op de wachtgelden. HOS EEN VERSLAG in duigen valt. STADSNIEUWS. Nr 315. 31e Jaar, Zondag 10n Januari 1892. Zondagsblad der Stad en het Arrondissement YPEREA. NIEUWE WET Men schrijft in: te Yperen, Dixmudeslraat, 18,en op al de postbureelen. Alle affichen bij den drukker van dit blad gedrukt, worden onvergeld in hetzelve geplaatst tot den dag der verkooping. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikelen uiterlijk tegen Vrijdag namiddag, vrachtvrij en onderteekend toe te zenden. ABONNEMENTSPRIJS VOOROP BETAALBAAR: 2-50 fr. 's jaar» voor de stad; 3 fr. voor Belgie. Buitenlandsche verzendingen, 't port daarbovevCvQ^- 5 CENTIEMEN HET NUMMER. Aankondigingen: 10 centiemen den regpL- Reklamen: 25 id. id. i Rechterlijke eerherstellingen 1 frank id. id Akkoord per maand of per jaar. Ziehier den tekst der nieuwe voorge stelde wet op de wachtgelden der afge stelde onderwijzers zooals ze door de Kamers bij eerste stemming is goedge keurd en bij de tweede bepaald zal aan genomen worden. Art. 1Het wachtgeld der gemeente onderwijzers, in beschikbaarheid gesteld wegens afschaffing hunner bediening, mag, bij bet in beschikbaarheid stellen, niet minder zijn dan de helft hunner jaar- ;n dad<>1:R'»n dienst, bijwinsten inbegrepen, noch lager daten dan Too ir. In geen geval mag het de dadelijke jaar wedde te boven gaan. Art. 2. Het wachtgeld kan afgeschaft worden, indien dé belanghebbende min der dan achttien maanden dadelijken dienst telde, toen hijin beschikbaarheid werd gesteld en indien hij zijn wachtgeld heeft genoten gedurende eenen tijd, die ten minste het dubbel bedraagt van den duur zijner dadelijke bediening, zonder dal het genot van het wachtgeld van min deren duur mag zijn dan een jaar. Wanneer hij het ten minste gedurende vijf jaren heeft genoten kan liet wacht geld verminderd worden Met de helft,indien de belanghebbende, bij de afschaffing zijner bediening, meer dan achltien maanden en min den vijf jaren dadelijken dienst telde; Met een derde, indien hij vijf en min dan vijftien jaren dienst telde. Met een vierde, indien hij vijftien en tjiin dan vijf en twintig jaren dienst telde; Na tien jaren mag het wachtgeld op een derde verminderd worden. Art. 3. De onderwijzer in beschik baarheid wegens afschaffing zijner bedie ning, wordt als ontslaggever beschouwd, als hij weigert openbare ambten of bedie ningen aan te nemen, waaraan een inkom is verbonden ten minste gelijk aan zijn wachtgeld. In geval van aanneming dezer ambten, of van andere ambten of bedieningen, kan het wachtgeld afgeschaft of verminderd worden, eveneens in geval de belangheb bende, zich in de vereischte voorwaarden bevindende om zijne rechten op pensioen te doen gelden, weigert dit te vragen, alsook in geval hij tijdens het genot van zijn wachtgeld, nieuwe inkomsten zal ver worven hebben of verwerven. Art. 4. De bevoegde mmister doet, bij besluit, op beweegredenen gestaafd, uitspraak over de afschaffing of de ver mindering der wachtgelden. Hoe men in 'JBelyie de wetten toe past. Men weet dat sedert 13 Decem ber 1889 er eene nieuwe wet bestaat riwow v nou W<3 ]Q~ öll kinderarbeid in de fabrieken en manufacturen. Twee jaar na de wet, begint men te spre ken van hare toepassing en er wor den ambtenaren voor het toezicht benoemd. Nu zullen die heeren eens een inspectie-toertje maken in de fabrieken. Weet gij wat de gouver neurs doen? Zij kondigen die bezoe ken veertien dagen te voren aan, opdat deze die de wet alle dagen overtreden, op den dag van het be zoek alle spoor van overtreding zou den doen verdwijnen. En dat heeten Beernaert en C"3 socialistenwetten maken. Yperen, 9n Januari 1892. In de zitting van den Gemeente raad van 2" Januari heeft de heer Brunfaut recht gedaan over de be schuldigingendie Burgemeester Sur- mont in zijn verslag tegen het libe rale stadsbestuur gericht heeft. Hij heeft één voor één die beschuldigin- gen aangehaald en bewezen dat het huidige stadsbestuur denzelfden weg volgt als het voorgaande en dat al de grieven die Burgemeester Surmont hem ten laste legde, niets dan stok slagen zijn in 't water. Ziehier, overigens, hoe de heer Brunfaut zich in den Gemeenteraad heeft uitgedrukt In zijn verslag over den finantiëelen toe stand der stad, in de zitting van 6n Juni laatst voorgedragen, spreekt M. de Burge meester van de inbreuken van het eene dienstjaar op het andere en van de over drachten en de overbrengingen van het eene artikel op het andere. Die inbreuken en die overdrachten zijn het gevolg van de ontoereikenheid der kre- dleten en van de 'wijze die gevolgd wordt in de uitvoering der werken. Met die werken toe te vertrouwen aan benoemde werklieden, sticht men eene plaats waarvan de werkman zich verze- herdacht. Het werk wordt verricht met traagheid, zonder zorg en aan hoogeren prijs dan het zou moeten kosten. Ik begeer te weten of het Collegie, gedu rende het laatste semester 1891, zijne toe vlucht genomen heeft tot eene andere wijze van uitvoering der werken, of deze nieuwe wijze, m geval zij uitgevoerd zou geweest zijn, betere uitslagen opgeleverd heeft dan de oude, of zij aan de stad de besparingen verschaft heeft,die het nieuwe bestuur ervan verwachtte; werkt men in regie, gelijk eer tijds, of bij aanbesteding V De heer Burgemeester heeft vervolgens gezegd Het budjet, dat den 30 December 1.1. g©- stemd werd. sloot met een overschot van lr. 13,250-19 aan het gewone, en van fr. 4,290-92 aan het buitengewone totaal fr. 17,541-11, Wij zijn verre van die rekening, gelijk gij het aanstonds zien zult. Om tot dien uitslag te komen, had het bestuur gebruik gemaakt van zekere toe- lagen die niet verkregen zijn of'die minder zijn dan deze welke men ingeschreven heeft. Het had bijzonderlijk gerekend op het kapitaal van 50,00o' fr., dat moest y> spruiten uit de verkooping van het Ge- rechtshof. Die som was in ontvangst maar niet in uitgaaf gebracht.Zij viel dus in het loopen de geld der stad. O

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1892 | | pagina 1