A. Dechièvre Institnutvan Jumet-Heignebij Charleroi HET WILDE MEISJE. État-Civil cl'Ypres. Musique. 1 S 1 Le Franc de Bruges I Thibaut bevond, draaide van zelf plots om en reed over het lichaam van Henri Thibaut. De broeder ging dadelijk hulp halen en de geneesheeren besta- digden dat H. Thibaut vijf ribben ge broken had, inwendige kneuzingen droeg en in zeer bedeukelijken staat verkeert. -Men vreest eenen noodlottigen af loop. Ecnc wraakneming op Gorsika. De 28 jarige luitenant Gayer d'Orth, geboren te Arras, werd neergeschoten in eene straat van Ajaccio, door den genaamden Ph. Antonetti, Deze be weert de eer zijner zuster te hebben verdedigd, 17 jaar oud en dienstmeid in de restaurant, waar Geyerzijn maal nam. Luitenant Geyer stierf, toen hij toe kwam in het gasthuis. Tot zijn dood verdedigde hij zich geen betrekkingen met de zuster van zijn moordenaar te hebben onderhouden. TWEEDE DEEL. VI. Het vertrek. God gelieve dit kind op mijnen weg te plaatsen zegde mevrouw de Flessigny bij gebrek aan een fortuin dat ik wellicht niet meer bezit, zal ik haar al geven wat de dankbaarheid en de liefde geven kunnen Op welk tijdstip geschiedde die schip breuk vroeg Antoninus. In den nacht van 23 tot 24 October 1721.... Mevrouw de Flessigny voegde er vreesach tig bij Zeg mij nu hoeveel jaren sedert dien verloopen zijn. Tien jarenantwoordde Stefana. Mevrouw de Flessigny smachtte eenen kreet van smartelijke verwondering, en door eene schielijke beweging ging zij vóór den grooten spiegel der schouw staan en bezag zich aandachtiglijk. Ik herken mij niet meer.... zegde zij het hoofd schuddend, en niemand zou mij herkennen, zelfs niet de echtgenoot dien ik beween, en welken de droefheid wellicht zal ten grave gesleept hebben. Tien jaren lijden en ontberingen hebben van de konin gin van Islas del Rey eene vrouw met wit haar, met verbleekt wezen gemaakt. Zij verborg haar voorhoofd in hare han den en zuchtte Al het hartzeer harer schoonheid, barer schitterende jeugd was in die woorden be grepen. Maar met het geheugen terug te krijgen vond Flavians den moed weder zij schud de haar hoofd, als om er een lastig gepeins uit te verjagen, dan vouwde zij godvruch- telijk de handen Ik ben ondankbaar en onrechtvaar dig de echtgenoot dien gij mij gegeven hebt, o God, is de edelste en de beste der menschen Maar nauwelijks had zij die woorden uit gesproken, die het geheim eener uiterste hoop bevatten, of zij voegde er bij Hij is goed, maar hij is rechtvaar- dg.... hij beminde mij maar hij aanbad zijne dochter.... Hij heeft Dolores in mijne armen gelegd en Dolorès is verloren.... De echtgenoote is gered, de echtgenoote leeft, maar waar is het kind Ik ben slechts een matroos, mevrouw, zegde Marszeil, maar ik oodeel de dingen onder het oogpunt der waarheid Gij hebt, om uwe kleine engel te redden, al gedaan wat menschelijk kon gedaan worden Gij kondet plaats nemen in de sloep en gij hebt het niet gedaan uit vrees die te overlasten... Gij mochtet gelooven dat Dolores in veilig heid in de handen des reizigers aan wien gij haar vertrouwd hebt.... Maar de strandroo- pers waren daarDe zee zal het kind te rug genomen hebben, de roovers zullen het kistjehebben behouden... Vóór God en voor uwen echtgenoot zal ik zweeren, gelijk ik het dozen avond zweer, dat gij u niets te verwijter, hebt, niets 1 Dank heb dank antwoordde Mevr. de Flessigny, de eeltige hand des matrozen tusschen hare bevende vingeren nemende. En sedert den dag dat gij de spelonk van Vloghaver verliet, wat is er van u ge worden vroeg Stefana. Ik weet het niet ik gingaltijd voort, den raam mijner dochter herhalende en haar aan iedereen vragende.... Ik heb het onduidelijk geheugen van dorp tot dorp ge doold te hebben, het brood der aalmoes of de beziën der braamstruiken etende.... Dein druk blijft mij der klare nachten, die een ontelbaar getal sterren boven mijn hoofd deden glinsteren, en ik heb nog een warm gevoel dat men des winters in de stallen ontmoet.... Dit alles is verward, zeer ver ward.... Het schijnt mij nogtans dat ik, sedert.eenen tijd, waarvan ik den duur niet nauwkeurig kan opgeven, mijne gedachten met min moeite verzamel.... Mijn verblijf in dit huis heeft mij eene groote rust ver leend..Het heeft mijn lichaam versterkt en mijn hart bedaardIk heb uw mode lijden boven mij voelen zweven, gelijk men den indruk heeft van de tegenwoordigheid eens onzichtbaren engel.... Uwe herberg zaamheid hebt gij broederlijk vericiit Met de kleeding die mijne lompen verving vond ik het geheugen van mijnen eersten toestand weder, zonder nochtans helderheid genoeg te hebben om mij mijn eigen naam te herinneren en in welke omstandigheden ik de wezens verloren had die mij duurbaar waren. De aandoening, door het verhaal van Marszeil veroorzaakt, kon alleen dit mira kei teweegbrengen. De gravin vroeg alsdan aan den matroos Hebt gij mij dan aanstonds herkend Neen autwoordde de zeeman het ware mij onmogelijk geweest mij van den eersten dag uwen naam te herinneren, maar uw wezen veroorzaakte in mij een zeer levendigen indruk. Ik had eerst de ze kerheid u ergens ontmoet te hebben. Aan welk teeken, opwelk oogenblik zijn uwe vermoedens in zekerheid veran derd Op het oogenblik dat dit arm meisje, welk uwe handen met kussen overlaadt, op nieuw de bosschen ging bereiken, hebt gij u op uwe kniëen geworpen, de armen tot haar uitgestrekt..., en ik heb in uwe wezen strekken de brandende liefde wedergevon- den, die ik er reeds ontwaard had wanneer gij de nina Dolores sUeeldet. Dolorès nina Dolorès stamelde het wilde Meisje. Mevrouw de Flessigny nam des meisjes voorhoofd in beide hare handen, en haar blik, door de tranen vermoeid, beschouwde langen tijd het aangezicht van het eenvou dige schepsel dat haar tegenlachte. Wat is 't dat mij tot u aantrek vroeg zij. Wat wil de hemel met onze ellenden bijeen te brengen Indien gij niet gepoogd hadt deze woning te ontvluchten, had het gevoel van toederheid mij mijne armen tot u niet doen uitreiken. En Marszeil zou mij niet herkend hebbm Oh zeide zij met eene droevige vurigheid, nu weet ik wél waarom ik u bemin en waarom ik u aanneem niettegenstaande mijne hartverseheuring gij gelijkt aan deze die God mij ontnomen heelt gij hebt hare oogen, hare schooue blauwe oogen. Mevr. de Flessigny verborg meteenehand de oogschelen van het wilde Meisje, alsof zij den glans zijner oogappelen niet kon verdragen maar dat gebaar was nog eene lielkozing en het Boschmeisje bedroog 'er zich niet aan. Stefana en Antoninus stonden te zamen op. Wat verlangt gij van ons vroeg zij. Gij zijt vermoeid moeien wij u laten rusten Moet ik u Ursula zenden Ja, antwoordde Mevr. de Flessigny ik bezwijk aan de hevigheid eener aandoening die mij voor de tweede maal foltert maar met mij het geheugen weder te geven geeft mij de hemel de macht van het gebed weder en het gebed troost en versterkt.... gij moogt mij verlaten, gij laat mij met God. Stefana knielde zich neder. Heer, zeide zij met ingetogene stem, I geef die moeder de schatten van liefde we der die zij verloren heeft herinner haar het verledene niet om het voor haar in folte- ring te veranderen. Breng haar den echtge- 1 noot die haar beweent, en verdubbel de vreugden der toekomst gelijk zij voor uwen dienaar Job gedaan hebt.... Ik dank u om dat gij van mij het werktuig uwer voorzie nigheid hebt gemaakt dat uwe engolen voortaan een huis bewonen, door de on schuld en de smart geheiligd. Ontvang de jonge ziel die spartelt in de onwetendheid, versterk de beproefde moeder, en bestuur zelve de gedachten en de stappen uwer kin deren. Het wilde Meisje, dat zijne handen ge vouwen had, gelijk zij het mevrouw de Fiessigny had zien doen, sprak duidelijk de volgende woorden uit Mijn God Mijn God Donder en Bliksem 1 riep Marszeil, den dag op welken ik met mijnen kapitein naar Sinte-Anna van Auray gegaan ben om haar over onze redding te bedanken, heb ik mij niet meer bewogen gevoeld. Voor den drommel Zulke tooneelen zouden eenen matroos in fontein doen veranderen. Tot wederziens, mijn vriend, zegde Mevr. de Flessigny tot Marszeil tot we derziens en tot morgen Stefana wierp zich in Flaviana's armen, en de burggraaf raaakte met zijne lippen de blanke hand der gravin aan. Dan deed het wilde Meisje een stap vooruit, en met een verrukkend openhartig gebaar, stak het zijne bruine hand uit. Arm meisje stamelde Antoninus arm lief meisje Hij nam den arm zijner zuster en ging met haar en Marszeil de roode kamer uit. Noch te zeer ontroerd om zich aan den slaap over te geven, wierp Mevr. de Fles signy zich op haar bed. Voor de eerste maal kwam het wilde Meisje in plaats van zich op zijne pelsen uit teslrekken, plaats nemen bij daze die haar op eene onweerstaanbare wijze aantrok. De arm van het onschuldig kind strengelde zich om den hals der gravin en deze sliep in onder den indruk van twee frissche lippen op hare wangen. Vervolgt). BB a n q ue et Btecouvrement. Achat et 9 en te de Blonds publics JÈchange de coupons. Con version et Souseriptiou a tous emprunts Beiges et étrangers. BBélivrunee sur tous pags de lettres de crédit, traites et chèques. Avances de fonds. Dépót de fonds. Comptes - courants de Depóts de fonds avec carnet iie chèques la. mede IVeiiln, 15 3 I Y P It E S. J. Maisofli fonclce en 1 1873- AVIS IMPORTANT. Vériücation des tirages de titres remboursables. Les listes qui me sont présentées doivent être dressées par ordre numé- rique. Le bureau est ouvertde 9 d 12 hr6S matin. Declarations du 29 Mars au b Avril 1907. Naissances Dehollander, Mario, Nouveau Chemin Saint Martin. Waekenier, Arthur, rue Saint Jacques. Brunfaut, Laure, rue de Lille. Dewachter, Marie, Boulevard Ma- lou. Cnockaert, Etienne, rue Saint Jacques. Vanderghote, Marie, rue d'El- verdinghe. -- Masscho, Maurice, rue des Trois Jumeaux. Muylle, Lucienne, rue du Passage. Dewilde, Albert, rue de la Plume. Vande Vliedt, Edgard, chaussée de Zonnebeke. Steelandt, Robert, Vieux Marché au Beis. Misplon, Michelle, chaussée de Lille. Mariages Goethals, Charles, paveur, et Deconinck, Albertine, dentellière, tons deux a Ypres. Ollevier, Joseph, mecanicien, et Decadt, Marie, sans profession, tous deux a Ypres. Vanderbregt, Henri, huilier, et Heme- ryck, Virginie, dentellière, tous deux a Ypres. Therry, Alphonse, menuisier, et Verwaerde, Valentine, dentellière, tous deux a Ypres. Callandt, Henri, charron, et Baratto, Nathalie, sans profession, tous deux a Ypres. Lahousse, Victor, tisse- rand, et Verleure, Oolavie, dentellière, tous deux a Ypres, Doolaeghe, Théophile, ouvrier au tram, veuf de Wullems, Léonie, et Deberdt, Emma, sans profession, veuve de Tydtgat, Jules, tous deux a Ypres. -— Cherchié, Louis, colporteur, veuf de De- brouwer, Marie, et Thiteca, Herminie, ouvrière, veuve de Billeau, Jean, tous deux a Ypres. Gadeyne, Camille, menuisier, et Notebaert, Alixe, sans profession, tous deux a Ypres. Vanhoutte, Remi, em ployé du génie, et Dujardin, Céline, bro- deuse, tous deux a Ypres. Décès Giller, Rosalie, 84 ans, sans profession, célibataire, Nouveau Chemin Saint Martin. Soufflet, Octavie, 60 ans, sans profes sion, veuve de Pinte, Julien, Kasteelgracht. - Bonte, Jeanne, 4 jours, rue des Bou- de'urs. Meesseman, Camille, 22 ans, sans profession, célibataire, rue Longue de Thourout. tLuoas, Marguerite, 74 ans, sans profession, veuve de Lenssen, Mathieu, chaussée de Poperinghe. Deplancke, Charles, 79 ans, sans profession, veuf de De Grave, Emérence, époux de Leroy, Marie, rue de Menin. Vermeesch, Brunon, 62 ans, meunier, célibataire, rue Gustave de Stuers. - Demolie,' Constance, 63 ans, sans profession, célibataire, chaussée de Poperinghe. Boisdenghien, Marie, 76 ans, sans profession, épouse de Dasseleer, Pierre, chaussée de Poperinghe. EN VENTEan bureau du Pro- g-rès une charmante mélodie de Mme G. Matthyssens sur un poème de M1'0 Marguerite Goppin. La musique du charmant compositeur féminin est a la fois jolie, expressive et accessible a tous les talents. Le poème est plein d'un amour dé- voué et ardent, et offre eet agrément rare pour les dames qui chantent, que c'est une femme qui s'exprime, et non pas, comme presque toujours, un hom- me qui déclare ses sentiments. J'ai bu les larmes musique de Mme G. Matthyssens, paroles de Marguerite Goppin, fr. 2, net. Ilibliographiei VIENT DE PARAITRE Noms de families des magistrals de Cancienne administration (1228-1771). par R. de Beaucourt de Noortvelde. Ouvrage trés intéressant pour Bru ges, oü l'auteur retrace l'histoire an- cienne de cetie ville antique, et prévoit dans l'avenir, une renaissance compléte grace a Bruges, port de mer. CO <D ft A O S-. 5 I 2 2 r SS .£s£a i s»g.s g» a g (GESTICHT VAN DEN Dr. L D0GN1AUX, SPECIALIST.) Breuken, Aderbreuk, Waterbreuk radikale genezing zonder breukbanden, voor het leven, in 10 tot 15 dagen, door bijzondere volstrekt persoonlijke behandelin gen, die sedert 13 jaar hunne bewijzen hebben geleverd Elk jaar 850 tot 900 ge nezingen. Vraag referenties. Talrijke kanditaten voor openbare bedieningen (Belgische Staatsspoorwegen, enz.) zijn aangenomen, na in deze kliniek te zijn behandeld ge weest. Misvormdheid der ledematen Genu valgum genu varum, slomp-en platvoeten, enz. Albums van bonderden genezingen, bevestigd door photografies, kunnen in 't in stituut geraadpleegd worden. Vrouwenziekten afzakkingen, afwijkingen, enz. Volstrekte geheimhouding. Kliniek van eersten rang in opzicht van gewondheid en gemakken, groote lokalen, vol maakte bewerktuiging, bijzondere gezonde ligging, park van twee hectaren. Docter DOGNIAUX woont nabij zijn gesticht, waar hij ontvangt op Maandag en Woensdag, van 1 tot 3 uren, Telefoon 473. n OQC1 n (48e VERVOLG.) Humbert Humbert =s- KD NOTES HISTORIQTJES 03 rr. 2 3 -a bJi> g GO g «03 -a - en a 03 03 O O S £- a btc «3 03 T3 48 c""' •t2 -O +-» 03 a tz :/3 r- 03 03 O C3 «-J C/3 a 03 C3 ton 3 *3 2" b 13 3< r- 63 X a ft X 3 a. s -w Ti, s oI •-* 2 cn 63 ■63 OS ICO £-1 5 w Fh z 25 ac OOiOOOOOOO oo^iooaooci -ri -r- O O <3<1 OiOOOOOOO 205^0000000 t0 5f3 0000b*0n t-« O O '-ft o o o o o o o o o o o o C3 ao o a 03 O C/3 03 s- 03 O n03 O 03 fcd ftc/s^ftftftoao i

HISTORISCHE KRANTEN

De Weergalm (1904-1914) | 1907 | | pagina 3