1
Gazette van 'I arrondissement IJperen.
POUTIEKÉ" berichten.
Nr 48.
25e Jaar.
Zondag 28n November 1880.
Politiek. Stads-, Kunst- en Letternieuws. Verschillige Tijdingen, Markten, Bekendmakingen.
B ERICHT.
Be persoonlijke dienst.
Wetsontwerp
op de leger aanwerving.
ff Beprijs van't graan.
Kunstboter.
BureelDbmndeatraat, 18.
AANKONDIGINGEN 10 centiemen den regel.
RECLAMED 15 centiemen den regel.
Brieven en pakken moeten vrachtvrij toegezonden worden.
ABONNEMENT
fr. 4-60 'ajaarsveor de stad; fr. 4-50 vsor geheel Belgis.
Buitenlandsche verzendingen, 't port daarboven.
10 centiemen het nummer.
Men schrijft in op al de postbureelen.
Poperinghe, 6-50 9-09 -
3-Ó0 4-00 6-42
IJZEREN-WEG. 18 Juli 1886.
Vertrekuren van IJperen naar
10-00 12-07
- 9-08 9-58.
Poperinghe-Hazebrouck,6-5012-07 6-42.
Houthem, 5-30 8-20 11-16 5-20
Comen, 5-30 8-05 8-20 9-58
10-10 11-16 2-41 2-53 5-20
8-58
Comen-Armentiers, 5-30 8-05 11-16
2-53 5-20 8-58.
Roeselare, 7-45—10-45—12-20-4-10— 6-42
Langemarck-Oostende, 7-21 12-225-87
-6-22.
Kortrijk, 5-308-20 9-58— 11-16 2-41
5-20.
Kortrijk-Brussel, 5-30 9-58 11-16 2-41
5-20.
Kortrijk-Gent, 5-30 - 8-20 11-16 2-41
-5-20.
De personen die een abonnement
nemen aan de Toekomst voor het
jaar 1887, zullen, van heden tot 31
December naast, ons blad gratis ont
vangen.
In de fransche Kamer is Woensdag
eene belangrijke zitting gehouden, die
wel tot eene ministeriëele krisis aanleiding
zou kunnen geven. Men wil in Frankrijk
spaarzaamheden op de budgetten invoeren;
maar daar het ministerie al de voorgestel
de spaarzaamheden niet wil of kan aan
nemen en de leden die nogtans met eene
groote meerderheid stemmen, kan daaruit
volgen dat het ministerie zijn ontslag zal
geven, als de Kamer op hare vorige be
sluiten niet terug komt.
Uit Konstantinopel wordt gemeld dat
het gouvernement aan de mogendheden
gevraagd heeft prins de Mingrelie, als
vorst van Bulgarië goed te keuren, op
voorwaarde dat Rusland er van afziet de
ontbinding der Sobranié te eischen.
Een bericht uit Sofia meldt dat de
openbare denkwijze niet voordeelig is aan
prins de Mingrelie.
De Gazette van Keulen kondigt een
groot artikel af over de vijandigheid der
duitsche politieke partijen en doet uit
schijnen hoe noodig het is dat er eendracht
op dit oogenblik bestaat, nu wij, volgens
bet algemeen gevoelen, met europeeschen
oorlog bedreigd zijn.
Volkeren, Woensdag tot de beschaving
toegelaten, willen zich uitbreiden, zegt
het blad en bedreigen het oosten. De haat
van Frankrijk bedreigt onze westersche
grenzen.
Dat is niet geheel geruststellend.
De klerikalen zijn nu aan 't werken
tegen het wetsontwerp van M. d'Oultre-
mont dat den persoonlijken dienst vraagt,
even als zij vroeger werkten tegen de
onderwijswet, tegea de wet op de studie
beurzen en legen de wet op de kerkhoven.
Hun hoofdman, M.Woeste, heeft nog
tans verklaard, dat het wetsontwerp veel
goeds bevatte, maar... daar men ook de
seminaristen en paters zou kunnen bin
nenroepen, moet het wetsontwerp ver
worpen worden.
Het nationaal belang, de redding mo
gelijks onzer nationaliteit; de rechtvaar
digheid der wet voor iedereen; de goede
inrichting van het leger en het verwijde
ren van het gevaar een leger te hebben
met socialistische gedachten bezield, dat
alles moet onderdoen voor het belang der
seminaristen-, voor een kiesbelang; om
dat de klerikalen vreezen eenige stemmen
te verliezen bij de aanstaande kiezing.
Wat armzalige, wat gemeene, wat
ellendige, wat bekrompen politiekers zijn
toch de klerikalen.
Hel land is niets; hun eigenbelang is
alles.
Zij hebben in al de plaatsen waar er
klerikale association bestaan, beslissingen
doen stemmen tegen den persoonlijken
dienst. Te Namen heeft men zelfs beslist
dat de afgevaardigden, die den persoon
lijken dienst zullen stemmen, niet meer
zuilen herkozen worden... Gij zijt ver
wittigd M. de Moreau.
De kiezing der klerikalen dat over-
heerschl alles.
Volgens een boertige opsteller van La
Gazette, gaat de heer Woeste groot van
een wetsontwerp op den persoonlijken
soldatendienst, dat om zijne originaliteit
dient gekend te worden.
Zie het hier
Art. I. De soldatendienst is eene plicht
voor alle Belgische burgers van af hun
twinstigste jaar tot hun vijf-en-dertigste
inbegrepen.
Art. II. Zijn voor goed vrijgesteld
1° De priesters van den katholieken
godsdienst;
2° De leden van de geestelijke broe
derschappen.
Art. 111. Zijn tijdelijk vrijgesteld:
1° De leerlingen der groote en kleine
seminariën, alsook die der Faculteit van
godsgeleerdheid in de Hoogeschool van
Leuven, tol aan hunne intrede in de
orders
2° De leden der kerkfabriekraden, ge
lijk ook de leeraren en onderwijzers van
het katholiek oaderwijs van alle graden,
binst den heelen duur hunner bediening;
3° De leden der katholieke kringen en
kristelijke vergaderingen, de werklieden,
die van de beroeps-syndikaten, onder de
bescherming der katkolieke geestelijkheid
tot stand gebracht, deel maken, voorzoo-
lang hunne deelmaking duren zal
4. De kosters, kerkknechten, flam
beeuwdragers, bestuurders en opstellers
van katkolieke dag- en weekbladen en in
't algemeen al degenen die ten dienste der
kerk zijn, voor den ganschen duur huns
diensts.
Art. IV. Zijn voor een jaar vrijgesteld:
1° Al de burgers, voorzien van een
getuigschrift van braafheid en goede zeden
door den pastoor hunner parochie afge
leverd, die verklaren zullen dat de solda
tendienst strijdig is met de kieschheid van
hun geweten
2° Alle burgers, zonder onderscheid
van politieke of godsdienstige gezindheid,
die bewijzen zullen in de handen der ker
kelijke overheid het twintigste van hun
jaarlijks inkomen te hebben gestort om
aan godvruchtige werken besteed te wor
den.
Die som mag, in geene gevallen, min
dan 25 franks bedragen.
Art. V. De vrijstellingen door boven
staand artikel voorzien, zijn van jaar tot
jaar aan dezelfde voorwaarden hernieuw
baar.
Niettegenstaande de zeer lage prijzen
gaan de groote overzeescbe voortbrengende
landen voort met steeds aanzienlijker
wordende hoeveelheden tarwe te verzen
den. Diegenen welke voor het oogenblik
op weg naar Europa zijn, beloopen tot
7,3(10,000 hectoliters, het is te zeggen
3,000,000 meer dan verleden jaar op
gelijk tijdstip. In de Vereenigde-Ststen
beloopen de stocks lot 17,300,000 hec
toliters, of 4,500,000 hectoliters meer
dan diegenen van 1885 op gelijk tijdstip
van het jaar.
Die hoeveelheden wachten op koopers
van Europa, en zoo gauw zij verkocht
zijn, kunnen zij zonder eenige vertraging
verzonden worden. Ook volgen de aan
biedingen elkander op, beloopende rond
de 18 fr. de 100 kil., in onze havens ge
leverd, het is te zeggen, vervoerkosten en
verzekering in begrepen.
Hel koren van Califormë, van uitste
kende hoedanigheid, kost maar 19-00 tot
19-50, zelfde voorwaarden goed schoon
wit koren, dit jaar van goede hoedanig
heid, onder zeil te laten tot in Januari en
Februari, het is te zeggen moelende in
Maart en ;n April aanstaande in de ha
vens van Europa aankomen, worden aan
geboden zonder eigenlijk gezegde prijs-
vermeerdering.
Ook Indië doet aanbiedingen van 17 fr.
tot fr. 18-50, volgens haard en hoeda
nigheid, koopwaar geleverd in onze ha
vens.
In die omstandigheden, schijnt die ver
hooging der prijzen onmogelijk.
Wij raden nogeens onze landbouwers
ten sterkste aan eene meer opgejaagde
teelt in te voeren. Deze zal het doelma
tigste middel zijn om hunnen treurigen
toestand te verbeteren. Het is door daar
enboven eene verstandige keuze der vet
ten, granen en zaden te doen, dat zij met
voordeel die geduchte vreemde mededin
ging zullen bestrijden. Het welzijn van
den landbouw hangt er van af, veel meer
dan van eenig inkomrecht.
Om een gedacht te geven van de voort-
brengst der kunstboter, zullen wij zeggen
dat reeds in 1877 de Lissinger-Fabriek,
bij Weenen, dagelijks eene hoeveelheid
kunstboter voortbracht, gelijk aan diege
ne welke 30,000 koeien hadden kunnen
voortbrengen.
De totale opbrengst in Duilschand
wordt geschat op 300,000 kwintalen per
jaar. Maar't is in Amerika dat die ver
vaardiging eene buitengewone uitbreiding
beeft bekomen. De Commercial Manu
facturing Company, te New-York
brengt alleen 200,000 pond kunstboter
per week voort, en men schat dat de
kunstboter vervaardigd in den Staat van
New-York, volgens de doenwijze gebreve-
teerd door die Maatschappij; gelijk staat,
aan de voorlbrengst van 300,000 koeien.
In het opzicht der gezondheid mag men
over het algemeen zeggen dat de kunst
boter niet schadelijk is, op voorwaarde
dat zij vervaardigd weze bij middel van
zuivere stoffen van goede hoedanigheid.
Nochtans, het kan gebeuren dat het vet,
gebruikt tot de vervaardiging, ten gevolge
van ziekten waarvan het dier kan aange
tast geweest zijn,veranderingen ondergaan
hebbe die ze schadelijk maken.
De Akkerbouw
DE TOEKOMST
9-00.