Gazelle van 't arrondissement IJperen. POLITIEKE BERICHTEN. STADSNIEUWS. Nr 44. 25e Jaar. Zondag 31 October 1886 Politiek. Stads-, Kunst- en Letternieuws. Verschillige Tijdingen, Markten, Bekendmakingen, Ka de liiezing. BareelDixmadestraat, IS. AANKONDIGINGEN 10 eentiemen den regel. EECLlllËK 95 eentlemen den regel. Brieven en pakken moeten vrachtvrij toegezonden worden. ABONNEMENT fr. 4-@0 's jaar» voor de stad; fr. 4-50 veor geheel Belgl®. Buitenlandsche verzendingen, 't port daarboven. 10 eentlemen het nummer. Men schrijft in op ai de postbureelen. De italiaansche dagbladen kondigen aan dat den minister van oorlog aan den Kamer buitengewoon kredit van 6 mil- hoen frank zal vragen, tot vermeerdering van contingent der ruiterij.Niettegenstaan de zijn ellendigen financiëelen toestand,legt Italië er zich sedert eenige tijd ieverig op toe, zijne bewapening en zijne miltaire inrichting te verbeteren. Ten gevolge van 't initiatief genomen door de partijgangers van Berg, zijn in Denemarken de twee partijen van de lin kerzijde der Kamers het eens geworden om eene groote liberale partij te vormen onder de benaming van Linkerzijde van den Reichstag Men verwacht ook de bijtreding der linkerzijde van den Land- sthing. De uitslag is,wat wij beloofden te zijn. De heer Guillery, de kandidaat der ver- eenigde liberalen is gekozen. Gezel An- seele, de kadidaat der socialisten bekwam ruim een duizendtal stemmen. Hoe welsprekend is deze kiezing niet geweest. De liberalen vereenigd, de kleri- kalen, gemaskerde of ongemaskerde, voe len hunne onmacht en zijn gedwongen zich te onthouden. Welnu het is te hopen dat zulks vol doende zijn zal om de liberalen te doen begrijpen dat het hoogen tijd is zich aan het werk te stellen, om de overeenkomst der liberalen tot stand te brengen. M. Jansonen zijne vrienden moeien nu de overtuiging hebben dat zij op de wer kerspartij en zelfs op de radikalen niet moeten rekenen. Zij vinden hunne politiek te flauw en te weinig gevorderd. In de meetingen hebben zij het verklaard en M. Janson plechtig over boord geworpen. Indien zij waarlijk bezield zijn met liet gedacht het klerikaal gouvernement om- verre te werpen, die liet land arm maakt en het onderwijs geheel vernietigt dat zij zonder uitstel eene overeenkomst ma ken, het zij door eene enkele Associatie te stichten het zij door eiken groep afzon derlijk te laten bestaan en door eene over eenkomst de grondslagen bepalen, op wel ke wijze de aanduiding der kandidaten zal geschieden. Wij zeggen dit niet alleen in belang van de liberale partij der hoofdstad, maar ook in dat van de provincie. De overeenkomst der liberalen te Brussel, zou een over- grooten invloed op de liberalen in de pro- vintie maken, het zou opbeuren, moed ge ven, en meer dan ooit doen werken om de klerikalen van het bewind te werpen. IJperen, den 50 October 1886. Brand. Gisteren, Vrijdag, om 7 ure 's morgens is er 60n begin v&n br&nd ontstci&n in d6 st&l- mestputten onzer Rijschool. Oogenblikkelijk waren soldaten en pompiers ter plaats en den brand was in een oogwenk gebluscht, SCHOOLPENNING. Vorige listen, 54,579-84 Omhaling in het Willems-Fonds, van Zondag laatst, 9-48 Verkochte dagbladeren, 21-25 Totaal, fr. 54,610-57 uitgaven tot heden, fr. 51,958-37 Blijft in kas, fr. 2,672-20 Ih de IJpcrsche Afdeeling van 'I Willemsfonds. Zondag laatst was ik in uwe lieve stad IJperen, naar de landbouwtentoonstelling aangelokt, welke ik geheel puik gevonden heb. Het moet zeker wel den katholieken doen knarstanden, zij die door woorden en niet gelijk de landbouwmaatschappij van uw arrondissement doen, den landbouw veinzen te ondersteunen. Wanneer ik met veel aandacht de ten toongestelde landbouwsproducten bezocht had, deed ik een kijkje in stad. Maar toen ik vernam dat hier des namiddags eene concert-voordracht door de Afdeeling van „het Willems-Fonds gegeven werd, was het mij eene plicht als vlaamscn kind, deze met mijne tegenwoordigheid te vereeren. Te meer verwonderde het mij dat hier in eene verfranschte stad, met fransche zeden en manieren reeds zulk eene afdeeling bestond. Hare stichting moet hier geene verleidelijke taak geweest zijn. Wie zich daaraan hebben willen wagen, wisten zeker wel dat zij een lastig en langdurig werk op zich namen, dat zij weinig ondersteuning, veel onver schilligheid, veel tegenkantingen zouden ontmoeten; dat zij namelijk den haat van twee machtige vijanden, de verfranschers en de geestverdompers, op zich zonden la den, dat zij van hunne aanhoudende pogin gen slechts weinig en zeer trage vruchten te verwachten hadden; dat zij dus veel goe den wil, veel geduld, veel volharding zou den noodig hebben. Eh wel, ik zeg met pleizier en tot hunner eer dat de mannen, die zich de roeping ge voeld hebben eenen kring te vormen, ter verdediging, ter voortplanting der vlaam- sche en vrijzinnige overtuigingen, die op perbest gelukt hebben; ja, eenen grooten steen bij gebracht hebben tot het oprichten en verkloeken van het Vlaamsch gebouw. De groote menigte aanhoorders, die zich in de zaal van den Gouden Arend be vond, was een treffend bewijs dat die voor uitstrevende inrichters met zege in hunne stroeve onderneming geslaagd hadden. Alles liet hopen, dat die bloei nog immer toene men zal, en dat hun streven naar de goede zaak steeds rijker vruchten zal afwerpen. Het programma dezer eerste concert voordracht was opperbest samengesteld daar was, zoo men zegt, iets voor alle goes ting. De fantasia voor piano en harmonium, werd met veel kennis van zaken door twee heeren wedergegeven, die gemakkelijk mo gen in het strijdperk met andere muziek liefhebbers treden. Een der twee kluchtzangers beviel mij opperbest door zijne heldere en verstaanbare stem en lachverwekkende gebaren, die me nigmaal de lachspieren in beweging brach ten. Misschien is 't voor eenige dames en juffrouwen niet al te aangenaam geweest, hetgene hij hun te verstaan gaf? 't Is te ho pen dat zij de waarheden die dikwijls nog al duur vallen gehoord te worden, den kluchtspeler niet ten kwade duiden; want het menschdom wil bedrogen zijn. Eene kloeke stem weergalmde in de zaal: de heer Coffyn, die ik hoop nog meermaals te hooren, zong twee liederen, welke onze liefde voor het vaderland deden ontvlam men. Nu was het de beurt aan den heer Sabbe, door mij en u misschien genoeg bekend om hem lof toe te zwaaien. Wij hebben slechts ons jaarboek van het Willems-Fonds te doorbladeren om over- tuigd.te zijn,dat de heer Sabbe in het geheele vlaamsche land met opene armen ontvangen wordt. In eene klare en door alle toehoor ders verstaanbare taal, heeft hij gedurende een uur het publiek bezig gehouden met de tegenwoordige gewichtige gebeurtenissen, welke Europa's mogendheden erg hekomme ren. Die groote en wel zeker door weinig belezene niensch verstaanbare Question d1 Orient waarover thans zooveel gepraat wordt, heeft de heer Sabbe meesterlijk be handeld om door ons allen opgevat te wor den. Drie denkbeelden zijn het welke de groote omkeeringen in Europa naar een goed deel hebben tot stand gebracht: de nationaliteit, het vormen van rijken en het socialismus. De twee eerste zijn wel zeker de drijfvee- ren der volkeren van Oost-Europa. Deze willen een machtig rijk vormen om het be schaafde Westen onder den knoet der bar- baarschheid en onwetendheid te houden. Rusland wil sedert Peter de Groote's dood een venster op de Middellandsche Zee heb ben, Konstantinopel tot hoofdstad van Rus land maken, 't Is nu te zien of de andere groote mogendheden in Europa Rusland toelaten zullen dit plan uit te voeren. De toekomst zal daarover uitspraak doen. In naam van het talrijk publiek zij het mij gegund den heeren redenaar en medewer kers mijnen hartelijken dank uit tedruk- ken. T. M. Programma van het Concert welke zal gegeven worden, morgen Zoadag, om 7 ure 's avonds, door de koormaatschappij Wer- kerslier, in haar lokaalfden ZwartenLeeuw. i* Deel. 1. Ma Barque, koor, Besciiintt. 2. Ab-Del-Kader, voor basstem, Wytsman. te zingen door M. Emiel Coffyn. 3. Duo Concertante pour 2 violons, Dancla. uittevoeren door MM. Liégeois en Tasseel. 4. Kluchtlied door M. Mailliard. 2° Deel. 1. Le Chant des Amis, koor, A. Thomas. 2. Santa Maria, romance, Faure. te zingen door M. Duflou. 3. Taiaut, Taïaut, duo de chasse, Boisière. te zingen door MM. Delmotteen Aernout. 4. Kluchtlied door M. Mailliard. BAL. De piano zal gehouden worden door M. J. Taccoen. Het arbddsonderzoek 4© SJperen. In ons laatste nummer hebben wij be proefd de zitting te kenmerken door het onder-comiteit van het groote arbeidsonder- zoek in onze stad voor het arrondissement IJperen gehouden en wij hebben eenige ge tuigenissen, in den loop van het onderzoek geboord, doen uitkomen. Noodzakelijk moesten wij zeer onvolledig zijn, onze lezers zullen dat begrepen hebben en, zonder twijfel, ons verontschuldigen. Het ware ons onmogelijk geweest van in de geringe plaatsruimte, waarover wij beschik ten, de lange verhandelingen en de tevens heel gegronde weeklachten der landbouw- vrienden over de kwijning van 't geboerte aan te halen. Waartoe zou het dienen ook? De ziekte is gekend en het geneesmiddel gevonden; 't is de bovenmatige bescherming ten opzichte en tegen iedereen, 't Is zoo! Ook zwijgen wij er over. Maar er zijn andere klacbten, die verdie nen besproken te worden. En nevens die klacbten zijn er nuttige maatregelen, wier spoedige toepassing men terecht aanbeveelt. Zoo klaagt de heer Van Elslande, burge meester van Komen, in naam van de bevol king dier stad en van hen allen, die de oevers der Leie bewonen, zeer bitter over de be smetting der waters van die rivier door de vuilnissen, welke van de fransche werkhuizen voortkomen. Hij vraagt dringend dat er be ternis in dien toestand gebracht worde en dat men het beheer der Leie verbetere. Dat is ontegensprekelijk een heel oude kwestie. Het gaat juist met die besmetting der Leiewaters als met den vaart Leie-IJperlee. Hoe meer men er over spreekt, hoe meer men schrijft, hoe meer men redetwist, hoe naeer men verzoekschriften zendt hoe min men eene oplossing naderen ziet. Men zou haast gelooven dat al de ministeriën, die elkander opvolgen, zich afspreken om ons elke voldoening te weigeren onder voor wendsel, gelijk een getuige het zeer wel zegde, dat, in plaats van acht, tien, twaalf of zelfs zestien afgevaardigden naar de Ka mer en het Senaat te zenden, wij er enkel vier kunnen zenden! En welke afgevaardig den dan nog, groote God! konden zij zekeren morgen maar eens ontwaken, met dit ge dacht, dat men hun minsten vijftigmaal in geblazen heeft en naar 't welke zij zich niet voegen kunnen, 't is te zeggen van zich met al hunne kollega's der provincie te verstaan en in de Kamer datgene te vormen, wat men de Westvlaamsche bank noemen zou, zooals men nu zegt de Brusselsche bank, de Luiksche bank, de Charleroische bank, wat weet ik al! en zou het Staatsbestuur dwingen zekere werken, sedert een halve eeuw als van openbaar nut erkend, te vol trekken en aan welke men aarzelt een begin van uitvoering te geven. Maar hoe lang, goeden Hemel, zullen wij misschien nog veroordeeld blijven enkei eenen oesterbank te hebben Wij komen van de vaart te spreken. Het schijnt ons dat men niet genoeg op dat punt gesteund heeft en het badde, ons dunkens, betaamd, dat een lid van den Koophandels kring eens te meer, in 't openbaar, de ver langens, zeggen wij meer, de eischen der IJpërsche bevolking te kennen gegeven had- de. Want zoo is 't dat men voortaan zal moeten spreken. Wij zullen niet meer vra gen, wij zullen eischen! Zoo doet men te Antwerpen, te Gent. Zoo zullen wij voortaan ook doen. Er bestaan twee uitgelezene redens, waar voor een lid van den Kring het woord had kunnen en moeten nemen: De eerste is dat de voltrekking van den vaart een der voor waarden is sine qua non der herboorie van koophandel en nijverheid in 't arrondisse ment IJperen. De leden van den Kring weten het reeds te lang en hebben het ons te dik wijls gezegd om het recht te hebben zulks te vergeten, ware het nog maar een enkelen stond. De tweede is dat een groot getal werklieden zonder werk zijn. De winter staat voor de deur. En noch beloften, noch aal moezen kunnen onze werklieden tevreden stellen! Zij eischen werk en bijgevolg brood! Men beeft zulks in 't arbeidsonderzoek alhier niet luide genoeg gezegd en 'i is daar om dat wij het hier zeggen. Onze Senateur en Afgevaardigden waren daar! 't Was 't oogenblik om ze tot hun plichtsbesef terug te roepen en hun in de tegenwoordigheid v m twee honderd perso nen, in de Blauwe zaal, te zeggen dat, wan neer men een volksmandaat verzocht heeft, het is om het geheel en plichtmatig te ver vullen en niet om er ijdelheid uit te trekken.. Het was het oogenblik om ze te bescha men, te verbluffen en het was het oogenblik vooral om aan sieur Colaert te zeggen dat hij, in plaats van zijne eigene belangen te bezorgen en te IJperen zijn advokatenkau- toor te doen gelden, in de Kamer de belan gen van zijne lastgevers had moeten verde- DE TOEKOMST

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1886 | | pagina 1