Weldadigheidsfeest A. Dechièv HET WILDE MEISJE. État-Civil <1'Ypres. PROGRAMMA Zondag I4en October, Brief uit Sl Jan. EL gegeven ten voordeele eener weduwe en twee onbejarige weezen in de zaal der Oud-Pompiers. i» Lysistrata, openingstuk door de harmonie der Oud-Pompiers. 2° La Bohème fantazij door de harmonie der Oud-Pompiers. 3° Bewegingen voor het boksen in afdeelingen door de Maatschappij der Onvermoeibaren 4° Par expres blijspel in één bedrijf door de Vlaamsche Ster. 5° Dans der hoveniers door de Maatschappij der Onvermoeibaren 6° Adda 't herderinnetje zangspel in één bedrijf door de Vlaamse he Ster. De perisonen die wenschen dit schoon feest bij te wonen zullen zich moeten haasten om eeneingangkaart te koopen, er zijn er maar weinig meer voorhanden. Koninklijke Maatschappij der Vrije Kruisboogschutters van Yper Maandag 8 October. KON1NGSUHIETING. De eerevogel is afgeschoten op den 2® toer door de sympathieken gouverneur van Nieuwenhuize Cyrille. N B De schieting van Woensdag 17, is uitgesteld tot Woensdag. 24. Proeft Petit Beurre PAREIJV Antwerpen. In de zondagschool. Meester. Hoeveel is vier en twee Poltje. (Kan geen antwoord geven). Meester. - Ik heb vier eiers, en ik leg er twee bij. Wat kan ik dan zeggen Poltje Dat gij een kieken zijt. Meester. Hoe zoo 1 Poljte. Wel, vermits gij eiers legt... Meester. - Jultje, wat voor een woord is het woord ei Jultje. Een zelfstandig naamwoord, meester. Meester. Van welk geslacht Jultje. Men kandatniet weten, meester Meester. Hoe men kan dat niet we ten Jultje. Neen, meester het moet eerst uitgebroeid zijn, om te weten of het een haan of eene hen is Meester. - Zooals gij weet, werd Jonas door eenen walvisch ingeslikt. Dat was zeker een groot mirakel. Maar deikt gij niet dat God in staat was of liever in staat, is nog grootere mirakels te doen Gij Lo- wietje wat dunkt u Lowietje. Zeker, meester, hij had den walvisch door Jonas kunnen laten inslikken (29e VERVOLG.) EERSTE DEEL. III. Verlaten. Avène maakte zich gereed om zijnen vriend te gehoorzamen, maar op het oogen- bükdathij zijne hand naar de gesteenten uitreikte, dompelde Laurens er zijne vinge ren in. Aan mij, riep hij, aan mij dit alles Gij hebt het gezegd. Met stoutmoedigheid kou men eene wereld veroveren. Ik heb in mijn leven vele plichtiger daden dan deze be gaan om bedroefd en arm in mijn vaderland weder te keeren. Aan mij die peerlen welke vrouwen zoo duur zouden betalen Aan mij die diamanten welke al de joden mij zouden afkoopen om er eene koninklijke kroon van te maken. Moet ik het sluiten vroeg Paul. Nog niet nog niet Maar Dolorès Ja, Dolorès heeft gezien.... Er ware nog eeri middel, 't ware van het kind naar het klooster te leiden zooals gij met uwe moeder overeengekomen zijt, van haar kostgeld te betalen gedurende zes maanden en dan naar M. de Flessigny te schrijven. Mijne moeder zou den eenen of den an deren dag naar het klooster gaan, zij zou spreken. Plaatsen wij het kind elders Mijne moeder zal navorschingen doen. Behoudt gij het, kistje vroeg Avène, een scherpen blik op Laurens vestigende. Maar Dolorès Dolorès Men kan zich van haar ontmaken. -- Bloed kreet Laurens verschrikt, bloed Neen, het bloed bevlekt Wat zouden wij dan doen Ik heb mijn ontwerp. Zeg het ten minste. Waarom Indien gij de edelgesteen ten houdt, 't, is dat gij tot alles besloten zijt Satan 1 zuchtte Laurens met heesche stem. Het zij zoo antwoordde Avène met eenen helschen lach als men zich aan den duivel verkoopt, geeft hij u fortuin in ruiling uwer ziel ik maak u rijk bijna ondanks u zeiven Geef mij mijn deel. Ziehier den godspenning zegde Lau rens, terwijl hij peerlen en diamanten ge noeg in Avène's handen legde om den ver leider eene fortuin temaken. Welnu, dat is goed zegde Avène het is aangenaam u goede raadgevingen te geven. Leggen wij nu de gesteenten in het kistje, wind het in uwen zakdoek, wachten wij ons wel een enkelen perel bij Janicote te vergeten, en nemen wij afscheid van de weerdin. Dezen avond Ja, dezend avond. Vindt gij niet dat het beter ware mor gen te vertrekken Alles is sedert twee uren vee! veran derd. Laurens stond op. Voor de eerste maal sedert lang betaalde Avène de reking van Janicote. Deze scheen verschrikt toen zij vernam dat de jongelingen naar Mézières gingen. De nacht is donker zeide zij, het bosch is door baanstroopers onveilig gemaakt. Zij hebben over drie dagen eene reiskoets ge plunderd Gij stelt u bloot aan een groot gevaar met u alzoo zonder wapens te ver wijderen. Bah zegde Avène, wij zijn niet bang. Hij voegde er met eenen spotlach bij Indien gij mij niet ziet wederkeeren, bid een de Profundis voor mij. Ik wensch dat u geen kwaad over- kwame, sprak de herbergierster, maar gij tergt God Avène begon te lachen en Laurens nam de ingeslapene Dolorès in zijne armen. Toen hij zich op den weg bevond, zegde hij op eenen toon van leedwezen En mijne moeder Uwe moedir Kondet gij u aan haar toewijden Zoudtgij, met in het dorp te blijven haar de landen terrugeven die zij het eene na het andere verkocht heeft, en hare oogen die zij heeft uitgeweendWan neer gij, na eene tamelijk langdurige ofwe- zigheid, haar zult kunnen aankondigen dat uwe fortuin gemaakt is, zal zij zich er over verblijden en zij zal uwe fortuin zonder wantrouwen deeïen. Maar morgen morgen Het ergste zal zijn dat zij geloove ge lijk de herbergierster, dat wij door baan stroopers in het Ardennenwoud vermoord zijn geweest... Slaapt Dolorès nog altijd Altijd, antwoordde Laurens. Alles gaat ten beste. Beiden werden sti'zwijgend en verdub belden den stap. Waar gaan wij vroeg Laurens ein delijk met doffe stem. Naar de fortuin, antwoordde Avène. Langs welken weg groote God Roep hem niet, zegde Avène, Hij zou ons verpletteren Maar eindelijk gij zegt mij niet.... Hoe wij ons van het kind zullen ont maken Ja. Er bestaat maar één zeker middel, ant woordde Avène. Ik wil niet Ik heb haar weleer ge red, nimmer zal ik haar dooden Dan verlaten wij haar. Op den weg Neen, men zou haar* ontmoeten en zij zou spreken. Waar dan In het woud. In dat onmetelijk woud, vol duister heid en schrik, voor dat tenger kind dat. zoo zeer door zijne moeder geliefkoosd was. Avène stond plolselings stil. Luister, sprak hij, zijne hand op Lau rens' schouder legende, bevalt het u, ja of neen, rijk te zijn? Indien gij wroeging hebt, niets is gedaan Wij leiden het kind naar Mézières, en gij keert onder Marian ne's dak terug om er van ellende te sterven, indien gij den moed uwer ondeugden hebt, want gij zijt ondeugend ofschoon zij somwijlen aan zeldzame angstvalligheden toegeeft, indien gij ondeugend z'jt, zeg ik, laat dat schepsel, dat van uw bloed niet is, en dat gij den tijd niet gehad hebt te be minnen, in den boek van het woud. Dan, in plaats van naar het dorp weder te kee ren, neemt gij te Mézières een rijtuig dat u naar Parijs voert, gij verandert van naam, en op een tijdstip dat Law en zijn stelsel honderd fortuinen daags maken en breken, doet gij u als millionnair doorgaan. Schrik moet gij niet hebben. Indien het kind ge vonden en door iemand opgenomen wordt, zult gij geene misdaad op uw geweten heb ben en wijl God zich met de onschuldigen gelast, het is mogelijk dat Hij Dolorès zoo wel als de kleine vogelen zal handelen. Laurens boog het hoofd en antwoordde niet. De twee medeplichtigen gingen nu langs het woud. Een groote wind huilde in de takken der bommen, de bladeren afschud dende en het drooge hout onder hunne voe ten doende kraken. Paul Avène begaf zich bijna onbedachtzaam in eene soort van schuins voetpad, dat weleer door de hout kappers had gemaakt geweest. De rampzaligen volgden nauwelijks sedert een kwartier eenen smallen weg door dui zend moeielijkheden, wanneer twee schoten zich op eenen kleinen afstand lieten hooren. Kom zegde Avène, de bende van Brindor is dezen avond op tochtmorgen zullen de gendarmen op gang zijn.... Indien men bij geval de kleine ontmoet, zal iede reen zooveel te meer gelooven dat wij ver moord zijn geweest, dat Marianne niet zal nalaten van het kistje te spreken. Op de eerste ontploffing volgde eena twee de losbranding van vuurwapens het was stellig dat de reizigers, door de bende van Brindor aangevallen, zich moedig verdedig den. Verder verder zegde Laurens. Hij stootte tegen iets dat hij eerst voor eenen muur nam, en dat Paul Avène voor de hut van eenen koolbrander herkende. Goed! zeide hij, de kleine zal daar gelijk in haar huis zijn. Hij haalde een vuurslag uit en, door den muur beschermd, ontstak hij eene kleine lantaarn om het binnenste te doorzoeken. Drooge bladeren, zegde hij, eenige kastanjen en het overschot van een brood.... Hij nam de slapende Dolorès uit Lauren's armew en legde ze op het looverbed Het kind sprak als in eenen droom Mijn God, zegde het, bescherm mijnen grootvader, zegen mijne duurbare ouders, verdedig mij degen de boozen en zeg aan uwe engelen dat zij mij onder hunne vleu gelen bewaren. Haar gebed, zegde Laurens, het gebed dat Mev. de Flessigny haar alle avonden deed opzeggen. Avène sleepte zijnen medeplichtige mede. Zij hadden geen honderd stappen gedaan toen een hartverscheurenden kreet zich liet hooren. Die krert, was door Dolorès aangeheven. Schielijk uit haren slaap wakker geworden, bevond zij zich in eene onbekende plaats, en de lieve engel riep hare moeder ter hulp. Gauwer gauwer zegde Laurens, die stem nijpt mij het hart toe. Op mijn woord zegde Avène, gij verdient de fortuin niet die gij komt te win nen. Een tweede kreet, nog snijdender dan de eerste, liet zich opnieuw hooren. Laurens sloeg zijne twee handen op zijne ooren en vluchtte weg. Verloren zegde hij, verlaten Gij zijt rijk waarover beklaagt gij u Waarom Zie Avène, ik was maar een gelukzoeker, gij hebt van mij eenen dief, eenen moordenaar gemaakt. Bewijs dan dienst zegde Avène schokschouderende. Met het krieken van den dag namen de twee medeplichtigen hunne pladfs in een openbaar rijtuig dat den dienst tusschen Mézières en Parijs deed, en terwijl zij zich nederzetten vertelde de voerman dat den verleden nacht drij reizigers en een kind door de bende van Brindor vermoord waren geweest. Einde van hét eerste deel. Wordt voortgezet). MS ast que et Mtecouvretncnl. Achat et l ente de S'ontfs publics Échanye de coupons. Conversion et Conscr iption a tons emprunts Beiges et étrangers. tMétivrance sur tous pays de lettres de crédit, traites et chèques. Avances cle fonds. Dépot de fonds. Comptes-couranls de Depóts de fonds avec carnet de chèques. oü 15, ru<». <lc iMeiiin, 15 S Y PKE§ t liaison f'OBBtiCC CBB cc 1873. AVIS IMPORTANT. Vérkfication des tirages de titrea remboureables. Les listes qui me sont présentées doivent être dressées par ordre numé- rique. Le bureau est ouvert de 9 d 42 hvesmatin. Déclarations du 28 Sept. au S Octobre 1906. Naissances Lams, Simonne, rue Wenninck. Mar- conneau, Ernest, Marché au Bétail De- noyelle, Roger, rue du Lombard. Sinae- ve, Germaine, Hoornwerk. Alleman, Gabrielie, rueLongue du Marais. Leconte, Germaine, rue des Trèfles. Coffyn, Mau rice, rue Basse. Verwaerde, Henri, rue des Boudeurs. Lahousse, Rachel, rue S' Christophe. Lemahieu, Camille, rue Longue de Thourout. Depauw, Marie, rue Carton. Denutte, Marguerite, rue des Plats. Slosse, Maurice, rue des Boudeurs. Vancoppenolle, Maurice, chaussée de Dickebusch. Manages Leen, Jean, instituteur a l'Ecole de Bien- faisance de l'Etat, et Van Elslande, Alphon- sine, professeur de musique, tous deux a Ypres. Van Elverdinghe, Emile, menui- sier, et Wouts, Estelle, sans profession, tous deux a Ypres. Slosse, Georges, terrassier, et Dehollander, Sabine, ouvrière, tous deux a Ypres. Flepts, Henri, bou- cher, et David, Anne, sans profession, tous deux a Ypres. Goemaere, Médard, bou- langer, et Dubois, Emma, couturière, tous deux a Ypres. Vermeulen, René, ouvrier agricole, et Degryse, dentellière, tous deux a Ypres. Dècès Salomé, Marie, 3 semaines, chaussée de Zonneb'ke. Decneuvel, Marie, 72 ans, sans profession, veuve de Lemarre, Philip pe, rue de Lille. Depuydt, Gustave, 28 ans, forgeron, époux de Declercq, Lucie, rue des Veuves. Messiaen, Adèle, 65 ans, sans profession, veuve de Depuydt, Benoit, ehau-sée de Dickebusch. Lau- reys, Gaston, 11 1/2 ans, rue Edouard Fiers. Vandewynckel, Jules, 8 raois, chaussée de Zonnebeke. Depuydt, Ju lienne, 55 ans, dentellière, veuve de Behague, Gustave. rue des Chiens. C O O. 5* c A c a a w <V •A s "8 Ai S S <3 Verkochte kwantiteit. o Tarwe Rogge Haver Erwten Boonen Aardappels Boter Eiers. VAN HET OM 7 URE STIPT. l- <c V OS'S 7 O NO O 'm. QJ M i. CS i» 5 i w V CS CA r—j - AA O. O oaooooooo OG^aOOOaOOCO 2 O O s_ O 03 -a cl ri'OCOOOCOOCO G^ co to O a-o ooaoooooo 0®r-000«D<3^ cr. bG «3 O* CC Oi02flOO<OOCO TH O O O co O O O O O O ao o o o o o o r— O co" n; c 03 c 03 C"3 s-

HISTORISCHE KRANTEN

De Weergalm (1904-1914) | 1906 | | pagina 3