O, wat geluk een Belg te zijn. MANIFEST VOLK VAN GENT EN'T OMLIGGENDE Belg Werkeloozen, baveloozen, broodeloo- zen en hemdenloozen weest verheugd, danst en zingt de Brabanconne, er is goed nieuws voor u. Weet dan, dat ons België het gelukkig ste land is van Europa, ja, van geheel de wereld. Dit had ge niet ^gedacht, zeker? En ge moet er niet aan twijfelen, want wij weten hel van onzen groolen «achtbaren» mini ster Beernaert, ge weet wel, den vriendin den tijd van den niet min «achtbaren» heer Pourbaix. Hij zelfheeft het gezegd en een paar papegaaien klapten het hem na, dus zal het wel waar zijn. Het leven is tegenwoordig niet duur, en het loon is sedert het jaar dertig met 40 ten honderd geklommen. «Onze handelsbeweging is driemaal grooter dan die van Italië, de helft zoo groot als die van Engeland, enz., enz. En onze algemeene koophandel was in '1890 geklommen tot 6 milliard 137 millioen. «Alleen voor de kapitalisten is het ver slecht, de intrest van het kapitaal vermin derde onophoudend ten bate van 't loon enz. Daaraan ziet ge hoe gelukkig gij zijtin zoo een luilekkerland geboren te zijn. Zegt dat aan uwe vrouwen en moeder, als zij u met een bedrukt en bedroefd ge zicht des avonds na het terugkeeren van uwe dagelijksche zwerftochten, angstig Nog niets. Antwoordt dat ook aan uwe kinderen als zij om brood schreeuwen. Zegt hen, dat ze moeten zwijgen en stil zijn, want, wa ren zij elders ter wereld gekomen, in een land waar men niet voor milliards kan koophandelen, dat het nog veel slechter zou zijn. En als zij op hunne vodden wijzen,, die zij aan het lijf hebben en op hunne holle magen, troost hen met het lot der onge lukkige kapitalisten, die er nog erger aan toe zijn.. Tracht hun medelijden op te wekken voor die arme slakkers, wier intresten ten hunnen bate altijd verminderen. En als zij u vragen waar dan al die mil liards heen gaan, gezien de ellende der a-wen en de verarming d.er rijken, zegldau Ja, wal? Kom, M. de minister, in ernst, derijk- Jbm. van België is ontzettend gestegen,, en volgens u is dit alles ten goede gekomen aan de werklieden, daar de intrest van het kapitaal gedurig vermindert; maar het ge tal werkeloozen, vagebonden en onder steunden stijgt met elke week. Waar gaat het dan naartoe? Gevoelt gij niet dat daarin eene tegen strijdigheid is, iets ongerijmds, iets alsof men spreken zou van droog water? Wij weten nu wel dat uwe «achtbare» medeleden, die, als ze naar de Kamer ko men, er enkel komen met het inzicht er hun namiddag slaapje te doen, er zoo nauw niet op zien, doch wij hebben er geen vrede meê. Indien ge meent wat ge zegt, geeft ge bewijs niets van de huidige économische toestanden te begrijpen. Dit zullen wij u, als ge er om vraagt, geerne aantoonen. En dan het doen voorkomen alsof de veranderingen die onze huishoudkundige toestanden Ondergaan hebben, het werk zijn der verschillende regeeringen die Bel gië bestuurd hebben, hoe belachelijk? Weet ge niet, dat, als het brood goed koop is het eenig levensmiddel dat goedkoop is dit enkel te danken is aan de landbouwmachines, stoomboolen en de cooperaliën?En dat.zoode regeering dierf, zij die eenige goedkoope spijs zou belas ten, om er de duurte in te krijgen? Zeker, er zijn velerhande zaken waarvan de prijzen verlaagd zijn, en aldus beter in hel bereik der kleine beurzen, doch dit is te danken aan de machienen; geenzins aan de regeering. Overigens, de beoeften van allereerste noodzakel^ k lieidals vleeschvischgroen ten, huishuur, enz. zijn integendeel schro melijk verduurd. Loochen dat eens. Neen, neen, heer minister, ondanks al uw stoefenzult gij niemand doen geioovcn dat de werklieden hier zoo gelukkig zijn; ook in vreemde landen spreekt men van ons, belgiscbe arbeiders, zoo ongeveer als wij hier over de Savoyards, de leren of de Duitsche barrakenmuziekanten. Voor u en uwe kliek is liet wat anders. Gij hebt reden tevreden te zijn reeds vóór 35 jaren noemde Karei Marx België het Paradijs der Uitbuiters. Dat is het altijd geweest en dat is het De Werklieden-partij en de Vooruii- atrevende-kring van Gent komen het vol gende manifest uit te geven, dat wij ons ver haasten aan onze lezers mede te deelen, om te toonen op welken vuurberg ons geliefde Vaderland geplaatst is, dt&rk zij de onrecht vaardige en. willekeurige besluiten onzer' ■bekeeraars en I De Kamer der zoogenaamde volksverte genwoordigers, door de cijnskiezers benoemd om de Grondwet, volgens den eisch der Natie, in breeden, demokratischen geest te herzien, bereidt eenen aanslag op het Recht van honderdduizenden uwer medeburgers. Klerikalen en Doctrinairen, broederlijk vereenigd in hunnen haat jegens het Volk, geiijk zij sedert ruim zestig jaar al de bron nen der nationale welvaart, broederlijk, elk op zijne beurt, opslorpen, hebben een schan delijk accoord op den rug der armen gesloten. Beiden vevwerpenï het Algemeen S4ensa"ec3st Hadde het Volk, naar 't voorbeeld der Fransche natie, die haar recht met het wa pen in de vuist moest veroferen, hun den oorlog verklaard; hadden de anderhalf mil lioen politieke parias, naar 't voorbeeld der mannen van 't jaar 30, de vertegenwoordi gers van den cijns uit de Kamer, den Tem pel van 't Voorrecht, gejaagd, geen twijfel dat het Belgische volk sedert lang in 't bezit van zijn politiek recht ware getreden. De volksklas vertrouwde op haar goed recht De massa, de vijftien honderd duizend Belgen, door het wraakroepend ar*. 4 7 buiten het politiek leven gesloten, vermoed den niet dat hunne waardige houding, hunne onverstoorbare kalmte tegenover de tergende ophitsingen eener bezoldigde en volkshaten- de pers, hunne bewonderenswaardige betoo- gingeu ten voordeele van het Algemeen Stemrecht, geenen invloed op de Regeering eu de Kamer zouden uitoefenen. Zij waren overtuigd langs vredelievenden weg', door hunne voorbeeldige houding, in 't bezit huns rechts gesteld te worden, voor welke verovering elders stroomen bloeds waren vergoten geworden. België zou aan de beschaafde wereld een schouwspel geren .eenig in de geschie denis van de politieke ontwikkeling der Volken: «Se SseerseïsesMSe sttaoden", vrij- vilBISg afstasscï «SacatJÏc vass hnn psals- tick Toorn-ectss, de foü*«ed5eE*8aaas«S aan de voJksklias sreSkeisde ces-ga h se 5a de MseeB*dee|aj'5<re bevojfeang geSsjksteB- Scssde vetoE- «Je sÈeRtbss» Bittere teleurstelling «ieeaa ilgciuiceis stenarecSatis 't orde woord der behouders. «ieen sreclhi v«j®a» bo»derddl «sSzeiadlesa! «eesse geJiijkSaeid in den ©taat voor de' onvermogenden, voor de hulpbehoevenden, voor de parias. Gïen Vades'!aw«S meer! De arme moet verstooten blijven in zijn eigen land'; dat hij door zijnen arbeid groot en rijk maakte. De ongeletterde, de behoeftige, geheel de' beklagenswaardige bevolking die van het Algemeen Stemrecht verbetering in haar ellendig bestaan verwacht, GELIJK GE STELD' met SCHURK en SCHELM met DIEF en MOORDENAAR Heer GRACI, met de hulp der Demo craten en Vooruits-trevers in de Kamer ge komen, noemde de plattelandsche bevolking, door de geestelijkheid verstompt, door de< doctrinairen in de onwetendheid gelaten,, door de grondbezitters uitgezogen en door de* Wet zonder bescherminggelaten :foar baren!! Heer VAM r h in d e R Fr 11 d der Ka mer,, omdat de Democraten em Vooruit;» tres- AAN HET

HISTORISCHE KRANTEN

De Toekomst (1862-1894) | 1893 | | pagina 2