1000 MENGELINGEN. Priesters Daden van moed en zelfsopofferingen. Schoone Geschenken. STADSNIEUWS. J\r 346. 31e Jaar, Zondag, 14n Oogst 1892. Zondagsblad der Stad en het Arrondissement YPEREA. te kort van 2 millioen! Men schrijft in: te Yperen, Dixmudeslraat, 18,en op al de postbureelen. Alle affichen bij den drukker van dit blad gedrukt, worden onvergeld in hetzelve geplaatst tot den dag der verkooping. Men wordt verzocht alle hoegenaamde artikels uiterlijk tegen Vrijdagnamiddag,vrachtvrij en onderteekend toe te zenden. Voor de aankondigingen buiten West-Vlaanderen, zich te wenden te Brussel bij l'Agence ZTava-s,32,Magdeleinestr., of te Parijs, 8, Beursplaats. ABONNEMENTSPRIJS VOOROP BETAALBAAR: 2-50 fr. 'sjaars voor dc stad; 3 fiwoor België. Buitenlandsche verzendingen, 't port daarboven. 5 CENTIEMEN HET NUMMER. Aankondigingen: 10 centiemen den regel. Reklamen: 23 id. id. id. Rechterlijke eerherstellingen 1 frank id. id. Akkoord per maand of per jaar. Toekomende week Donderdag ver schijnt, bij den drukker dezer, de eerste aflevering van het kluchtig boekwerkje: IOOO MENGELINGEN, door Engel V. E. Het zal slechts 10 centiemen kos ten per aflevering van 16 bladzijden. Men is verzocht de prospectussen te onderteekenen en onmiddellijk bij den drukker Engel MINNEKEER, Dixmudestraat, 18, te sturen. Na dat het boekwerkje ten einde is, zal ieder inschrijver een prachtig geteekend en gesteendrukt deksel ontvangen. Ziehier den inhoud van de le afle vering: 1. De mande wijn. 2. Te koud in de opene lucht. 3. Zijn hoofd was al af. 4. De gouden beker. 5. Twee vrouwen op bet kerkhof. 6. Een kus, 't is ik niet geweest. 7. Ruiterszalve. 8. Saucissen koken vóór gij ze eet. 9. De effekten der electriciteit. 10. De geschilderde bank. 11. De ribbe van Adam. 12. Kurassier vergeten. 13. Soldaat en landkaart. 14. St-Pieter en de getrouwden. 15. De zes hoofdzonden. 16. Kaas om stom te worden. 17. Smeerlapiski. 18. Mieke na den koning. 19. De monumenten van Parijs. 20. Krijschen en lachen. 21. Wat is eene vrouw. 22. Een sterrekundige. 23. Een aardig wijf. 24. De visietekaarten. 25. De bakker die ging trouwen. 26. Bierenhespe. 27. Getrouwde man, poëet. 28. De paraplu in de ophicleïde. 29. Een kaartje voor Pilckem. 30. Moeder en heeft nog geen slagen gehad! 31. Een peerd dat niet benauwd is. 32. Dejeuneeren 's avonds te 10 1/2. 33. De kermis van Houthem. Dagelijks kunt ge in de organen der katte- koppen, groote savooibladen en kleine laster- dweiltjes, lezen dat wij, liberale journalisten de priesters zoodanig haten, dat we ze bij on zen diner met genoegen zouden oppeuzelen. De klerikale bedspreien en frutterkens voe gen er echter nooit bij waarom wij de diena ren der kerk zouden verslinden en daarom wil ik heden die leemte aanvullen in de ge schiedenis der priestereters. Als Christus, de groote denker, zijnen godsdienst daarstelde, behield bij den priester eene verhevene zending voor.Hij wilde dat de dienaar Gods den mensch zoude leerendat hij enkel mensch kan zijn door het goede en dat de broederliefde de eenige band is die het menschdom kan vereenigen om het voorspoed te geven. Eenman, die het genot der wereld opoffert om zich met die taak te gelasten, wiens stre ven enkel bestaat i n het gelukkig maken en in het lenigen der smart zijner evennaasten, dien man eerbiedigen wij, hj; weze dan'n Kuómscru' pïl'cscèl Ui dienaar. Die personen vormen als het ware eene politie voorliet onverstandige volk, en kunnen het met de vrees die zij het inboeze men door Gods straffen, hel, duivel en andere vreeselijke dreigmiddels, van het kwade weerhouden en het dwingen mensch te zijn. Maar mannen die, instede van hunne even- aasten dienst te bewijzen, wat hun ambt meebrengt, door alle sluiksche middels pogen geld af te persen, die zich in de politiek men gen als ze zich van de wereld zouden moeten afzonderen en de macht die hun gegeven is gebruiken om de driften eener partij te dienen, die priesters bevechten wij, met al onze krachten, des te heviger nog om dat zij betaald worden om het tegenoverge stelde van hun doen te verrichten. Zij maken misbruik van hun bezoldigd ambt! Priesters, in den waren zin des woords 0, ze zijn erg raar! eerbiedigen wij, gelijk hetzij welk ambtenaar; priesters, die zich met de politiek bemoeien, die haten we, ja, die zouden we met genoegen, en 'ngoei azijnsaus binnen spelen Twee uittreksels uit den Moniteur Beige: 1) Cols, Karei, onderpastoor te Blaton. medaille T klas. Op 20 December 1891, rond twee ure 's morgens, was een kwaaddoener in eenehoeve te Blaton gedrongen en pleep.de er een vree- selijken dynamietaanslag. Weldra werd de plichtige ontdekt en bevolen hem aan te hou den; doch, als de gendarmen aan zijne wo ning kwamen had de plichtige zich in zijne kamer gebaricadeerd en bedreigde met een vuurwapen, alwie hem naderde. Om het le ven van den hevelhebber niet bloot te stellen beval de Prokureur des konings dat hij niet in de kamer mocht dringen en de woning werd door eene brigade gendarmen ingesloten. Vier-en-twintig uren bleven zij daar, zonder uilslag,als de ondergasloor Cols, die geen gevaar vreesde, den boos doener naderde en hem aanmaande zich gevangen te geven, wat hij deed. 2) Opstaele, Jan-Frans, kaaiwerker te Antwerpen, medaille 36 klas. Antwerpen, 8 Februari 1892. Opstaele liet zich afglijden tusschen eenen steamer en den muur der Cockerillkaai, om een man te redden die in de Schelde was geval len. Dat is 't verschil tusschen 'nen onderpas toor en '11 kaaiwerker. Cesthea-a comme Vantique en wij voegen er dus ook niets bij. Yperen, 13" Oogst 1892. Onze bisschoppelijke provincie raads leden hebben schoone zaken verricht ge durende den laalslen zittijd 't Is waar dat de Gouverneur hen be dankt en gelukgeicenscht heeft over de wijze op welke zij zich van hunne lastige taak gekweten hebben en dal men van dien stond af hunne daden niet meer moet overzien. De lastenbetalers nochtans, in wier zakken de kaloten hunne hand steken tot aan den elleboog, hebben wel het recht te zien tot hoeverre die bisschopsslaven de stoutheid drijven van hen uit te slroo- pen. Overzien wij eens terloops den finan- ciëelen toestand der provincie, volgens de verklaringen door de provincieleden zelve gedaan. Ten eerste,de provincie Westvlaanderen is aan het hoofd van een klein Noch min noch meer Dit te kort spruit, zeggen onze provin- DE TOEKOMST

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1892 | | pagina 1