Het Gestolen Kind, Stadsnieuws. 20 millioen verlies voor den kleinen man. Mengelwerk. 28 De kiezingen van 24 Mei. Geen geluk. Welke redeneerkunde Théaïre d'Ypres. F" 75 U S T Uit het omliggende. Zoodat het clericaal ministerie per jaar 308 miljoen contributiën MEER ontvangt dan het liberaal bewind in 1884. Maar dal is het ergste niet De onrustwekkende vermeerdering van onze openbare schuld wordt een nationaal gevaar. Die schuld bedroeg 1 miljard 428 miljoen in 1884 Ze bedraagt 3 miljard 415 miljoen in 1907. Waar we vroeger 2 franks schuld hadden, hebben we nu 5 franks te betalen. Elke inwoner, 't zij groot of klein, heeft eigenlijk 490 franks schuld. Dat kan nog al tellen Die vermoedenng was zoo gewel dig, dat ze, in 1906, 6 miljoen 916 duizend franks per maand bedroeg, in 1907, 7 miljoen 166 duizend. En dat zijn nog de min slechte jaren soms vergrootte de schuld iedere maand met 10, ja 11 miljoen frank. Het gaat zoover, dat, van de 610 miljoen belastingen, die 't gouverne ment per jaar trekt, er 104 miljoen af moeten, om den interest te betalen van zijne schulden dus bijna hel derde der inkomsten i 194 miljoen interest per jaar voor schulden, dat beteekent bijna 375 FRAiNKS per minuut. Gaan we, ja of neen, naar den fi- nancieelen ondergang Vele menschen sparen op de post en zij die daar hunne spaarcenten dragen zijn doorgaans landbouwers, werklieden of neeringdoeners. Elkeen weet dat wanneer op het spaarboekje meer dan 2000 fr. bijeenverzameld is, die som op naam van den spaar der in een rentboekje geschreven wordt. Thans zijn er 99 duizend zulke renlboekjes, bijna allen toehoorende aan den geringen man, met eene ge zamenlijk ingeschreven som van 398 millioen 6 honderd duizend franken. Onze lezers weten dat de Belgische rent sedert eenige maanden van 99 op 94 fr. gedaald is of eene vermin dering ondergaat van 5 0/0, en daar deze vermindering ook de rente boekjes betreft, komen wij tot een verlies op voormelde som van twintig mülioen fr. Ziehier nu wat een persoon, een renteboekje van 2000 fr. bezittende daarmede verliest Iemand die verleden jaar 2000 fr. Taf er eden uit het Rotterdamsche Volksleven. XI. Het raadsel wordt opgelost. Ja, vader, zij heeft veel geleden maar daarbij altijd berust in den wil van God toen zij op het punt stond den laatsten snik te geven, heeft zij mij gebonden u, zoo ge ooit herstellen mocht, te zeggen dat zij u vergeven heeft. Weder sloot de zieke de oogen en bleef geruimen tijd beweeg- en sprakeloos liggen alsof hij dood ware. Toen hij den blik weder op Karei wierp, vroeg hij hoe lang is aij reeds dood u Bijna vier jaren, vader. Dus zijt gij reeds sinds vier jaren... een rilling liep den lijder door de leden, en weder zweeg hij eenige oogenblikken, waarna hij sprak verhaal mij iets van uwe moeder. Nu begon Karei een geregeld verhaal van hetgeen zijne moeder wedervaren was van af het oogenblik, dat zij van haren krank zinnigen man was gescheiden met opzet maalde hij met de zwartste kleuren af wat zij geleden had, om op zijn vader te diepe ren indruk voor te brengen. Eveneens be schreef hij de weergalooze vriendschap, waarmede hij door den heer en mevrouw Van Steenen was vereerd, en verergerde wat hem door den heelmeester was op het hart gedrukt, matigde hij niet het minst den vurigen Oden aan de vreeselijkeaandoe- op zijn spaarboekje bad. welke op een rcnteboekje zijn overgebracht was alsdan eigenaar van 2000 fr. bel- gische rent die hem 20 maal 99 fr. 1980 fr. had gekost Indien hij ze nu wil terugtrekken ontvangt bij enkel 9 4x 20 of 1880 fr dus een zuiver verlies op zijn kapitaal van 900 fr. Dit verlies, dat thans twintig inil- lioen bedraagt, zal nooit ingewonnen worden, want-de belgische rent zal niet meer opslaan. De priester en de politiek In Belgie hebben onze geestelijken, van allen graad, zich sinds lang, hals over kop in de politiek geworpen ziehier wat de aartsbisschop van Rouaan (Frankrijk) over die handel wijze der politieke geestelijkheid zegt De politiek heeft de geestelijldieid geen geluk meègebracht want daar door worden de priesters verdacht, ze verliezen er door hunnen zedelij ken invloed, de politiek, hitst den haal tegen hen op en die haal valt op de religie zelf terug De plaats van den priester is aan het altaar, op den predikstoel, in den biechtstoel, aan de bedsponde der zieken, bij de werken van liefdadig heid, van volharding, van godsdien stig onderricht. Het is zeer goed de maatschappij te begunstigen, te wer ken opdat hare leden de plichten van den godsdienst zouden kwijten maar de priester moet zich onthouden in openbare vergaderingen te verschij nen, waar zijne tegenwoordigheid slechts zou dienen om de driften van onze tegentrevers op te hitsen en hen aan de grofste beleediging bloot te stellen. Bij den dringende plicht de ontroe ringen van de politiek te vluchten, moet hij den niet min strengen plicht voegen de ontroeringen van een bit teren opschietenden, onverbiddelij- ken ijver te vermijden, want wij moeten ons ministerie met eene tee- dere menschlievendheid uitoefe nen. Vergelijkt nu eens die taal van een kids der Roomscbe Kerk met de landelwijze onzer Belgische geeste- ijkheid Is het te verwonderen dat de gods dienst hier van langs om meerschijnt te willen afnemen Het Staatsblad van Vrijdag deelt het koninklijk besluit mede van 21 April, ningen ten prooi was en meermalen het hoofd van zijn zoon poogde af te wenden, Zie, vader, vervolgde hij, na zijne ge- heele geschiedenis medegedeeld te hebben, al het geluk, dat ik geniet, al den voor spoed, die mijn deel is, heb ik te danken aan den edelen Van Steenen, aan den man, die, wellicht, om dat hem zijn dierbaar eenigkind ontrukt was, op mij al zijn liefde scheen overgedragen te hebben. Ook aan haar, zijne dierbare echtgenoote, wier hart eenmaal tot bloedens toe geslagen werd, toen men haar van haren oogappel beroofde, ben ik gren.'.eloozen dank schuldig voor het geen zij voor mij deed. En hoe edelmoedig waren zij niet, toen zij met hunne welda den overlaadden, ofschoon zij nimmer kon den vergeten welk verdriet hun door mijn vader was aangedaan. Om hun naar waarde te beloonen, wist ik dat er slechts één weg voor mij open stond geen schat der wereld zouden zij uit mijne hand aangenomen hebben zij behoefden dien niet en zouden hem ook niet als prijs hunner weldaden hebben gewild. Maar wat zij niet weigeren zouden, als ik het hun aanbood, is hun kind, hun eenig kind, waarvan zij meer dan twintig jaren ges heiden zijn. Vader, dierbare vader, gij kunt mij daarto6 in staat stellen o zeg mij waar het kind van Van Steenon zich bevind Waarom vraagt gij mij dat kind Vader, moet ik het voor mij hartver scheurende woord uitspreken moet ik zeg gen, dat het door u aan Van Steenen ont nomen is Is het niet vreeselijk voor mij mijn vader van dergelijke misdaad te moe ten beschuldigen O ik zou het niet doen, zoo ik mijne beschuldiging niet door de der- gelijkste bewijzen kon staten. Antje de kindermeid en Hoefnagels, uwe medeplichti- j waardoor cis kiezers der provinciën Oost Y aan leren, Henegouwen, Lim burg fu Luik voor Zondag 24 Mei bij- eengeroepen worden om over te gaan tot de vervanging der uittredende volksvertegenwoordigers en senateurs. De kandidaten moeten voor Zondag 10 Mei voorgesteld worden. De provinciale raden van Oost V laan deren, Henegouwen, Limburg en Luik zullen op 21 Juli overgaan tot de kie zing hunner provinciale senateurs. Het Journal d'Ypres, dat zijne laatste twee nummers bijna uitslui- telijk wijdt aan de redevoering uit gesproken door M. Colaert in den loop der bespreking der begrooting van Schoone Kunsten en Weten schappen, komt te ontwaren dat M. Van Merris eenige opmerkingen ge plaatst heeft in den loop der bespre king van Landbouw die in de Kamer over eene maand besproken werd. Het Journal d' Ypres, in zijn num mer van Zaterdag 18 April, her neemt deze opmerkingen en schrijft behendiglijk «Onze Volksvertegen woordiger M. Van Merris heeft in de Kamer'eene belangrijke redevoering uitgesproken... Belangrijk inderdaad, zoo belang rijk dat zij zelfs niet bemerkt is ge weest door de redaktie van het Jour nal d' Ypres I Oordeelt eens Onder de vragen die tot den heer minister der openbare werken gericht zijn in de zitting van 22 April 1908, komt deze van M. Van Merris, die luidt als volgt Verscheidene keeren heb ik de eer ge had u het maken aan te bevelen van brug getjes voor voetgangers aan de beweegbare bruggen te Wervick en teComen. 7,000 tot 8,000 werklieden moeten er viermaal daags overgaan om te gaan wer ken in Frankrijk en dikwijls gebeurt het dat, deze bruggen gedraaid zijnde, deze werklieden op het gepaste uur in de fabriek niet kunnen aankomen en zich blootstellen aan berispingen van hunne meesters en zelfs aan boeten. Ware het niet mogelijk ten spoedigste een einde te stellen aan dezen plagenden toestand M. Van Merris doet niets anders dan eene vraag herhalen die reeds gen, zijn van God met allerlei rampen bezocht... Waar is Hoefnagels vroeg de zieke met bewogen stem Hij is dood, vader, na mij de misdaad geopenbaard en zich met God verzoend te hebben. Antje is gehuwd en heeft hare ram pen nauwelijks kunnen tellen al hare kin deren heeft zij, nog voor deze een jaar oud waren, naar het graf zien dragen, en 't kind, dat haar nu voor eenige dagen gebo ren is zal wellicht ook ten dood gedoemd worden, zoo gij door eene herstelling der misdaad de straffende hand Gods niet weder- 'houdt Gij zelf weet wat gij geleden hebt, vóór gij met die droevige krankzinnigheid werd bezocht, en dan deze verschrikkelijke ramp zelve kon de wraakroepende arm van God u gevoeliger treffen Nu heeft de Hemelvader, die minder barmhartig dan rechtvaardig is, u daarvan verlost, om u gelegenheid te geven van het kwaad weder goed te maken en met een gerust gemoed de eeuwigheid in te gaan. Ach, vader, ik smeek het u, beloon Van Steenen voor het geen hij aan mij deed en neem de wroeging weg, die uwe ziel moet verscheuren Maar hoe weet gij dat het kind nog leeft?... heeft men u niet gezegd, dat het kind dood is Ja, maar het denkbeeld dat 't geluk van Van Steenen voor altijd verwoest zou zijn, heeft nimmer in mijne ziel ingangkun- nen vinden neen, het kind leeft, het moet leven... er is eene stem in mijn hart die mij dat dagegijks, ja ieder uur zjgt.; ach vader, ik smeek u, zeg gij het ook Ja, Karei... het leeft... De zieke be dekte het gelaat met beide handen, in weer wil die beweging hem,nieuwe pijnen deed lijden. verscheidene keeren gesteld is ge weest en waarmede M. Nolf zich dikwijls bezig gehouden heeft. Het gevraagde werk is van een onbetwistbaar nut en het is waarlijk ongehoord dat het niet sedert lang uitgevoerd is. Maar hoe zal die goede heer Van Merris aan zijne kiezers uitleggen dat hij den toegang van Frankrijk wil vergemakkelijken voor 7 tot 8,000 werklieden, wanneer ge durende den ganschen kiesstrijd die de laatste wetgevende kiezingen is voorafgegaan, hij en zijne vrienden Frankrijk hebben durven voorstellen als een bedorven land ü'est SAMËDI prochain 2 MAIque sera donnée sur notre théatre la repré- sentation de Opéra en 5 Actes, de Ch. Gounod, avec Artistes, Uhoeurs, Meubles. Ac cessoires spéciaux, Orchestre et Ballet par la tournée lyrique Talabot. En raison de la longueur du specta cle, on commenceraa 8 h. 1/2 bienpré- cises. VPER Diefstal. Onbekende dieven zijn inde verffabriek gedrongen van M. Dambre-Delobel, in het Han delskwartier, en hebben er verscheide ne honderden kilos steenkolen en eene partij lood gestolen WERVICK. - Ongeval - M. Ca- miel Verbeke, voerman te Passchen- daele, reed Woensdagmorgen met een kamiou, geladen met 3,500 kilos vlas, naar Meenen. Gekomen aan den bar- reel van despoorlijn Wervick-Meenen, brak een der achterwielen van den kamion en gansch de lading vlas werd over de spoorbaan verspreid. Aanstonds daagde er van alle kanten hulp op na tien minuten werken was de spoorlijn ontruimd. Er is voor een 50tal fr. schade aangericht. ROUSSELARE. - Diefstal. - Vrij dagnacht hebben dieven ingebroken bij de wed. Vanhallemeers, bakkerij en winkel, op de wijk Barnum men heeft uit de tooglade 8 fr., verschillige winkelwaren, alsook den gouden ring van haren overleden man gestolen. Het is nog maar drie weken dat de man begraven is. LENS. - Mijnwerker door een ge weerschot gedood. in een twist is Maandag een mijnwerker, Léonce De wale, te Méricourt door een zijner kameraden, M. geheeten, met een geweer doodgeschoten. Amelie, vader, moeder, hebt gij het gehoord het kind van Van Steenen leeft. O de wensch mijner ziel is vervuld ik wordt dwaas van geluk maar eensklaps zwijgende, verzonk bij in diep nadenken. Na eenige oogenblikken zeide hij op den toon der diepste moedeloosheid maar hemel, mischien heb ik mij te spoedig aan de vreugde overgegeven. Het kind kan in de acht jaren uwer krankzinnigheid gestor ven zijn. Neen, sprak de zieke met zwakke stem, het is niet gestorven het leeft... Op die duidelijke maar volkomen onbe grijpelijke verklaring zag Karei allen, dia in het vertrek waren, beurtelings in het gelaat, en zijn blik scheen te vragen hoe kan hij weten wat in die acht jaren al of niet heeft plaats gehad?» Hij stond als op heete kolen en vroeg zich zeiven of hij niet de speelbal was van zijne verhitte ver beelding. Ora een einde aan die akelige on zekerheid te maken, zeide hij hoe kunt gij zoo stellig verzekeren dat het kind leeft, vader Of is uwe ziel weder in den dikken sluier der krankzinnigheid gehuld Ik weet wat ik zeg... en verhaal u nogmaals: het kind leeft... Zeg mij dan waar het is, opdat ik het zijne ouders kujine wedergeven. Breng Van Steenen aan mijn hed ik heb het hem ontnomen, ik zal het hem zei ven wedergeven. Ach neen, vader, spaar u zeiven die mededeeling, die u ongetwijfeld moet grie ven, 0 laat mij Vnn Steenen gelukkig maken. Ik zelf zal Van Steenen zijn kind weder geven, hield Van den Oden vol. Dan vlieg ik naar mevrouw, om haar de heugelijke tijding mede te deelen 0 maaaaamÊBÊÊiÊÊmÊÊÊÊÊmmaaÊmmam «aamuit nvwjuwh'Himüwmüüi

HISTORISCHE KRANTEN

De Weergalm (1904-1914) | 1908 | | pagina 2