Stadsnieuws.
Lantaarnaansteker,
Maatschappij
der Oud-soldaten van het
helgische leger.
Afschaffing der barrieren
bij den doorgang der
waterpas liggende wegen.
De vaart der Leie
naar de Yperlée.
Mengelwerk. 9
LOTGEVALLEN EENER WEES.
De tentoonstelling van
Kunst en Ambaehlen.
Maatschappij van
Hofbouwkunde van het
arrondissement Yper.
hebben aan de beminnelijke gade van
M Houzé.
De stoet', nogmaalgopmilitaire wijze
her vormd, vertrok en ging door ver-
schiilige straten der Stad.om den acht
baren Voorzitter naar het lokaal te
leiden. {Een ooggetuige).
Vragen gericht tot den heer minister
van spoorwegen, posterijen en telegra
fen door den heer NOLF
Het publiek klaagt sterk over de
afschaffing der sluitboomen aan de
overwegen langs den spoorweg van
Yper naar Kortemarck. Het verkeer is
daar bijzonder gevaarlijk, vooral in dit
seizoen van 't jaar waar de toestand
van den oogst en de beplantingen op
sommige plaatsen belet de treineD bij
tijds te zien afkomen. Er gebeurden
reeds ongevallen en andere zijn te
vreezen.
Wil de heer minister niet, zooals
vroeger, bedoelde overwegen doen be
waken of een anderen maatregel voor
schrijven tot verzekeriug der veiligheid
van het publiek, wat thans niet het ge
val is met de bestaande op9chrit;a<>. r
Vraag gericht tot den heer minister
van financiën, door den Heer Buyl
Den lln Juli jongstleden, op de
markt te Yperen, eischten de beambten
van den fiscus van de kramers het
kwijtschrift van hun patent, en daar
die kramers, die allen in regel waren
met den fiscus, dit stuk niet bij zich
hadden en het dus niet konden vertoo-
nen, werden zij beboet.
Acht de heer minister niet, dat er
in die omstandigheden redenen bestaan
om hen van de boet te ontslaan, en aan
die talrijke kramers de gevolgen te
sparen van de ongewone handelwijze,
die hen terecht gestoord heeft
Maandag laatst heeft men de eerste
peilingen begonnen, te doen aan de
tunnel van Hollebeke. Een tweède in
genieur van bruggen en Wegen is naar
Yper afgevaardigd geweest met bij
zondere zending zich met de werken
der vaart bezig te houden
Men weet, inderdaad, dat volgens
het antwoord dat de heer Minister ge
daan heeft aan M. Nolf, in de zitting
van 22 Julli 11., dat met hetinzichtde
b voltooiing der vaart van de Lei naar
de Yperlée te verhaasten en terzelfder
tijde de belangen van den Staat te be-
schermen, de heer Minister beslist
heeft te doen overgaan tot dé aanbB-
steding bij middel van mededinging
der werken die nog moeten uitge-
DE
Uit het Engelsch.
Achtste hoofdstuk.
Opg-ehoopte wraakzucht.
I)e volgende dag was Zondag. True was
dan gewoon ten minste de halven dag met
het gezin van den koster naar de kerk te
gaan maar dewijl Geertje geen hoed had,
kan zij niet gaan, en True wilde haar niet
alleen laten. Zij sleten dus den morgend
met te zamen langs de werven rond te wan
delen en naar de schepen te kijken op die
wandeling droeg Geertje maar ouden doek
over het hoofd gespeld. In den namiddag
viel True bij het vuur in slaap, en Geertje
speelde met de kat
Willie kwam in den avond, maar het was
alleen om goeden nacht te zeggen eer hij
weder naar zijnen meester ging. Hij had
haat en kon volstrekt niet blijven want
zijn meester had een zeer geregeld huishou
den, en sloot gaarne vroeg zijne deur,
vooral op zondagavond. De oude Cooper
bracht echter zijn gewoon bezoek en toen
hij heen gegaan was en True Geertje gerust
in slaap op de bank vond, dacht hij dat het
jammer zou zijn haar te wekken en legde
haar zoo gekleed in bed.
Zij werd niet wakker voor des ochtends, i
en toen zeer verwonderd dat zij gekleed
voerd worden aan den overtocht, van
den verdeelingstop tusschen de Lei
en deu Yzer.
Het programma dezer mededingmg
zal twee veronderstellingen dulden
in de eene zal de waterspiegel der
voorziene verdeelings waterleiding
behouden worden en, in de andere
b zal dezen waterspiegel verheven wor-
den.
De andere voorwaarden en grond-
slagen der mededinging maken te
b genwooidig het voorwerp uit der
o studiën van den bevoegden dienst.
Het inzicht, van den heer Minister
is tot deze aanbesteding over te gaan
ten langsten in den loop van het toe-
komende jaar.
Het bestuur van bruggen en wegen
zal zich dus bepalen met de plans en
voorwaarden op te maken van het uit
te voeren werk, maar dit zal uitgevoerd
worden door aannemers onder hunne
verantwoordelijkheid.
Herinneren wij nopens deze zaak de
passage van eene redevoering uitge
sproken in de Kamer door M. Nolf, in
de zitting van den 19 December 1905,
die wezentlijkheid is, aangezien het de
aanbesteding bij mededinging is die
heden aangenomen wordt.
Ziehier deze pasage
Het was dus om de openbare denk-
b wijze op een dwaalspoor te brengen
dathetcrediet van250,000f. ingeschre-
x> ven werd op de begrooting van 1902,
even als het was in 1899, daags voor
b de wetgevende kiezingen in het ar-
b rondis8emeht Yper.
Maar wat te denken van deze ter-
mijn-verschuivingen die opklimmen
tot 1893
Indien, gelijk het de ministerieele
verklaringen zeggen, het bestuur van
b bruggen en wegen de kwestie ernstig
b bestudeert, moet men er uit besluiten
b dat het onmachtig is oui het vraag-
stuk op te lossen
b Indien het zoo is, waarom zou men
zijne toevlucht niet nemen tot eene
aanbesteding met mededinging
Ik kan u verzekeren, Mijnheer de
Minister, dat gij aannemers zult vin-
den om de werken te voltooiien en
b er de goede uitvoering van te waar-
j> borgen.
b Maar ik weiger te gelooven dat
het bestuur van bruggen en wegen
b onbekwaam zij de werken tot een
b goed einde te brengen.
Voor de eer onzer ingenieurs, ver-
b kies ik aan te nemen dat de vol-
o tooiing onzer vaart moet en niet kan
toegeschreven worden dan aan den
kwaden wil der regeering
M Nolf heeft dus geen reden om
misnoegd te zijn óver de genomen be-
lissing, zooals het Journal d'Fpres het
verzekerde, aangezien de regeering
zich vereenigt met een voorstel dat hij
zelf vooruit gesteld heeft.
was, sprong zij op en liep lachend naar
True, om te vragen hoe dit zoo kwam. True
was bezig met vuur aan te maken, en na
dat Geertje antwoord had gekregen op hare
talrijke vragen -- wanneer en waar zij in
slaap was gevallen, en hoe zij in bed was
gekomen - hielp zij hem met allen ernst
en ijver om het ontbijt gereed te maken en
de kamer in orde te brengen. Zij volgde
daarbij de onderrichtingen van jufvrouw
Sullivan, die zij allen zeer wel onthouden
had, en toonde bij al wat zij deed eene bui
tengewone vatbaarheid. In den loop, van
eenige volgende .weken leerde zij zich ook
nog op verlerlei manieren behulpzaam ma
ken, en deed voorzien, dat zij, gelijk juf
vrouw Sullivan voorspeld had, eens een
knap huishoudstertje zou worden.
Natuurlijk waren de diensten die zij be
wees maar gering doch hare vlugge en ge
willige voetjes haalden. True vele stappen
uit, en zij bracht werketijk veel toe om de
kamer net en zindelijk te houden, terwijl zij
daarin bijzonder hare eer stelde, Zij voel
de wel dat jufvrouw Sullivan van haar ver
wachtte, dat zij nu stof en spinnewebben
eens waren weggeruimd, zorgen zou dat zij
zich niet weder opzamelen, en was het in
derdaad aardig om te zien, hoe ijverig het
kleine meisje dagelijks, wanneer True uit
was om de lantaarnlampen te vullen en
sehoon te maken, een ouden bezem zwaaide,
waarvan de stok was afgekort om hem voor
haar gebruik gemakkelijker te maken. Juf
vrouw Sullivan kwam nu en dan eens bin
nen om haar te prijzen en te helpen en
nooit was Geertje beter in haar schik dan
wanneer zij iets r.ieuws leerde doen. Zij
had ook wel eenige rampen en tegenspoe
den. Twee of drie maal liet zij bet brood
dat zij zou roosteren geheel zwart branden
en nog erger, eens brak zij een theekopje,
Deze Maatschappij, die nog maar
sedert vier of vijf maanden ingericht
is en reeds talrijke leden telt, heeft
Maandag 3 Augusti haren eersten uit
stap gedaan, ter gelegenheid der over
handiging van het rereteeken, aan ha
ren voorzitter den heer Gustaaf Hou
zé.
Ten 2 1/2 ure kwamen de leden in
het lokaal den Zwarten Leeuw bijeen en
ten 3 ure stipt vertrokken zij in stoet,
muziek aan 't hoofd, naar het huis van
hunnen Voorzitter, waar zij een gul
hartig onthaal genoten.
De heer Henri Demeyer. in eene
welgepaste aanspraak die dikwijls met
toejuichingen onderbroken werd, zeg
de met hoeveei genoegen zij dezen
schoonen dag hadden zien aanbreken,
hoe gelukkig hij was den heer Voor
zitter, namens de gansche maatschap
pij, het eereteeken en de voorzitters
sjerp der Maatschappij te mogen aan
bieden, hij drukte zijne hoop uit deze
nog zoo jong ingerichte Maatschappij
onder zijn bestuur te zien bloeien
en aangroeien en eene der mach
tigste en taalrijkste genootschappen te
zien worden der Stad Yper.
De kreet van Leve de Voorzitter
eindigde deze aanspraak en toejuichin
gen bevestigden het gezegde van den
Onder-Voorzitter.
De heer Houzé, diep ontroerd, be
dankte den heer Onder-Voorzitter om
zijne schoone en aanmoedigende woor
den, hij zegde dat hij zich gansch aan
den bloei en aan den voorspoed der
Maatschappij zou toewijden, dat zijne
liefde voor het vaderland en zijn eer
bied voor het stamhuis hem aangezet
hadden het Voorzitterschap der Oud
soldaten te aanvaarden, en dat hij,
niettegenstaande zijne drukke bezig
heden, al zou doen wat in zijne macht
was, om waardiglijk zijn Voorzitter
schap ten nutte te maken van de Maat
schappij. Daarna stelde hij den leden
voor een glas wijn te drinken op de
gezondheid van Z M. den Koning en
op den bloei der Maatschappij. Luid
ruchtige toejuichingen beantwoordden
dit voorstel en de kreten van Leve de
Koning leve de Voorzitter dreunden
herhaaldelijk door gansch het huis.
Het muziek, dat ïn den hof ge
schaard was, hief de Brabangonne aan
ener scheen geen einde te zullen komen
aan de geestdrift der Oud-soldaten.
Na geklonken en gedronken te heb
ben, schikten de lecjen zich in gelede
ren en, met den Voorzitter aan hun
hoofd verlieten zij het huis, na een
prachtigen bloemtuil aangeboden te
Wie hadde kunnen gelooven dat te
Yper, stad van 17,00ü inwoners, eene
tentoonstelling van Kunst en Ambach
ten mogentlijk was
Het is nochtans gebeurd.
Deze tentoonstelling is Zondag 2
Augusti geopend geweest, en, om de
waarheid te zeggen, zij heeft de hoop
van al onze medeburgers overtrof
fen
De Tentoonstelling,, verschuldigd
aan het initiatief van den Bnrgersbond
behaalt den grootsten bijval en ont
vangt het bezoek van een groot getal
personen die gelukkig zijn te bewon
deren wat onze ambachtslieden en nij-
veraars kunnen voortbrengen.
Men vindt daar, op het eerste ver
diep der Halle, in de ruime Delbeke-
zaal, allerschoonste artikelen die alle
ambachten vertegenwoordigen.
Het is ons onmogelijk de namen aan
te halen van al de ambachtslieden en
nijveraars, die zich toegewijd hebben
en die, door hunne pogingen, mede-
geholpen hebben om aan de oude stad
Yper een nieuwen luister te geven.
Wij bedanken hen voor hunne koste
lijk medehulp en wij manen hen aan
op dien weg te volharden.
Eene goede noot voor den Burgers-
bondzijne leden hebben de dingen
welgedaan.
Zonder critiek te willen uitbrengen,
dat het ons toegelaten zij de afwezig
heid te betreuren van een voorbehou
den vak voor de kanteunijverheid. Het
is eene leemte die, hopen wij het, in de
toekomende tentoonstelling zal aange
vuld worden.
Buiten haren wetstrijd voor hovin
gen richt deze Maatschappij eenen
prijskamp in voor balkons, vensters en
gevels, versierd met gegroeide bloemen
en planten, onder dé inwoners der stad
Yper.
De personen die begeeren er aan deel
te nemen, worden verzocht hunne
vraag te zenden voor den 15 dezer
maand, aan M. Mommens, Brugschen
Steenweg, nr 2, te Yper.
waarover zij menigen traan stortte maar
dewijl True haar nooit over iets beknorde,
vergat zij spoedig hare ongelukken, en on
dervinding maakte haar voorzichtig.
Kaatje Maccarty vond haar 't schrander
ste en handelbaarste kind van de wereld, en
kwam somtjjds den vloer schrobben, of
eenig ander werk doen, dat meer kracht of
bekwaamheid vereischto dan Geertje nog
bezat.
Aangevuurd door hare eerzucht om aan
jufvrouw Sullivan's verwachting te beant
woorden, en nog meer door haar verlangen
om haren pleegvader begulpzaam te zijn en
door haren arbeid eenigermate hare liefde
voor hem te toonen, was Geertje gewoon
lijk geduldig, zachtzinnig en dienstvaardig.
Zoo inschikkelijk was True dat hij 't meisje
maar zelden iets gebood of verbood, en haar
doorgaans haar eigen gang liet gaan en
haar eigen zin doen hoe weinig zij ook
aan tucht, gewoon was, bewees zij toch ge
willige gehoorzaamheid aan iemand die
haar nooit onredelijk behandelde, en zelden
zag de oude man haar eenig blijk geven van
die opvliegende heftigheid, die, eens opge
wekt, geen bedwang kende. In het stille le
ven, dat zij nu genoot, viel weinig voor
dat haar drift gaande kon maken maar
somtijds gebeurde er toch iets, waaruit
bleek dat het vuur van haren kinderlijken
geest nog niet was uitgedoofd en hare booze
neigingen nog Diet overwonnen waren.
Op eenen Zondag kwam Geertje, die nu
een mooi hoedje had gekocht, met haren
pleegvader, den ouden Cooper en Willie uit
de namiddagkerk. De twee oude lieden had
den zich in een gesprek verdiept, en de kin
deren, die dan wat achter gebleven waren,
praatten zeer over de kerk, den predikant,
de toe hoorders, de muziek, dingen die allen
nieuw voor Geertje waren en haar zeer be
vreemdden.
Toen zij dicht bij huis kwamen lette
Willie er op hoe donker het op straat begon
te worden, en doen zijn hoofd buigende om
Geertje aan te zien, die hij aan de hand
had, zegde hij Geertje, gaat ge wel ooit
met oom True mee, om lantaarnen te zien
aansteken
Neen, dat heb ik nooit gedaan, ant
woordde Geertje, behalve den eersten avond
toen ik hier kwam. Ik heb wel gewild,
maar het is zoo koud geweeet,dat oom True
mij niet wilde laten medegaan hij zegde,
dat ik dan maar de koorts zou krijgen.
Het zal van avond niet koud zijn, her
vatte Willie het is mooi helder weer, en
als oom True het wil hebben, laten wij dan
met hem medegaan. Ik heb dat dikwijls ge
daan. Gij kunt dan voor de vensters kijken,
en de menschen in de voorkamers om het
vuur zien zitten thee drinken.
En ik zie hem zoo gaarne de groote
lantaarnen aansteken, viel Geertje hierop
in zij maken alles in het rond zoo licht
en mooi. Ik hoop dat hij ons zal laten me
degaan. Ik zal het hem vragen. Kom, zegde
zij, hem voorttrekkende, laten wij maken
dat wij hem inhalen, en het nu maar vra
gen.
Neen wacht, zegde Willie hij praat
nu zoo druk met grootvader en wij zijn
haast te huis wij kunnen het hem dan
vragen,
Hij kon echter haar ongeduld nauwelijks
betoomen en zoodra zij de poort bereikten,
rukte zij zich van hem los, snelde True
achterop en deed hem haar verzoek. Haar
verlangen werd gereedelijk toegestaan, en
weldra gingen de drie op weg.
Eenen tijd lang werd Geert.je's aandacht
zoodanig door het lantaarijopsteken geboeid,
He He
OF DE