Stadsnieuws.
Lantaarnaansteker,
De vaarten
van West-Vlaanderen.
Mengelwerk. 17
LOTGEVALLEN EENER WEES
De Stand.
Het Concert bij
de Oud-Pompiers.
Zou M. de Minister ons niet willen
laten weten nu dat zijn bestuur eedert
bijna een jaar de oude lijnen van het
spoorwegnet van West-Vlaanderen uit
laat
A) Welke maatregelen hij genomen
heeft om voldoeniug te geven aan de
talrijke vragen die hem toegestuurd
zijn geweest en die strekken
o 1. Den uurwijzer der spoorwegen
te zien wijzigen, der wijze om ten
minste de treinen, loopende op de oude
lijuen van West-Vlaanderen,in onmid-
delijke gemeenschap te stellen met de
rechtstreeksche treinen van den Staat
en alzoo aan de reizigers de lange stil
standen te vermijden die zij in de
tu8schen8tatien moeten ondergaan.
2. Om toe te laten aan de reizigers
van het zuiden van West-Vlaanderen,
die in den namiddag van Brussel ko
men. de rechtstreeksche lijn van Brus-
sel-Oudenaerde-Kortrijk te nemen en
hen niet meer te dwingen den omweg te
doen langs Gent-Kortrijk of langs
Gent-Lichtervelde lloesselare, hetgeen
de reis merkelijk verlengt en hen tot
herhaaldelijke veranderingen van trei
nen verplicht en hen blootstelt de ge
meenschappon te missen gedurende
den weg
b) Op welken datum hij de geno
men maatregelen rekent toe te pas
sen
Er zal op deze vragen in de zitting
van Dinsdag toekomende geantwoord
worden.
Onder dezen titel is in eenige dag
bladen verschenen, een artikel, die,
volgens het schijnt, medegedeeld is
geweest door het ministerie van
openbare werken om een schijn van
voldoening te geven aan de bevol
king van eenige arrondissementen die
-tot hiertoe uitgesloten werden van
alle gunsten van ons staatsbe
heer.
Dit artikel kondigt feestelijk aan
dat, op dit oogenblik, volledige stu
diën gedaan zijn voor het uitvoeren
van verscheide uitgestelde werken,
ten einde de inwendige scheepvaart
te verbeteren, en begrijpende de vol
tooiing van ons ongelukkig Kanaal
van de Lei naar het Yperlee.
De Chronique, hetzelve nadruk
kende voegt er met veel reden bij
dat het ons toegelaten zij te doen
opmerken, dat, gezien den slechten
DE
Uit het Engelsck.
Veertiende hoofdstuk.
Betere vooruitzichten.
Weet gij wel, vervolgde zij om van on
derwerp te verwisselen (eene soort van
taktiek, die kinderen zoo goed verstaan als
volwassenen) dat het van avond juist twee
jaren geleden is dat ik hier kwam
Is het zoo sprak Willie. Heeft oom
True u 's avonds voor kerstmis meege
bracht
Ja.
Wel dat was den Sinte Klaas, die u
naar wat goeds bracht, in plaats van u wat
goeds te brengen, niet waar
Geertje wist niet van Sinte Klaas, dien
hooggevierden kindervriend en Willie, die
pas kort geleden in een boek van hem gele
zen had, vertelde haar wat hij van den ou
den speelgoedkoopman wist.
Toen zij zag dat het onderwerp zijns
ondanks zijne aandacht bezig hield, ging
Geertje weder aan haar bakwerk, hoewel
zij tevens oplettend naar zijn verhaal bleef
luisteren. Toen hij gedaaia had, stak zij
juist den koek in bet oventje en terwijl zij
bij den kaehtl op hare knikaën zat. en met
de klink van het ovendeurtja speelde, flik-
toestand van onze openbare geld-
middelen, al wat men kan doen, is
zich bepalen met studeeren
Van een anderen kant, een kluch
tenaar schreef reeds in het Journal
d' Ypres van 26 11. dat indien wij de
voltrekking van onze vaart niet kun
nen bekomen, indien de ruiterij-
school overgebracht wordt naar
Brussel, en dat men geen schietplein
te Yper daarstelt, 't is uit noodzake
lijkheid redelijke spaarzaamheden te
doen.
Wij meenen aan onzen klerik'alen
konfrater te moeten doen opmerken
dat, wat aangaat de voltooiing van
onze vaart waarvan alleen hier op
dit oogenblik spraak is, veel lieden
er geen geloof meer aanhechten, om
de gezonde reden dat ons staatsbe
heer ons te veel gefopt heeft met
beloften die het nooit gehouden
heeft.
Zoo is het geweest bij het naderen
van elke kiezing De ministers die
zich opvolgden, schreven, wel is
waar, voor het bovengemeld werk,
kredieten op de begrootingen, maar
ze waren nooit verteerd noch zelfs
ontginnen. Deze gelden werden van
hunne bestemming onttrokken en
elders gebruikt.
Moeten wij hier herinneren de co-
medie die gespeeld was ten opzichte
van ons kanaal, eenige dagen voor
de kiezing van 27 Mei 1906 Op
het oogenblik over te gaan tot de
goedkeuring van het buitengewoon
budget, M. Colaert stelde voor aan
M. De Smet de Nayer, het krediet,
reeds ingeschreven voor bovenge
meld werk, te vermeerderen en te
brengen op 400,000 frs. Gelijk dit
cijfer, in de lucht gegrepen, aan den
minister onverschillig was en hem
niet meer verplichte dan voor de
sommen voorgaandelijk gestemd en
niet gebruikt, stond hij met een
glimlach op de lippen, de vraag ge-
reedelijk toe.
Te dier gelegenheid jubelde het
Journal, en ons stadhuishoofd ver
heugd over zijnen behaalden bijval,
deed dit nieuws door den beiaard
aan de goedzakkige en lichtgeloovi-
ge Yperlingen aankondigen. Nog-
thans, tijdens de bespreking van de
buitengewone begrooting in den
Senaat, een lid verklaarde dat hij
niet meer waarde stelde aan het
nieuw krediet danaan de oude die
niet verteerd waren geweest, en zeg
de dat de goede verstandhouding in
deze zaak, tusschen M. Colaert
en den Minister, eene kiesparade
was. Hier ook ter stéde oordeelde
men hier oyer alzoo.
kortten bare oogen zoo vroolijk, dat Willie
uitriep
Waar denkt gij toch aan, Geertje,
dat gij zoo schalkachtig kijkt
Ik dacht dat Sinte Klaas misschien
van avond om u zou komen. Als hij om
menschen komt die iets noodig hebben,
denk ik dat hij u wel zal komen halen en
u ergens heen brengen waar gij gelegenheid
hebt om rijk te worden.
Waarschijnlijk, sprak Willie hierop,
zal hij mij dan in zijnen zak stoppen en
mij als een geschenk naar een of anderen
ouden rijken heer brengen, waar ik alles
maar voor het vragen zal hebben. Ik hoop
dat hij het doen zal, want als ik voor
nieuwjaar niet iets krijg, laat ik wanhopig
den moed zakken.
True kwam nu binnen en stoorde de kin
deren in hun gesprek door hun een vetten
kalkoen te laten zien, een kersgeschenk van
den heer Graham. Hij had ook een boek
voor Geertje, een geschenk van Amelia,
Is dat niet raar riep Geertje uit.
Willie xegde daar juist dat gij mijn Sinte
Klaas waart, oom True en ik geloof ook
dat gij het zij t. Zoo sprekende opende zij
het bonk, en de titelprent was eene afbeel
ding van den genoemden persoon.
Het lijkt juist, Willie; zie maar eens
juicht te zij eene bonten muts, een pijpje,
en jui st zoo een genoegelijk gezicht. Oom
True., als gij maar eenen zak vol speelgoed
over uwe schouders hadt, in plaats van
uwe lantaren en dien grooten kalkoen,
zoudfc gij een volledige Sinte Klaas wezen.
Hebt ge niets voor Willie medegebracht,
oom True
Ja, ik heb eene kleinigheid maar ik
vrees dat hij het niet veel achten zal. Het is
maar een* briefje.
Wij bekennen dat men sedert twee
manden de gronden peilt in den ver-
deelingsgracht van Hollebeke, maar
zal er een prachtisch uitslag van ko
men Wanneer deze werkingen
geeindigt worden, zal het staatsbe
heer eindelijk de sedert lang ge
staakte werken laten hernemen en
gansch voltrekken gelijk Minister
Delbeke het ons stellig beloofd
heeft Wij betwijfelen zulks. Men
zal waarschijnlijk wel nogmaals, een
voorwendsel vinden om ons geene
voldoening te geven, en men zal er
niet van spreken tot de toekomende
kiezing.
Dit is zoo veel té waarschijnlijker
dat, op dit oogenblik de staatskassen
ijdel zijn en dat onze beheerders voor
eene overgroote openbare schuld
staan die wij te danken hebben aan
hunne slechte bestiering en hunne
schandelijke geldverkwistingen.
Wat denkt Mijnheer Colaert er
van
Wij lezen in 1' Union, tolk der
Maatschappijen van het schieten van
Belgie
TE YPER
Een uitmuntend nieuws is ons den 19
October van Yper toegekomen, ongeluk
kiglijk te laat om in het blad van 's ander
daags 20, opgenomen te worden De Com
missie van den Stand, door den Gemeente
raad benoemd, heeft vergaderd. Na ten
slotte de ligging van den toekomenden
Stand vastgesteld te hebben, heeft zij, in
overeenkomst met den heer Minister van
Oorlog, den Commandant der genie Le-
mouche gelast met het opmaken der plans.
De schieting zou de afstanden van 40(j, 300
en 200 meters bevatten, alsook de instellin
gen voor de schieting met de pis
tool.
De Commandant Lemouche, schitterend
officier der genie, wiens bevoegdheid in de
zaak welgekend is, heeft beloofd zijne ont
werpen spoedig af te werken.
De Burgemeester en Schepenen van
Yper hebben van hunnen kant het inzicht
uitgedrukt de werken in den loop van het
jaar 1909 uit te voeren.
Hopen wij dat die schoonen iever niet zal
verkoelen, en dat wij in 1909 of 191U onze
vrienden van Yper de inhuldiging van hun
nen stand zullen zien vieren met zooveel
luister en brio als hunne makkers het te
Aalst komen te doen.
Onze wenschen komen volkomen
overeen met deze uitgedrukt door
1' Union.
In tegenwoordigheid van al de
goede inzichten, is het te wenschen
dat de financieelen kant niet alles
kome bederven.
Een briefje voor mij riep Willie uit
Van wien kan dat zijn
Dat weet ik niet, antwoordde True,
in zijne groote zakken zoekende. Hier even
om den hoek ontmoette ik eenen man, die
mij tegenhield om te vragen waar jufvrouw
Sullivan woonde. Ik zegde hem dat zij juist
hier woonde en wees hem het huis. Toen
hij zag dat ik ook hier behoorde, gaf hij
mij dit brokje papier met verzoek om het
volgens het adres over te geven, aan den
jongen heer William Sullivan. Dat zult gij
toch zijn, niet waar
Daarmede gaf hij Willie het stukje papier
over en nadat de knaap den lantaarn in
de hand had genomen, las hij overluid, ter
wijl hij het briefje voor het licht hield
R. H. Clinton verlangt William Sul
livan te spreken op Donderdag morgend
tusschen tien en elf uur in N. 13***
werf.
Willie keek verbaasd op.
Wat moet dat beduiden zegde hij,
van zijn pakhuis of liever van zijn.
Ik weet wel wie hij is, sprak True,
Het is de man die in dat groote hardsteenen
huis in***straat woont. Hij is een rijk
man, en dat is het nnromer van zijn pak
huis of liever van zijn kantoor op de***
werf.
Wat, de vader van die lieve kinderen,
die wij zoo dikwijls voor het venster heb
ben gezien
Dezelfde.
Wat kan hij van mij willen
Waarschijnlijk zal hij u in dienst
willen nemen, sprak True hierop.
Dan is het eene plaats, riep Geertje
uit, eene goëde plaats, en Sinte Klaas is ze
komen brengen, gelijk ik zegde dat hij doen
Het is van zelfs, dat indien de stad
Yper zich een behoorlijken Stand
kan betalen aan eenen gewonen prijs,
het belachelijk ware haar prachtige
instellingen op te leggen, gelijk de
groote steden van het land zich kun
nen toelaten.
jl. Zondag gaf de dappere maat
schappij der Oud-Pompiers een con
cert aan hare leden, het eerste van
het winterseizoen.
Tamelijk veel volk was toege
stroomd en de zaal was goed be
zet.
In het eerste deel hoorden wij
achtereenvolgens Gloire au travail,
pas-redoublé Les Saltimbanques
fantazia, die het publiek wel be
haagd heeft' door hare gekende me-
lodiën Werther, van Massenet, uit
treksel uit het opera van denzelfden
naam, eene fijne brok, voorwaar,
die zeer goed werd weêrgegeven en
waar noch schakeeringen, noch sa
menhang ontbraken Perles du Da
nube, van Kolisch, eene nieuwe wals,
waarin verschillige meeslepende
melodiën voorkomen. Alle deze
stukken werden met meesterhand
door de Harmonie uitgevoerd, onder
het flink bestuur van den geliefden
Chef heer Henri Moerman.
Vergeten wij niet aan te halen, dat,
na het eerste stuk, de medalie en
diploma van eerste klas overhandigd
werden aan M. Leonard Maerten, voor
dertig- jaren goeden en trouwen
dienst.
In het tweede deel, hadden wij het
geluk, een ware meester-ès-viool,
M. Michel Van Neste, te zien optre
den. De Romance van Svendsen en
Coticerto van Beriot werden met zeer
veel samenhang en schakeering
weergegeven. Daarna Méditation de
Thaïs, van Massenet, Humoresque
van Dvorak en Sérénata, van Drala,
op viool, insgelijks door M. Van
Neste. In deze drie stukken heeft den
jongen artist zich zeiven overtroffen
en op meesterlijke wijze gespeeld.
Ook dreunde de zaal, op het eindigen
van zijn programma. Inderdaad, M.
Michel Van Neste is voor ons geen
onbekende meer, en wij hebben hem
reeds meermalen bij de Oud-Pompiers
gehoord. Wij hopen nog dikwerf het
geluk te hebben een artist, zooals
M. Van Neste, te mogen toejuichen.
De heer Robyt heeft tweemaal,
na het ernstig muziek ons door M.
zou. O Willie, wat ben ik blij
Willie wist nog niet of hij blijde was of
niet. Het was zulk eene zonderlinge bood
schap, en welke bovendien van iemand
kwam, die hem geheel vreemd was. Hij
kon echter niet nalaten te hopen, gelijk
True en Geertje deden, dijt dit een voorbode
van een goed aanbod was, maar hij had re
denen, waarvan zij niet wisten, om te
vreezen dat hij een aanbod van dien kant
niet zou kunnen aannemen, en deed dus
beiden beloven dat zij zijne moeder of zijn
grootvader niets van het ontvangen briefje
zouden zeggen.
Den volgenden Donderdag, daags na
kerstmis, begaf Willie zich op den bepaal
den tijd naar de aangewezene plaats. De
heer Clinton, een man van een zeer fatsoen
lijk voorkomen, ontving hem zeer vriende
lijk, deed hem maar weiDige vragen, en
sprak zelfs niet eens van eene aanbeveling
van zijnen vorigen patroon maar zegde
hem met weinige woorden dat hij een jong
mensch als jongsten klerk op zijn kantoor
noodig had en bood hem die betrekking aan.
Willie aarzelde want boewei dit aanbod
zeer gunstig was voor zijne toekomstige
vooruitzichten, maakte de heer Clinton
geene melding van een loon, en dit was
toch iets dat de jongman niet missen kon.
Daar hij zag dat de knaap besluiteloos bleef,
zegde Clinton
Misschien bevalt mijn voorstel u niet,
of hebt gij reeds eene'andere betrekking
aangenomen
Neen, dat zeker niet, antwoordde
Willie soel. Gij zijt wel zeer goed dat gij
zooveel vertrouwen in eenen vreemdeling
stelt om mij op uw kantoor te willen nemen,
en uw aanbod is even welkom als onver
wacht maar ik ben in eenen winkel ge-
OF DE
AT