STflDSN Nr 302. 3öe Jaar. Zondag, li1* October 1891, Zondagsblad van Stad en Arrondissement YPEREN. Ook eens beurt. onze Verzekering der W erklieden. liet nieuwe schrikbewind. Men schrijft in: Te Yperen, DIXMUDESTRAAT, 18, en op al de postbureelen van T land Alle affichen bij den drukker van dit blad gedrukt, worden onvergeld in hetzelve geplaatst tot den dag der verkooping. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikelen uiterlijk tegen Vrijdag middag, vrachtvrij en onderteekend, toe te zenden ABONNEMENTSPRIJS VOOROP BETAALBAAR: 9-50 fr. jaars voor de stad; 3 fr. voor gebeel België. Buitenlandsche verzendingen, 't port daarboven. 5 CENTIEMEN HET NUMMER. Aankondigingen: 10 centiemen den regel. Reklamen: 25 id. id. id. Rechterlijke eerherstellingen 1 frank id. id Akkoord per maand of per jaar. De afschaffing of vermindering der wachtgelden is een schandaal zonder weerga. En we begrijpen niel hoe de ko ning, al is hij zeven keeren een grond wettelijke vorst, zulk schreeuwend onrecht laat gebeuren. Ilel zou aan eene partij niet mogen toegelaten zijn ambte naars om hunne opinie van hunne plaats te berooven. Komt een bediende van Staat, provin cie of gemeente aan zijne plichten te kort, dal men hem straffe, niet meer dan juist. Maar, dat is het geval niet bij de afgezette onderwijzers. Zij hebben zich niets te ver wijten gehad. Zij hebben de schoolwet uitgevoerd zooals het hun bevolen werd gcene letter meer, geene letter min. Die wet was door den Koning gelee- kend, en als treffelijke burgers moesten zij zich naar de voorschriften derzeive betrachtende ambtenaars met vrouw kroost tot den bedelzak te brengen? Neen, nooit Hebben onze «mesters,door de razende papen tot wraakzucht aangespoord, ja, hebben zij wel nagedacht op de schrome lijke gevolgen hunner roekelooze daad? Zoo neen, dan is 't nog lijd om hunne grove feilen te herstellen. Dat zij de op- wachtgeldgestelden terug' in hun ambt zenden en de onnoozel gestraften eene vergoeding voor het uitgestane lijden schenken. Zoo ja, dan dragen zij, en zij alleen de verantwoordelijkheid van alles wat er uit hunne barbaarsche behandeling kan, ja moet voortspruiten. En als de geschiedenis, tot der Belgen schand, later zal aanstippen, dat de offi- ciëele onderwijzers door het klerikaal mi nisterie van 1884 tot 1892, 94 of 90 onplichligd gestraft en gebroodroofd wier en weder de fout van de bestuurders der gedragen. En jnisUmdal z,j aan do wc den jj - ïo| bl3dzijden ook gehoorzaamd hebben, jurst omdal z.j met boekstoü lv<Jd dal bel liberaal geweigerd hebben deze uit te voeren.... lietwe|k dal broodroovers- welnu juist daarom heeft men ze wegge- bewM dezc|f(je s|rsfo|) dc sc UP heeft toegepastdal hel de zwartrokken Is t laf, beest en wreed genoeg |mct de eigenste maat heeft gemeten, waar- Een voorbeeld,lezers van de Toekomst: mede zij zoo ongenadiglijk de onderwijzers ge hebt twee knechten en ge beveelt hun hadden gemeten. een werk zus en zoo af te maken; één ge hoorzaamt dadelijk en volbrengt zijne taak slipt zooals gij het bevolen hebt, de tweede veryvenschl u wat fijn, doet geheel wat anders en lacht u op den hoop nog uit!... En gij baas zoudt den gewillige doorzenden en den koppige eene belooning schenken Neen, maar kan men zich iels gekker voorstellen, zou men zich zoo iets durven inbeelden... en hebben wij het recht niet nogmaals te vragen hoe het komt, dat de hoogste enmachtigste burger des lands zijne trouwste onderdanen laat martelen zonder intijds zijn veto uit te spreken Kunnen de onderwijzers het aan hunne leerlingen en de ouders aan hunne kinde ren nog inprenten, dat zij eerbied en ge hoorzaamheid aan de wetten verschuldigd zijn, als de ministers van hunnen vorst de eersten zijn om de geheiligdste rechten der burgers met voeten te treden? Zouden de honderden ongelukkige ge- broodroofden aan hunne zonen en doch ters nog wel ooit kunnen spreken over de liefde tot hun vaderland en de gehechtheid aan dezes instellingen, als dalzelfde vader land hun zoo stiefmoederlijk behandelt en En dat de hemeldragonders het dan niet beproeven van alarm te roepen, want 'l zal al boter aan de galg zijn gekletst. Oog voor oog, tand voor tand, zij en blijve de leus der liberalen. Ook eens wordt hei immers ONZE beurt In de koolmijnen van dc provincie lie negouwen alleen zijn er gedurende hel jaar 1890 niet minder dan 153ongeIukken gebeurd. Honderd veertig werklieden hebben er hunnen dood bij gevonden en veertig andere zijn er zwaar door ge kwetst' geworden te zamen dus 180 slachtoffers van den arbeid Pas eenige dagen geleden hadden wij eene ontploffing van grauwvuur ie For- chies-ta-Hlarche, welke met eenen slag 27 mijnslaven naar de eeuwigheid zond. Ieder ongeluk rukt krachtvolle mannen uit het leven, maakt brave huisvrouwen tot ontroostbare weduwen en onnoozele kindertjes lol diep te beklagen weezen. Nu eens is het de schuld der werklieden koolmijnen; meestendeels zelfs weet men niet op wie de verantwoordelijkheid rust van de ontzettendende rampen, welke eilaas! al te veelvuldig onze kooldistrikten komen leisteren. Ais twintig, dertig, vijftig en nog meer arbeiders er te gelijk het leven bij inschie ten, dan worden er inschrijvingen in de dagbladen geopend, welke soms honderd a honderd-vijftig duizend franks opbren gen. De getroffene families worden rijke lijk geholpen, ontvangen op geregelde tijdstippen min of meer belangrijke som men, kortom, zij zijn eenige jaren tegen het hongerspook beveiligd. De liefdadigheid aan deze diepbeproef- den zoo ruimschoots bewezen, strekt de maatschappij tot eer. 't ls schoon en edel zijne noodlijdende broeders bij le staan en hen voor de ellende te bevrijden. Voor enkele verongelukten worden gee ne inschrijvingen geopend, geene besten dige hulpgelden gestemd. Twee, drie maanden krijgen hunne weduwen en weezen een karig onderslandsgeld en daarna niets meer ze kunnen maar zien hoe ze door de wereld sukkelen ders van koolmijnen m beelden trekken, zou ons ministerie niet slecht handelen zoodra mogelijk zijne eigene werklieden te doen verzekeren. Dan eigentlijk eerst, zou het de verplichtende verzekering van alle Belgische werklie den mogen eischen. Yperen, 10" October 1891. Sedert de zeuraars van 1" Februari erin gelukt zijn zich van het bewind meester te maken, denken zij alle middels uit om bunne heerschappij le verzekeren, en we gen loodzwaar op al dc kiezers die, gelijk aan welken titel, uit hunne handen moeten eten: de geringste daglooner zoowel als de bijzonderste ambtenaar is omringd van bespieders en mouchards, die last gekre gen hebben hun doen en laten na te gaan en een nauwkeurig verslag te geven over hunne daden. De eene weet men te over halen met zeemzoete woorden, beloften en kleine gunsten; de anderen jaagt men men onmeedoogend Bestuur- schrik aan en dreigt actionnairs van de te br00dr00Yen indien zij niet. blindelings aatschappij,staats- en gemeentebesturen trekken X va» tliesukkelaars niets meer zamc» if veroveraars, aan. Hun broodwinner rust op het kerk-j - 1S waar, velen zijn er nog die hof en zij moeten de bittere gevolgen er( voorzichtigheidshalve trachten tusscben van dragen. Twee wateren te zwemmen en, zonder diezelfde instellingen toelaten van plicht- dat er dooden cn gekwetsten vallen; dan Wel is er op herhaald aandringen van hunne politieke denkwijze te willen ver den Koning, eene bestendige hulpkas anderen, laten gelooven dal zij bereid zijn voor de slachtoffers van ongelukken bij jlunne huidige meesters le ondersteunen. den arbeid tot stand gebracht, en heeft KnAn„„„ An Anderen, en deze znn minder in eeta ons gouvernement ecu paar milhoenljes' J b aan die inrichting geschonken, maar wal, en Z1C" nemen cn verzaken al met an zulke slecht voorziene kas bijbrengen eens hun verledene om de vrienden van om de honderden ongeinkkigen te helpen, Cesar te zijn. die bijna dagelijks gekwetst of gedood Welnu, deze handelwijze moeten wij worden? Vrouwen en kinderen, waarvan afkeuren. Niet dat wij willen zeggen dat de broodwinners aan hun werk veronge- men 2jc[-, moel blootstellen aan vervolgin- lukken, moeten toch zeker met geene al moes wandelen gezonden worden? Dc wet zou daar al sinds lange jaren moeten in voorzien hebben. Er dient een reglement gestemd, dat de patronen van fabrieken, de bestuurraden van mijnen en andere zou verplichten al hunne werklie den te verzekeren. Mits betaling van eene kleine bijdrage per hoofd ware de zaak dadelijk geklonken. Vrouwen en kin deren zouden dan ten minste niet meer moeten schudden cn beven als het ongeluk hunnen man of hunnen vader komt le treffen. En, daar woorden wekken maar voor gen, maar men moet, in de mate zijner krachten het hoofd bieden aan de pogin gen der omkooperspartij en bereid zijn het vaandel te verdedigen dat men in volle vrijheid heeft aangenomen. De overloopers verdienen de algemeene verachting, want zij bewijzen dat hunne politieke denkwijze niet hooger loopt dan hunne belangen en dat zij bereid zijn zicil altijd onder de bannier der overwinnaars le scharen. Zulke mannen noemen wij weêrhaantjes en zij zijn gelukkiglijk klein in getal,

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1891 | | pagina 1