Volksgezind weekblad der Vrijzinnige Vereeniging van Yper en het Arrondissement.
Doiulcrdag, 9" Januari 1912.
5
centiemen.
Negende jaar. Nrs 8-9.
Nieuwjaarwenschen
DE WEERGALM
I)e IJuilenlaiidsche
Politiek in 19! 2.
xe,W
De nieuwe legerwét.
Voor de pachters.
Eendracht maakt Macht.
i 'evHchijnende de» SPonderdaej».
Vires acquirit eundo.
INSCHRIJVINGSPRIJS
Voor den buiten Een jaar, Fr. 3-00.
Voor stad Een jaar, Fr. 8-50
Men 1IANDEL.T BIJ OVEREENKOMST.
Men schrijft in bij den Uilgever, bixfmidestraal, nr 53, te Yper. De aankondigingen van
gansch lielgië en Vhuiienland evenals de Notariale en Kechterlijke aankondigingen mogen
gezonden worden ten hureele van dit blad. Men wordt vriendelijk verzocht alle hoege-
naamde artikels uiterlijk tegen Dijnsdag middag vrij en onderteekend toe te zenden.
AAN KONDIGINGEN
Aankondigingen 45 c. den drukregel.
Reklatnen25 c.
Rechterlijke aankondigingen I fr. id.
VAN
Ik kom hier met een zak vol wenschen
Voor boeren, burgers, brave menschen,
Die gaarne leven, blij van zin,
Bij werk en zorg en geldgewin.
'k Wensch den landman welgevallen
Op zijn velden, in zijn stallen,
In zijn woning, in zijn schuur,
't Leven is hem soms zoo zuur
Dat hij steeds van rampen, plagen,
Donderderbuien, hagelvlagen,
Zijnen oogst bewaard moog zien,
Die hem loon voor 't werk moet biên.
'k Wen^cli den burger in zijn stede
Veel genot en rust en vrede.
Dat zijn nccéfig zijn bestaan
Immer goed vooruit moog gaan.
'k Wensch den werkman kloeke handen,
Vrij van alle slavenbanden
Dat hij in den levensstrijd
Steeds van ziekten zij bevrijd.
Dat hij in zijn oude dagen
Nimmer de almoes moete vragen,
Maar van zorg en kommer vrij,
Leven moog gerust en blij.
'k Wensch aan hen, die schrijven, denken,
Wijsheid aan de wereld schenken,
Dat ze zoeken ongestoord
In hun wijsheid altijd voort.
Aan de kunstenaars allerhande,
O zoo talrijk in den lande
Wensch ik voor hun eedle kunst
Eer en roem en volkengunst.
'k Wensch aan rechters, wetsdienaren,
Dat ze ons van 't gespuis bewaren
Dat maar steelt en moordt en brandt,
En vaak vrij loopt door het land.
'k Wensch aan hen, die wetten maken,
Meer bezorgdheid voor 's lands zaken,
Minder gunsten voor de kliek,
Minder winkelpolitiek.
'k Wensch aan allen, kleinen, grooten
Arme en rijke landgenooten
Dat ze ons dierbaren vadergrond
Steunen kunnen t'allen stond.
En wat zal ik nu nog wenschen
Aan de goede, brave menschen
Die mij lezen elke week
Vriend lief uit stad en streek
Alles wat hun heil kan geven
Voorspoed, kracht en moed in 't leven
Dit alles wordt van hert geuit
Door de Redactie van de
WEERGALM.
1912 is voorwaar geen jaar van
vrede geweest. Toen het begon, was
de Italiaansch-Turksche oorlog nog
volop aan den gang in Tripolitanië.
De oorlog duurde voort en het
scheen wel of hij ook nog het jaar
1913 zou beleven, toen Turkije zich
plots bedreigd zag door vier andere
vijanden.
Het sluiten van den vrede met
Italië werd bijna onmiddelijk gevolgd
door het uitbreken van den alge-
meenen Balkanoorlog, welke in de
geschiedenis zal geboekt blijven als
een der snelste en wreedste oorlogen.
Sinds een viertal weken is in dezen
krijg een zekere stilstand gekomen
en men had den indruk dat de vijan
delijkheden weldra voor goed een
einde zouden nemen, zoo niet juist
het jongste verloop der vredesonder
handelingen ons in de onzekerheid
was komen brengen en het gevaar
vooreene hervatting van den krijg
had vergroot.
Behalve deze beide oorlogen, heeft
1912 ook veel oorlogsgevaar gekend.
Toen 1912 begon, was het Marok-
ko-geschil nog hangend het was
weliswaar op goeden weg naar eene
bevredigende oplossing, doch de
minste klip op dezen weg kon nood
lottige gevolgen hebben voor de be
trekkingen tusschen Duitschland en
Frankrijk. Gelukkiglijk was dit het
geval niet, evenmin als bij de rege
ling van het Marokko-geschil tus
schen Frankrijk en Spanje.
Er is, in Jt begin van 1912, ook
oorlogsgevaar geweest in Perzie,
waar men een oogenblik vreesde dat
Rusland dit oude rijk gewapender
hand zou ingepalmd hebben ei* is
ook oorlogsgevaar geweest in Mexi-
ko, waar de rebellen het zeer lastig
maakten aan de burgers der Noord-
Amerikaansche Unie, wat deze haast
noodzaakte, troepen naar Mexiko af
te zenden.
Ten slotte is er nog oorlogsgevaar
in Zuid-Oost Europa en in het Verre
Oosten.
In Zuid-Oost Europa, waar het
Oostenrijksch-Servisch geschil nog
immer niet opgelost is en thans
schijnt verzwaard te zullen worden
door een Oostenrijksch-Montene-
grijnsch geschil, omdat de Donau-
monarchie aan Montenegro, evenals
aan Servie,regelen wil voorschrijven
ten opzichte van het nieuwe gebied,
dat beide kleine landen zich ten koste
van Turkije willen toeëigenen.
In het Verre Oosten, door het ge
schil tusschen Rusland n China,
betreffende Mongolië. China, waar
de in 1911 uitgeroepen republiek zich
in den loop van 1912 krachtig heeft
ontwikkeld, is thans weinig geneigd
om zich nog langer door Rusland te
laten behandelen als ten tijde van
het zwakke Chineesche keizerrijk.
Doch al dit oorlogsgevaar moet
ons daarom niet pessimistisch stem
men de vredeszin neemt hoe langer
hoe meer uitbreiding bij de volkeren;
1912 heeft menig oorlogsgevaar zien
overgaan, dank zij juist den vredes
zin van de betrokken volkeren laat
ons dus in dit opzicht van 1913 het
beste verwachten.
Overgaande tot de gebeurtenissen,
welke meer bijzonder de politiek van
elk betreffen, dan valt het volgende
aan te stippen
In Engeland zette het liberale
kabinet zijne werking krachtdadig
voort. Het bracht o. m. de Iersche
Home-Rulewet tot stand en stelde
de staatspensionneering en de ver
plichte ziekteverzekering der arbei
ders in, terwijl het tevens de uitbrei
ding en versterking der vloot onver
poosd doordreef. Bovendien werd de
band tusschen het moederland en Re
koloniën op alle mogelijke wijzen
I versterkt.
In Duitschland werd eveneens
de vloot op aanzienlijke wijze uitge
breid. Voor dit land zal 191 2 echter
in de eerste plaats gekenmerkt blij
ven door de kolossale stemmen-aan-
winst der sociaal-demokraten bij de
laatste rijksdagsverkiezingen. Daar
door werd aan de heerschappij van
het zwart-blauwe blok (centrum en
konservatieven) een einde gesteld.
In Frankrijk ruimde het kabi
net Caillaux de plaats voor het mi
nisterie Poincaré, terecht het groot
ministerie genoemd hoewel Frank
rijk in 1912 zijn Marokkogeschillen
met Duitschland en Spanje vereffen
de, heeft het toch nog steeds met tal
van zware moeilijkheden te kampen
in dit Noord-Afrikaansche wespen
nest.
Oostenrijk-Hongarije verloor
zijn grooten staatsman von Aehren-
tal; deze heeft echter in graaf Berch-
told een waardigen opvolger gevon
den. Beide deelen der Donau-Mo-
narchie, doch vooral Hongarije,
hadden zware parlementaire krisis-
sen te doorworstelen, welke name
lijk in dit laatste land aanleiding
gaven tot ophefmakende gebeurte
nissen,
In Ruslandblijft het volk
zuchten onder de gruwelijkste der
dwingelandijen eene douma werd
er gekozen welke, evenmin als de
vorige, het karakter eener volksver
tegen woordiging heeft. De Russische
oorlogspartij poogde herhaalde ma
len een oorlog met Oostenrijk uit te
lokken, wat haar gelukkiglijk tot
hiertoe niet slaagde.
Spanje verwierf belangrijke
voordeelen in Marokko, doch zag
zijn gezaghebbenden hoofdminister
Canalejas vermoorden, terwijl Por
tugal te v\ orstelen had met een
koningsgezinden opstand, dien het
echter wist te onderdrukken.
In Nederland deed het vraag-
stuk de'r vlootversterking een minis
ter van zeewezen vallen; oud-minis
ter Kuyper trok zich terug uit het
parlementaire leven, terwijl korts
nadien de vrijzinnige koncentra-
tie tot stand kwam tegen de kleri
kale koalitie.
In Skandinavië sloten Noorwe
gen, Sweden en Denemarken een
verbond door een gemeenschappelij
ke neutraliteitsverklaring.
De Vereenigde Staten van
Noord-Amerika brachten het groote
Tanama kanaal de voltooing nabij
c;i zagen het presidentschap hunner
bondsrepubliek overgaan op den de-
mokraat NVoodrow Wilson nadat
oud president Roosevelt, door het
stichten eener derde partij de repu-
blikeinsche partij verdeeld en ver
zwakt had.
In Mexiko duurt de burgeroor
log voort, terwijl de eertijds zoo woe
lige republieken in Zuid-Amerika
hoe langer hoe rustiger worden en
voorgoed een weg van vooruitgang
schijnen te willen opgaan.
In Zuid-Afrika trad generaal
Hertzog uit het ministerie, doch het
Afrikaner-element blijft er aan het
bewind en de voorstanders van de
voorstanders van de rechten der Ne-
derlandsche taal worden met den
dag talrijker.
In China wist de jonge repu
bliek, onder de krachtige leiding van
Joean-Isikai, vasten voet te nemen
en zich beslist te verzetten tegen de
pogingen der mogendheden, om zich,
zooals voorheen, in de Chinèesche
te mengen.
In Japan stierf de oude Mikado
en deed het vraagstuk van de regee
ring van Korea onlangs eene kabi-
netskrisis ontstaan, die nu echter
reeds opgelost is.
In Australië bezegelden de
verschilende Staten van dit groote
eiland hunne Unie door talrijke
maatregelen en o. m. door het op
richten eene Australische zeëvloot.
Zooals men zien kan, is 1912, in
menig opzicht een veelbewogen jaar
geweest, dat in oorlog begonnen is
en in oorlog eindigt.
Moge 1913 rustiger zijn en ten
minste in vrede eindigen
De bespreking in de middenaf deeling
Dinsdagmorgen hield de middenaf-
deeling van de Kamer een vergadering-
om de nieuwe legerwet te bespreken.
Deze vergadering werd voorgezeten
door den heer Nerinck, die omringd
was door de heeren Ruzette, Du Bus de
Warnafl'e, Pirmez, Huyshauwer, Louis
Huysmans en Hubin.
De heer Louis Huysmans nam de
eerste het woord. Hij verklaarde dat hij
in grondbegin partijganger van de nieu
we wet is, omdat het de plicht is vau
eiken Belg die den noodigen ouderdom
bereikt heeft en voor den dienst ge
schikt blijkt, de onschendbaarheid en
de onafhanhelijkheid van Belgie te
verdedigen. Voor wat den duurtijd van
den dienst betreft, zegde de heer Huys
mans dat hij daar geen bepaalde per
soonlijke meening over heeft. Spreker
deed verder uitschijnen dat indien de
herinrichting van het leger voor alles
een kwestie van nationaal order is, zij
ook tot op een zeker punt een zaak van
internationaal belang blijft. Ten slotte
beknibbelde hij de inrichting der nieu-
we-rechtsplegingen van de militieraden
waarna de heer Hubin het woord nam
om den dienstplicht van 9 maanden
aan te prijzen met twee terugroepingen
per jaar.
Iedereen weet hoe slecht onze wetten
op ae pacht van hoeven en landen zijn.
Onze pachters zijn niet veel beter dan
slaven. Zij moeten aan hunnen heer
gehoorzamen, stemmen en denken zoo
als hij beveelt, anders kunnen zij zon
der eenige voorafgaande verwittiging
worden buitengezet, en alles wat zij in
het land hebben gestoken, gaat ver
loren.
Al lang ijveren de liberalen om dit
schreeuwende onrecht te doen verdwij
nen. Zoo hadden de heeren Franck,
Vekemans en andere vrijzinnige volks
vertegenwoordigers voor de kiezingen
daarover een wetsvoorstel neergelegd,
maar door de tegenwerking van de
klerikalen kon het niet gestemd ge
raken.
Nu heeft de heer Franck wederom,
met andere 1 iberale volksvertegenwoor
digers, hetzelfde voorstel in de Kamer
ter tafel gebracht. Hij wil dat niemand
van zijn land of hoeve kan gezet worden
op het einde van het huurceel, dan na
een geheel jaar voorafgaande verwitti-
WEERGALM