Klauwaerts-Glorie, Leliaerts-schande. Vlaamsche Kalender WAAROM ■■■■EBBHSSlHüiai YPERSCH L£rs?E&3: BULDEN8P0REHFEESTEN van 132? LKS! en Yefspreilt "BE YPE1SCBE B9BE" GROENINGEVELD DE YPERSCHE BODE" is het meest gelezen Ypersch blad. Viert 't feest van uw dood verleden. Viert, wilt ge nog leven heden. Viert het uit nood E. H. VERSCHAEVE Verstaat gij den dichter? Viert uit nij penden nood: het feest van onze groote va deren, want ze zijn veel minder dood dan wij, hun tjolende afstammelingen. Het is een benijdenswaardig lot voor vrijgeboren mannen met een herte in het lijf, onder de groene zode te liggen, eer de vrijheid-roover zijn zegevuren laat laaien in den zwarten nacht van nationalen ondergang. Het ge beente der kloeke üroeningher-vechters lag reeds verpulverd in de groeve, toen de zon- ne van hun Kortrijksche zege aan 'tverblee- ken ging. Want, het was pas 80 jaren later dat te West-Roozebeke het lijk van Filips vanArtevelde te slingeren hing, aaneen wil- ge, in de huilende vlage van Vlaanderens neerlaag. Dat was de vergruizeling vaneen stuk Oroeningher heerlijkheid, maardeoude dooden, die gulden sporen geraapt hadden ze hoorden het niet meer. En het was goed, voor die grimmige kampers, dat ze dood waren,ten grave gedaald, eer de vrucht van hun bloed, het loon van hun kappen en klie ven en houwen in vegeFransche indringers lijven, verspeeld en verkwanseld werd. West-Roozebeke kon echter Groenlnghe niet doodleggen. De Leliaerts, de Judassen van hun volk, mochten meehuilen met de Fransche dieven die telkenmale gluiperig kwamen aangeslopen om een reep levend vleesch van Vlaanderens bloedrijk lijf te scheuren: de Klauwaerts, 't volk van den Leeuw, bleven eeuwen langde kloeksten,en West Europa's koningen kropen op hun knieën om te mogen Vlaanderen te vriend wezen. Dat was de verdienste van het geweldige werk onzer voorvaderen, dat ze inde beem den Je Kortrijk verricht hadden: zuurdee-, sem'voor vele geslachten, levensdrijfkracht voor ettelijke eeuwen. Laat ze babbelen in hun Belgische geschiedenis-bijbeltjes, laat ze zeeveren over 1302, redding van Belgie's nationaal bestaanOnze Vlaamsche Klauwaerts hebben den slagboom van Groe- ninghe laten neerbonzen op de weeke Fran sche hersenpannen, ze hebben het bleeke bloed en de vunzige brij van dat adellijk ra- palje van hun lederen kolder geschud; en Vlaanderen, Gods werk, is gered geweest. Dat Vlaamsche artelingen aan dit mis kraam hun nationaal bestaan versjache ren, dat is hun gloeiende schande, maar a.u. b. hun pooten af van de ongerepte Vlaam sche grootheid! Wat peinzen ze in hun graf de vechters van Groeninghe, als ze hun vervallen nazaten hooren meesmuilen Heeren van Brussel, broeders Walen, Franschgezinden van Vlaanderen, weest bermhertig, de Vlaamsche poorters en boeren hebben de grondvesten van België gemetst met den moortel van hun bloed!» Wij lezen in de «Divina Commedia» van Dante hoe men in de helle met de laf aards te werke gaat. De Heer weze de Vlaamsche Belgen genadig! Wat loopt gij u baloorig om een certificaat van Belgisch goed gedrag bij uw Brussclsche meesters wat naait gij een driekleurigen zoom aan uw leewenvaandel! 't Zal toch niet gaan, Klauwacrtskind met uw valsche schaamte: Vrankrijk kijkt naar 't Oosten en naar 't Noord-Westen,al vergruwd zijn uitsterven de eigen kinderen tellend: Vrankrijk dreigt en Brussel kwispelsteert, jankt, en lekt Ma rianne's verschrompelde kuiten. Denkt gij; lauwe Vlaamschgezinde, dat de franskiljons L' gratie verleenen, en u betrouwen, omdat gij voorzichtige en gematigdeVlaming zijt? Grijp liever de mane met uwe tanden, ijverig Belgisch trouw burger, oftewel hork naar de stemmen van uw bloed, van al Vlaanderens groote en kleine dooden: Zijn grenzen ook wezenslijnen, Wee 't volk dat ze laat verdwijnen E. H. VERSCHAEVE. Laat geen deel van dien vloek op uw Vlaamsche schouders,wankelende Vlaming, word Klauwaertszone, en weer u met ons; om 't Leüaertsgebroed onder onze knie te krijgen. Peins op de onverbiddelijke les v. dege- schiedenis: ze kwamen,de Fransche baroe nen en graven en ridders, met al hun over moed, en de kronijken leeren 't ons dat ze zinnens waren «de Vlaamsche zeugen den buikopen te rijten». Hun huurlingen had den bezems aan hun lansen gebonden, om «Vlaanderen plat te vagen».Ze draafden te vierklauwe herwaarts naar het lage land aan de zee, waar 't dorpervolk van Gwij- de van Dampierre nesteldeZe draafden nietverder dan de Groeninghezompe! De Vlaamsche beenhouwers en volders en we vers en kuipers en boeren, ze kapten en kerf den, heel den Godganschen Sint-Benedik- tus-dag, dien 11 Juli, en eerde avond viel was't Fransche bloed al meegevloeid met de Leie, noordwaarts, tot aan Gent, en de laatste levende Fransche ratte was tot aan Doornik geloopen, en viel er in onmacht in de armen van den Leliaert-abt der Doorniksche abdij. Alzoo is het gebeurd. Er hadden duizen den oortje-keerskensgebrand in de steenen huizenen in deleemen hutten van het. wach tende land, ter aanroeping van Onze Lieve Vrouwe van Vlaanderen, om deernis en hulpe. Devrouwen,de kinders en de stram me ouderlingen ze baden om de redding van Gods schoone gave: de redding van het land, de vrijheid van de ziele. Met Gods bijstand, door Maria' s tusschenkomste, werd de hooge inzet van den strijd gevrij waard, en de stoere kampers, die 's mor gens met een brokje aarde gecommuni ceerd hadden, ze mochten naar stulp en steen terugkeeren, met ingebonden, span nende zege-wonne: de belofte van groei en weeldige grootheid voor hen en voor 't nageslachte. De moede knieën plooiden, vóór het kruisbeeld op de schouwberden. De vrouwenhanden betten de wonden. Voor de Maria-beelden aan de hoeken der straten brandden de lichten der dankbaar heid. Alzoo, met goddelijke hulpen mensche- lijke kracht en Vlamingen-moed, werd de vrijheidszucht van onze groote vaderen be zegeld en bewaard. Vlaanderens roem reik te toen véél hooger dan de naalden zijner koninklijke kerken. Dat is Vlaamsche ge schiedenis, onvervalscht en onverminderd. Viert alzoo, in dezen geest, telgen van reu- zenvaders. Viert Guldensporendag uit noodom u te weren, om u los te spertelen uit Belgische, Fransch-vermomde stekvo- gel klauwen. Uit hou en trouw wordt Moereland herboren», indien ik, en gij, en elk, volhouden, zoo beraden, zoo taai als die van Groeninghe. 11 Juli 1927. Zondag, 10Juli. H. Felicitas. 1584. Oldenbarnevelt. Hollandsch Staats man bijgenaamd de Vader des Vader lands te Deeft vennoord. Maandag, 11 Juli. Vlaamsch-Nationale feestdag. 1302. Guldensporenslag. Dinsdag, 12 Juli. H. Jan Gualb. Woensdag, 13 Juli. H. Eugeen. 1557. Graaf van Egmond behaalt bij Grevelingen de zege op het Fransche leger. Donderdag, 14 Juli. H. Bonavent. Volle maan te 19 u. 22. 1904. Paul Krüger overlijdt in het Zwit- sersche stadje Clareus. Vrijdag, 15 Juli. H. Hendrik 1606. De wereldberoemde schilder Rem brandt te Leiden geboren. Zaterdag, 16 Juli. O. L Vrouw van den Carmelisberg. Waarom vroeg God aan Kam, Zijt gij toornig en is uw aangezicht ingevallen? Doe gelijk uw broer en u zult mij even aangenaam zijn Kaïn luisterde niet, de broedermoord volgde en God merkte hem met een tee- ken tot afschuw. Waarom vraagt het Vlaamsche Volk aan de moderne Kaïns, uitmoorders van hun ras, aan de behoudsgezinde zelfaanhidders aan de superpatriotten, aan de ersatzvader- landers, waarom zijt gij zoo toornig tegenover alles wat Vlaamsch is Waarom beeft en siddert gij bij den aanblik van een zwart leeuwken? Waarom knarsetandt gij van woede wan neer gij het Vlaamsch muziek ziet uitgaan, die de immer groeiende levenskracht moet beseffen van dat Vlaamsch boerenge- boefte Waarom staat gij alleen en verlaten op uw geliefd troontje van zelfafgoding en predikt gij in de woestijn? Waarom juicht gij als gendarmen uw Volk met matrakken afrossen en Vlamin gen om hun Vlaamsch zijn in de kerkers afgemarteld worden? Waarom neemt gij zoo geniepig uw toevlucht tot laster, verdachtmaking en broodroof? Waarom bewierookt gij de Fransche slippendragers en huldigt gij al wat van het wufte Parijs komt aangewaaid? Waarom zijt gij zoo fier als pauwen, als stieren die van een keuring komen en wijst gij keelkroppend op uw rammelenden dekoratierommel in plaats van op uw lit- teekens uit den oorlog? Waarom keert uw bloed als gij een oud strijder ziet en vloeit het weer kalm als gij bij de nachtridders, van Montmartre, de bureelhelden en de komiteitsbazen zijt Waarom? Omdat gij een bastaard zijt* Omdat gij buiten uw volk staat! Omdat gij uw afkomst, soms een heel nederige, vergeten zijt of verloochent. Omdat gij, pantoffelheld, als een kind geleid wordt door een produkt der nonne tjespensionaten, die onze Vlaamsche meis jes verbeulemansen. Omdat gij Vlaanderens verleden, zijn roem en grootheid, zijn edel karakter, zijn veroude gehechtheid aan geloof en goede zeden verleerd zijt door naaperij en Parij- sche schriftuur, Omdat de nooden en de ellenden van uw volk u koud laten. Omdat gij meent groot te zijn als gij met minachting neerziet op de nakomelingen van dat volk, uw volk, uw bloedeigen volk, dat op eigen bodem als koelies behandeld wordt. Omdat gij onbewust zijt van het groot psychologisch verschijnsel «uit lijdenen vervolging wordt grootheid geboren Dat was zoo in 1302, dat is nu aan 't worden ia 1927 en gij, stekeblinden, ziet het niet! Omdat gij poesjenellen, paljassen, lians- worsen tooneelzotten zijt, dansende op de tonen der Brusselsche fluitspelers. Daarom keert het volk u den rug toe; gij zijt als Kain geteekend tot afschuw gij huilt met de wolven en zoo gij niet her wordt wat uw vaders en moeders waren, zoo gij geen vaarwel zegt aan al dat Fransch gedoe, en het Vlaamsche zaad, dat heel diep, maarzeker, iu uw harten schuilt, niet laat gedijen dan zal dat verguisde volk, van zijn heilig recht bewust, u tergen en dwang en kerkers moe, u jagen van zijn Vlaamsche stadhuizen en met Gods hulp uit de Kamers; het zal u, wanneer gij in kiestijd zult komen smeekenVrienden gedenkt u mijner.gij die mijn vrienden zijt u toeroepen: Voorwaar, voorwaar, ik ken u niet!» OLIDO QEZELLE. Groeningeveld, waar zijn de dagen, als in uw gras, als in uw zand, steunende op God, de legers lagen, die ochten vrij ons aderland Laat op dat veld, in onze hand, den leeuw ontwaaien, en leve, vrij van schade en schand ons Vaderland! Groeningeveld, daar blommen bloeien daar kooren wast nu, overal, daar gaan wij, vrij van vreemde boeien; wie die het ons verbieden zal? Laat op dat veld, in onze hand, den leeuw ontwaaien veerdig, en vrij van allen band, zij Vlanderland! Groeningeveld, uit alle velden het heerlijkste, dat zonne groet; daar'tvlaamscheVolkzijn'vlaamsche helden, bij 't vlaamsche lied, herleven doet! Laat op dat veld, in onze hand, den leeuw ontwaaien, wekkende, aan Leye- en Scheldekant, 't oud Vlanderland! Groeningeveld! o Kortrijksche aarde, vruchtbaar, en vrij van vreemd gewas, spare u de band die eens u spaarde: weêr zij ons Volk zoo 't eertijds was! Laat op dat veld, in onze hand, den leeuw ontwaaien, en houde vrij den ouden trant 't nieuw Vlanderland. GroeningeveldDe gulden vane donkert de zwarte leeuw! Kom aan voere hij 't Volk ter zegebane: ziet hoe zijn' roode klauwen slaan Laat op dat veld in onze hand, den leeuw ontwaaien: volge 'em, bloedrood getongd, getand, heel Vlanderland! ■■■■■■■BHIIBKBHB ter eere der 625« verjaring van den slag der Guldensporen en van de officieele erkenning door het Stadsbestuur van Vlaanderens feestdag. o Programma der feestelijkheden Zondag 10 Juli, te 10 uur in de S< Pieters kerk, plechtige Hoogmis met gelegenheids sermoen. Na de mis optocht naar de Groote Markt. Te 11.30 uur, Koncert door dc Vlaam sche Harmonie van Yper. s Namiddags te 4 uur BLOEMEN- STOET. Na de ontbinding van den stoet Koncert op de Groote Markt. 's Avonds te 8 u. in het Christen Volks huis Liederavond door het gemengd koor van den Studiekring, waarna Feestrede door Mevrouw PIL uit Antwerpen. Maandag 1 1 Juli, te 8 1 2 in t Chris ten Volkshuis, St. Jacobstraat, kostelooze Feestavond door de Vlaamsche Harmonie en de Tooneelafdeeling "Puinentroost." Yperlingen, bevlagt uwe huizen Het Groeninghe Komiteit. Wegwijzer van den Bloemenstoet Vorming aan het Statieplein.-Fochlaan, Capron- straat, Maloulaan, Stuers-, Botir-, Rijsel-, Patteel-, lakker- en Hondstraten, Groote Markt, Stadhuis. Menen-, Kauwekijn-, Carton-, Surmont- en Boe- singhestraten, Vanden Peereboomplaats. waarna tiioemenhulde aan het gedenkt,-eken der Vpersche gesneuvelden.

HISTORISCHE KRANTEN

De Ypersche bode (1927-1928) | 1927 | | pagina 2