Stadsnieuws. Lantaarnaansteker, öagklappei'. Goed nieuws. Mengelwerk. 75 Ge» leugen le meer. Er zou geene stad, geene gemeente van eenige belangrijkheid, bestaan, of zij zouden hunnen gemachtigde of mandataris hebben. Wij zijn slachtoffers eener onrecht vaardige wetgeving, behendig inge richt en verdraaid door onze tegen strevers, ten hunnen voordeele. Deze rol, wij hebben ze aanvaard, en gespeeld sedert meer dan tien jaren, ons vergenoegende een weinig luidruchtig te protesteeren tijdens elke kiezing, die telkenmale ons het bewijs leverde dat de wet, van onze tegenstrevers de bevoordeeligden maakte en van ons de slachtoffers. Zijn wij gezind nog langer, als onnoozelen, als kleingeestigen, een kiesstelsel te dulden dat zulke voor rechten, zulke onrechtvaardigheden ople\ ert. Het is onze plicht te eisschen dat er rekening gehouden worde van de ongebruikte overschotten onzer stem men. Dat onze kieswetten gebracht wor den op een en zelfde stelsel en dat de Evenredige Vertegenwoordiging eer lijk toegepast worde aan alle kiezin gen zonder onderscheid. Wij hebben te vergen, met de grootste krachtdadigheid zoohaast de Kamers hunne bewerkingen zullen hernomen hebben, met de maand No-ember, dat onze rechten, zoo schandelijk miskend, eindelijk geëer biedigd worden. Aan de Liberalen der Vlaanderen, zich aan het werk te stellen. Terugblik Het is bewezen dat met een stem- mental, veel machtiger dan dat der op positie, de klerikale partij met de laat ste wetgevende kiezingen minder stem men beeft bijgewonnen dan wij. Het geen ons met wetenschappelijke zeker heid, behalve eene zeer onwaarschijn- lijkfe wending in de algemeene geestes richting, den val der regeering laat voorzien. Met des te meer voldoening mogen wij op dien uitslag terugzien, wanneer wij bedenken welk eene kolossale macht onze tegenstrevers bezitten dat zij beschikken over eene menigte dwang-en drukkings- middelen, waar tegenover de beste krachten zich bijna hopeloos verlamd moeten voelen. Se dert meer dan vijf en twintig jaren zijn alle openbare besturen in hunne han den, regeert overal het schandelijkste favoritism. Is de jeugd hun overgele verd door het onderwijs dat zij in han den hebben, na op alle mogelijke mid delen het officieel onzijdig onder wij s^ zoowel het hoogere als het lagere en het middelbare te hebben vernietigd, wanneer het klerikalizeeren onmoge lijk viel. Zelfs het Gerecht is verkwe- zeld en de glundere Themis loert van onder haar weggeschoven blinddoek naar de niet langer juiste weegschalen, 's Lands financiën worden verkwist en verspild, dienen tot onrechtstreeksche propaganda, tot het omkoopen of rijk maken van neefjes en vrienden. En o wonder het zijn niet die oneerlijke Staatsmannen die worden vervolgd, maar wel degenen die dergelijke feiten durven bekend maken en aanklagen. De geruchtmakende aftruggelarijen vanZust. Gandide, in Frankrijk,gunnen ons een blik op het inwendig geknoei van kloosters en kristene liefdadig heidswerken hoe het mogelijk is met millioenen te goochelen, zonder dat er eenige rekening, zonder dat er eenig toezicht gehouden wordt. Kristelijke liefdadigheid Iedereen weet hoe zij slechts het masker is van de schande lijkste exploitatie, het walgelijke werk tuig van drukking en gewetensdwang, het machtige kieswapen in de handen van godszalige huichelaars Uitbui ting van ouderlingen sekwestratie in geestelijke zinneloozengestichten, ter dood gemartelde weeskinderen in den Bon Pasteurbloedlooze en teringlij- dende kantwerksters, zie daar het bi- lan der kristelijke liefdadigheid het wapen dat in tijd van kiezing nog im mer tegen ons wordt gericht. Want al die instellingen, rijkelijk gezegend door goevernementeele toelagen, zijn even zoovele propagandamiddelen on dersteund door het geld der belasting betalers, zonder zelfs te spreken van de ronkende redevoeringen over al die kristene menschlievendheid Mag het ons dan verwonderen dat in eene stad gelijk Turnhout, de antikle rikale lijst slechts een paar honderden stemmen bijwint, wanneer wij zien dat de kloosters er elkander verdringen, dat het er krioelt van paters en non nen van allerlei kleur, dat een machtig en schatrijk Jezuitenklooster heel het nijverige stadje beheerschteen kol- legie waar volgens het oude systeem heel de aristokratische jeugd van den omtrek wordt opgevoed, die dan later natuurlijk hand in hand gaat met hare meesters om het volk onder den duim te houden. Welk eene drukking moet later niet worden uitgeoefend, wan neer men denkt dat, in die stad van meer dan 20,000 inwoners, acht dagen voor de kiezing nog geen enkel her bergier eene zaal dierf afstaan om eene liberale meeting te houden Moeten wij al de middelen van dwang verhalen, gebeurd in zoovele buitengemeenten, waar klerikale bur gemeesters de propaganda tegenwerk ten op de meest onwettige manieren, hierin ondersteund door het mede plichtig goevernement? Verbieden van meetingen of redevoeringen, achter- houden op de post van liberale bladen of propagandabroehuren, beletten en verbieden propagandaschrif'ten uit te deelen Zagen we niet een klerikalen burgemeester zelf eene bende schol ten en boerenkinkels aanvoeren, die een liberalen redenaar gingen uitjou wen en beletten te spreken Moeten wij spreken van de onge hoorde omkooperijen en dwangmidde len in een arrondissement van West- Vlaanderen, omkooperijen zoo schan dalig dat de verbreking der kiezing is aangevraagd Eene verbreking die, hoe gewettigd ook, wij toch wel kun nen voorzien niet te worden toegestaan door het goevernement zij zijn im mers meester Wanneer wij dit alles bedenken, mog de uitslag zeker bevredigend hee- ten mogen wij er ons zelfs over ver wonderen hoe de bescheiden krach ten der oppositie er nog in gelukt zijn die kolossale macht zulke afbreuk te doen. En wij herhalen niet de kleri kale partij, maar de oppositie heeft het recht om victorie te kraaien van Koning Albrechten KoninginElisa- beth aan liet Nederlandsch Hol niet zal plaast hebben vöör de tnaand Septem ber. Onze Vorsten zouden zich recht streeks naar Amsterdam begeven, waar de plechtige ontvangst zou ge schieden en daarna naar de hofstad 's Gravenhage afreizen. Wij hebben vernomen, met een groot genoegen, dat door alle onze lezers zal bedeeld zijn, dat de her stelling van onzen achtbaren Arron- dissements-Commissaris zijn gewo nen gang volgt. Van hier eenige weken zal M. Merghelynck heel en gansch te been zijn en de schrikkelijke tegenkomst, waar hij bijna het leven liet, zal maar een slecht aandenken meer zijn. (Wordt Voortgezet] DE LOTGEVALLEN EENER WEES (Jit liet Engelsch TWEEDE DEEL. Vijfde Hoofdstuk. Haat, nijd en boosheid. Het eerste bezoek van gekroonde hoofden, die het Belgisch hof zal ont vangen, is vastgesteld op 't einde van de maand Juni. Het zal de czaar van Bulgarië zijn, vergezeld van den kroonprins Boris, die de reeks officieele bezoeken instelt. Feestelijkheden zullen ter eere van czaar Ferdinand worden ingericht en de jonge prins Boris zal verscheidene dagen te Brussel blijven om er de ten toonstelling in al hare bijzonderheden te bezichtigen. Bezoek in de Belgische voedings- sektie (Groot Paleis), de Stand der Maatschappij in kollektieven naam ADOLF DELHAIZE Gie. (zie verder annonce.) Uitwijkelingen. Het platteland ge raakt stilaan ontvolktde buitenlieden worden deels aangelokt door de groote steden, deels naar vreemde landen aan getrokken, waar men hoopt dat het zal beter gaan. En reeds doet zich mangel aan werk krachten gevoelen in den oogsttij d Alhoewel het tijdstip voorde uitwij keling reeds voorbij is, zijn in de maand Mei toch te Antwerpen 6,196 personen scheep gegaan naar de lan den van over zee, tegen 9,421 in April. Van die 6,496 waren er 1,208 Belgen. 2,242 uitwijkelingen trokken naar Canada over Quebec.; 3,798 naar New- York 11 1 naar Australië en 45 slechts naar de Plata. Onze vorsten naar Nederland. Het schijnt nu vast te staan dat het bezoek Wij hebben den geheimen en schijnheiligen spijt aangestipt bij de patroonen van het Journal dat een goed klein schandaal ontstaan vöör de kiezingen hen niet toegelaten heeft zich op bekwamen tijd een nieuw wapen te smeden tegen de liberalen en hunne kandidaten. De spijt is te hevig geweest opdat zij niet wederstaan hebben aan de be koring zich er over te vertroosten met een schandaal uit te vinden dat zou ontstaan zijn nadien. Alzoo in het lokaal der liberale Associatie, den dage zelve der kie zing was de uitslag nauwelijks ge kend of men zou het Ave Maria spot tend nagebootst hebben ter eere van ïVL Nolf. Welnu om godvruchtig te zijn, misschien, dit is een hatelijke leugen! Ofschoon het lokaal open was voor iedereen, het is valsch, aarts valsch dat iemand die woorden gezongen hebbe in kwestie. En had de daad geschied voor gelijk wie, de stilzwij gendheid zou zeker opgelegd zijn geweestdoor de tegenwoordige leden van het komiteit. Maar niemand heeft iets gehoord, en nogeens heeft het Journal wetens en willens gelo gen, hopende nut te kunnen trekken uit zijne valschheid op de kiezing van 1914. O -V--- behoeven wij er Amelia niets van tezeggen. Jufvrouw Ellis stemde hierin toe. Zij was seder eenige maanden bijzonder nede rig en inschikkelijk geworden, en Geertrui had geheel hare welwillendheid verworven eerst door hare verdraagzaamheid, en in den laatsten tijd door de hulp en den bij stand, welke zij met de bezigheden overla- dene huishoudster menigmaal had kunnen verleenen. jufvrouw Ellis maakte dus geen bezwaar om haar in hare kamer te nemen, en wilde haar zelfs gaarne hare kleederen, haar werktafeltje en hare boeken daarheen helpen overbrengen. Doch hoewel vriendelijk en inschikke lijk voor Geertrui, welke zij thans, met Amelia en de oude keukenme.d, tot de on derdrukte partij rekende, waartoe zij zei ve behoorde, konden ge ne woorden de verontwaard ging uitdrukken, waarmede het laatste bedrijf v :n mevrouw Graham en Isabella vervulde. H»t is van nenzelf- den aard zegde zij, als geh-el haar overig gedrag. S .intijds ben ik haast blijde dat Amelia hlind is, zulk een verdriet zou het haar doen als zij zag hoe het toegaat. Ik had Isabella wel ene klop om deoorert willen geven, oudatzij gisteren zoo onbe schaamd uwe plaa s aan de tafe; „am, en toen verzuim Ie onze Amelia aan iets te helpen. En -laar zat die lieve Amelia, zulk een engel als zij is. zonder iets teweten van haar schandelijk gedrag, en vroeg haar zoo vriendelijk om boter, al of het alleen bij toeval was dat gij van «ie tafel waart ge jagen en zij zich zelve maar moest helpen. En dat alles doen die vreemden maar zoo Ik zag het alles uit het porceleinkamer je. Eu dan Amelia's kleedjes en fijn goed Dat lag ailes in de la van de linnenkas tot ik dacht dat het zou verkrooken. Ik ben blij dat Brechtje ze eindelijk eens mogen afdoen, want ik begon te vreezen dat Ame lia op het laatst, in dit warme weer, geen schoon kleed meer zou hebben. Maar het baat niet er over te praten al wat ik wensch is, dat zij allen naar Europa gingen en ons hier alleen lieten. Gij zult toch niet meegaan, Geertrui Ja, als Amelia gaat. Nu, gij zijt beter dan ik ben ik zou mijzelfs voor haar, niet tot zulk eene mar telares willen maken. Het is noodeloos een omstandig ver haal te geven van de menigvuldige kleine onaangenaamheden, waaraan Geertrui da gelijks was blootgesteld, vooral na de aan komst der verwa.-hte gasten, en vroolijk en lichtzinniger gezelschap van jongere hoeren en dames, welke haar als eene als vrijpostige indringster en Amelia als eene vervelenden overlast leerden beschouwen. Met alle in -eiie welke daartoe werd aange* wend, kon Amelia niet lang onkundig wor den gehouden aan den gerirtgen prijs, waar op zij en Geertrui werden geschal, Kdt)« verstoord over «Ie onbeleefdheid van hare tante en LabelU en onverschillig voor gasten, voor wier losz nnigheid hate oog®" thaes gedeeltelijk geopend waren, aarzeld® niet z-.o w'el aan Amelia als aan Geortrui te z-gge.i, h .e diep z'j de. be'.eedigioge"' uie haar werden aangedaan, gevoelde, hoe gaarne zij haar zon willen verdedig®"' Doch Kitty was geene geduchte vijan'1" voor Mevrouw Graham en Isabella wa"| nu zij hare opgeruimdheid grootendeels verloen en zij gedurig voor de spotten' blikkei en schimpende gezegden h8^8! nicht moest vreezen, was zij erg 1 afhar ijt geworden, en d rfde zij niet langer ter de oogmerken dez r iweo indruischeu C hare vriendinnen in bescherming new®1' OF DE Eere hebbe uw hart, jufvrouw Geer trui menschen d e met u te doen hebben, zijn wel gelukkig waarl jk niet ied reen zou zooveel van hem verdragen. Zij ko men mij gelukkig niet veel in den weg. Ik heb mevrouw Graham dadelijk laten zLn dat ik niet veel verdragen kon e- ne keu kenmeid heeft rechten, waar zij voor op mag komen, en ik heb haar gauw uit mij nekeukengejaagd.dat zeg ik u. H»t is hard voor mij, onz eigen» dames te zien achteraf zetten maar als gij er het zwij gen toe doet, j ufvr. Geertrui, zal ik ook mijn best doen om mijnen mond te h uilen Zoolang ik maar kan. Maar bet is loch schande, dat ik En nog bij zn-h z 'lvem»m pelende, ging de oude keukenmeid heen Een uur later stond Geertrui voor den spiegel hare lange l ikken te vlechten, toen jufvrouw Ellis, na even aan de «Uur te heb ben gekloptj binnen kwam Wel Geertrui, zeg ie zij ik had toch niet gedacht dat het zoo ver zou komen Wat is er dan te doen vroeg Geer trui met angst Het schijnt dat wij uit onze kamers zullen gezet worden. Wie? Gij eerst, en dan ik misschien. Geertrui kreeg eene andere kleur maar sprak niet, en jufvrouw Ellis verhaald daarop, dat zij juist bevel had gekregen om de kamer van Geertrui voor eenige gas ten g>-reed te maken, die den volgenden dag verwacht werden Het verbaasde haar te hooren, dat Geertrui niet over de zaak g-raadpleegd was. Mevrouw Graham had zoo gerust ovi-r h iar verhuizen gesproken, en scheen het zoo natuurlijk te vinden dat Amelia hare kamer met hare vriendin zou deelen, dat jufvrouw Ellis niets anders had' gedacht of de zaak w is in°t wederzijds goedvinden al ,us geschikt. Diep gnkwetst door deze belediging, die zoowel Amelia als haar werd aangedaan, bleef Geoi trui een oogei blik besluiteloos zwijgen. Daarna vroeg zij jufvrouw Ellis of zij over de zaak gesproken had Dit had zij niet, en Geertrui verzocht haar om er niets van te zeggen. Ik km er niet aan denken, z-gde zij, het weten zmi hoe het kleine heiligdom dat zij ZO' /.orgvuld g voor mij h efi ingericht, mij Z'o vrijpostig wordt afgenomen Ik slaap wel zeer «dikwijls bij haar in de ka uier, zoo als gij weet tn nr z j heeft toch gaarne dat ik eene kamer voor mij behou 1, opdat ik zeker zou zijn van eene plaats, waar ik al.een kan lezen en studeeren. Als gij mijn lessenaar in uwe kamer wilt laten zeiten, jufvrouw Ellis, en goedvindt, dat ik «laar na en dan op eene rustbank s'aap

HISTORISCHE KRANTEN

De Weergalm (1904-1914) | 1910 | | pagina 2