
Nog 't Seminarie van
Brugge.
lie slem des volks.
Rnrecl: Diimudeitmt, 18.
AANKONDIGINGEN 10 centiemen den regel.
ftHCLAMEN li eentlem«« den regel.
Brieven en pakken moeten vrachtvrij toegezonden worden.
ABONNEMENT
fr. 4-00 'm jjfuare veor de stad fr. 4-50 veor geheel Belgle.
Buitonlandsche verzendingen, 't port daarboven.
Ifl crHlifincn het nnmiiipr.
Men schrijft in op al de poetbureeien.
De hollansehe liberalen hebben bijzondere
redenen om over den uitslag der Kamerkie-
zingen. die op 22 en 29 Juni 1.1. plaats had
den. meer dan bevredigd te zijn. Men heeft
daar beter dan ten onzent ingezien dat on
derlinge verdeeldheid niets doet winnen,
maar wel aan allerlei gevaar blootstelt.
Daarom heeft men z ch in Holland krachtig
aaneengesloten en ondergeschikte verschil
punten geheel ter zijde gezet. Het gevolg er
van is dat de hollandsche tweede kamer thans
samengesteld is uit 47 liberalen en 39 calvi
nisten. katholieken en tutti quanii.
Het onmogelijk verbond tusschen katho
lieken en calvinistes heeft tot niets gebaat.
Die twee gezindheden, de onverdraagzaam
ste, die men zich inbeelden kanen die in
gewonen tijd niets deden dan zich wederzijds
vervloeken, waren het eens om de vooruit
strevende partij te bevechten.
Onze Noorderbroeders zijn thans gelukki
ger dan wij. De onuitvoerbare Grondwets
herziening is begraven en hun openbaar
onderwijs, dat over eenige weken, onder het
vorig ministerie, zulk grooi gevaar liep, is
en blijft gered.
Tn den franschen Senaat heeft M.Tolain het
gouvernement geluk gewenscht over de uit
drijving van den hertog van Auroale.
Hij voegt er bij, telkens het gouvernement
krachtdadig zal handelen, het 't geheele ver
trouwen van de republikeinsche meerderheid
zal hebben. (Toejuichingen links.)
De heer Chesnelong vraagt om het gou
vernement over die uitdrijving te ondervra
gen; maar de Senaat beslist dat die onder
vraging nu geene plaats zal hebben.
De fransche ministerraad heeft heslist dat
de hertog van Aumale uit het land zal wor
den gezet, uit hoofde van den brief dien bij
aan de dagbladen heeft gezonden, als protes-
tatie tegen zijne verwijdering uit het leger.
Men meldt uit Londen, 12 Juli, 7 u. 's ay.
Gekende uitslagen: 291 conservaieurs; lob
gladstonisten; 65 unionisten en 74 parnedis-
ten.
Dijnsdag hebben de gladstonisten of minis
terie vijf zetels verloren.
De kiezing is bijgevolg niet voordeelig aan
het ministerie Men mag zich aan eene ver
andering van kabinet verwachten.
Te Belfast heeft er ter gelegenheid van
een feest en protestantsche processie, eene
vechtpartij plaats gehad tusschen kaïholieken
en protestanten. Er zijn twee dooden.
Het russisch gouvernement heeft te reke-
net van 17 dezer de vrije haven van Batoum
gesloten.
"Wanneer de schoone en prachtige
Duinenabdij toch, spijts recht en
openbare belangen, in de handen der
geestelijkheid vallen moet, t is te
zeggen aan een klooster overgaan
moet, dan is het aan niemand meer.
't Is dan goed van doode hand
En dan, wanneer Brugge-Zeeha-
ven eens eene wczentlijkheid wordt
hetgene wel te hopen is wat
zal de Staat, dat is gij en ik en alle
man, dan moeten betalen aan t
seminarie om die vijf hectaren of
zelfs maar een deel ervan die nu
voor eenen appel en een ei weg ge
gooid worden, weer te koopen
Waren zij dan nog een stads- of
Staatseigendom, zij zouden weinig of
niets kosten.
Maar met kloosters gaat het zoo
niet.
Een bewijs. Vroeger stond er een
Capucienenklooster bij de statie te
Brugge.
Dat was goed van doode hand, dat
men noodig had voor den ijzer w eg,
't is te zeggen voor den openbaren
voorspoed.
Ten welken prijze heeft men het
uit die doode hand gekregen
Wilt ge 't weten
Voorde kleine som van s&o «inizcnd
franks aan de lieve capucientjes be
taald, die dan nog de martelaars
speelden en eene liberale kiezing
deden mislukken, door hun comme-
diespel van verhuizing in processie.
En 't capucieneklooster was bijlan
ge geen vijf hectaren groot-
Dat de capucientjes bij den koop
geen verlies deden is bewezen. Zij
bouwden twee kloosters in plaats van
een, en gaat maar eens zien hoe
groot die zijn, en hoe vet de capu
cientjes.
Ten andere het voorbeeld, dat men
uit het klerikale Kortrijk aanhaalde,
zegt ook luide genoeg wat schande
lijke daad de Brugsche stadskerk-
meesters begaan hebben.
Te Kortrijk werd het gepatroneerd
bisschoppelijk coilegie, dat 1 hectare
25 aren en 31 centiaren groot is,
door de stad voor 125 duizend franks
verkocht.
Vergelijk dat eens met de 166 dui
zend franks voor de vijf hectaren van
't seminarie en dat nog met 10 jaar
krediet
En nog teekenen de Kortrijkzanen
daar protest tegen aan
Wat zijn die Bruggelingen toch
goè dutsen van jongens, hé
Nog eene drogreden.
De Brugsche klerikale stadhuis-
bazen zeggen dat het seminarie voor
bijzouderen van alle waarde ontbloot
is, omdat het seminarie in gebruik
van den eigendom moet blijven, vol
gens eene overeenkomst van 1833.
Vooreerst, alle overeenkomsten
kunnen gewijzigd worden met we-
derzijdsche toestemming. En in den
nood zou die van 't seminarie ook
wel te verkrijgen zijnlater.
Bovendien heeft het seminarie al
die hectaren toch niet noodig. Iets
minder zou ook wel gaan, denken wij.
Dan zou een ander kooper dan 't
seminarie de overblijvende gronden,
en deze zijn uitgestrekt, te verkoopen
over hebben, zonder dat het semina
rie verhuizen moete. Een contract
zeu dit kunnen voorzien. Het semi
narie zou dan pacht betalen aan den
kooper, en deze pacht, zonder heel
hoog te zijn, zou allicht een schoonen
intrest van de koopsom kunnen ver
heelden.
En waar was de noodzakelijkheid
voor de stad van het seminarie te
vervreemden
Moet een goed bestuur niet een
beetje in de toekomst blikken kun
nen
Maar waartoe zooveel geredeneerd
Een neger kan men niet wit was-
schen.
De geestelijke overheid heeft, bevo
len en de bisschopsknechten hebben
gehoorzaamd.
't Is eene soort van xcedergaaf i zei
de heer Visart.
En dat is de moraal van de heele
zaak.
Brave Bruggelingen zijn het, die
zulk bestuur nog lang aan 't bewind
houden
De schandelijke verkoop van "t semi
narie. zegt de Brugsche Beiaard
verwekt onder de burgerij, en meer
nog onder den werkmansstand van
Brugge meer en meer opspraak. Het is
of ware dat schandaal het druppeltje,
dat den beker moet overloopen doen.
De oogen zijn geopend, de aandacht is
opgewekt en de handelingen der stede
lijke kerkmeesters vormen tegenwoordig
het hoofd onderwerp der loopende re
dekavelingen. Meer dan een is getrof
fen geworden door dat plotselinge her
leven der openbare meening op politiek
gebied.
Nu beginnen de Bruggelingen te zien
en te voelen vooral in wiens handen zij
hunne belangen toevertrouwd hebben en
zij roepen ook luide dat er een einde aan
komen moet. Zij vinden zelfs overal en
in alles bewijzen die toonen dat liet meer
dan tijd is op hun stadhuis eenig toezicht
uit te oefenen.
Wat wij te weten komen is reeds te
schandelijk, zeggen zij, maar wal gaat er
daar al niet om, waarvan wij niets, maar
hoegenaamd niets te weten krijgen; wat
gebeurt er al niet achter de schermen?
Doch men bepaalt zich niet bij klagen
en verwenschen, het is als wilde de open
bare denkwijze zich zelve eenen uitweg
banen en de toekomst zelve voorbereiden.
De plakkaten over liet weggeven van 't
seminarie zijn veel gelezen geworden.
De meelingen van den Liberalen
Vlaamschen Bond hebben ook liet hun
ne bijgedragen.
En al is nu de minste kiezing niet op
handen, de gesprekken gaan hunnen gang,
alsof hel binnen veertien dagen kiezing
ware voor den gemeenteraad.
Ov°r de polihek der partijen echter
wordt niet uitsluitend gesproken, maar
veeleer over de middelen om de politiek
te doen dienen tot het behartigen der
stoffelijke belangen.
Het is nu meer dan bewezen, dat de
klerikale partij voor Brugge niets doen
kan; en wat meer is, al kon ze dat doen,
iedereen is nu overtuigd dat ze het niet
wil.
Integendeel, waar zich het persoonlijk
initiatief der burgerij openbaarde,ontmoette
men enkel de zwijgende en soms ook wel
de opentlijke tegenwerking van het Be
stuur. Hedendaagsch twijfelt te Brugge
niemand meer of de stadsbelangen, de
belangen van iedereen moeten achterslaan,
en verre, bij die van bisdom, seminarie,
kerkfabrieken en katholieke scholen
zelfs de gematigde katholieken verwachten
niets meer van het klerikaal bestuur.
En de liberale partij is, voor het oogen-
blik onmachtig om iets ten voordeele der
stad te doen. Gedurende de vele jaren
dat zij onbetwist de overhand had, ver
zuimde zij jonge elementen voor te berei
den en aan te kweeken. Nu.
Brugsche liberalen in een tusschentijdperk
dal volstrekt noodzakelijk is om den
jongeren den tijd te gunnen de gewenschte
ondervinding en de noodige strijdkracht
op te doen.
Gelukkiglijk is bet wakkere optreden
van den Liberalen Vlaamschen Bond
ons eene verzekering, dat die tusschen-
periode spoedig zal geëindigd zijn.
In de tegenwoordige toestanden is het
overigens eene politieke strijd zonder doel
en zonder betrachting: er heersch veel
gebreken tegen geld weegt, bij de ge
breklijdenden, geene overtuiging op.
Dat is ongeveer de tegenwoordige rede
neering van diegenen, die het met Brugge
wel meenen en dat gedacht vindt veel
bijval. Men wenscht niet dat de liberale
partij optrede, in de huidige omstandig
heden.
Men wenscht evenmin dat er zich eene
nieuwe partij vorme.
Het optreden van eenige afzonderlijke
personen met een bepaald programma
schijnt de ware oplossing te zijn. Eenige
personen zijn, inderdaad, in de oogen van
het volk als de natuurlijke vertegenwoor
digers van zekere gewichtige belangen en
daarom alleen zou men ze gaarne zien,
desnoods zonder politieke kleur, optreden
om persoonlijk de belangen te verdedigen
en ze tegenover de regeering, 't zij eene
liberale of klerikale, door te drijven.
Vele namen van heel be voerde mannen
zijn op alle lippen en de burgerij steil zoo
eene gansche lijst voor, die haar volle
vertrouwen genieten zou.
Box populi, vox Dei; de stem van 't
volk is de stem van God, zegt een oud
spreekwoord. Mocht het waar zijn en
verwezentlijk! worden voor Brugge in bet
jaar 0. H. 1887.
Die ongelukkige toestand, waarin de
belangen van het arme Brugge thans ver-
keeren, jaagt eene huivering over ons lijf,
wanneer wij overwegen, waar wij nu zijn
zouden, wat er van ons IJperen zou ge-
■■'••ft.'-w"
DE TOEKOMST.